Page 191 of 780

189
DS5_nl_Chap07_securite_ed02-2015
Airbags
Algemeen
De airbags zijn speciaal ontworpen om de veiligheid
van de inzittenden (uitgezonderd de middelste
passagier achter) bij ernstige aanrijdingen te
verbeteren. De airbags vormen een aanvulling op de
werking van de veiligheidsgordels met spanbegrenzers
(behalve bij de middelste passagier achter).
De elektronische schoksensoren registreren de frontale
en zijdelingse aanrijdingen waaraan de registratiezones
voor een aanrijding worden blootgesteld:
- bij een ernstige aanrijding gaan de airbags onmiddellijk af om de inzittenden van de auto
(uitgezonderd de middelste passagier achter)
te helpen beschermen. Direct na de aanrijding
ontsnapt het gas snel uit de airbags, zodat het
zicht niet wordt belemmerd en de inzittenden
de auto eventueel kunnen verlaten,
- bij een minder ernstige aanrijding of een aanrijding van achteren en in bepaalde gevallen waarbij de
auto over de kop slaat, treden de airbags niet in
werking. De veiligheidsgordels helpen u in deze
situaties voldoende te beschermen.
De airbags werken alleen als het
contact aan is. Het activeren van (een van) de airbags
gaat gepaard met wat rook en een
knal, als gevolg van de activering van
de pyrotechnische lading die in het
systeem is geïntegreerd.
De rook is niet schadelijk, maar kan
voor personen die hier gevoelig voor
zijn, irriterend zijn.
De knal die bij het afgaan wordt
geproduceerd, kan het gehoor
gedurende een korte periode enigszins
verminderen.
Registratiezones voor een
aanrijding
A. Impactzone vóór.
B. Imp
actzone opzij.
Frontairbags
Activering
De airbags worden opgeblazen, met
uitzondering van de airbag aan passagierszijde
als deze is uitgeschakeld, bij een ernstige
frontale aanrijding binnen (een gedeelte van)
de impactzone vóór (A) , in de lengterichting
van de auto en vanaf de voorzijde richting
de achterzijde van de auto, die zich op een
horizontale ondergrond moet bevinden.
De frontairbag wordt opgeblazen tussen de
bestuurder en het stuur of tussen de passagier
voorin en het dashboard om te verhinderen dat
deze naar voren wordt geslingerd. De frontairbags beschermen de bestuurder
en voorpassagier bij een ernstige frontale
aanrijding, om de kans op hoofd- en borstletsel
te verkleinen.
De bestuurdersairbag is geïntegreerd in
het stuur wiel en de passagiersairbag in het
dashboard boven het dashboardkastje.
De airbags werken slechts eenmaal.
Als er een tweede aanrijding plaatsvindt
(tijdens hetzelfde of een volgend
ongeval), worden de airbags niet meer
opgeblazen.
Veiligheid
Page 193 of 780

191
DS5_nl_Chap07_securite_ed02-2015
Zijairbags
Activering
De zijairbags worden aan de desbetreffende
zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij (B), loodrecht op de lengteas
van de auto en vanaf de buitenzijde richting de
binnenzijde van de auto.
De zijairbag wordt opgeblazen tussen de
inzittende voorin en het desbetreffende
portierpaneel. De zijairbags beschermen de bestuurder en
de voorpassagier bij een ernstige zijdelingse
aanrijding om de kans op letsel te verkleinen.
De zijairbags zijn aangebracht in het frame van
de rugleuning, aan de portierzijde.
Detectiezones voor een
aanrijding
A. Impactzone vóór.
B. Imp actzone opzij.
Windowairbags
De windowairbags beschermen de bestuurder
en passagiers (uitgezonderd de middelste
passagier achter) bij een ernstige zijdelingse
aanrijding, om de kans op letsel aan de zijkant
van het hoofd te verkleinen.
De windowairbags zijn aangebracht in de stijlen
en in de hemelbekleding. Bij een lichte zijdelingse aanrijding of
bij over de kop slaan kan het zijn dat de
airbag niet wordt geactiveerd.
Bij een aanrijding van achteren of
een frontale aanrijding worden de
zij-airbags en windowairbags niet
geactiveerd.
Activering
De windowairbag wordt gelijktijdig met
de zijairbag aan de desbetreffende zijde
opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij (
B), waarbij de krachten
loodrecht op de lengterichting van de auto en
vanaf de buitenzijde richting de binnenzijde van
de auto worden uitgeoefend.
De windowairbag wordt opgeblazen tussen de
inzittenden vóór en achter en de ruiten.
Als dit waarschuwingslampje gaat
branden in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op het
display van het instrumentenpaneel,
raadpleeg dan het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om het
systeem te laten controleren. De kans
bestaat dat de airbags bij een ernstige
aanrijding niet worden geactiveerd.
Storing
Veiligheid
Page 195 of 780
193
DS5_nl_Chap07_securite_ed02-2015
Veiligheid
Page 380 of 780
Basisfuncties
Als bij draaiende motor op de toets wordt gedrukt, wordt het geluid onderbroken. Als bij afgezet contact op de toets wordt gedrukt, wordt het systeem ingeschakeld.
Volumeregeling.
Gebruik de toetsen onder het touchscreen om de menu's te openen en druk vervolgens op de op het touchscreen weergegeven toetsen. Alle aanraakfuncties op het touchscreen zijn wit. Elk menu wordt op één pagina of op twee pagina's (hoofdpagina en secundaire pagina) weergegeven.
Secundaire pagina Hoofdpagina
Het touchscreen is van het "capacitieve" type. Voor het schoonmaken van het scherm is het raadzaam gebruik te maken van een niet schurende zachte doek (bijvoorbeeld een brillendoekje), zonder schoonmaakmiddel. Raak het scherm niet aan met scherpe voorwerpen. Raak het scherm niet aan met natte handen.
Page 399 of 780
1
1
1
1
17
18
8
11
9
12
10
13
16
14
15
21 Audio en telematica
Niveau 1Niveau 2Niveau 3Aanwijzingen
Navigatie
Secundaire pagina
Adres invoeren
Het land selecteren.
Het actieve adres opslaan.
Bevestigen Het actieve adres bevestigen.
Navigatie
Secundaire pagina
Mijn bestemmingen
Recent
De lijsten met bestemingen weergeven en de navigatie starten. Favorieten Thuis
Werk
Contact
Eén of meer bestemmingen verwijderen.
Navigatie
Secundaire pagina
Points of interest
Reizen
Lijst van de beschikbare categorieën. Selecteer eerst de categorie en vervolgens het POI.
Activiteiten
Winkelcentrum
Openbaar
Geografisch
Zoeken Een POI zoeken.
Navigatie
Secundaire pagina
Zoeken
Point of Interest Een POI invoeren.
Adres Het adres van een POI invoeren.
Lokaal / Verbonden Instellen van de wijze van zoeken naar POI's in een lokale of online database, afhankelijk van de voor u beschikbare diensten.
Bevestigen De ingevoerde gegevens bevestigen.
Page 401 of 780

1
1
1
19
21
20
23
22
24
25
23 Audio en telematica
Niveau 1Niveau 2Niveau 3Aanwijzingen
Navigatie
Secundaire pagina
Navigatiecriteria
Snelste
De navigatiecriteria selecteren (snelwegen en/of tolwegen vermijden en rekening houden met de verkeersdrukte).
Kor tste
Compromis
Ecologisch
Op kaar t tonen De route weergeven op basis van de geselecteerde criteria.
Bevestigen Uw selecties opslaan.
Navigatie
Secundaire pagina
Routes / stopplaatsen
Etappes De opgeslagen stopplaatsen weergeven.
Route De details van de route weergeven.
Stop inlassen Een stopplaats toevoegen Een uit een lijst geselecteerde stopplaats toevoegen.
Weergeven De kaart weergeven.
Afsluiten Op de toets drukken om de route te berekenen.
Eén of meer stopplaatsen verwijderen.
Een stopplaats verplaatsen in de lijst.
Navigatie
Secundaire pagina
Instellingen
Weergave
De geselecteerde functie instellen, het stemvolume instellen en het uitspreken van straatnamen in- of uitschakelen.
Opties
Config. waarsch.
Vocaal
Kaartgegevens
Bevestigen Uw selecties opslaan.
Page 402 of 780

1
1
8
Een bestemming kiezen
Selecteer " Adres invoeren ".
Selecteer " Op kaar t tonen " om de " Navigatiecriteria " te selecteren.
Selecteer het " Land ".
Druk op " Bevestigen " om de " Navigatiecriteria " te selecteren.
Druk op " Bevestigen " om de navigatie te starten.
Druk op " Bevestigen " om de navigatie te starten.
en/of
Druk op Navigatie om de hoofdpagina weer te geven.
Druk op de toets " MENU " om de
secundaire pagina weer te geven.
Naar een nieuwe bestemming Naar een van de meest recente bestemmingen
Selecteer " Mijn bestemmingen ".
Druk op Navigatie om de hoofdpagina weer te geven.
Druk op de toets " MENU " om de secundaire pagina weer te geven.
Voer de eerste letters van de " Plaats " en de " Straat " in en bevestig deze zodra de juiste naam wordt weergegeven en voer vervolgens het " Nummer " in en bevestig dit. Nummer " in en bevestig dit. Nummer
Selecteer het tabblad " Recent ".
Selecteer het adres in de lijst om de " Navigatiecriteria " weer te geven.
Om de navigatie te kunnen gebruiken moet een " Plaats ", " Straat " en " Nummer " zijn ingevoerd met het virtuele toetsenbord of moet een adres zijn geselecteerd in de " Contacten " of in de " Geschiedenis ".
Wanneer u geen nummer bevestigt, leidt de navigatie u naar een van de uiteinden van de straat.
Selecteer " Positie " om de bestemming op de kaart weer te geven.
Page 403 of 780

1
10
1
1
9
25 Audio en telematica
Of
Naar een contact uit het telefoonboek
Selecteer " Mijn bestemmingen ".
Selecteer het tabblad " Contact ".
Druk op Navigatie om de hoofdpagina weer te geven.
Druk op de toets " MENU " om de secundaire pagina weer te geven.
Selecteer een contact in de lijst om de navigatie te starten.
Druk op " Bevestigen " om de routeberekening te starten.
Naar Points of Interest (POI)
De Points of Interest (POI) zijn onderverdeeld in verschillende categorieën.
Druk op Navigatie om de hoofdpagina weer te geven.
Druk op de toets " MENU " om de secundaire pagina weer te geven.
Selecteer " Points of interest ".
Selecteer " Zoeken " om de naam en het adres van een "POI" in te voeren,
Selecteer het tabblad " Reizen ", " Activiteiten ", " Winkelcentrum ",
" Openbaar " of " Geografisch . Of
Of
Naar "Thuis" of "Werk"
Selecteer " Mijn bestemmingen ".
Druk op Navigatie om de hoofdpagina weer te geven.
Druk op de toets " MENU " om de secundaire pagina weer te geven.
Selecteer het tabblad " Favorieten ".
Selecteer " Thuis ".
Selecteer " Werk ".
Selecteer een van tevoren opgeslagen favoriete bestemming.