4–110
Tijdens het rijden
Brandstofverbruikmonitor
*Bepaalde modellen.
Brandstofverbruikmonitor *
Bij voertuigen met type C/type D audio, kan de bedrijfstoestand, het brandstofverbruik en
de energiebesparing *1 beurtelings worden getoond door bediening van de pictogrammen in
de display.
Bovendien kan wanneer de einddisplay is ingeschakeld na het voltooien van een rit de totale
energiebesparing tot op dat moment in de einddisplay worden getoond.
1. Selecteer het
pictogram op het thuisscherm voor het tonen van het toepassingen
scherm.
2. Selecteer “Brandstofverbruiks”.
3. Bedien de commanderschakelaar of raak het scherm aan voor het tonen van het menu.
OPMERKING
Wanneer het menu wordt getoond door aanraking van het scherm, wordt de display
automatisch na 6 seconden verborgen.
4. Selecteer het pictogram in het menu en voer de bediening uit. Het gebruik van de
pictogrammen is als volgt:
Indicatie op display Bedrijfstoestand
Verbergt de menudisplay.
Toont het toepassingen scherm.
Schakelt de brandstofverbruikmonitor over in de
volgorde van bedrijfstoestand, brandstofverbruik en
energiezuinigheid
*1 .
Stelt de brandstofverbruikgegevens terug.
Toont het volgende instelscherm.
Einddisplay in-/uitschakelen In-/uitschakelen van de functie die het terugstellen
van de brandstofverbruikgegevens koppelt aan de
dagteller (Dagteller A)
*1 Met i-stop functie.
5–1*Bepaalde modellen.5–1
5Interieurvoorzieningen
Gebruik van de diverse uitrustingsonderdelen voor rijcomfort, zoals
klimaatregeling en audio-installatie.
Klimaatregelsysteem .......................................................................... 5-2
Bedieningstips ............................................................................... 5-2
Bediening van de luchtroosters ..................................................... 5-3
Handbediende airconditioning ...................................................... 5-5
Automatische airconditioning ..................................................... 5-11
Automatische airconditioning met tweevoudige
werkingszone .............................................................................. 5-15
Audio-installatie ............................................................................... 5-20
Antenne ....................................................................................... 5-20
Bedieningstips voor audio-installatie .......................................... 5-21
Audioset [Type A/Type B (niet-aanraakscherm)] ....................... 5-36
Audioset [Type C/Type D (aanraakscherm)] .............................. 5-53
Gebruik van de audiobedieningsschakelaar
* ............................... 5-77
AUX/USB ................................................................................... 5-79
Bluetooth
® ....................................................................................... 5-101
Bluetooth®* ................................................................................ 5-101
Bluetooth® handsfree (Type A/Type B) * ................................... 5-129
Bluetooth® handsfree (Type C/Type D) * ................................... 5-137
Bluetooth® Audio (Type A/Type B) * ......................................... 5-147
Bluetooth® Audio (Type C/Type D) * ......................................... 5-150
Oplossen van problemen * .......................................................... 5-161
Interieuruitrusting ......................................................................... 5-165
Zonnekleppen ............................................................................ 5-165
Interieurverlichting ................................................................... 5-165
Stekkerbussen voor accessoires ................................................ 5-168
Bekerhouder .............................................................................. 5-170
Fleshouder ................................................................................. 5-172
Opbergvakken ........................................................................... 5-172
Uitneembare asbak
* ................................................................... 5-175
5–20
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
A n t e n n e
Antenne (Sedan)
De antenne is in het ruitglas ingebouwd.
OPGELET
Gebruik voor het reinigen van de
binnenzijde van een ruit met een
antenne een zachte doek bevochtigd met
lauw water en veeg de antennedraden
voorzichtig af.
Het gebruik van ruitreinigingsmiddelen
kan beschadiging van de antenne
veroorzaken.
Antenne (Hatchback)
T y p e A
Draai de antenne naar links om hem te
verwijderen.
Draai de antenne naar rechts om hem te
bevestigen.
Let er op de antenne stevig te bevestigen.
VerwijderenInstalleren
OPGELET
Om beschadiging van de antenne
te voorkomen, deze verwijderen,
alvorens een autowasinstallatie
binnen te rijden of lage doorgangen
te passeren.
Wees voorzichtig met het gedeelte
rondom de antenne bij het
verwijderen van sneeuw van het
dak. Anders bestaat de kans op
beschadiging van de antenne.
OPMERKING
Het verdient aanbeveling de antenne te
verwijderen en in de cabine op te bergen
wanneer u de auto onbeheerd achterlaat.
T y p e B
Antenne
5–21
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
*Bepaalde modellen.
Type C *
De antenne is in het ruitglas ingebouwd.
OPGELET
Gebruik voor het reinigen van de
binnenzijde van een ruit met een
antenne een zachte doek bevochtigd met
lauw water en veeg de antennedraden
voorzichtig af.
Het gebruik van ruitreinigingsmiddelen
kan beschadiging van de antenne
veroorzaken.
Bedieningstips voor
audio-installatie
WAARSCHUWING
Stel de audio-installatie enkel af
wanneer de auto stilstaat:
Stel de bedieningstoetsen van de
audio-installatie niet tijdens het rijden
af. Afstellen van de audio-installatie
tijdens het rijden is gevaarlijk,
aangezien u hierdoor van de besturing
van de auto kan worden afgeleid,
waardoor een ernstig ongeluk kan
ontstaan.
Ook al zijn de
audiobedieningsschakelaars op het
stuurwiel aanwezig, is het de bedoeling
dat u leert de schakelaars te bedienen
zonder er naar te kijken, zodat u tijdens
het rijden uw maximale aandacht op de
weg kunt houden.
OPGELET
Stel voor veilig rijden het audiovolume
af op een niveau waarbij de geluiden
van buiten de auto voor u goed
hoorbaar blijven, zoals bijvoorbeeld
autoclaxons en vooral sirenes van
hulpverleningsvoertuigen.