Het systeem kan bij iedere buitentemperatuur
met twee voorgeselecteerde inschakeltijden of
direct worden in- en uitgeschakeld. Het blijft
30 minuten ingeschakeld.
Uitstroomopeningen van de ventilatie openen
zodat lucht kan uitstromen.
Direct in-/uitschakelen Op het Control Display:1."Instellingen"2."Klimaatbediening"3."Int.voorventilatie activeren"
Symbool op de airconditioning knippert bij
ingeschakeld systeem.
Inschakeltijd instellen Op het Control Display:
1."Instellingen"2."Klimaatbediening"3."Tijd 1:" of "Tijd 2:"4.Gewenste tijd instellen.
Inschakeltijd inschakelen
Op het Control Display:
1."Instellingen"2."Klimaatbediening"3."Timer 1 activeren" of "Timer 2 activeren"
Symbool op de airconditioning licht op bij
geactiveerde inschakeltijd.
Symbool van de airconditioning met elek‐
tronische temperatuurregeling knippert, als het
systeem ingeschakeld is.
Het systeem wordt alleen binnen de komende
24 uren ingeschakeld. Daarna moet het op‐
nieuw worden geactiveerd.
Seite 146BedieningKlimaatregeling146
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 857 - VI/15
Voorwerpen in het bewegingsbereik
van de pedalen en in de beenruimte
WAARSCHUWING
Voorwerpen in de beenruimte aan be‐
stuurderszijde kunnen de gaspedaalslag be‐
perken of een ingedrukt pedaal blokkeren. Er
bestaat gevaar voor ongevallen. Voorwerpen in
de auto zo opbergen dat deze beveiligd zijn en
niet in de beenruimte aan bestuurderszijde
kunnen komen. Vloermatten gebruiken die
voor de auto goedgekeurd zijn en adequaat
bevestigd kunnen worden. Geen losse vloer‐
matten gebruiken en niet meerdere vloermat‐
ten over elkaar leggen. Erop letten dat vol‐
doende ruimte voor de pedalen aanwezig is.
Erop letten dat de vloermatten weer veilig wor‐
den bevestigd nadat deze werden verwijderd,
bijv. voor reiniging.◀
Nat weer Bij nat weer, strooizout of sterke regen over
een afstand van enkele kilometers licht rem‐
men.
Andere verkeersdeelnemers daarbij niet hinde‐
ren.
Door de warmte die ontstaat drogen de rem‐
schijven en remvoeringen.
De remkracht staat indien nodig onmiddellijk
ter beschikking.
Afdalingen WAARSCHUWING
Lichte maar permanente druk op het
rempedaal kan hoge temperaturen, remblok‐
slijtage en mogelijk het uitvallen van het rem‐
systeem tot gevolg hebben. Er bestaat gevaar
voor ongevallen. Overmatige belasting van de
rem vermijden.◀
WAARSCHUWING
Bij stationair draaien bij afgezette motor
zijn veiligheidsrelevante functies beperkt of
niet meer beschikbaar, bijv. de remwerking van
de motor of de ondersteuning van remkrachten besturing. Er bestaat gevaar voor ongeval‐
len. Niet met stationair draaiende of afgezette
motor rijden.◀
Op lange of steile afdalingen in de versnelling
rijden waarin het minst moet worden geremd.
Anders kan het remsysteem oververhit gera‐
ken en wordt de remwerking gereduceerd.
De remwerking van de motor kan door hand‐
matig terugschakelen, eventueel tot in de eer‐
ste versnelling, verder worden versterkt.
Corrosie van de remschijven
Corrosie van de remschijven en verontreini‐
ging van de remvoeringen worden bevorderd
door de volgende omstandigheden:▷Weinig gebruik van de auto.▷Lange standtijden.▷Geringe belasting.
De vereiste minimumbelasting voor de zelfrei‐
nigende werking van de schijfremmen wordt
daardoor niet bereikt.
Gecorrodeerde remschijven krijgen bij het
remmen groeven die meestal niet meer kun‐
nen worden verwijderd.
Condenswater bij geparkeerde auto
In de airconditioning ontstaat condenswater,
dat onder de auto wegloopt.
Dergelijke watersporen op de grond zijn nor‐
maal.
Seite 160RijtipsBij het rijden in acht nemen160
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 857 - VI/15
Hoge motortoerentallen
vermijden
In principe geldt het volgende: bij rijden met
een lager motortoerental nemen het brand‐
stofverbruik en de slijtage af.
De 1e versnelling alleen gebruiken bij het weg‐
rijden. Vanaf de 2e versnelling vlot accelereren.
Daarbij hoge motortoerentallen en te vroeg op‐
schakelen vermijden.
Bij het bereiken van de gewenste snelheid naar
de hoogst mogelijke versnelling schakelen en
zo mogelijk met een lager motortoerental en
constante snelheid rijden.
Evt. de schakelpuntindicator van de wagen in
acht nemen, zie pagina 85.
Afremmen op de motor
Ga bij het naderen van een rood verkeerslicht
van het gaspedaal en laat de auto uitrollen.
Bij hellingafwaarts rijden het gaspedaal losla‐
ten en de auto laten uitrollen.
De brandstoftoevoer wordt bij vaart minderen
onderbroken.
Motor bij langer stoppen
afzetten
Motor bij langere stops, bijv. bij verkeerslich‐
ten, overwegen of in de file, afzetten.
Automatische start-stop-functie
De automatische start-stop-functie van uw
auto zet de motor tijdens een stop automa‐
tisch af.
Indien de motor uitgezet en aansluitend op‐
nieuw gestart wordt, dalen het brandstofver‐
bruik en de uitstoot in vergelijking met een
continu draaiende motor. Al bij een motorstop
van enkele seconden zijn besparingen moge‐
lijk.Het brandstofverbruik hangt bovendien af van
andere factoren zoals bijv. rijstijl, toestand van
de weg, onderhoud en omgevingsomstandig‐
heden.
Schakel niet-gebruikte
functies uit
Functies als bijv. stoel- of achterruitverwar‐
ming vragen veel energie en verkleinen de ac‐
tieradius, met name in het stadsverkeer en bij
stilstaand en langzaamrijdend verkeer.
Deze functies uitschakelen wanneer zij niet
worden gebruikt.
Het rijprogramma ECO PRO ondersteunt het
energiezuinige gebruik van comfortfuncties.
Deze functies worden automatisch gedeeltelijk
of volledig gedeactiveerd.
Onderhoud laten uitvoeren
Auto regelmatig laten onderhouden om een
optimaal rendement en een lange levensduur
te bereiken. Het onderhoud uitsluitend toever‐ trouwen aan een Service Partner of een ge‐
kwalificeerde specialist.
Hiervoor ook het BMW onderhoudssysteem,
zie pagina 198, in acht nemen.
ECO PRO
Principe ECO PRO ondersteunt een rijstijl die het ver‐
bruik verbetert. Hiervoor worden de motorre‐
geling en comfortfuncties, zoals het vermogen
van de airconditioning, aangepast.
Onder bepaalde omstandigheden wordt in
keuzehendelstand D de motor van de trans‐
missie ontkoppeld. De auto rolt in dat geval
met stationair lopende motor uit om het ver‐
bruik te optimaliseren. De keuzehendelstand D blijft daarbij ingeschakeld.Seite 169Brandstof besparenRijtips169
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 857 - VI/15
SymboolMaatregelSteptronic versnellingsbak: van
M/S naar D schakelen.Steptronic versnellingsbak / Hand‐
geschakelde versnellingsbak:
schakelaanwijzingen opvolgen.Handgeschakelde versnellingsbak:
stationair inschakelen voor motor‐
stop.
Weergaven op het Control Display
EfficientDynamics Tijdens de rit kan informatie over verbruik en
techniek worden weergegeven.
1."Auto-info"2."EfficientDynamics"
Verbruiksgeschiedenis weergeven
Het gemiddelde verbruik kan binnen een in‐
stelbare periode worden weergegeven.
Verticale balken tonen het verbruik tijdens de
gekozen periode.
Ritonderbrekingen worden onder de balken
weergegeven op de tijdsas.
"Verbruiksgeschiedenis"
Periode verbruiksgeschiedenis
instellen
Symbool selecteren.
Verbruiksgeschiedenis resetten
1."Opties" oproepen.2."Verbruiksgesch. terugz."
EfficientDynamics-info weergeven De momentele werking kan worden weergege‐
ven.
"EfficientDynamics Info"
De volgende systemen worden weergegeven:
▷Automatische start-stop-functie.▷Energieterugwinning.▷Vermogen van de airconditioning.▷Uitrollen.
ECO PRO-tips weergeven
"ECO PRO tips"
De instelling wordt voor het momenteel ge‐
bruikte profiel opgeslagen.
Anticipeerhulp
Principe
Het systeem helpt om brandstof te besparen
en bevordert een anticiperende rijstijl. Aan de
hand van de gegevens van het navigatiesys‐
teem kan het bepaalde naderende routege‐
deeltes vroegtijdig signaleren en de bestuur‐ der opmerkzaam op maken.
De gesignaleerde routegedeeltes zoals een
naderende bebouwde kom of afslag vereisen
snelheidsvermindering.
De aanwijzing wordt gegeven zelfs als het na‐
derende routegedeelte bij het rijden nog niet
kan worden waargenomen.
De aanwijzing wordt weergegeven totdat het
routegedeelte is bereikt.
Bij een aanwijzing kan de snelheid verbruiks‐
vriendelijk worden verminderd door het gas te‐
rug te nemen en de auto te laten uitrollen tot
het bereiken van het traject.
Voorwaarden voor een correcte
werking
Het systeem is afhankelijk van de actualiteit en
kwaliteit van de navigatiegegevens.
De navigatiegegevens kunnen worden geac‐
tualiseerd.
Seite 172RijtipsBrandstof besparen172
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 857 - VI/15
Alles van A tot Z
TrefwoordenregisterA
Aanbevolen bandenmer‐ ken 184
Aanbevolen brandstof 180
Aandrijfslipregeling, zie DSC 120
Aanhangergewicht 228
Aanhangerstabilisatierege‐ ling 164
Aanklempunt, starthulp 212
Aankomsttijd 89
Aanslaan van de motor 66
Aansluiting van elektrische apparaten 148
Aansteker 147
Aanvullende tekstmeldin‐ gen 82
Aanvullingen en wijzigingen na redactiesluiting 7
Aanwijzing brandstofme‐ ter 82
ABS, anti-blokkeersys‐ teem 120
Acceleratie-assistent, zie Launch Control 77
Accessoires en onderdelen 7
Accu, auto 208
Accu, vervangen 208
Achterlichten 206
Achterlichtlampen 206
Achterruitverwar‐ ming 142, 145
Achteruitkijkspiegel 55
Achteruitrijcamera 131
Actief beschermingssysteem voor voetgangers 102
Actief-koolstoffilter 145
Actieradius 83
Actieve motorkap 102
Activeren, airbags 101 Actualiteit van de handlei‐
ding 7
Adaptief remlicht, zie Dynami‐ sche remlichten 118
Adaptieve bochtverlich‐ ting 95
Afdalingen 160
Afdichtmiddel 186
Afmetingen 224
Afstandsbediening/sleutel 32
Afstandsbediening, sto‐ ring 37
Afstandswaarschuwing, zie PDC 128
Afstand tot bestemming 89
Afvalverwerking, koelvloei‐ stof 197
Afzetten van de motor 67
Airbags 99
Airbagschakelaar, zie Sleutel‐ schakelaar voor passagiers‐
airbags 101
Airbags, controle-/waarschu‐ wingslampjes 100
Airconditioning, automa‐ tisch 140
Alarminstallatie 42
Alarm, ongewild 43
Alternatieve oliesoorten 194
Anti-blokkeersysteem, ABS 120
Anticipeerhulp 172
Antivries, sproeiervloei‐ stof 73
Aquaplaning 159
Asbak 147
Asbelastingen, gewich‐ ten 224
AUC automatische luchtrecir‐ culatiefunctie 144 Auto buiten bedrijf stel‐
len 221
Auto, inrijden 158
AUTO-intensiteit 144
Autokrik 207
Autolak 218
Automatisch dimmen, zie Grootlichtassistent 96
Automatische luchtrecircula‐ tiefunctie AUC 144
Automatische start-stop- functie 67
Automatische verlichtingsre‐ geling 94
Automatische versnellings‐ bak, zie Steptronic versnel‐
lingsbak 74
Automatisch vergrende‐ len 41
Auto-onderhoud 218
AUTO-programma, aircondi‐ tioning 141, 143
AUTO-programma, intensi‐ teit 144
Autosleutel, zie Afstandsbe‐ diening 32
Autowasinstallaties 217
B Bagage 161
Bagagedrager, zie Dakdra‐ ger 162
Bagageruimte, opbergvak‐ ken 154
Bagageruimte vergroten 149
Bandbeschadiging 183
Bandenafdichtmiddel 186
Banden, alles over wielen en banden 182 Seite 232OpzoekenAlles van A tot Z232
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 857 - VI/15
Key Memory, zie PersonalProfile 34
Kick-down, Steptronic ver‐ snellingsbak 74
Kilometerteller 83
Kinderen veilig vervoeren 59
Kinderzitje 59
Kinderzitjes, montage 60
Klank 6
Klassen van kinderzitjes, ISO‐ FIX 62
Kleerhaken 153
Klimaatregeling 140, 142
Klok 83
Knipperlicht achter, lamp ver‐ vangen 206
Knipperlicht, bediening 70
Knop, start-/stop 65
Koelen, maximaal 143
Koelfunctie 141, 143
Koelmiddel 196
Koelsysteem 196
Koelvloeistof 196
Koelvloeistofpeil 196
Koelvloeistoftemperatuur 83
Kofferdeksel, noodontgren‐ deling 39
Kofferdeksel openen 39
Kofferdeksel sluiten 39
Kofferklep via afstandsbedie‐ ning 37
Kogeldruk 228
Koplampen 202
Koplampen instellen 97
Koplampen, onderhoud 218
Koplampreinigingsinstallatie, zie Ruitenwisserinstalla‐
tie 71
Kort knipperen 70
Koude start, zie Starten van de motor 66
Kriksteunpunten 207
Kunststof, onderhoud 219 L
Lading 161
Lak, auto 218
Lampen 200
Lampglazen 201
Lamp, passagiersairbags 101
Lamp vervangen, achter 206
Lamp vervangen, voor‐ zijde 202
Launch Control 77
Leder, verzorging 219
LED-lampen 201
Leeftijd van de banden 183
Leeggewicht 224
Lendewervelsteun 49
Letters en cijfers invoeren 23
Licht 93
Lichtdioden, LED-lam‐ pen 201
Lichtmetalen velgen, verzor‐ ging 219
Lichtschakelaar 93
Lichtsignaal 71
Lichtsignaal, lampvervan‐ ging 203
Licht vervangen, achter 206
LIM-toets, zie Handmatige snelheidsbegrenzer 116
Linksrijdend verkeer, instel‐ ling koplampen 97
Loos alarm, zie Ongewild alarm 43
Lordosesteun 49
Luchtcirculatie, zie Luchtre‐ circulatiefunctie 141, 144
Lucht drogen, zie Koelfunc‐ tie 141 , 143
Luchthoeveelheid, aircosys‐ teem 141
Luchthoeveelheid, automati‐ sche airconditioning 144
Luchtrecirculatiefunc‐ tie 141 , 144
Luchtuitstroomopening, zie Ventilatie 145 Luchtverdeling, handma‐
tig 142 , 144
Luchtverdeling, individu‐ eel 142 , 144
M
Maateenheden 92
Make-upspiegel 147
Manoeuvreerlijnen, achteruit‐ rijcamera 133
Markering, banden met nood‐ loopeigenschappen 185
Maten 224
Maximaal koelen 143
Maximumsnelheid, weer‐ gave 86
Maximumsnelheid, winter‐ banden 184
Meldingen, zie Check-Con‐ trol 79
Melding van banden‐ pech 104, 107
Memory, stoel, spiegels 54
Menu's bedienen, iDrive 16
Menu's, zie iDrive bedie‐ ningsprincipe 18
Menu EfficientDynamics 172
Menu op instrumentenpa‐ neel 87
Microfilter 142, 145
Middenarmsteun 152
Middenconsole 14
Minimumprofiel, banden 183
Mistachterlicht 97
Mistlamp 97
Mistlampen, vervangen van de lampen 205
Mobiele communicatieappa‐ ratuur in de auto 159
Mobility System 186
Modus ECO PRO 169
Momenteel verbruik 84
Monitor, zie Control Dis‐ play 16 Seite 236OpzoekenAlles van A tot Z236
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 857 - VI/15
Telefoonhoorn, claxon 12
Temperatuur, automatische airconditioning 141, 143
Temperatuurweergave, bui‐ tentemperatuur 83
Thuiskomverlichting 94
Toegestaan totaalgewicht bij trekken van een aanhan‐
ger 228
Toegestane asbelasting 224
Toerenteller 82
Toeristenfunctie, zie Rechts-/ linksrijdend verkeer 97
Toestandweergave, ban‐ den 103
Toetsen op het stuurwiel 12
Toevoegingen, olie 194
Totaalgewicht 224
Totaalgewicht, toege‐ staan 224
Touchpad 19
Tractiecontrole 121
TRACTION, rijdynamiek 121
Transmissieblokkering, elek‐ tronisch ontgrendelen 77
Trekhaak 165
Trekhaak, verzorging 220
Trekken van een aanhan‐ ger 163
Trekken van een aanhanger, gegevens 228
U
Uitgebreide airconditio‐ ning 142
Uitgebreide BMW Online diensten 6
Uitgeklapte stand, ruitenwis‐ ser 72
Uitlaatsysteem 159
Uitrollen 173
Uitrollen bij stationair draaien 173
Uitrusting van de auto 7 Uitvalmelding, zie Check-
Control 79
Unlock-toets, Steptronic ver‐ snellingsbak 75
USB-aansluiting 149
V
Variabele sportbesturing 122
Veiligheidsgordels 51
Veiligheidsgordels, onder‐ houd 220
Veiligheidssystemen, air‐ bags 99
Veiligheidssystemen voor kinderen 59
Veilig remmen 159
Veilig zitten 47
Ventilatie 145
Ventilator, zie Luchthoeveel‐ heid 141, 144
Ventileren, zie Interieurvoor‐ ventilatie 145
Ventileren, zie Ventilatie 145
Veranderingen, technische, zie Eigen veiligheid 7
Verbruik, zie Gemiddeld ver‐ bruik 89
Verchroomde delen, onder‐ houd 219
Verder rijden met een be‐ schadigde band 105, 108
Vergrendelen/ontgrendelen met afstandsbediening 36
Vergrendelen/ontgrendelen via portierslot 37
Vergrendelen, automa‐ tisch 41
Vergrendelen, instellingen 41
Vergrendelen via kofferdek‐ sel 39
Verlichting 93
Verlichtingsregeling, automa‐ tisch 94 Versnellingsbak, handge‐
schakelde versnellings‐
bak 73
Versnellingsbak, Steptronic versnellingsbak 74
Vervangen van banden 184
Vervangen van de accu, accu 208
Vervangen van lampen 200
Vervangen van onderde‐ len 200
Vervangen van wielen 184
Vervangen van wielen/ banden 184
Vervanging van de batterij, af‐ standsbediening auto 33
Vervoeren van kinderen 59
Verwerking, accu auto 208
Verwisselen van een wiel 207
Verzorging, displays 220
Vierwielaandrijving 122
VIN, zie Voertuigidentificatie‐ nummer 8
Vloerbedekking, onder‐ houd 220
Vloermatten, onderhoud 220
Vocht in koplampen 201
Vochtwater 73
Voertuigaccu 208
Voertuigidentificatienum‐ mer 8
Voetrem 159
Voorgeschreven motorolie‐ soorten 194
Voorkeuzetoetsen, iDrive 22
Vuldruk, banden 182
Vuldrukcontrole, zie RPA 106
Vuldrukwaarschuwing, ban‐ den 106
Vulopening motorolie 193
Vulpijp motorolie 193
Vulspanningscontrole, ban‐ den 103 Seite 240OpzoekenAlles van A tot Z240
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 857 - VI/15