Hoge motortoerentallen
vermijden
In principe geldt het volgende: bij rijden met
een lager motortoerental nemen het brand‐
stofverbruik en de slijtage af.
De 1e versnelling alleen gebruiken bij het weg‐
rijden. Vanaf de 2e versnelling vlot accelereren.
Daarbij hoge motortoerentallen en te vroeg op‐
schakelen vermijden.
Bij het bereiken van de gewenste snelheid naar
de hoogst mogelijke versnelling schakelen en
zo mogelijk met een lager motortoerental en
constante snelheid rijden.
Evt. de schakelpuntindicator van de wagen in
acht nemen, zie pagina 92.
Afremmen op de motor
Ga bij het naderen van een rood verkeerslicht
van het gaspedaal en laat de auto uitrollen.
Bij hellingafwaarts rijden het gaspedaal losla‐
ten en de auto laten uitrollen.
De brandstoftoevoer wordt bij vaart minderen
onderbroken.
Motor bij langer stoppen
afzetten
Motor bij langere stops, bijv. bij verkeerslich‐
ten, overwegen of in de file, afzetten.
Automatische start-stop-functie
De automatische start-stop-functie van uw
auto zet de motor tijdens een stop automa‐
tisch af.
Indien de motor uitgezet en aansluitend op‐
nieuw gestart wordt, dalen het brandstofver‐
bruik en de uitstoot in vergelijking met een
continu draaiende motor. Al bij een motorstop
van enkele seconden zijn besparingen moge‐
lijk.Het brandstofverbruik hangt bovendien af van
andere factoren zoals bijv. rijstijl, toestand van
de weg, onderhoud en omgevingsomstandig‐
heden.
Schakel niet-gebruikte
functies uit
Functies als bijv. stoel- of achterruitverwar‐
ming vragen veel energie en verkleinen de ac‐
tieradius, met name in het stadsverkeer en bij
stilstaand en langzaamrijdend verkeer.
Deze functies uitschakelen wanneer zij niet
worden gebruikt.
Het rijprogramma ECO PRO ondersteunt het
energiezuinige gebruik van comfortfuncties.
Deze functies worden automatisch gedeeltelijk
of volledig gedeactiveerd.
Onderhoud laten uitvoeren
Auto regelmatig laten onderhouden om een
optimaal rendement en een lange levensduur
te bereiken. BMW adviseert onderhoudswerk‐
zaamheden door een BMW Service Partner te
laten uitvoeren.
Hiervoor ook het BMW onderhoudssysteem,
zie pagina 225, in acht nemen.
ECO PRO
Principe ECO PRO ondersteunt een rijstijl die het ver‐
bruik verbetert. Hiervoor worden de motorre‐
geling en comfortfuncties, zoals het vermogen
van de airconditioning, aangepast.
Onder bepaalde omstandigheden wordt in
keuzehendelstand D de motor van de trans‐
missie ontkoppeld. De auto rolt in dat geval
met stationair lopende motor uit om het ver‐
bruik te optimaliseren. De keuzehendelstand D blijft daarbij ingeschakeld.Seite 195Brandstof besparenRijtips195
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 245 - X/15
SymboolMaatregelVoor het efficiënt rijden minder gas
geven of anticiperend vertragen.Snelheid tot geselecteerde ECO
PRO-snelheid reduceren.Steptronic versnellingsbak: van
M/S naar D schakelen.Steptronic versnellingsbak / Hand‐
geschakelde versnellingsbak:
schakelaanwijzingen opvolgen.Handgeschakelde versnellingsbak:
stationair inschakelen voor motor‐
stop.
Weergaven op het Control Display
EfficientDynamics-info weergeven Tijdens de rit kan informatie over verbruik en
techniek worden weergegeven.
1."Auto-info"2."EfficientDynamics"
Verbruiksgeschiedenis weergeven
Het gemiddelde verbruik kan binnen een in‐
stelbare periode worden weergegeven.
Verticale balken tonen het verbruik tijdens de
gekozen periode.
Ritonderbrekingen worden onder de balken
weergegeven op de tijdsas.
"Verbruiksgeschiedenis"
Periode verbruiksgeschiedenis
instellen
Symbool selecteren.
Verbruiksgeschiedenis resetten
1."Opties" oproepen.2."Verbruiksgesch. terugz."EfficientDynamics-info weergeven De momentele werking kan worden weergege‐
ven.
"EfficientDynamics Info"
De volgende systemen worden weergegeven:
▷Automatische start-stop-functie.▷Energieterugwinning.▷Vermogen van de airconditioning.▷Uitrollen.
ECO PRO-tips weergeven
"ECO PRO tips"
De instelling wordt voor het momenteel ge‐
bruikte profiel opgeslagen.
Anticipeerhulp
Principe
Het systeem helpt om brandstof te besparen
en bevordert een anticiperende rijstijl. Aan de
hand van de gegevens van het navigatiesys‐
teem kan het bepaalde naderende routege‐
deeltes vroegtijdig signaleren en de bestuur‐ der opmerkzaam op maken.
De gesignaleerde routegedeeltes zoals een
naderende bebouwde kom of afslag vereisen
snelheidsvermindering.
De aanwijzing wordt gegeven zelfs als het na‐
derende routegedeelte bij het rijden nog niet
kan worden waargenomen.
De aanwijzing wordt weergegeven totdat het
routegedeelte is bereikt.
Bij een aanwijzing kan de snelheid verbruiks‐
vriendelijk worden verminderd door het gas te‐
rug te nemen en de auto te laten uitrollen tot
het bereiken van het traject.
Voorwaarden voor een correcte
werking
Het systeem is afhankelijk van de actualiteit en
kwaliteit van de navigatiegegevens.
Seite 198RijtipsBrandstof besparen198
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 245 - X/15
BrandstofUitrusting van de autoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, lands‐
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er
worden daarom ook uitrustingen beschreven
die in een auto, bijv. vanwege de landspeci‐
fieke of gekozen speciale uitrusting niet be‐
schikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsre‐
levante functies en systemen. Bij gebruik van
deze functies en systemen moeten de in het
land geldende voorschriften worden nage‐
leefd.
Brandstofkwaliteit Algemeen
Afhankelijk van de regio wordt bij diverse tank‐
stations brandstof verkocht die is aangepast
aan het winter- of zomerseizoen. Brandstof die
in de winter wordt aangeboden vereenvoudigt
bijv. de koude start.
Opmerking ATTENTIE
Ook brandstoffen die voldoen aan de
specificaties kunnen een lagere kwaliteit heb‐
ben. Dit kan motorproblemen tot gevolg heb‐
ben, zoals slecht starten, verslechterde rij-ei‐
genschappen of verminderde rijprestaties. Er
bestaat gevaar voor schade. Bij motorproble‐
men een ander tankstation kiezen of merk‐
brandstof met een hoger octaangetal tanken.◀
BenzineDe benzine moet voor een optimaal brandstof‐
verbruik zwavelvrij of in ieder geval zwavelarm
zijn.Brandstoffen die bij de brandstofpomp als me‐
taalhoudend zijn aangegeven, mogen niet wor‐
den gebruikt.
ATTENTIE
Al kleine hoeveelheden van de verkeerde
brandstof of verkeerde brandstofadditieven
kunnen het brandstofsysteem en de motor be‐
schadigen. Bovendien wordt de katalysator
blijvend beschadigd. Er bestaat gevaar voor
schade. Bij benzinemotoren het volgende niet
tanken of aan de brandstof toevoegen:▷Loodhoudende benzine.▷Metaalachtige toevoegingen, bijv. man‐
gaan of ijzer.
Na het tanken van de verkeerde brandstof niet
de start-stop-toets indrukken. Contact opne‐
men met een Service Partner van de fabrikant
of een andere gekwalificeerde Service Partner
of specialist.◀
Er kunnen brandstoffen met een maximaal
ethanolgehalte van 10 %, dus E10, worden ge‐
tankt.
ATTENTIE
Verkeerde brandstoffen kunnen het
brandstofsysteem en de motor beschadigen.
Er bestaat gevaar voor schade. Geen brand‐
stoffen met een hoger dan aanbevolen etha‐
nolgehalte tanken en geen methanolhoudende
brandstoffen tanken, bijv. M5 tot M100.◀
De motor heeft een pingelregeling. Vandaar
dat verschillende benzinekwaliteiten kunnen
worden getankt.
Benzinekwaliteit
Superbenzine met RON 95.
Minimumkwaliteit
Loodvrije benzine met RON 91.
Seite 206MobiliteitBrandstof206
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 245 - X/15
ATTENTIE
Brandstof onder de aangegeven mini‐
mumkwaliteit kan de werking van de motor na‐
delig beïnvloeden of tot motorschade leiden.
Er bestaat gevaar voor schade. Geen benzine
tanken die niet aan de minimumkwaliteitsver‐
eisten voldoet.◀
Diesel ATTENTIE
Al kleine hoeveelheden van de verkeerde
brandstof of verkeerde brandstofadditieven
kunnen het brandstofsysteem en de motor be‐
schadigen. Er bestaat gevaar voor schade.
Bij dieselmotoren het volgende in acht nemen:▷Geen raapoliemethylester RME tanken.▷Geen biodiesel tanken.▷Geen benzine tanken.▷Geen dieseltoevoegingen.
Na het tanken van de verkeerde brandstof niet
de start-stop-toets indrukken. Contact opne‐
men met een Service Partner van de fabrikant
of een andere gekwalificeerde Service Partner
of specialist.◀
Kwaliteit van de dieselbrandstof De motor is geschikt voor dieselbrandstof DIN
EN 590.
Seite 207BrandstofMobiliteit207
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 245 - X/15
herkende obstakels eventueel uitschakelen,
bijv. in de wasstraat, zie pagina 149.
Een wasstraat binnenrijden
De volgende stappen aanhouden, zodat de auto in een wasstraat kan rollen:
Handversnelling1.De wasstraat binnenrijden.2.Vrijstand inschakelen.3.Motor afzetten.4.Contact inschakelen.
Steptronic versnelling:
1.De wasstraat binnenrijden.2.Keuzehendelstand N inschakelen.3.Motor afzetten.
Het contact blijft op deze manier ingescha‐
keld en een Check-Control-melding wordt
weergegeven.
ATTENTIE
Keuzehendelstand P wordt automa‐
tisch ingeschakeld bij het uitschakelen van
het contact. Er bestaat gevaar voor schade.
Contact in wasstraten niet uitschakelen.◀
Vergrendeling van de auto van buitenaf in keu‐
zehendelstand N is niet mogelijk. Bij de poging
om de auto te vergrendelen klinkt een signaal.
Voor het starten van de motor bij handgescha‐
kelde versnellingsbak:
1.Koppelingspedaal indrukken.2.Start/stop-knop indrukken.
Voor het starten van de motor bij Steptronic
versnellingsbak:
1.Rempedaal intrappen.2.Start/stop-knop indrukken.
Door te drukken op de start/stop-knop zonder
gelijktijdig intrappen van het rempedaal wordt
het contact uitgeschakeld.
Keuzehendelstand
Keuzehendelstend P wordt automatisch inge‐
schakeld:▷Bij uitgeschakeld contact.▷Na ca. 15 minuten.
Koplampen
▷Niet droog wrijven en geen schurende of
bijtende reinigingsmiddelen gebruiken.▷Verontreinigingen, bijv. insecten, met
shampoo inweken en met water afspoelen.▷IJs met ontdooiingsspray ontdooien, geen
ijskrabber gebruiken.
Na het wassen van de auto
Na het wassen van de auto de remschijven kort
droogremmen, anders kan de remwerking
kortstondig minder zijn en kunnen de remschij‐
ven corroderen.
Resten op de ruiten helemaal verwijderen, om
vermindering van het zicht door streepvorming
te voorkomen en wissergeluiden alsmede wis‐
serbladslijtage te verminderen.
Auto-onderhoud
Onderhoudsmiddelen BMW raadt u aan onderhouds- en reinigings‐
middelen van BMW te gebruiken.
WAARSCHUWING
Reinigingsmiddelen kunnen stoffen be‐
vatten die gevaarlijk of schadelijk voor de ge‐
zondheid zijn. Er bestaat kans op letsel. Bij rei‐
nigen van het interieur de portieren of ruiten
openen. Alleen middelen gebruiken die voor
het reinigen van auto's zijn bedoeld. Aanwijzin‐
gen op de verpakking in acht nemen.◀
Autolak Regelmatig onderhoud draagt bij tot rijveilig‐
heid en waardebehoud. Milieu-invloeden in
omgevingen met hogere luchtvervuiling of na‐
Seite 245VerzorgingMobiliteit245
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 245 - X/15
Alles van A tot Z
TrefwoordenregisterA
Aanbevolen bandenmer‐ ken 210
Aanbevolen brandstof 206
Aandrijfslipregeling, zie DSC 134
Aanhangergewicht 259
Aanhangerstabilisatierege‐ ling 191
Aanklempunt, starthulp 239
Aankomsttijd 96
Aanslaan van de motor 71
Aanslepen 240
Aansluiting van elektrische apparaten 172
Aansteker 171
Aanvullende tekstmelding 88
Aanvullingen en wijzigingen na redactiesluiting 7
Aanwijzing brandstofme‐ ter 89
ABS, anti-blokkeersys‐ teem 134
ACC, actieve gewenste rij‐ snelheid met Stop & Go 140
Acceleratie-assistent, zie Launch Control 83
Accessoires en onderdelen 8
Accu, auto 233
Accu, vervangen 234
Achterklep, automatisch 39
Achterklep, noodontgrende‐ ling 41
Achterklep via afstandsbedie‐ ning 37
Achterklep zonder aanraking openen/sluiten 42
Achterklep zonder aanraking sluiten 42
Achterlichten 230 Achterlichtlampen 233
Achterruitverwar‐ ming 166, 169
Achteruitkijkspiegel 59
Achteruitrijcamera 152
Actief-koolstoffilter 169
Actieradius 90
Actieve gewenste rijsnelheid met Stop & Go, ACC 140
Active Protection 131
Activeren, airbags 110
Actualiteit van de handlei‐ ding 7
Adaptief remlicht, zie Dynami‐ sche remlichten 131
Adaptieve bochtverlich‐ ting 104
Afdalingen 186
Afdichtmiddel 212
Afmetingen 252
Afstandsbediening/sleutel 32
Afstandsbediening, sto‐ ring 37
Afstandswaarschuwing, zie PDC 149
Afstand tot bestemming 96
Afvalverwerking, koelvloei‐ stof 224
Afzetten van de motor 72
Airbags 108
Airbagschakelaar, zie Sleutel‐ schakelaar voor passagiers‐
airbags 110
Airbags, controle-/waarschu‐ wingslampjes 109
Airconditioning, automa‐ tisch 164
Alarminstallatie 45
Alarm, ongewild 46
Alternatieve oliesoorten 222 Anti-blokkeersysteem,
ABS 134
Anticipeerhulp 198
Antivries, sproeiervloei‐ stof 78
App, BMW Driver’s Guide 6
Aquaplaning 185
Asbak 171
Asbelastingen, gewich‐ ten 253
AUC automatische luchtrecir‐ culatiefunctie 168
Autoaccu 233
Auto buiten bedrijf stel‐ len 248
Auto, inrijden 184
AUTO-intensiteit 168
Autokrik 233
Autolak 245
Automatisch dimmen, zie Grootlichtassistent 105
Automatische achterklep 39
Automatische gewenste rij‐ snelheid met Stop & Go 140
Automatische luchtrecircula‐ tiefunctie AUC 168
Automatische start-stop- functie 72
Automatische verlichtingsre‐ geling 103
Automatische versnellings‐ bak, zie Steptronic versnel‐
lingsbak 79
Automatisch vergrende‐ len 45
Auto-onderhoud 245
AUTO-programma, aircondi‐ tioning 165, 167
AUTO-programma, intensi‐ teit 168 Seite 266OpzoekenAlles van A tot Z266
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 245 - X/15
Interieurverlichting bij ont‐grendelen 36
Interieurverlichting bij ver‐ grendelde auto 37
Internetpagina 6
Intervalmelding, servicebe‐ hoefte 91
Intervalmodus 77
ISOFIX kinderzitjesbevesti‐ ging 66
J Joystick, Steptronic versnel‐ lingsbak 80
Juiste plaats voor kinde‐ ren 63
K
Katalysator, zie Heet uitlaat‐ systeem 185
Kenmerken van aanbevolen banden 210
Keuzehendel, Steptronic ver‐ snellingsbak 80
Keuzelijst op instrumenten‐ paneel 94
Keyless-Go, zie Comforttoe‐ gang 41
Key Memory, zie Personal Profile 34
Kick-down, Steptronic ver‐ snellingsbak 80
Kilometerteller 89
Kinderbeveiliging 69
Kinderen veilig vervoeren 63
Kinderzitje 63
Kinderzitjes, montage 65
Klank 6
Klassen van kinderzitjes, ISO‐ FIX 66
Kleerhaken 179
Kleinste draaicirkel 252
Klimaatregeling 164, 166
Klok 90 Knipperlicht, bediening 75
Knop, start-/stop 70
Koelen, maximaal 167
Koelfunctie 165, 167
Koelmiddel 223
Koelsysteem 223
Koelvloeistof 223
Koelvloeistofpeil 223
Koelvloeistoftemperatuur 89
Kogeldruk 259
Koplampen 228
Koplampen instellen 106
Koplampen, onderhoud 245
Koplampreinigingsinstallatie, zie Ruitenwisserinstalla‐
tie 76
Kort knipperen 75
Koude start, zie Starten van de motor 71
Kriksteunpunten 233
Kunststof, onderhoud 247
L
Lading 188
Lak, auto 245
Lampen 227
Lampen vervangen, ach‐ ter 230
Lampglazen 228
Lampje in de buitenspiegel, zie Rijstrookwisselmel‐
ding 128
Lamp, passagiersairbags 110
Lamp vervangen 230
Lamp vervangen, LED-kop‐ lampen 229
Lamp vervangen, voor‐ zijde 228
Lamp vervangen, xenonkop‐ lamp 228
Launch Control 83
Leder, verzorging 246
LED-lampen 228
LED-licht, lampvervan‐ ging 229 Leeftijd van de banden 209
Leeggewicht 253
Lendewervelsteun 53
Lengte, auto 252
Letters en cijfers invoeren 23
Licht 102
Lichtdioden, LED-lam‐ pen 228
Lichten vervangen, ach‐ ter 230
Lichtmetalen velgen, verzor‐ ging 246
Lichtschakelaar 102
Lichtsignaal 76
LIM-toets, zie Handmatige snelheidsbegrenzer 129
Linksrijdend verkeer, instel‐ ling koplampen 106
Loos alarm, zie Ongewild alarm 46
Lordosesteun 53
Luchtcirculatie, zie Luchtre‐ circulatiefunctie 165, 168
Lucht drogen, zie Koelfunc‐ tie 165 , 167
Luchthoeveelheid, aircosys‐ teem 166
Luchthoeveelheid, automati‐ sche airconditioning 168
Luchtrecirculatiefunc‐ tie 165 , 168
Luchtuitstroomopening, zie Ventilatie 169
Luchtverdeling, handma‐ tig 166 , 168
Luchtverdeling, individu‐ eel 166 , 168
M Maateenheden 99
Make-upspiegel 171
Manoeuvreerlijnen, achteruit‐ rijcamera 154
Markering, banden met nood‐ loopeigenschappen 211 Seite 270OpzoekenAlles van A tot Z270
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 245 - X/15
Maten 252
Maximaal koelen 167
Maximumsnelheid, weer‐ gave 93
Maximumsnelheid, winter‐ banden 210
Meldingen, zie "Check-Con‐ trol" 85
Melding van banden‐ pech 112, 115
Memory, stoel, spiegels 58
Menu's bedienen, iDrive 16
Menu's, zie iDrive bedie‐ ningsprincipe 18
Menu EfficientDynamics 198
Menu op instrumentenpa‐ neel 94
Microfilter 166, 169
Middenarmsteun 177
Middenconsole 14
Minimumprofiel, banden 209
Mistachterlicht 106
Mistlamp 106
Mistlamp, halogeen, lampver‐ vanging 230
Mobiele communicatieappa‐ ratuur in de auto 185
Mobility System 212
Modus ECO PRO 195
Momenteel verbruik 90
Monitor, zie Control Dis‐ play 16
Montage van het veiligheids‐ systeem voor kinderen 65
Motor afzetten 72
Motor, automatisch uit 72
Motorkap 217
Motorkoelvloeistof 223
Motorolie 219
Motorolie bijvullen 220
Motoroliesoorten, alterna‐ tief 222
Motoroliesoorten, ge‐ schikt 221
Motorolietemperatuur 89
Motorolietoevoegingen 221 Motorolieverversing 222
Motorruimte 216
Motor, start- en stopauto‐ maat 72
Motorstart, starthulp 238
Motorstop 72
Multifunctioneel stuurwiel, toetsen 12
Multimedia 6
N
Na het wassen van de auto 245
Navigatie 6
Neerkantelen, buitenspiegel passagierszijde 60
Nekstukken, achterin, zie Hoofdsteunen 57
Nekstukken, voorin, zie Hoofdsteunen 56
Neutraal reinigingsmiddel, zie reinigingsmiddel voor vel‐
gen 246
Nieuwe wielen en ban‐ den 210
Noodherkenning, afstandsbe‐ diening 33
Noodloopeigenschappen, banden 211
Noodontgrendeling, achter‐ klep 41
Noodontgrendeling, parkeer‐ vergrendeling 82
Noodontgrendeling, tankdop‐ klep 205
Noodoproep 237
Noodstartfunctie, starten van de motor 33
Noodzakelijk onderhoud 225
No Passing Information 93
O
OBD, zie On-Board Diagnose OBD 226 Obstakelmarkering, achteruit‐
rijcamera 154
Octaangetal, zie Benzinekwa‐ liteit 206
Odometer, zie Kilometertel‐ ler 89
Office 6
Ogen voor het vastzetten van de bagage, bagage vastzet‐
ten 188
Olie 219
Olie bijvullen 220
Oliepeil elektronisch controle‐ ren, motorolie elektronisch
controleren, elektronische
oliepeilcontrole 219
Oliesoorten, alternatief 222
Oliesoorten, geschikt 221
Olietoevoegingen 221
Olieverversing 222
Olieverversingsinterval, servi‐ cebehoefte 91
Olievulpijp 220
Omgespen, zie Veiligheids‐ gordels 54
Omgevingsverlichting bij ont‐ grendelen 36
Omgevingsverlichting bij ver‐ grendelde auto 37
On-Board Diagnose OBD 226
Onderdelen en accessoires 8
Onderdelen vervangen 227
Onderhoud 225
Onderhoud, auto 245
Onderhoud, servicebe‐ hoefte 91
Onderhoudsmiddelen 245
Onderhoudssysteem BMW 225
Ongewild alarm 46
Ontdooien van de ruiten, wasem op ruiten 166
Ontdooien, zie Ontdooien van de ruiten 166 Seite 271Alles van A tot ZOpzoeken271
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 245 - X/15