16Stuurwiel verstellen 6217Motorkap ontgrendelen 250
Rondom de middenconsole
1Control Display 162Dashboardkastje 2053Ventilatie 1884Waarschuwingsknipperlichtin‐
stallatie 269Intelligent Safety-toets 1235Automatische airconditioning 1826Radio/cd/multimedia, zie Handleiding over
Navigatie, Entertainment, Communicatie7Controller met toetsen 178Parkeerrem 739Automatic Hold 7410Dynamische stabiliteitscontrole
DSC 147Rijbelevingsschakelaar 151Park Distance Control PDC 167
Achteruitrijcamera 170
Top View 173
Parkeerassistent 177Side View 175Hill Descent Control HDC 149Seite 14OverzichtBedieningsorganen14
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Openen en sluitenUitrusting van de auto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, lands‐
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er
worden daarom ook uitrustingen beschreven
die in een auto, bijv. vanwege de landspeci‐
fieke of gekozen speciale uitrusting niet be‐
schikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsre‐
levante functies en systemen. Bij gebruik van
deze functies en systemen moeten de in het
land geldende voorschriften worden nage‐
leefd.
Afstandsbediening/sleutel Algemeen
In de leveringsomvang zijn twee afstandsbe‐
dieningen met geïntegreerde sleutel inbegre‐
pen.
Elke afstandsbediening heeft een vervangbare
batterij.
Afhankelijk van de landspecifieke of gekozen
speciale uitrusting kunnen de functies van de
toetsen worden ingesteld. Instellingen, zie pa‐
gina 44.
Voor elke afstandsbediening zijn persoonlijke
instellingen in de auto opgeslagen. Personal
Profile, zie pagina 33.
In de afstandsbedieningen wordt informatie
opgeslagen over de onderhoudsbehoefte. Ser‐
vicegegevens in de afstandsbediening, zie pa‐
gina 258.Overzicht1Ontgrendelen2Vergrendelen3Achterklep openen/sluiten
Geïntegreerde sleutel
Toets indrukken, pijl 1, en sleutel eruit trekken,
pijl 2.
Geïntegreerde sleutel past bij de volgende slo‐
ten:
▷Bestuurdersportier.▷Dashboardkastje aan passagierszijde.Seite 32BedieningOpenen en sluiten32
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Beschermende werkingDe airbags worden niet bij elke botsing inge‐
schakeld, bijv. niet bij minder ernstige aanrij‐
dingen of aanrijdingen van achteren.
Aanwijzingen voor een optimale
beschermende werking van de airbags
WAARSCHUWING
Bij een verkeerde zitpositie of als het ac‐
tiveringsgebied van de airbag wordt belem‐
merd, kan het airbagsysteem niet zoals be‐
doeld beschermen of kan het activeren extra
letsel veroorzaken. Er bestaat kans op letsel of
levensgevaar. De aanwijzingen voor een opti‐
male beschermende werking van het airbag‐
systeem in acht nemen.◀▷Afstand tot de airbags houden.▷Erop letten dat inzittenden het hoofd van
de zij-airbag verwijderd houden.▷Stuurwiel altijd aan de stuurwielrand vast‐
houden. Handen in de 3-uur- en 9-uur-
stand, om het risico van verwonding van
handen of armen bij het activeren van de
airbag zo klein mogelijk te houden.▷Erop letten dat de voorpassagier correct
zit, d.w.z. de voeten of benen in de been‐
ruimte en niet tegen het dashboard.▷Tussen airbags en personen mogen zich
geen andere personen, dieren of voorwer‐
pen bevinden.▷De afdekkingen van de airbags niet beplak‐
ken, bekleden of op een andere manier wij‐
zigen.▷Dashboard en voorruit aan passagierszijde
vrijhouden, d.w.z. niet met folie of bekle‐
dingen afdekken en geen houders voor
bijv. navigatiesysteem of mobiele telefoon
aanbrengen.▷Afdekking van de frontairbag aan passa‐
gierszijde niet als opbergvak gebruiken.▷Geen hoezen, kussens of andere voorwer‐
pen op de voorstoelen aanbrengen die nietspeciaal voor stoelen met geïntegreerde
zij-airbags zijn gemaakt.▷Geen kledingstukken, zoals vesten, over de
rugleuningen hangen.▷Aan de afzonderlijke componenten en de
bedrading geen enkele wijziging uitvoeren.
Dit geldt tevens voor afdekkingen van het
stuurwiel, het instrumentenpaneel en de
stoelen.▷Airbagsysteem niet demonteren.
Ook als alle aanwijzingen in acht worden geno‐
men, kan afhankelijk van de omstandigheden
letsel ten gevolge van een contact met de air‐
bags niet volledig worden uitgesloten.
Ontstekings- en opblaasgeluiden kunnen bij
personen die daar gevoelig voor zijn voor korte
duur belemmeringen van het gehoor veroorza‐
ken, die over het algemeen van voorbijgaande
aard zijn.
Bedrijfsklare toestand van het
airbagsysteem
Aanwijzingen WAARSCHUWING
Na het activeren van het airbagsysteem
kunnen de afzonderlijke componenten zeer
warm zijn. Er bestaat kans op letsel. De afzon‐
derlijke componenten niet vastpakken.◀
WAARSCHUWING
Ondeskundig uitgevoerde werkzaamhe‐
den kunnen het uitvallen, een storing of het
ongewenst in werking treden van het airbag‐
systeem tot gevolg hebben. Bij een storing zou
het airbagsysteem bij een ongeval, ondanks
een overeenkomstige botsingskracht, niet
zoals bedoeld geactiveerd kunnen worden. Er
bestaat kans op letsel of levensgevaar. Con‐
trole, reparatie of demontage en vernietiging
van het airbagsysteem door een Service Part‐
ner van de fabrikant of een andere gekwalifi‐
ceerde Service Partner of specialist laten uit‐
voeren.◀
Seite 114BedieningVeiligheid114
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
OpbergvakkenUitrusting van de autoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, lands‐
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er
worden daarom ook uitrustingen beschreven
die in een auto, bijv. vanwege de landspeci‐
fieke of gekozen speciale uitrusting niet be‐
schikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsre‐
levante functies en systemen. Bij gebruik van
deze functies en systemen moeten de in het
land geldende voorschriften worden nage‐
leefd.
Aanwijzingen WAARSCHUWING
Losse voorwerpen of apparaten met een
stekkerverbinding naar de auto, bijv. mobiele
telefoons, kunnen tijdens het rijden door het
interieur worden geslingerd bij bijv. een onge‐
val of bij rem- en uitwijkmanoeuvres. Er be‐
staat kans op letsel. Losse voorwerpen of ap‐
paraten met een stekkerverbinding naar de
auto in het interieur vastzetten.◀
ATTENTIE
Antisliponderleggers, bijv. antislipmatten,
kunnen het dashboard beschadigen. Er be‐
staat gevaar voor schade. Geen antisliponder‐
leggers gebruiken.◀
Opbergmogelijkheden
De volgende opbergmogelijkheden zijn in het
interieur te vinden:▷Dashboardkastje aan passagierszijde, zie
pagina 205.▷Dashboardkastje aan de bestuurderszijde,
zie pagina 206.▷Opbergvakken in de portieren, zie pa‐
gina 206.▷Opbergvak op de middenconsole, zie pa‐
gina 206.▷Middenarmsteun, zie pagina 207.▷Brillenvak, zie pagina 207.
Dashboardkastje
Passagierszijde
Opmerking WAARSCHUWING
Het dashboardkastje steekt opengeklapt
in het interieur uit. Losse voorwerpen in het
dashboardkastje kunnen tijdens het rijden door
het interieur worden geslingerd, bijv. bij een
ongeval of bij rem- en uitwijkmanoeuvres. Er
bestaat kans op letsel. Het dashboardkastje na
het gebruiken direct sluiten.◀
Openen
Aan het handvat trekken.
Verlichting in het dashboardkastje gaat aan.
De spanband in het dashboardkastje dient
voor het opbergen van kleinere voorwerpen.
Sluiten
Deksel dichtklappen.
Seite 205OpbergvakkenBediening205
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
AfsluitenHet dashboardkastje kan met een geïnte‐
greerde sleutel vergrendeld worden. Daardoor
is geen toegang tot het dashboardkastje mo‐
gelijk.
Na het vergrendelen van het dashboardkastje
kan de afstandsbediening zonder de geïnte‐
greerde sleutel worden afgegeven, bijv. in het
hotel.
Bestuurderszijde
Opmerking WAARSCHUWING
Het dashboardkastje steekt opengeklapt
in het interieur uit. Losse voorwerpen in het
dashboardkastje kunnen tijdens het rijden door
het interieur worden geslingerd, bijv. bij een
ongeval of bij rem- en uitwijkmanoeuvres. Er
bestaat kans op letsel. Het dashboardkastje na
het gebruiken direct sluiten.◀
Openen
Aan het handvat trekken.
Sluiten
Deksel dichtklappen.
Opbergvakken in de
portieren
WAARSCHUWING
Breekbare voorwerpen, bijv. glazen fles‐
sen, kunnen bij een ongeval breken. Er kunnen
splinters in het interieur komen. Er bestaat
kans op letsel. Geen breekbare voorwerpen in
het interieur opbergen.◀
Opbergvak op de
middenconsole
Openen
De afdekking naar voren schuiven.
Sluiten
De afdekking naar achteren schuiven.
Klein opbergvak
Mogelijkheid om kleine voorwerpen op te ber‐
gen, bijv. muntstukken.
Seite 206BedieningOpbergvakken206
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Brillenvak 207
Buiten bedrijf stellen, auto 278
Buitenlucht, zie AUC 187
Buitenspiegel assagierszijde omlaag kantelen 60
Buitenspiegel, automatisch dimmend 61
Buitenspiegels 60
Buitentemperatuurindica‐ tie 95
Buitentemperatuurwaarschu‐ wing 95
C
Camera, achteruitrijca‐ mera 171
Cameralenzen, verzor‐ ging 278
Camera, Side View 176
Camera, Top View 174
CBS Condition Based Ser‐ vice 258
CD/multimedia, zie Handlei‐ ding over navigatie-, enter‐
tainment- en communicatie‐
systeem
Centraal scherm, zie Control Display 16
Centrale sleutel, zie Afstands‐ bediening 32
Centrale vergrendeling 38
Chassisinstellingen 151
Chassisnummer, zie Voer‐ tuigidentificatienummer 9
Check-Control 90
Chroomachtige delen, onder‐ houd 277
Claxon 12
Colonne-assistent, zie File- assistent 161
Combinatieschakelaar, zie Knipperlicht 77
Combinatieschakelaar, zie Ruitenwisserinstallatie 77 Comfort Access, zie Comfort‐
toegang 41
Comfortopenen met de af‐ standsbediening 36
COMFORT-programma, rij‐ belevingsschakelaar 153
Comfortsluiten met de af‐ standsbediening 36
Comforttoegang 41
Compressor 245
Computer, zie Boordcompu‐ ter 100
Condenswater onder de auto 217
Condition Based Service CBS 258
ConnectedDrive, zie Handlei‐ ding over navigatie-, enter‐
tainment- en communicatie‐
systeem
Contact aan 69
Contactdoos, On-Board Dia‐ gnose OBD 259
Contactdozen, zie Aansluiting elektrische apparaten 199
Contactsleutel, zie Afstands‐ bediening 32
Contact uit 69
Control Display 16
Control Display, instellin‐ gen 103
Controle- en waarschuwings‐ lampjes, zie "Check-Con‐
trol" 90
Controlelampjes, zie "Check- Control" 90
Controller 17
Corrosie van de remschij‐ ven 217
Cosmeticaspiegel 197
Coverbanden 243
Cruise-control, zie Actieve gewenste rijsnelheid 154
Cruise-control, zie Snelheids‐ regeling 165
Cupholder, bekerhouder 208 D
Dagrijlicht 109
Dagteller 95
Dakbelasting 283
Dakdrager 219
Dakdrager, zie Dakdra‐ ger 219
Dakhemel 15
Dashboardkastje 205
Datum 95
Deactiveren, airbags 115
Defrost, zie Ruiten ont‐ dooien 184, 188
Diefstalbeveiliging, auto 36
Diefstalbeveiliging, wielbou‐ ten 266
Diefstalbeveiliging, zie Alarm‐ installatie 45
Dierherkenning, zie Night Vi‐ sion 133
Diesel 237
Dieselroetfilter 215
Digitale klok 95
Dimlicht 107
Dimmende binnenspiegel 61
Dimmende buitenspiegel 61
Displays reinigen 278
Displayverlichting, zie Instru‐ mentenverlichting 112
Door water rijden 216
DPC, zie Dynamic Perfor‐ mance Control 147
Draai-drukregelaar, zie Con‐ troller 17
DSC dynamische stabiliteits‐ controle 147
DTC dynamische tractiecon‐ trole 148
Dynamic Light Spot, vervan‐ gen van lampen 264
Dynamic Light Spot, zie Night Vision 133
Dynamic Performance Con‐ trol DPC 147
Dynamische remlichten 143 Seite 292OpzoekenAlles van A tot Z292
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15