2015 YAMAHA VMAX Instructieboekje (in Dutch)

Page 89 of 110

YAMAHA VMAX 2015  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-35
6
zekeringen met een ho gere ampe-
ra ge  dan aan bevolen om ernsti ge
scha de aan het elektrische systeem
en mo gelijk  bran d te voorkomen.[DWA15132]
3. Draa

Page 90 of 110

YAMAHA VMAX 2015  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-36
6
1. Verwijder de koplampunit door debouten los te halen.
2. Maak de koplampstekker los en ver- wijder dan de gloeilampkap. 3. Haak de gloeilamphouder los en v

Page 91 of 110

YAMAHA VMAX 2015  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-37
6
DAU46405
Parkeerlichtgloeilamp vervan genVervang een parkeerlichtgloeilamp als volgt
als deze is doorgebrand.
1. Verwijder de koplampunit. (Zie pagina
6-35.)

Page 92 of 110

YAMAHA VMAX 2015  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-38
6
DAU24205
Gloeilamp in richtingaanwijzer 
vervan gen1. Verwijder de lamplens van de richting-
aanwijzer door de schroeven te verwij-
deren.
2. Verwijder de de

Page 93 of 110

YAMAHA VMAX 2015  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-39
6
3. Trek de kentekenverlichtingunit zoalsafgebeeld naar buiten om toegang te
krijgen tot de lamp en de fitting. 4. Verwijder de gloeilampfitting van de
kentek

Page 94 of 110

YAMAHA VMAX 2015  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-40
6
DAU25872
Problemen oplossenYamaha motorfietsen ondergaan een gron-
dige inspectie voordat ze vanaf de fabriek
op transport gaan, maar tijdens gebruik
kunnen

Page 95 of 110

YAMAHA VMAX 2015  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-41
6
DAU63200
Storingzoekschema’sStartpro blemen of slechte werkin g van  de motor
Controleer het 
brandstofniveau in de 
brandstoftank.1. Brandstof
Er is voldo

Page 96 of 110

YAMAHA VMAX 2015  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-42
6
Oververhitte motor
WAARSCHUWING
DWAT1041
Verwij der  de ra diatorvul dop niet terwijl  de motor en  de koelvloeistofra diator no g heet zijn. Hete vloeist