Touchscreen - Instellingen
TOUCHSCREEN5.7
1.Hier stelt u de voorkeuren van de geïnstalleerde apps instellen. Apps waarvan u de instellingen niet kunt instellen, worden in het grijs weergegeven.
2.Driver profiles (zie blz. 4.2)
3.Language & Units
Vo o r h e t i n s te l l e n va n d e we e rg ave va n :
•Taal: Voor het instellen van de taal waarin waarschuwingen, berichten en navigatie-aanwijzingen (indien van toepassing) worden weergegeven.
OPMERKING: Als u de taal verandert, zal het touchscreen even sluiten en opnieuw opstarten.
•Regio: Voor het selecteren van een regio voor het formaat van datum en (mm dd jj/dd-mm-jj, enz,) en de weergave van decimalen (5.123, 5,123 enz.).
•Afstand: Eenheden voor de actieradius (mijl of km), snelheidsmeter, energiegrafiek, dagteller en Google map zoekfuncties en navigatieroutes.
•Tijd: 12- of 24-uursnotatie.
•Te m p e r a t u u r : oF of oC.
•Laadeenheden: Weergave van energie (kWh) of afstand (mijl/km).
•Actieradius: Berekende actieradius (op basis van ECE R101) of Ideale actieradius (op basis van ideale omstandigheden zoals rijden met een constante snelheid van 89 km/h op een vlakke weg, zonder extra verbruikers (stoelverwarming, airconditioning enz.).
4.Ve h i c l e
•Drive-away vergrendeling: Als deze optie op ON staat, worden alle portieren vergrendeld als de auto een snelheid van meer dan 8 km/h bereikt (zie blz. 2.5).
•Walk-away vergrendeling: Als deze optie op ON staat, worden alle portieren vergrendeld als u van de auto wegloopt en de sleutel meeneemt (zie blz. 2.5). Alleen beschikbaar als de auto is uitgerust met het optionele Tech-pakket.
•Child-Protection Locks: A l s d e z e o p t i e o p ON staat, kunnen de achterportieren en de achterklep niet van binnenuit geopend worden.
•Auto-Present Handels: Als deze optie op ON staat komen de portiergrepen automatisch naar buiten als u met een afstandsbediening naar de auto loopt, ongeacht of de auto vergrendeld is of niet (zie blz. 2.4).
•Mirrors Auto-Tilt: Als deze optie op ON staat, kantelen de buitenspiegels automatisch omlaag bij het inschakelen van de achteruit (zie blz. 4.6). Alleen beschikbaar als de auto is uitgerust met het optionele Tech-pakket.
•Headlights After Exit Als deze optie op ON staat, blijven de koplampen nog 2 minuten na het verlaten van de auto branden of tot u de auto vergrendelt (zie blz. 4.16).
•Range mode: Als deze optie op ON staat, wordt het vermogen van de airconditioning beperkt om energie te besparen. De verwarming/airconditioning kan dan minder effectief zijn.
5.Safety & Security
Voor het in- of uitschakelen van veiligheidsfuncties:
•Passagiersairbag (zie blz. 3.17).
•Alarminstallatie en veiligheidsopties van de auto (zie blz. 5.25).
•To e g a n g o p a f s t a n d t o t m o b i e l e a p p s v a n Te s l a ( z i e b l z . 5 . 2 8 ) .
6.HomeLink
Gebruik HomeLink voor radiografisch werkende bediening van garagedeuren, verlichting of beveiligingssystemen (zie blz. 5.26).
WA A R S C H U W I N G : K i j k n i e t n a a r h e t touchscreen onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding. Alles wat van belang is tijdens het rijden wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.
Instellingen alarminstallatie
TOUCHSCREEN5.25
Instellingen alarminstallatieOver de alarminstallatie
Als de auto geen sleutel in de directe nabijheid detecteert en er wordt een portier of een bagageklep geopend, dan klinkt de claxon en gaan de koplampen en de richtingaanwijzers knipperen. Druk op een willekeurige toets van de afstandsbediening om het alarm uit te schakelen.
Tik op Controls > Settings > Safety & Security > Alarm om de alarminstallatie handmatig in- of uit te schakelen. Als het systeem op ON staat, wordt het alarm één minuut na het vergrendelen van de portieren en het buiten het bereik raken van de afstandsbediening, ingeschakeld.
Als de Model S is uitgerust met het optionele Security-pakket, is de auto uitgerust met een sirene met een back-upvoeding Als het alarm is ingeschakeld, gaat de sirene loeien als er enige beweging in het interieur wordt geconstateerd of wanneer de auto wordt opgetakeld. Vo o r w a a r d e i s we l d a t d e p o r t i e re n vergrendeld zijn en dat er geen afstandsbediening binnen het bereik van de auto wordt geconstateerd. Tik op Controls > Settings > Safety & Security > Tilt/Intrusion. om de alarminstallatie in- en uit te schakelen.
OPMERKING: Vergeet niet om de interieurbeveiliging uit te schakelen als u iets dat beweegt (een kind of een dier) in de auto achterlaat. Bewegingen in het interieur leiden ertoe dat het alarm afgaat.
Tijdelijke bandenreparatie
ONDERHOUD7.11
Oppompen met lucht en vulmiddel
Vo l g d e o n d e r s t a a n d e a a n w i j z i n g e n o m e e n lekke band blz 7.10 (gaatje kleiner dan 6 mm) tijdelijk te repareren.
1.Stop op een veilige plek zonder verkeer en vraag alle inzittenden om uit te stappen en op een veilige plaats te wachten.
2.Schakel de alarmknipperlichten in om andere weggebruikers te waarschuwen.
3.Plaats het wiel met het gaatje naar beneden voor zover dat mogelijk is.
4.Neem de stekker aan de achterkant van de compressor los en steek die in het 12V-stopcontact op de middenconsole.
5.Maak het doorzichtige plastic slangetje los van de compressor.
6.Ve r w i j d e r h e t r o d e d o p j e e n s c h ro e f h e t slangetje op het ventiel.
7.Druk het zwarte slangetje op de aansluiting op het busje met vulmiddel en druk het hendeltje naar beneden om de slang vast te zetten.
8.Zorg dat de compressor op een vlakke ondergrond staat met de meter opzij zoals in de afbeelding is aangegeven.
9.Schakel de compressor in.
OPMERKING: De meter geeft in eerste instantie een hoge druk aan, als het vulmiddel in de band gedrukt wordt. Als het vulmiddel eenmaal in de band is, zal de druk snel dalen en daarna weer oplopen als de band zich vult met lucht.
10.Pomp de band op tot de voorgeschreven bandenspanning is bereikt.
AANWIJZING: Stop met pompen als de juiste bandenspanning niet binnen 8 minuten bereikt wordt. In dat geval is de band niet tijdelijk te repareren met het vulmiddel. Rijd niet verder. Bel Tesla Assistance om de auto naar een reparateur te laten brengen.
11.Zet de compressor uit en neem de slang los van het ventiel. Veeg overtollig vulmiddel van het ventiel en de velg af.
12.Ga direct minstens 8 km rijden om het vulmiddel in de band goed te verdelen. Rijd niet harder dan 48 km/h.
13.Stop en controleer de bandenspanning. Pomp de band zo nodig op met behulp van het zwarte slangetje.
i
INDEX
A
Aanhanger trekken .............................................. 8-4aanjagersnelheid, interieur ............................. 5-10aantal zitplaatsen ................................................. 8-3ABS (antiblokkeersysteem) .......................... 4-23accessoires, aansluiting op stopcontact ... 5-19accessoires, monteren ...................................... 7-27achterbankneerklapbaar ..................................................... 3-3opklappen .......................................................... 3-3achterklepopenen ................................................................. 2-8openen, geen stroom ..................................... 2-9opening afstellen ............................................. 2-8portiergrepen binnenzijde uitschakelen ....................................................... 2-5sluiten ................................................................... 2-8van binnenuit openen .................................... 2-9achteruit ................................................................... 4-8achteruitrijcamera ............................................. 4-28afdekplaat servicecompartiment, verwijderen ............................................................7-18afmetingen .............................................................. 8-5airbagscontrolelampjes ..............................................3-18effecten van het opblazen ..........................3-18na een aanrijding ............................................3-18passagier voorin, uitschakelen ..................3-17plaats van ..........................................................3-15Soorten .............................................................. 3-16veiligheidsinformatie .....................................3-18werking .............................................................. 3-16airconditioningoverzicht ............................................................. 5-8tips voor de bediening ..................................5-11alarm ........................................................................5-25alarmknipperlichten ........................................... 4-16antiblokkeersysteem (ABS) .......................... 4-23anti-takelbeveiliging ..........................................5-25antivries ...................................................................7-18apparatenaansluiting ........................................................ 5-19audiobestanden afspelen van ....................5-18Bluetooth, audiobestanden afspelen ......5-18audioapparaten, aansluiten .................................. 5-19apparaten, afspelen van ..............................5-18bestanden afspelen .......................................5-18toetsen op het stuur ....................................... 4-3
B
bagageruimte voorinopenen ............................................................... 2-10sluiten ................................................................. 2-10bagageruimte, achterkindersloten ....................................................... 2-5openen ................................................................. 2-8openen, geen stroom ..................................... 2-9
opening afstellen ............................................. 2-8portiergrepen binnenzijde uitschakelen ....................................................... 2-5sluiten ................................................................... 2-8van binnenuit openen .................................... 2-9bagageruimte, voorinnoodprocedure van binnenuit openen ................................................................ 2-11openen ............................................................... 2-10openen, geen stroom .................................... 2-11sluiten ................................................................. 2-10bandenasymmetrisch .................................................... 7-7balanceren .......................................................... 7-5bandenspanning controleren ...................... 7-8bandenspanningsensor vervangen ...........7-9bandenvulmiddel ........................................... 7-10bandenvulmiddel vervangen ..................... 7-13betekenis van merktekens op banden ............................................................... 8-10controle ......................................................7-5, 7-7kettingen ............................................................. 7-8lekke band ..........................................................7-6nieuwe monteren ............................................. 7-7slijtagepatronen ............................................... 7-5spanning, controleren ....................................7-4specificatie .........................................................8-9vervangen ........................................................... 7-7vlakke kanten ....................................................7-6winter ................................................................... 7-7wisselen van ....................................................... 7-5bandenreparatie .................................................. 7-10bandenreparatiesetje ........................................ 7-10busje met vulmiddel vervangen ............... 7-13oppompen met lucht .................................... 7-12oppompen met vulmiddel ........................... 7-11bandenspanning, controleren ..........................7-4Bandenspanningcontrolesysteembandenspanningsensor vervangen ...........7-9overzicht ............................................................. 7-8storing .................................................................. 7-9batterij (12V)leegraken ........................................................... 6-4technische gegevens ...................................... 8-7Batterij (hoogspanning)algemene informatie ..................................... 6-4koelvloeistof .................................................... 7-18onderhoud van ................................................ 6-4ontladen, gevolgen van ................................ 6-4technische gegevens ...................................... 8-7temperatuurbeperkingen ............................ 6-4vloeistof controleren .................................... 7-18batterij (sleutel), vervangen ............................. 2-3bekerhouders ....................................................... 2-14beladingalgemene informatie ...................................... 8-3informatiesticker .............................................. 8-3laadvermogen bepalen ................................. 8-4voorbeelden voor het berekenen van de toegestane belading ....................... 8-4
iii
INDEX
Instellingen .............................................................. 5-6instellingen alarminstallatie ............................5-25instrumentenpaneelals auto uit is ................................................... 4-10bij achteruitrijden .......................................... 4-10controlelampjes .............................................. 4-11energiemeter .................................................. 4-24overzicht ........................................................... 4-10reinigen ............................................................... 7-15status van het laden ....................................... 6-8interieur ..................................................................... 1-2interieur reinigen .................................................7-15Internetradio .........................................................5-17ISOFIX-kinderzitjes, installeren ....................... 3-9
J
Jack-stand ..............................................................5-13
K
kenmerken, nieuwe downloaden .................5-27kettingen .................................................................. 7-8keyless entry .......................................................... 2-2kinderbeveiligingachterklep uitschakelen ................................ 2-5portiergrepen achter uitschakelen ........... 2-5ruitbediening achter uitschakelen ............ 2-7kinderzitjesalgemene richtlijnen ....................................... 3-7Bovenste riemen ............................................ 3-10grotere kinderen .............................................. 3-8installatiemethode .......................................... 3-8ISOFIX-type, installeren ................................ 3-9kiezen ................................................................... 3-7kinderzitje met veiligheidsgordel, installeren ........................................................... 3-8meerdere installeren ...................................... 3-9naar achteren gericht, beperkingen .........3-11naar achteren gericht, een kind vastzetten ..........................................................3-13naar achteren gericht, opklappen .............3-11naar achteren gericht, veiligheid ............. 3-14testen ................................................................. 3-10veiligheidsinformatie .................................... 3-10klepopenen ............................................................... 2-10sluiten ................................................................. 2-10km-stand aflevering .......................................... 10-2km-stand bij aflevering .................................... 10-2km-tellerop instrumentenpaneel ............................... 4-10op touchscreen .............................................. 4-21koelvloeistofBatterij (hoogspanning) ..............................7-18vervangen van .................................................. 7-2
koplampen ............................................................. 4-13bochtverlichting ............................................. 4-15na uitstappen .................................................. 4-15koplampen in bochten ...................................... 4-15
L
laadcontact .............................................................6-5Laadkabelaansluiting ..........................................................6-5losnemen ............................................................ 6-6onderdelen .........................................................6-3laadkabelaansluiting ..........................................................6-5losnemen ............................................................ 6-6Laadniveau ..............................................................6-7laadschema, instellen ..........................................6-7laadstroom ..............................................................6-7laadvermogen ........................................................8-3ladenalgemene informatie ...................................... 8-3informatiesticker over .................................... 8-3laadvermogen bepalen ................................. 8-4Lendensteun ........................................................... 3-2lierkabel, bevestigen ............................................9-3luchtfilter ................................................................. 5-11luchtverdeling ...................................................... 5-10luchtveringautomatische aanpassing ........................... 5-12controlelampjes .............................................. 5-12handbediening ................................................ 5-12Jack-stand ........................................................ 5-13
M
matten ..................................................................... 7-16mediaaudiobestanden afspelen ........................... 5-18DAB-radio ......................................................... 5-16favorieten .......................................................... 5-18Internetradio .................................................... 5-17radio .................................................................... 5-14Tuneln internetradio ..................................... 5-17volume .................................................................4-3mistlampen ............................................................ 4-13mobiele app ......................................................... 5-28ModelS heffen ..................................................... 7-26ModelS inschakelen .............................................4-7ModelS opkrikken .............................................. 7-26ModelS starten .......................................................4-7ModelS uitschakelen ............................................4-7modificaties ......................................................... 7-27
vi
INDEXINDEX
touchscreenBedieningsorganen .........................................5-4Instellingen ......................................................... 5-6lichtsterkte ......................................................... 5-2overzicht ............................................................. 5-2reinigen .............................................................. 7-15Software-updates ......................................... 5-27Tow-stand ............................................................... 9-3TPMSbandenspanningsensor vervangen ........... 7-9overzicht ............................................................. 7-8storing .................................................................. 7-9traction control .................................................. 4-25transporterenJack-stand .......................................................... 9-3lierkabel bevestigen .......................................9-3Model S in Neutraal laten staan ................. 9-3wielen blokkeren ............................................. 9-4trekhaken .................................................................8-4Tuneln ..................................................................... 5-17
U
Units & Format ....................................................... 5-6USB-apparatenaansluiting ........................................................ 5-19audiobestanden afspelen van ................... 5-18USB-poorten ......................................................... 5-19
V
veiligheidsaanwijzingen ..................................... 9-3veiligheidsgordelsbij een aanrijding ............................................. 3-5dragen ..................................................................3-4gordelspanners ................................................. 3-5overzicht .............................................................3-4reinigen .............................................................. 7-15testen ................................................................... 3-5vastmaken ..........................................................3-4veiligheidsaanwijzingen ................................ 3-6veiligheidsgordel en zwanger .....................3-4veiligheidsinformatieairbags ............................................................... 3-18kinderzitjes ....................................................... 3-10naar achteren gerichte kinderzitjes ........ 3-14veiligheidsgordels ........................................... 3-6ventilatie ...................................................... 5-10, 5-11ventilatieroosters ................................................. 5-11ventileren, open dak ...........................................2-12vergrendelenmet sleutel .......................................................... 2-2touchscreen gebruiken ..................................2-4walk-away ........................................................... 2-5wegrijden ............................................................ 2-5veringautomatische aanpassing ........................... 5-12controlelampjes .............................................. 5-12handbediening ................................................ 5-12
Jack-stand ........................................................ 5-13verkeersinformatie ............................................. 5-17verlichtingalarmknipperlichten ...................................... 4-16binnenverlichting ........................................... 4-13bochtverlichting ............................................. 4-15exterieur ............................................................ 4-13headlights after exit ...................................... 4-15interieur ............................................................. 4-13koplampen ........................................................ 4-13mistlampen ....................................................... 4-13richtingaanwijzers .......................................... 4-16verlichting buitenzijde, bediening ................ 4-13verlichting laadcontact ...................................... 6-6versnelling .............................................................. 4-8versnellingen, schakelen ................................... 4-8Verwarmde ruitenwissers ................................ 4-17verwarmde ruitenwissers ...................... 4-17, 4-18verwarmingoverzicht .............................................................5-8tips voor de bediening .................................. 5-11VIN (Voertuigidentificatienummer) ...............8-2vloeistoffenBatterij (hoogspanning) .............................. 7-18rem ...................................................................... 7-19ruitensproeier ................................................. 7-20vervangen van ...................................................7-2vloerbedekking, reinigen ................................. 7-15Voertuigidentificatienummer (VIN) ...............8-2volumeregeling ............................................ 4-3, 5-2voorkeuren, instellen .......................................... 5-6vrij rollen .................................................................. 4-9
W
waarschuwingslampjesABS ..................................................................... 4-23airbag .................................................................. 3-18bandenspanning .............................................. 7-4Jack-stand ........................................................ 5-13luchtvering ........................................................ 5-12overzicht van .................................................... 4-11traction control .............................................. 4-25Wagenhoogte ........................................................8-5walk-away vergrendeling ..................................2-5wasstraten ............................................................. 7-14wielentechnische gegevens ..................................... 8-8uitlijnen van ........................................................7-5vervangen ........................................................... 7-7Wiggen .................................................................... 9-4winterbanden ......................................................... 7-7