46Inleidinghet afstellen van instellingen (be‐schikbaar afhankelijk van deauto).
● Achtergrond (Donker/Licht)
Beschikbaar afhankelijk van de
versie. Schakelen tussen een
donkere en lichte weergavemo‐
dus (beschikbaar afhankelijk van
de auto).Bluetooth
Selecteer Bluetooth voor de volgende
opties:
● Bluetooth-apparatenlijst bekijken
● Bluetooth-apparaat zoeken
● Extern apparaat goedkeuren
● Wachtwoord wijzigen (om Blue‐
tooth-apparaten met het Infotain‐
mentsysteem te koppelen)
● Smartphone
Beschikbaar afhankelijk van de
versie.
Voor hulp met activeren en be‐ dienen van stembediening kunt u
"Stemherkenning" raadplegen
3 112.Raadpleeg voor meer informatie over
Bluetooth-instellingen
(NAVI 50 IntelliLink) "Streaming au‐
dio via Bluetooth" 3 71 en "Blue‐
tooth-verbinding" in het hoofdstuk
"Telefoon" 3 121.Systeem
Selecteer Systeem voor de volgende
opties:
● Taal
Wijzig de displaytaal en de taal
van de gesproken aanwijzingen
voor het navigatiesysteem. Druk
op OK om de keuze te bevesti‐
gen.
● Klok/eenheden
U kunt de volgende instellingen
wijzigen:
● Tijdweergave (12 uur/24 uur)
● Eenheden (km/mijl)
● Tijdinstelling
Druk op l om het submenu
Tijdinstelling te openen. Dit
submenu bevat de volgende opties:
Auto /HandmatigAls automatische tijdinstel‐
ling wordt geselecteerd,
wordt de tijd automatisch
door GPS ingesteld.
Als voor een handmatige tij‐
dinstelling is gekozen, dient u
deze aan te passen.
Let op
Navigatiekaarten voor het huidige
land moeten op het systeem geïn‐
stalleerd zijn om er zeker van te zijn dat de lokale tijd correct is.
● Fabrieksinstellingen
U kunt de onderstaande instellin‐ gen terugzetten naar de stan‐
daard fabrieksinstellingen:
● Alle
● Telefoon
● Navigatie
● Audio-Media-Radio-
Systeem
● Navigatie (Aan/Uit)
● Systeemversie (het softwarever‐
sienummer van het Infotainment‐
systeem verschijnt)
Radio53Laat de toets los wanneer u vlakbij degewenste frequentie bent. Er wordt
dan automatisch gezocht naar de vol‐
gende te ontvangen zender en deze
wordt automatisch afgespeeld.
Draai aan OK om de frequentie in
stappen te wijzigen.Opgeslagen zender zoeken
Hiermee kunt u radiozenders oproe‐
pen die u voorheen hebt opgeslagen.
Om een zender op te slaan, selec‐
teert u het gewenste frequentiebereik en de gewenste zender en drukt u
vervolgens op toets 1...6 van de zen‐
der totdat een akoestisch signaal
klinkt, wat bevestigt dat de zender in
de juiste zendertoets is opgeslagen.
Er kunnen 6 zenders per frequentie‐
bereik worden opgeslagen.Een opgeslagen zender oproepen
Om een zender op te roepen, selec‐
teert u het gewenste frequentiebereik en drukt u even op toets1...6 van de
zender.Naar radiozendernaam (alleen FM)
zoeken
Selecteer het FM-frequentiebereik en markeer dan de zendernaam in het
display met _ of 6.
Druk herhaalde malen op 1 of 4 om
handmatig naar de gewenste zender‐
naam te zoeken. De frequentie kan
worden weergegeven als de zender‐
naam niet beschikbaar is.
De alfabetische lijst bevat maximaal
60 FM radio zenders met de beste
ontvangst. Deze lijst kan op elk ge‐
wenst moment worden bijgewerkt.
Autostore-lijsten 3 54.
NAVI 50 IntelliLink - Handmatig
zender zoeken
Selecteer het gewenste frequentiebe‐ reik en druk vervolgens op k of l om
de frequentie in stappen van 0,5 te
verlagen of te verhogen.Opgeslagen zender zoeken
Hiermee kunt u radiozenders oproe‐
pen die u voorheen hebt opgeslagen.Om een zender op te slaan, selec‐
teert u het gewenste frequentiebereik en de zender, waarna u op Voorkeur
drukt om de opgeslagen favorieten te bekijken.
Houd de gewenste locatie ingedrukt.
De frequentie of naam van de radio‐
zender verschijnt op de favoriete lo‐
catie, wat betekent dat de zender is
opgeslagen. i geeft de momenteel
ontvangen zender aan.
Let op
Er kunnen 12 zenders per frequen‐
tiebereik worden opgeslagen.Een opgeslagen zender oproepen
Om een zender op te vragen, selec‐
teert u het gewenste frequentiebe‐
reik, waarna u op Voorkeur drukt om
de opgeslagen favorieten te bekijken.
Druk kort op de gewenste voorkeuze‐ zender.
Druk op k of l om naar de vorige/
volgende pagina met favorieten te
gaan.
60CD-spelerCD-spelerAlgemene informatie....................60
Gebruik ........................................ 61Algemene informatie
De cd-speler van het Infotainment‐
systeem kan audio-cd's, mp3-cd's en ook wma-cd's (afhankelijk van de ver‐
sie) afspelen.
CD16 BT, CD18 BT: De indelingen
aac en wav kunnen ook worden afge‐ speeld.
Belangrijke informatie over audio- en mp3/wma-cd'sVoorzichtig
Plaats in geen geval dvd's, single-cd's met een diameter van 8 cm of
speciaal vormgegeven cd's in de
audiospeler.
Plak nooit stickers op uw cd's. De
cd's kunnen in de speler vast blij‐
ven zitten en het afspeelmecha‐
nisme zwaar beschadigen. Een
kostbare vervanging van uw toe‐
stel is dan noodzakelijk.
● Audio-cd's met kopieerbeveili‐ ging die niet voldoen aan de au‐
dio-cd-standaard, worden moge‐
lijk niet correct of zelfs helemaal
niet afgespeeld.
● Zelf-opgenomen cd-r's en cd- rw's en wma-bestanden met Di‐
gital Rights Management (DRM)
van online muziekwinkels spelen wellicht niet goed of helemaal
niet.
● Bij Mixed-Mode-CD’s (met een combinatie van audio en data,
bijv. MP3) worden alleen de au‐
diotracks herkend en afgespeeld.
● Zelfgebrande cd-r's en cd-rw's zijn kwetsbaarder dan voorbe‐
speelde cd's. Ga op een correcte manier met de cd's om. Dit geldt
vooral voor zelfgebrande cd-r's
en cd-rw's; zie hieronder.
● Zorg dat er bij het wisselen van cd's geen vingerafdrukken op de
cd's komen.
● Berg cd's onmiddellijk veilig op na het uitnemen uit de cd-speler
om ze tegen vuil en beschadiging
te beschermen.
68USB-poortMaximale mapstructuurdiepte:
11 niveaus.
Maximaal aantal bestanden dat
opgeslagen kan worden:
1000 bestanden.
NAVI 50 IntelliLink : Minimaal
aanbevolen opslagcapaciteit van USB-opslagapparaat is 4 GB.
Aanbevolen maximale opslagca‐
paciteit is 32 GB.
Wma-bestanden met Digital
Rights Management (DRM) van
online muziekwinkels spelen wel‐ licht niet goed of helemaal niet.
Toepasbare afspeellijst-exten‐
sies: .m3u, .pls.
De afspeellijstitems moeten als
relatieve paden zijn opgemaakt.
Opgeslagen audiobestanden afspelen
Zodra het audioapparaat is aangeslo‐ ten, kunt u alleen de bedieningsele‐
menten en menu's van het Infotain‐
mentsysteem gebruiken om het au‐
dioapparaat te bedienen.R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Muziek afspelen via USB-
aansluiting
Mp3-speler / iPod / USB-stations
Het systeem detecteert het audioap‐
paraat wanneer een USB-apparaat is aangesloten. Het huidige nummer
wordt automatisch weergegeven.
Wanneer een nieuw audioapparaat
wordt aangesloten, wordt automa‐
tisch het eerste nummer in de eerste
map afgespeeld. Bij het weer aanslui‐
ten van het apparaat klinkt het eerste
afgespeelde nummer weer.
Afhankelijk van het audioapparaat dat is aangesloten, selecteert u een map(mp3-speler, USB-apparaat) of een
afspeellijst (draagbare, digitale mu‐
ziekspeler).
De bediening van audiobronnen die
aangesloten zijn via USB, is in het al‐
gemeen gelijk aan die voor een audio mp3/wma-cd 3 61.Nummer selecteren
Om direct nummers te selecteren (en van map te wisselen) gaat u tijdens
het afspelen eerst naar de menu‐
structuur van het audioapparaat door op OK te drukken. Selecteer num‐
mers en wissel van map door de
draaiknop te draaien en in te drukken.
NAVI 50 IntelliLink - Muziek
afspelen via USB-aansluiting
Mp3-speler / USB-opslagapparaten / iPod
Het systeem detecteert het audioap‐
paraat wanneer een USB-apparaat is aangesloten. Het huidige nummer
wordt automatisch weergegeven. Het
apparaattype (mp3-speler/USB-op‐
slagapparaat of iPod) wordt ook her‐
kend en de relevante audiobronmo‐ dus (USB of iPod) wordt automatisch geselecteerd.
Wanneer het menu t/ü MEDIA ac‐
tief is, zijn de volgende submenu's
beschikbaar:
● Hoofd /Speler
● Lijst
● Opties
Navigatie95Notatie coördinaten
Selecteer Notatie coördinaten om de
notatie van coördinateninvoer te wij‐ zigen in een van de volgende opties:
● DD.DDDDD
● DD MM.MMM
● DD MM SS.SGps
Selecteer GPS om de GPS-informa‐
tie te bekijken, bijv. beschikbare sa‐
tellieten, hun locatie en signaal‐
sterkte.Kaartupdate
Selecteer Kaartupdate om de vol‐
gende digitale kaartinhoud en de
nieuwste update-informatie weer te
geven:
● Aandachtspunten
● Weergave kruispunten
● Kaarten
● Plaatsen
● Voorbewerkt wegennet
Het is mogelijk om specifieke content
of alle content voor kaarten bij te wer‐ ken. Selecteer eerst een van de op‐ties of druk op Opties, gevolgd door
Update . Wacht tot de update is vol‐
tooid.
Raadpleeg "USB-geheugenstick" (NAVI 50 IntelliLink), "USB-geheu‐
genstick en navigatiesysteem upda‐
ten" in het hoofdstuk "Algemene in‐
formatie" 3 80.Verkeer
Selecteer Verkeer om de volgende in‐
stellingen voor verkeersinformatie te
wijzigen:
● Verkeersinfo (Aan/Uit)
● Omleiding
● Gebeurtenistypen
Verkeersinfo : Er worden waarschu‐
wingen gegeven voor incidenten die
zich langs de route voordoen.
Omleiding : Bespaar tijd door een al‐
ternatieve route te gebruiken wan‐
neer zich langs de huidige route een
verkeersopstopping of een ongeval
voordoet. Selecteer "Aan/Uit" naast
"Bevestig aangeboden route?" zo no‐
dig.Zo nodig kunt u de tijdwaarde voor de optie "Bied omleiding als de bere‐
kende route meer bespaart dan:"
(bijv. 5 minuten) bijwerken door op k/
l te drukken.
Gebeurtenistypen : Selecteer het type
gebeurtenissen dat tijdens routebe‐
geleiding wordt weergegeven, bijv.
alle gebeurtenissen, verkeersstroom‐
gebeurtenissen, afgesloten en opge‐
stopte wegen, ongelukken.
NAVI 80 IntelliLink -
Navigatiesysteem instellen
Om vanuit de startpagina naar het
menu Navigatie-instellingen te gaan,
drukt u op MENU, gevolgd door
Navigatie en Instellingen op het dis‐
playscherm. De volgende submenu's voor de instellingen verschijnen:
● Stembegeleiding uitschakelen :
Schakel de stembegeleiding in of
uit tijdens de navigatie.
● Routeplanning :
Selecteer het gewenste plan‐
ningstype. Het wordt aanbevolen om "Snelste route" te gebruiken.
De eco-route is bedoeld om zo
zuinig mogelijk te rijden.
96NavigatieSchakel daarna "iQ routes™" in/
uit, indien nodig. iQ routes™
zorgt ervoor dat routes worden berekend op basis van het ge‐
middelde verkeersaanbod op
een bepaalde dag en tijd, en dat
de beste route wordt gekozen op
basis van de huidige snelheid
van het verkeer.
● Nuttige plaats op de kaart
weergeven :
Categorieën van NP-markerin‐
gen op de kaart tonen of verber‐
gen.
● Nuttige plaatsen beheren :
NP's of NP-categorieën toevoe‐
gen, aanpassen of verwijderen.
● Stem (afhankelijk van versie):
Selecteer een gesynthetiseerde
mannelijke of vrouwelijke stem
(voor de gesproken instructies)
uit de beschikbare lijst.
Deze menselijke stemmen geven vereenvoudigde gesproken in‐
structies voor de begeleiding en
zijn niet beschikbaar wanneer de
stemherkenningsfunctie wordt
gebruikt 3 112.● Thuislocatie instellen :
Thuisadres of meest gebruikte
bestemmingsadres wijzigen.
● Opgeslagen locaties beheren :
Bestemmingsadres verwijderen
of hernoemen.
Selecteer een adres uit de ge‐
toonde lijst, druk op Hernoemen
en voer de nieuwe naam in om te
hernoemen. Druk op Gereed om
te bevestigen. Om een geselec‐
teerd adres te verwijderen, drukt
u op Verwijderen en bevestigt u
de keuze wanneer daar om wordt gevraagd.
● Wissel kaart :
Indien meer dan één kaart op de
SD-kaart is geïnstalleerd, kunt u
deze optie gebruiken om tussen de opgeslagen kaarten te wisse‐
len. Selecteer "Wissel kaart" en
kies de gewenste kaart uit de be‐
schikbare opties.
● Wijzig kaartkleuren :
Schakel de navigatiekaart om tussen dag- en nachtkleuren.Nieuwe kleuren downloaden:
kies een nieuwe kleur, selecteer
een aanvullend kleurenschema
en selecteer de gewenste kleur
uit de beschikbare opties.
● Autosymbool :
Wijzig het voertuigpictogram op
de 3D-navigatiekaart.
● Geavanceerd :
Maak een keuze uit de volgende
geavanceerde opties:
● Kaartinformatie :
Informatie op de kaart tonen/ verbergen, zoals huisnum‐
mer voor straatnaam, straat‐
namen/huidige straatnaam,
naam van de volgende
straat.
● Werking van de kaart :
Wijzig de werking van de
kaart aan de hand van de vol‐ gende opties:
Toon rijstrookbeelden (bijv.
bij verkeersknooppunten), draai de kaart in de rijrichting
112StemherkenningStemherkenningAlgemene aanwijzingen.............112
Bediening navigatie ...................114
Telefoonregeling ........................114Algemene aanwijzingen
De stemherkenningsfunctie biedt u
de mogelijkheid om bepaalde functies door middel van gesproken instruc‐
ties te bedienen.
Om te voorkomen dat tijdens een ge‐
sprek in de auto onbedoeld een van
de opgeslagen contacten wordt ge‐
beld, moet u eerst de stemherken‐
ningsfunctie activeren met 5 op de
stuurkolom.
Overzicht bedieningselementen 3 7.
NAVI 50 IntelliLink
De stemherkenningsfunctie van het
handsfree-telefoonsysteem is be‐
schikbaar afhankelijk van de versie
en biedt u de mogelijkheid om be‐
paalde functies van een compatibele
smartphone via gesproken instructies
te bedienen.
Raadpleeg het hoofdstuk "Telefoon"
in dit hoofdstuk 3 114.
Om te bevestigen dat een gekop‐ pelde en aangesloten smartphone
compatibel is met de stemherken‐ningsfunctie, drukt u op 7, gevolgd
door ÿInstelling op het display‐
scherm.
Selecteer vervolgens Bluetooth en
Bluetooth-apparatenlijst bekijken . In
de lijst staan de gekoppelde appara‐
ten en 5 verschijnt naast de naam van
de smartphone om compatibiliteit aan
te geven.
Let op
Indien dit ondersteund wordt, wordt
de taal op uw smartphone automa‐
tisch door het Infotainmentsysteem
gebruikt voor stemherkenning.
Het navigatiesysteem kan ook met
stembediening worden bediend.
Raadpleeg het hoofdstuk "Bediening
navigatie" in dit hoofdstuk 3 114.
Voorwaarden
Er moet aan de volgende voorwaar‐
den worden voldaan:
● De Bluetooth-functie van het in‐ fotainmentsysteem moet geacti‐
veerd zijn.
Raadpleeg "Bluetooth-verbin‐ ding" in het hoofdstuk "Telefoon"
3 121.
Stemherkenning113● De Bluetooth-functie van deBluetooth-compatibele smart‐phone moet geactiveerd zijn en
de smartphone moet een 3G-,
4G- of wifi-verbinding hebben (zie de bedieningsinstructies van
de smartphone).
● Afhankelijk van de smartphone kan het nodig zijn om het appa‐
raat op "zichtbaar" in te stellen
(zie de bedieningsinstructies van de smartphone).
● De smartphone moet aan/op het Infotainmentsysteem gekoppeld
en aangesloten zijn.
Help
Voor informatie en hulp bij het active‐ ren en gebruiken van stembediening
drukt u op 7, gevolgd door
ÿ Instelling en dan Bluetooth op het
displayscherm.
Selecteer Smartphone uit de lijst
(druk op S/R om in de lijst te zoeken)
en druk dan op l om hulp op te roe‐
pen.Een serie schermen wordt weergege‐
ven die het gebruik van de stemher‐
kenningsfunctie en informatie over
het volgende uitleggen:
● in-/uitschakelen met knoppen op stuurkolom
● compatibele telefoons
● bedieningsmethoden
● beschikbare functies en beschrij‐
vingen
● gebruiksvoorwaarden
NAVI 80 IntelliLink
De stemherkenningsfunctie biedt u
de mogelijkheid om bepaalde functies door middel van gesproken instruc‐
ties te bedienen, zoals:
● Navigatie
Raadpleeg het hoofdstuk "Bedie‐ ning navigatie" in dit hoofdstuk
3 114.
● Telefoon
Raadpleeg het hoofdstuk "Tele‐
foon" in dit hoofdstuk 3 114.Druk op 5 op de stuurkolom om het
hoofdmenu Stembediening te ope‐
nen. Zeg na de toon de naam van het
menu dat u wilt openen.
Als de stemherkenning is geacti‐
veerd, verschijnt het hoofdmenu Stembediening en geeft de stemher‐
kenningsindicator in de rechterbo‐
venhoek de systeemstatus en opti‐
malisatieniveaus aan:Groen:optimale stemherkenningOranje:goede stemherkenningRood:middelmatige stemherken‐
ningMicrofoon é:Het systeem is ge‐
reed voor een gespro‐ ken opdrachtLuidspreker
l:Het systeem geeft op
dit moment gespro‐
ken aanwijzingenLaadpicto‐
gram:Bezig met laden van
gegevens