Page 44 of 271

42Sleutels, portieren en ruiten
18. Druk elke zijde van de spanboogstevig omlaag. Trek het bandje
met een schroevendraaier dwars
in de lus tegelijkertijd langzaam
en ononderbroken naar voren.
Steun hierbij zo mogelijk met de
andere hand op het portierframe.
Doe dit aan beide zijden om de
softtop achteraan te vergrende‐
len.
Na de laatste stap kan het kofferdek‐ sel weer worden geopend. Laat de bandjes door uw werkplaats verwij‐
deren.
De softtop mag niet met bevestigde bandjes worden geopend.
Windgeleider
Er bevinden zich twee windgeleiders
in een zak achter de rugleuningen van de achterbank. Klap de rugleu‐
ningen achter neer 3 74, open de
klittenbandsluitingen en haal de zak
uit de uitsparing.
● De kleine windgeleider past tus‐ sen de hoofdsteunen achter.
● De grote windgeleider past tus‐ sen de voorstoelen.
Geen voorwerpen op de windgeleider
leggen.
Open de softtop om de windgeleiders
te kunnen aanbrengen.
Kleine windgeleider aanbrengen
● Klap de rugleuning linksachter neer 3 74.
● Haal de afdekking van de gelei‐
ding tussen de hoofdsteunen
achter door deze naar linkerzijde
van de auto te schuiven.
Page 46 of 271

44Sleutels, portieren en ruiten
●Klap het bovengedeelte verticaal
omhoog.
De achterbank is niet te gebruiken
wanneer de grote windgeleider ge‐
monteerd is.
Het verticale gedeelte van de geleider kan worden neergeklapt wanneer het
niet wordt gebruikt.
Wanneer de softtop gesloten is, kan
de windgeleider gemonteerd blijven.
Klap voor het verwijderen van de ge‐
leider het verticale gedeelte omlaag.
Til de geleider in het midden iets op
en haal deze aan beide zijden uit de
uitsparingen.
Windgeleider opbergen
Schuif voor het opbergen van de de‐
flector de borgpennen achter terug en draai de pennen in de steunen. Druk
de schuiven van de borgpennen voor terug totdat ze vastklikken. Klap degeleider in elkaar en berg deze in de
zak op.
Klap de rugleuningen achter neer.
Lijn de harde kap van de zak uit met de bagageruimte. Plaats de zak van
onderaf omhoog bij de zijgeleiding in de uitsparing van het frame boven.
Zet de zak met het klittenband bij de
sjorogen aan beide zijden vast. Zet de achterbankrugleuningen omhoog.
Koprolbeveiliging
De koprolbeveiliging bestaat uit een
versterkte voorruitsponning en rol‐
beugels onder afdekkingen achter de hoofdsteunen achter.
Bij een koprol van de auto, een fron‐
tale aanrijding of aanrijding in de zij,
schieten de rolbeugels automatisch
binnen milliseconden omhoog. Ze
worden eveneens geactiveerd in
combinatie met de frontale en zijde‐
lingse airbags.
Let op
Leg geen voorwerpen op de afdek‐
kingen van de rolbeugels achter de
hoofdsteunen.
Page 49 of 271
Stoelen, veiligheidssystemen47hoofdsteun in de hoogste stand zet‐
ten (bij zeer kleine personen de
hoofdsteun juist in de laagste stand
zetten).
Instellen
Hoofdsteunen van voorstoelen
Hoogteverstelling
Ontgrendelingsknop indrukken,
hoogte instellen, vastklikken.
Horizontale verstelling
Trek het kussen van de hoofdsteun
langzaam naar voren. Hij klikt vast in
verschillende posities.
U zet deze weer helemaal naar ach‐
teren door deze geheel naar voren te
trekken en los te laten.
Hoofdsteunen van achterbank
Hoogteverstelling
Trek de hoofdsteun omhoog en laat
deze vastklikken. Omlaag zetten:
druk op de pal om de hoofdsteun los
te zetten en omlaag te drukken.
Hoofdsteun achter wegnemen
Bijv. bij gebruik van een kinderveilig‐
heidssysteem 3 65.
Page 53 of 271
Stoelen, veiligheidssystemen51Lendensteun
Stel de lendensteun naar uw per‐
soonlijke wens af met de vierweg‐
schakelaar.
Lendensteun omhoog en omlaag:
duw de schakelaar omhoog of om‐
laag.
Meer of minder ondersteuning: duw
de schakelaar naar voren of ach‐
teren.
Verstelbare dijbeensteun
Trek aan de hendel en verschuif de
dijbeensteun.
Rugleuning neerklappen
9 Waarschuwing
Passagiers op de achterbank
moeten voorkomen dat ze bij het terugkeren van de zitting naar de
uitgangsstand in het verstelme‐
chanisme bekneld raken.
Voorzichtig
Druk de hoofdsteunen met de
stoel in de hoogste stand omlaag
en til de zonnekleppen op voordat u de rugleuning naar voren klapt.
Rugleuning neerklappen op
handbediende stoelen
Til de ontgrendelingshefboom op en
klap de rugleuning naar voren en
schuif de stoel geheel naar voren.
Page 67 of 271

Stoelen, veiligheidssystemen65Kinderveiligheidssyste‐
men
Wij bevelen de volgende kinderveilig‐
heidssystemen aan die specifiek voor
montage in uw auto geschikt zijn:
● Groep 0, groep 0+
Opel babywieg, met of zonder
ISOFIX -onderstuk, voor kinderen
tot 13 kg
● Groep I
OPEL Duo, Britax Römer King,
voor kinderen van 9 kg tot 18 kg
● Groep II, groep III
Opel Kid, Opel Kidfix, voor kinde‐ ren van 15 kg tot 36 kg
Let bij gebruik van een kinderveilig‐
heidssysteem op de volgende ge‐
bruiksaanwijzingen en montagevoor‐
schriften en houd u bovendien aan de
instructies die bij het kinderveilig‐
heidssysteem werden geleverd.
Houd u altijd aan de plaatselijke of landelijke voorschriften. In sommige
landen is het gebruik van kindervei‐
ligheidssystemen op bepaalde zit‐
plaatsen verboden.9 Waarschuwing
Wanneer een kinderveiligheids‐
systeem op de passagiersstoel
voorin wordt gebruikt, moeten de
airbagsystemen voor de passa‐
giersstoel voorin worden uitge‐
schakeld; zo niet, dan kan het in
werking treden van de airbags het leven van het kind in gevaar bren‐ gen.
Dit is vooral van belang wanneer
naar achteren gerichte kindervei‐
ligheidssystemen op de passa‐
giersstoel voorin worden gebruikt.
Airbag deactiveren 3 63.
Airbaglabel 3 59.
9 Waarschuwing
Zorg er bij het gebruik van kinder‐
veiligheidssystemen op de achter‐
bank voor dat de rugleuningen ge‐ heel rechtop stevig vergrendeld
zijn.
Juiste systeem selecteren
De achterbank is de beste plaats om een kinderveiligheidssysteem vast te
maken.
Vervoer kinderen zo lang mogelijk te‐ gen de rijrichting in. Hierdoor wordt de
nog erg zwakke ruggengraat van het
kind bij een ongeval minder belast.
Geschikt zijn veiligheidssystemen die voldoen aan de geldende UN ECE-
regelgeving. Raadpleeg de plaatse‐ lijke wetgeving en richtlijnen voor het
verplichte gebruik van kinderveilig‐
heidssystemen.
Controleer of het te monteren kinder‐
veiligheidssysteem compatibel is met
het autotype.
Het kinderveiligheidssysteem moet
op de correcte positie in de auto wor‐ den gemonteerd, zie de onder‐
staande tabellen.
Laat kinderen alleen aan de trottoir‐ kant van de auto uit- en instappen.
Wanneer het kinderveiligheidssys‐
teem niet in gebruik is, het met een
veiligheidsgordel vastzetten of uit de
auto verwijderen.
Page 72 of 271

70Stoelen, veiligheidssystemenISOFIX-
kinderveiligheidssystemen
Bevestig de voor de auto goedge‐
keurde ISOFIX-kinderveiligheidssys‐
temen aan de ISOFIX bevestigings‐
beugels. ISOFIX kinderveiligheids‐
systemen voor specifieke auto's wor‐
den in de tabel aangeduid met IL
3 67.
Verwijder de windgeleider
3 42 alvo‐
rens u een kinderveiligheidssysteem
monteert en verwijder zo nodig de
hoofdsteun achter 3 67.
ISOFIX-bevestigingsbeugels zijn
aangeduid met een logo ISOFIX op
de rugleuning.
Top-Tether-
bevestigingsogen
De auto heeft twee bevestigingsogen
op de achterkant van de achterbank‐
rugleuningen.
Top-tether-bevestigingsogen worden
aangeduid met het symbool : van
een kinderzitje.
Bevestig behalve de ISOFIX bevesti‐
ging ook de Top-Tether-riem aan de
Top-Tether -bevestigingsogen aan de
achterkant van de achterbank. Ach‐
terbankrugleuningen neerklappen
3 74.
Verwijder de windgeleider 3 42 alvo‐
rens u een kinderveiligheidssysteem
monteert en verwijder zo nodig de
hoofdsteun achter 3 67.
ISOFIX kinderveiligheidssystemen
uit de universele categorie worden in
de tabel aangeduid met IUF 3 67.
Page 76 of 271

74OpbergenBagageruimte
Bagageruimte vergroten
Afscheiding bagageruimte inklappen
Voor een grotere bagageruimte wan‐
neer de softtop gesloten is kunt u de afscheiding bagageruimte inklappen.
● Sluit de softtop 3 35.
● Open het kofferdeksel 3 25.
● Klap de afscheiding bagage‐
ruimte in door deze bij de lus om‐
hoog naar binnen te drukken.
● Klap de afscheiding bagage‐ ruimte uit door de lus omlaag
naar achteren te trekken. Het
doorgangsluik moet met de klit‐
tenbandbevestigingen in de ver‐ ticale stand worden gesloten.
Bij het bewegen van de softtop of als
deze wordt geopend moet de afschei‐ ding bagageruimte uitgeklapt zijn.Bij het indrukken van de schakelaar
voor het openen van de softtop klinkt
er een geluidssignaal en verschijnt er
een bericht op het Driver Information
Center als de afscheiding bagage‐
ruimte, inclusief het doorgangsluik
achter de achterbank, niet volledig
uitgeklapt is.
Achterbankrugleuningen
neerklappen
Voor een nog grotere bagageruimte
of voor toegang tot de zak met de
windgeleider kunt u beide achter‐
bankrugleuningen neerklappen.
Page 77 of 271

Opbergen759Waarschuwing
Wees voorzichtig wanneer u de
elektrisch inklapbare zitplaatsen achterin bedient. De rugleuning
wordt met aanzienlijke kracht in‐
geklapt. Er bestaat verwondings‐
gevaar, met name voor kinderen.
Zorg ervoor dat er niets aan de zit‐ plaatsen achterin is vastgemaakt
of dat er niets op het stoelkussen
ligt.
● Verwijder de eventueel aanwe‐ zige grote windgeleider 3 42.
● Borgveren indrukken en de hoofdsteunen omlaag drukken
3 46.
● Trek aan één kant of beide kan‐
ten van de bagageruimte aan de
ontgrendelingsschakelaar p en
klap de rugleuningen neer op de
zitting.
● U klapt de rugleuning weer om‐ hoog door deze zover rechtop te
zetten dat deze hoorbaar vast‐
klikt.
Voorzichtig
Klap bij het beladen van de auto
vanuit het interieur de afscheiding
bagageruimte in. Anders kan de afscheiding bagageruimte be‐
schadigd raken.
9 Waarschuwing
Bij opklappen moet u zich ervan
verzekeren dat de rugleuningen
stevig op hun plaats vergrendeld
zijn alvorens te gaan rijden. Het
nalaten hiervan kan lichamelijk let‐ sel of schade aan de bagage of deauto tot gevolg hebben bij krachtigremmen of een botsing.
Doorgangsluik achter achterbank
Voor het vervoer van lange voorwer‐
pen in de bagageruimte kunt u een
doorgangsluik tussen de bagage‐
ruimte en het interieur openen: