208
5008_nl_Chap09_verifications_ed01-2015
U hebt de limiet van de geautoriseerde
rijfase overschreden: het
startblokkerringssysteem voorkomt dat
de motor opnieuw wordt gestart.
Starten geblokkeerd
Elke keer dat het contact wordt aangezet, gaan
de verklikkerlampjes SERVICE en zelfdiagnose
motor branden en knippert het verklikkerlampje
UREA in combinatie met een geluidssignaal en
de melding "Storing emissieregeling: Starten
geblokkeerd".
Bevriezing van het additief AdBlue
®
Om de motor weer te kunnen starten, is het
noodzakelijk dat u contact opneemt met het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.Het additief AdBlue
® bevriest bij
temperaturen lager dan ongeveer -11°C.
Het SCR-systeem is voorzien van een
voorverwarmingssysteem voor het
AdBlue
®-reservoir waardoor u ook
in zeer koude omstandigheden kunt
blijven rijden.
Onderhoud
209
5008_nl_Chap09_verifications_ed01-2015
Bijvullen van het additief AdBlue®
Gebruiksvoorschriften
Bewaar AdBlue® buiten het bereik van
kinderen, in de originele flacon.
Als het AdBlue
® niet in de originele
flacon wordt bewaard, verliest het zijn
zuiverheid. Gebruik uitsluitend additief AdBlue
® dat aan de
norm ISO 22241
voldoet.
Het additief AdBlue® is een oplossing op
ureumbasis. Deze vloeistof is onontvlambaar,
kleurloos en geurloos (indien koel bewaard).
Als het additief in contact komt met de huid,
moet u de huid wassen met kraanwater en met
zeep. Als additief in de ogen komt, spoel de
ogen dan onmiddellijk en grondig gedurende
ten minste 15
minuten met kraanwater of met
een oogspoelmiddel. Raadpleeg een arts bij
een branderig gevoel of blijvende irritatie.
Als additief AdBlue wordt ingeslikt, spoel
de mond dan met schoon water en drink
vervolgens een ruime hoeveelheid water.
Onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld
bij een hoge omgevingstemperatuur) kan het
risico van het vrijkomen van ammoniakdampen
niet worden uitgesloten: adem deze niet in.
Deze ammoniakdampen werken irriterend op
de slijmvliezen (ogen, neus en keel). Verdun het additief nooit met water.
Giet nooit additief in de brandstoftank.
De verpakking in flacons met een
antidruppelsysteem vergemakkelijkt het
bijvullen. De flacons met een inhoud van
1,89
liter (1/2 gallon) zijn verkrijgbaar bij het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Vul nooit AdBlue
® bij vanuit een
vulsysteem dat is bedoeld voor
vrachtwagens.
Het AdBlue
®-reservoir moet bij elke periodieke
onderhoudscontrole worden gevuld door het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Vanwege de inhoud van het reservoir kan
het echter noodzakelijk zijn om het reservoir
tussentijds bij te vullen, zeker als u hier door
een waarschuwing (verklikkerlampjes en
melding) op wordt geattendeerd.
Dit kunt u laten uitvoeren door het PEUGEOT-
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
Als u zelf het reservoir wilt bijvullen, lees dan
eerst aandachtig de volgende waarschuwingen.
9
Onderhoud
210
5008_nl_Chap09_verifications_ed01-2015
Bewaar de flacons AdBlue® niet in uw
auto.
Voorschriften voor opslag
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager dan
ongeveer -11°C en verliest zijn kwaliteit bij
temperaturen vanaf 25°C. Het is raadzaam
de flacons koel en buiten direct zonlicht te
bewaren.
Onder deze omstandigheden is het additief ten
minste één jaar houdbaar.
Additief dat bevroren is geweest, kan
weer worden gebruikt nadat het bij
kamertemperatuur volledig is ontdooid.
Procedure voor bijvullen
Controleer voor het bijvullen of de auto op een
vlakke en horizontale ondergrond staat.
Controleer 's winters of de
omgevingstemperatuur van de auto hoger
is dan -11°C. Als het kouder is, bevriest het
AdBlue
® waardoor u het niet in het reservoir
kunt gieten. Laat uw auto enkele uren op een
warmere plaats staan en vul vervolgens het
reservoir bij.
F
Z
et het contact af en ver wijder de sleutel. F
Vouw voor toegang tot het AdBlue®-reservoir
het linker harmonicapaneel van de vloer van de
bagageruimte op en klap, bij een uitvoering met
7
zitplaatsen, de linker stoel van de 3
e zitrij uit.
F Til het uitgesneden deel van de mat van de bagageruimte op.
F
M
aak de zwarte plastic dop los met behulp
van de borglip.
F
S
teek uw vingers in de opening en draai
de blauwe dop een zesde omwenteling
linksom.
F
T
rek de dop om hem te ver wijderen
voorzichtig omhoog, zonder hem los
te
laten.
Onderhoud
211
5008_nl_Chap09_verifications_ed01-2015
F Pak een flacon AdBlue®. Controleer de
houdbaarheidsdatum en lees vervolgens
aandachtig de gebruiksaanwijzing op het
etiket voordat u de inhoud van de flacon in
het AdBlue
®-reservoir van uw auto giet.
Belangrijk: als het AdBlue
®-
reservoir van uw auto helemaal leeg
is - dit wordt aangegeven door de
waarschuwingsmeldingen en u kunt in
dat geval de motor niet meer opnieuw
starten -, moet u het reservoir vullen
met minimaal 3,8
liter additief (twee
flacons van 1,89
liter). F
V
eeg nadat u de flacon leeg hebt gegoten
met behulp van een vochtige doek
eventuele vloeistofsporen van de rand van
de vulopening van het reservoir.
Spoel gemorst additief onmiddellijk weg
met koud water of veeg het weg met een
vochtige doek.
Als het additief is gekristalliseerd, verwijder
het dan met een spons en warm water.
F Breng de blauwe dop aan op de vulopening van het reservoir en draai de dop een
zesde omwenteling rechtsom tot hij stuit.
F
B
reng de zwarte dop aan door hem op de
opening vast te klikken.
F
P
laats het uitgesneden deel van de mat
van de bagageruimte terug.
F
V
ouw het harmonicapaneel uit en plaats
het terug. Belangrijk: als u additief hebt
bijgevuld nadat het reser voir leeg
is geraakt
, aangegeven door de
melding " Vul brandstof- additief bij:
Starten verboden", dient u ongeveer
5 minuten te wachten voordat u het
contact weer aanzet, zonder het
bestuurderspor tier te openen, de
auto te ontgrendelen en de sleutel in
het contactslot te steken .
Zet vervolgens het contact aan en start
na 10 seconden wachten de motor.
Voer de lege AdBlue
®-flacons niet als
huisvuil af, maar deponeer ze in de
daartoe bestemde containers of breng
de flacons naar uw verkooppunt.
9
Onderhoud
350
5008_nl_Chap13_index-alpha_ed01-2015
Aanhanger..................................................... 252
Aanhangergewichten ........... 2
59, 260, 263, 266
Aansluiting 12V
............... 9
9, 102, 108, 109, 113
Accessoires ................................................... 256
Accu
.............................................. 202, 244-246
Accu laden
.................................................... 246
Achterruitverwarming
...............................64, 79
Achteruitrijcamera
......................................... 187
Achteruitrijlicht
.............................................. 234
Actieradius
...................................................... 42
Actieradius AdBlue
....................................... 206
AdBlue
® .......................................... 23 , 204, 209
AdBlue®-niveau ............................................. 204
AdBlue®-reservoir ................................ 204, 209
Additief AdBlue .............................. 23, 204, 209
Afmetingen
.................................................... 2
67
Afstandsbediening
.............................. 46, 47, 50
Afzetten van de motor
................................... 14
8
Airbags
.................................................... 26, 143
Airbags vóór
...............................
...........143, 146
Airconditioning
...............................
.................12
Airconditioning (handbediend)
.................61, 62
Alarmknipperlichten
...................................... 13 5
Alarmsysteem
................................................. 51
Algemeen menu
...............................
.............332
Allesdragers
.................................................. 254
Antispinregeling (ASR)
................................... 22
Armleuning achter
......................................... 10
9
Audio-aansluitingen
...................... 10 0, 101, 336
Automatische airconditioning
................... 6
1, 6 5
Automatische ruitenwissers
......................91, 9 4
Automatische transmissie
..........12, 14, 18, 151,
154, 155, 175, 203, 246
Automatisch inschakelen alarmknipperlichten
.................................... 13 5
Automatisch inschakelen verlichting
........83, 87 Autoradio's
......................................................
41
AUX-aansluiting
....................................
315, 33 8
Aux-aansluitingen
...............................
..........
336
A
C
D
CD ................................................................. 334
CD MP3 ................................................ 334, 335
CD-/MP3 -speler
.................................. 334, 335
Centrale vergrendeling
.............................4 7, 5 6
Claxon
........................................................... 13 5
Configuratie van de auto
..................32, 34, 36, 39, 40, 344
Contact
.......................................................... 150
Controle motorolieniveau ................................30
Controles
............................... 197, 198, 202, 203
DAB (Digital Audio Broadcasting) - Digitale radio ...................................... 308, 309
Dagrijverlichting
.................................... 231, 232
Dagteller
.......................................................... 31
Dashboardkastje
...............................
......99, 10 0
Bagageafdekking
...............................
....
108 -110
Bagageafdekscherm
..................................... 11
0
Bagagenet
..................................................... 11
2
Bagagenet voor hoge belading .....................111
Bagageruimte
..................................................
58
Banden
............................................................
12
Bandenreparatieset
.............................. 214, 2 20
Bandenspanning
..................................... 12, 26 8
Bandenspanningscontrole (met set)
............. 214
Bandenspanning te laag (detectie)
............... 18
3
Batterij afstandsbediening
........................ 4
9, 50
Batterij afstandsbediening vervangen
............ 49
Bediening autoradio aan stuurkolom
............ 331
Bediening zonnescherm panoramadak ........10 6
Bekerhouder
................................... 99, 108, 109
Beladen
............................................. 12, 78, 254
Benzinemotor
........................ 193, 197, 258 -26 0
Beveiliging tegen beknellen
.................... 53, 10 6
Binnenspiegel
................................................. 80
B
lue HDi
........................................ 179, 195, 204
Bluetooth (handsfree set)
.................... 2
96, 339
Bluetooth (telefoon)
....................................... 296
Bochtverlichting
...................................... 9
0, 231
Boordcomputer
......................................... 42- 44
Brandstof
......................................... 12, 191, 193
Brandstofadditief
................................... 201, 202
B
Brandstofniveaumeter ................................... 19 1
Brandstoftank ........................................ 191, 19 4
Brandstof tanken
...........................191, 193, 19 4
Brandstoftank leeg (diesel)
...........................195
Brandstofverbruik
..................................... 12, 42
Brandstofvuldop
............................................ 191
Brandstofvulklep
................................... 19
1, 19 4
Buitenspiegels ................................................. 79
Index