7–41
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indicatielampjes en waarschuwingszoemers
Signaal Waarschuwing
Indicatielampje
voor defecte
stuurbekrachtiging Het lampje gaat branden/knipperen als er een defect is in de elektrische
stuurbekrachtiging.
Als het lampje gaat branden/knipperen, de auto op een veilige plaats tot stilstand
brengen en het stuurwiel niet draaien. Als het lampje na enige tijd uit gaat, is er geen
probleem. Neem contact op met een deskundige reparateur, bij voorkeur een of ¿ ciële
Mazda reparateur als het lampje blijft branden/knipperen. OPMERKING
Als het indicatielampje brandt/knippert, zal de stuurbekrachtiging niet normaal
functioneren. In dat geval kan het stuurwiel alsnog gedraaid worden, echter het
sturen gaat dan zwaarder dan normaal of het is mogelijk dat het stuurwiel tijdens
het draaien trilt.
Als tijdens stilstand of uiterst langzaam rijden het stuurwiel bij herhaling naar
links en naar rechts gedraaid wordt, is het mogelijk dat de defectbeveiliging van
het stuurbekrachtigingssysteem in werking treedt waardoor het sturen zwaarder
wordt. Dit duidt echter niet op een probleem. Parkeer in dit geval de auto op een
veilige plaats en wacht enkele minuten totdat het systeem weer normaal werkt.
Neem contact op met een of ¿ ciële Mazda reparateur en laat de auto
inspecteren
Als een van de volgende waarschuwingslampjes of het indicatielampje gaat branden/
knipperen, is er mogelijk een defect in het systeem. Raadpleeg een deskundige reparateur,
bij voorkeur een of ¿ ciële Mazda reparateur, om uw auto te laten inspecteren.
Signaal Waarschuwing
Hoofdwaarschuwingslampje
(Voertuigen met type C/type D audio)
Het lampje gaat branden wanneer er een defect is in het systeem.
Bedien de middendisplay en controleer de gegevens.
Zie Als een waarschuwingslampje gaat branden of knipperen op pagina 7-38 .
(Voertuigen zonder type C/type D audio)
Het lampje gaat in de volgende gevallen continu branden. Raadpleeg een deskundige
reparateur, bij voorkeur een of ¿ ciële Mazda reparateur.
Er is een defect in het accubeheersysteem.
Er is een defect in de remschakelaar.
(SKYACTIV-D 1.5) Er is een defect in de hydraulische regeling van de motor.
Er is een defect in de distributieketting van de motor.
Er is een defect in de voorverwarming.
Er is een defect in de oliepeilsensor.
7–50
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indicatielampjes en waarschuwingszoemers
*Bepaalde modellen.
Signaal Waarschuwing Te nemen maatregel
(Oranje)
Waarschuwingslampje
van Smart
Brake Support
remhulpsysteem/
stadsverkeer-
remassistent (SBS/
SCBS)
*
Het lampje gaat branden als de voorruit of
de radarsensor vuil zijn of als er een defect
is in het systeem.
(Voertuigen met type C/type D audio)
Controleer de reden waarom het
waarschuwingslampje brandt op de
middendisplay (pagina 7-38 ).
Als de reden waarom het
waarschuwingslampje brandt het gevolg
is van een verontreinigde voorruit, de
voorruit reinigen.
Als het waarschuwingslampje brandt
vanwege een vuile radarsensor, het
voorembleem reinigen.
Laat de auto door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een of ¿ ciële
Mazda reparateur controleren als er andere
redenen zijn.
(Voertuigen zonder type C/type D audio)
Als de reden waarom het
waarschuwingslampje brandt het gevolg
is van een verontreinigde voorruit, de
voorruit reinigen. Laat de auto door een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
of ¿ ciële Mazda reparateur controleren als
er andere redenen zijn.
KEY waarschuwingslampje
Neem de juiste maatregel en controleer dat het waarschuwingslampje uit gaat.
Signaal Oorzaak Te nemen maatregel
(Rood)
(Knippert) De batterij van de geavanceerde sleutel is
uitgeput. Vernieuw de sleutelbatterij (pagina
6-41 ).
De geavanceerde sleutel bevindt zich buiten
het werkingsbereik.
Breng de geavanceerde sleutel in het
werkingsbereik (pagina 3-8 ). De geavanceerde sleutel is geplaatst in delen
van het interieur waar de sleutel moeilijk
bespeurd kan worden.
Er bevindt zich een sleutel van een andere
fabrikant welke gelijkt op de geavanceerde
sleutel in het werkingsbereik. Neem de sleutel van een andere fabrikant
welke gelijkt op de geavanceerde sleutel
uit het werkingsbereik.
Zonder het contact uit te zetten, is de
geavanceerde sleutel uit het interieur
genomen en vervolgens zijn alle portieren
gesloten. Breng de geavanceerde sleutel terug in het
interieur.
7–51
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indicatielampjes en waarschuwingszoemers
*Bepaalde modellen.
Berichten die verschijnen op de display *
Als een bericht wordt getoond op de middendisplay (Type C/type D audio), overeenkomstig
het getoonde bericht de juiste maatregel nemen (op kalme wijze).
(Displayvoorbeeld)
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand.
Als de volgende berichten in de middendisplay worden getoond (Type C/type D audio), is er
mogelijk een defect in een voertuigsysteem. Breng de auto op een veilige plaats tot stilstand
en neem contact op met een of ¿ ciële Mazda reparateur.
Display Aangegeven toestand
Wordt getoond als de motorkoelvloeistoftemperatuur
buitengewoon is toegenomen.
Wordt getoond als er een defect is in het laadsysteem.
9–18
Technische gegevens
Gebruikersinstellingen
Onderwerp Bijzonderheid Fabrieksinstelling Beschikbare
instellingen Methode
voor
wijzigen
van
instellingen
Brandstofverbruiks (pagina 4-101 )
Einddisplay Aan/uit Uit Aan/Uit C —
Terugstelprocedure
brandstofverbruik Koppeling/geen koppeling aan
terugstelling brandstofverbruik en
terugstelling dagteller Uit Aan/Uit C —
*1 Hoewel deze systemen kunnen worden uitgeschakeld, is dit tegenstrijdig met het doel van het systeem en het
wordt dan ook door Mazda aanbevolen deze systemen ingeschakeld te laten.
*2 Bij voertuigen met een andere audio-installatie dan het type met schermtoetsbediening, kan het
waarschuwingsgeluid niet veranderd worden. Het waarschuwingsgeluid is enkel een pieptoon.
*3 Enkel het volume van de waarschuwingszoemer tijdens de werking van de dodehoekmonitor
(BSM) kan gewijzigd worden. Het volume van de waarschuwingszoemer tijdens de werking van het
achteruitrijwaarschuwingssysteem (RCTA) kan niet gewijzigd worden.
*4 Als de automatische ruitenwisserregeling op Uit wordt gezet, verandert de stand van de ruitenwisserhendel
naar intervalwerking.
*5 Weergave alleen beschikbaar vanaf de middendisplay.
10–2
Index
A
Aanbevolen olie .................................. 6-23
Aanbevolen smeermiddelen .................. 9-7
Aanpasbaar voorverlichtingssysteem
(AFS)................................................. 4-115
Accu .................................................... 6-38
Inspectie van het niveau van het accu-
elektroliet....................................... 6-40
Laden ............................................. 6-41
Onderhoudspunt ............................ 6-40
Technische gegevens ....................... 9-6
Vernieuwen .................................... 6-41
Accu is uitgeput .................................. 7-26
Starten met een hulpaccu .............. 7-26
Achterklep ........................................... 3-24
Bagageruimte ................................ 3-28
Wanneer de achterklep niet geopend
kan worden .................................... 7-60
Achterruitensproeier ........................... 4-83
Achterruitenwisser .............................. 4-82
Achterruitverwarming ......................... 4-84
Achterruit ...................................... 4-84
Spiegel ........................................... 4-85
Achterste kledinghaken ..................... 5-166
Achteruitkijkmonitor ......................... 4-186
Afstelling van de beeldkwaliteit ... 4-195
Afwijking tussen de werkelijke
wegsituatie en het weergegeven
beeld ............................................ 4-194
Gebruik van de
achteruitkijkmonitor .................... 4-191
Gebruik van de display................ 4-190
Overschakelen naar de
achteruitkijkmonitordisplay ........ 4-187
Plaats van
achteruitparkeercamera ............... 4-187
Weergavebereik op het scherm ... 4-188
Achteruitrijwaarschuwingssysteem
(RCTA).............................................. 4-137
Achterzitting ......................................... 2-7
Actief rijden display ............................ 4-38
Afmetingen ........................................... 9-8
Afstandbediende portiervergrendeling ... 3-4
Afstandherkenninghulpsysteem
(DRSS) .............................................. 4-133
Indicatie op display ..................... 4-135
Afstelbare snelheidsbegrenzer .......... 4-151
Airbagsystemen ................................... 2-43
Als de actief rijden display niet
functioneert ......................................... 7-61
Als een waarschuwingslampje gaat
branden of knipperen .......................... 7-38
Anti-blokkeer remsysteem (ABS) ....... 4-93
Anti-diefstal beveiligingssysteem ....... 3-50
Anti-wielspin regeling (TCS) ............. 4-94
TCS/DSC indicatielampje ............. 4-95
TCS OFF indicatielampje ............. 4-95
TCS OFF schakelaar ..................... 4-95
Asbak ................................................ 5-166
Audiobedieningsschakelaar
Afstellen van het volume .............. 5-72
Audio-uit toets ............................... 5-73
Zoektoets ....................................... 5-72
Audio-installatie .................................. 5-16
Antenne ......................................... 5-16
Audiobedieningsschakelaar........... 5-71
Audioset [Type A/Type B (niet-
aanraakscherm)] ............................ 5-31
Audioset [Type C/Type D
(aanraakscherm)] ........................... 5-47
AUX/USB modus.......................... 5-73
Bedieningstips voor
audio-installatie ............................. 5-16
10–3
Index
Automatische transmissie ................... 4-51
Actieve Aangepaste Overschakeling
(AAS) ............................................ 4-54
Directe modus ............................... 4-63
Modus voor handbediende
overschakeling............................... 4-55
Ontgrendelpal van
overschakelblokkering .................. 4-54
Rijtips ............................................ 4-64
Schakelblokkeersysteem ............... 4-54
Schakelstanden .............................. 4-52
Schakelstandindicatie .................... 4-52
Waarschuwingslampje ................... 4-52
B
Bagageruimteverlichting ................... 5-156
Banden ................................................ 6-44
Bandenspanning ............................ 6-44
Lekke band ...................................... 7-3
Noodreservewiel ........................... 6-47
Onderling verwisselen van de
banden ........................................... 6-45
Sneeuwbanden............................... 3-61
Sneeuwkettingen ........................... 3-61
Technische gegevens ..................... 9-10
Vernieuwen van een band.............. 6-47
Vernieuwen van een velg .............. 6-48
Bandenspanningcontrolesysteem ...... 4-181
Bediening van de handgeschakelde
versnellingsbak ................................... 4-48
Bedrijfstoestanddisplay ..................... 4-103
Bekerhouder ...................................... 5-160
Berichten die verschijnen op de
display ................................................. 7-51
Beveiligingssysteem
Anti-diefstal beveiligingssysteem ... 3-50
Start-blokkeersysteem ................... 3-48
Binnenspiegel ...................................... 3-40 Bluetooth
® ........................................... 5-93
Bluetooth® Audio
(Type A/Type B) .......................... 5-138
Bluetooth
® Audio
(Type C/Type D).......................... 5-141
Bluetooth
® handsfree
(Type A/Type B) .......................... 5-120
Bluetooth
® handsfree
(Type C/Type D).......................... 5-128
Oplossen van problemen ............. 5-152
Boordcomputer .......................... 4-29, 4-35
Brandstof
Meter ............................................. 4-32
Tankinhoud ...................................... 9-8
Tankklep en -dop ........................... 3-35
Vereisten (SKYACTIV-D 1.5) ....... 3-31
Vereisten (SKYACTIV-G 2.0) ....... 3-30
Brandstofbesparing en
milieubescherming .............................. 3-56
Brandstofverbruikdisplay .................. 4-102
Brandstofverbruikmonitor ................. 4-101
Bedrijfstoestanddisplay ............... 4-103
Brandstofverbruikdisplay ............ 4-102
Einddisplay .................................. 4-106
Energiebesparingsdisplay ............ 4-106
Buitenspiegels ..................................... 3-38
Buitentemperatuurdisplay ................... 4-34
C
Claxon ................................................. 4-85
Contact
Schakelaar ....................................... 4-4
Controleren van het
motorkoelvloeistofniveau ................... 6-29
Controle van het motoroliepeil ........... 6-28
Controle van het niveau van de rem/
koppelingsvloeistof ............................. 6-31
Controle van het
sproeiervloeistofniveau ....................... 6-32