StuurStuur
4.4GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
3. Vorige
Hetzelfde zoals bovenstaand is beschreven bij "Volgende" maar dan het vorige nummer of de vorige zender overslaan.
OPMERKING: Ongeacht welke weergave u voor de linker gedeelte van het instrumentenpaneel heeft geselecteerd, schakelt het navigatiesysteem automatisch over op weergave van de navigatie-aanwijzingen (indien van toepassing) of een waarschuwing dat er een portier of bagageklep niet goed gesloten is terwijl de auto in een versnelling staat.
Toetsen rechts op het stuur
gebruiken
Gebruik de toetsen aan de rechterzijde op het stuur voor het bedienen van de telefoon en andere functies zoals de spraakbediening en het instellen van de functies van het rechter scrollwieltje.
OPMERKING: Ongeacht hoe u het rechter gedeelte van het instrumentenpaneel instelt, verschijnt automatisch het telefoonmenu als u via de Bluetooth wordt gebeld.
1. Telefoonmenu
Druk tijdens een gesprek op deze toets om het telefoonmenu op te vragen met de opties mute, hold en end the call.
2. Scrollwieltje
•Draai het scrollwieltje omhoog of omlaag om een optie uit het menu te kiezen. Druk op het wieltje om de weergegeven optie te selecteren.
•Druk op het wieltje om de functie te selecteren die u naar uw eigen voorkeur hebt ingesteld (zie stap 3).
•Druk het wieltje in om de weergave op het rechter gedeelte van het instrumentenpaneel in te stellen aan de hand van de beschikbare optie. Draai het wieltje omhoog of omlaag om een van de opties te kiezen. Druk het scrollwieltje in om een bepaalde optie te selecteren.
3. Functies van scrollwieltje instellen/Menu verlaten.
Druk op deze toets en selecteer Phone om door het adresboek en de meest recente gesprekken te bladeren en deze te selecteren.
Druk op deze toets en selecteer Customize om de functies van het scrollwieltje in te stellen. U kunt kiezen uit:
•All - verdraai het wieltje om door de beschikbare functies te scrollen (onderstaand).
Stuur
RIJDEN4.5
•Climate Temps - verdraai het wieltje om de temperatuur in te stellen. Druk op het wieltje om de Climate control in- en uit te schakelen.
•Fan Speed - verdraai het wieltje om de aanjagersnelheid in te stellen.
•Display Brightness - verdraai het wieltje om de lichtsterkte van de displays in te stellen. Druk op het wieltje om terug te gaan naar de standaardinstelling.
•Media Source Picker - verdraai het wieltje om een mediaspeler te kiezen. Druk op het wieltje om een zender of een nummer dat wordt afgespeeld, als favoriet op te slaan of te verwijderen.
•Sunroof (indien aanwezig) - verdraai het wieltje om de stand van het open dak in te stellen.
Druk op de toets rechtsonder om een menu te verlaten of terug naar een vorig niveau in de mapstructuur.
Claxon
Druk in het midden op het stuur om de claxon te bedienen.
Ruitenwissers en -sproeiers
RIJDEN4.19
Sproeiers
Druk de knop op het uiteinde van de hendel aan de linkerzijde van het stuur in en houd deze ingedrukt om de ruitensproeiers te bedienen. De ruitenwissers worden ingeschakeld.
Als u de knop loslaat, maken de ruitenwissers nog een paar slagen en dan stoppen ze.
Vul de ruitensproeier vloeistof regelmatig bij (zie blz. 7.20).
Ruitensproeiers ontdooien
Als de Model S is uitgerust met het optionele Cold Weather-pakket worden de ruitensproeiers verwarmd als de omgevingstemperatuur het vriespunt nadert en als u de ruitenwisserverwarming inschakelt (via Controls > Cold Weather > Heated Wipers op het touchscreen). De sproeierverwarming schakelt uit als de ruitenwisserverwarming wordt uitgeschakeld (na 15 minuten) en als de omgevingstemperatuur hoog genoeg is.
Energieverbruik
RIJDEN4.23
EnergieverbruikWeergave energieverbruik
Tik op de Energy-app aan de bovenzijde van het touchscreen voor een grafische weergave van het energieverbruik van de Model S.
De grafiek toont het energieverbruik en de resterende actieradius. De actieradius wordt berekend op basis van de verbruik van de laatste 0,16 km.
Snel accelereren en rijden op hoge snelheid zorgen voor pieken in het verbruik. Rustig rijden spaart energie. Momenten waarop er meer energie werd teruggewonnen dan verbruikt (een overschot dat gebruikt wordt om de batterij op te laden) worden in het groen aangegeven.
U kunt de schaal van de weergave veranderen door in of uit te zoomen met de gebruikelijke vingerbewegingen op het scherm. U kunt het energieverbruik van de laatste 10, 25, of 50 km bekijken. U kunt de schaal ook veranderen door op Controls > Settings > Apps > Energy te tikken.
OPMERKING: U kunt de grafiek ook op het instrumentenpaneel laten weergeven, gebruik daarvoor het scrollwieltje op het stuur (zie blz. 4.3).
Tips om actieradius te vergroten
U kunt uw actieradius vergroten door zuinig te rijden op dezelfde manier als u deed om benzine te besparen.
Het energieverbruik is sterk afhankelijk van de rijstijl van de bestuurder en externe omstandigheden (koud weer, zware belading, rijden in bergen enz.). Houd de volgende punten in gedachten als u het maximale uit een lading wilt halen:
•Rijden op hoge snelheid kost veel energie en verkort de actieradius.
•Vo o r ko m v a a k e n s n e l a c c e l e r e re n .
•Neem bijtijds de voet van het gaspedaal in plaats van te remmen. Elke keer dat u tijdens het rijden de voet van het gas neemt, verliest de auto door regeneratief remmen snelheid terwijl de daarbij opgewekte energie wordt gebruikt om de batterij op te laden (zie blz. 4.25).
•Zorg voor de juiste bandenspanning (zie blz. 7.4).
•Neem geen onnodige bagage mee.
•Beperk het gebruik van elektrische verbruikers zoals de verwarming en de airconditioning. Het gebruik van de stoelverwarming is efficiënter dan het hele interieur verwarmen.
De energiemeter op het instrumentenpaneel en de Energy-app (zie blz. 4.23) geven informatie over het energieverbruik. Dankzij deze informatie weet u al snel hoeveel invloed uw rijstijl en de externe omstandigheden hebben op het energieverbruik van de Model S.
5.1
TOUCHSCREEN
Overzicht touchscreen
Het grote geheel ............................................... 5.2
Touchscreen - Bedieningsorganen
Bediening Model S .......................................... 5.4
Touchscreen - InstellingenPersoonlijke instellingen Model S.............. 5.6
Climate Control
Overzicht Climate control ............................. 5.8Climate control instellen .............................. 5.10Ventilatie............................................................. 5.11Tips voor de bediening ................................. 5.11
Luchtvering
Automatische niveauregeling.................... 5.12Handmatige niveauregeling ....................... 5.12Jack-stand ......................................................... 5.13
Media en Audio
Overzicht ........................................................... 5.14AM-en FM-radio .............................................. 5.16DAB-radioservices ......................................... 5.16Internetradio..................................................... 5.17Media-instellingen .......................................... 5.17Favorieten ......................................................... 5.18My Music & Devices ....................................... 5.18USB-aansluitingen .......................................... 5.1912V-stopcontact .............................................. 5.19
TelefoonBluetooth® Compatibiliteit ........................ 5.20Bluetooth-telefoon linken .......................... 5.20Contacten importeren ................................. 5.20Bluetooth-telefoon, linken ongedaan maken ................................................................ 5.20Verbinding met gelinkte telefoon maken ................................................................. 5.21Bellen................................................................... 5.21Een gesprek aannemen................................ 5.21Opties binnenkomend gesprek................. 5.21
Kaarten
Kaarten gebruiken ......................................... 5.22
Navigeren
Overzicht navigatie ....................................... 5.23Navigatie starten............................................ 5.23Tijdens het navigeren ................................... 5.24
Instellingen alarminstallatie
Over de alarminstallatie .............................. 5.25
HomeLink® Universal TransceiverOver HomeLink®............................................ 5.26HomeLink programmeren .......................... 5.26
Software Updates
Nieuwe software ............................................ 5.27Release Notes bekijken ............................... 5.27
Mobiele app
Model S Mobiele app .................................... 5.28
Overzicht touchscreen
TOUCHSCREEN5.3
1.Statusbalk
Op de statusbalk aan de bovenzijde van het scherm staan snelkoppelingen naar Charging, HomeLink, Driver Profiles, voertuiginformatie (de Tesla “T”), info over updates, Bluetooth® en de status van de airbag aan passagierszijde. Daarnaast worden de temperatuur, de tijd, de signaalsterkte van het netwerk, Bluetooth, en de status van de airbag aan passagierszijde aangegeven. Als er een waarschuwing wordt gegeven (uitroepteken) tik dan op het icoontje om de actuele waarschuwingen weer te geven.
OPMERKING: De tijd wordt automatisch ingesteld via het mobiele netwerk. Tik op Controls > Settings > Language & Units om de eenheden voor temperatuur (Co o r Fo) en tijd (12- of 24-uursnotatie) te veranderen.
2.Apps
Er zijn verschillende manieren om een app weer te geven:
•Tik op het icoontje van de app om de gegevens op het bovenste gedeelte van het scherm weer te geven. Tik, als de app al weergegeven wordt, nog een keer op het icoontje om naar een volledig scherm over te schakelen (slechts enkele apps hebben een volledig-schermfunctie).
•Sleep het icoontje van de app naar het bovenste gedeelte van het scherm.
•Tik op het icoontje en houd het even vast. Er verschijnt een pop-up met de vraag of u de app op het bovenste of het onderste gedeelte van het scherm weer wilt geven.
3.Scherm
De weergave van het scherm is afhankelijk van de app die is geselecteerd (in dit voorbeeld worden de Nav- en de Media-app weergegeven). Bij sommige apps (zoals Nav en Web) kunt u in- en uitzoomen met de gebruikelijke vingerbewegingen.
4.Maximaliseren/minimaliseren
Tik op het kleine rechthoekje om de desbetreffende app op het hele scherm weer te geven (niet bij alle apps mogelijk). Tik nog een keer op dit icoontje om twee apps tegelijk weer te geven.
5.Bedieningsorganen
Dit icoon geeft toegang tot alle bedieningsorganen en instellingen van de Model S (portieren, sloten, verlichting enz.)
6.Climate control (zie blz. 5.10).
7.Vo l u m e re g e l i n g
Tik op het pijltje omhoog of het pijltje omlaag om het volume van de luidsprekers te regelen. U kunt dit ook met behulp van het scrollwieltje aan de linkerzijde op het stuur doen.
OPMERKING: Als u bij het instappen een portier opent, gaat de mediaspeler door met het weergeven van de muziek die bij het uitschakelen van de auto ook al werd afgespeeld. Het volume blijft zacht tot u zit en het portier sluit, dan wordt het volume automatisch ingesteld op h e t vo lu m e d a t a l eerder was ingesteld. Als u het portier weer opent, wordt het volume weer verminderd. Als het laatste portier wordt gesloten stopt de mediaspeler de weergave.
8.Positie van twee weergegeven apps wisselen.
WA A R S C H U W I N G : K i j k n i e t n a a r h e t touchscreen onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding. Alles wat van belang is tijdens het rijden wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.
Media. Zie blz. 5.14.
Nav. Zie blz. 5.23.
Energy. Zie blz. 4.23.
We b . To e g a n g t o t h e t i n te r n e t via de web browser.
Camera. Weergave van het gebied achter de auto. Dit beeld verschijnt automatisch zodra de selectiehendel in stand R (Achteruit) wordt gezet. Zie blz. 4.29.
Te l e f o o n . Z i e b l z . 5 . 2 1 .
Touchscreen - Bedieningsorganen
TOUCHSCREEN5.5
1.Close
Tik op het kruisje in de cirkel aan de linker bovenzijde om het venster te sluiten. U kunt het venster ook sluiten door ergens buiten het venster op het scherm te tikken.
2.Sunroof
Tik op dit icoon om de stand het het open dak (indien aanwezig) in te stellen (zie blz. 2.12).
3.Driving
•Suspension
Tik op dit icoon om, als de auto is uitgerust met actieve luchtvering, de hoogte van de auto handmatig aan te passen (zie blz. 5.12). U moet het rempedaal intrappen om de instelling van de vering te kunnen veranderen. Auto's met actieve luchtvering hebben een automatische niveauregeling die ook werkt als de auto is uitgeschakeld. Deze niveauregeling moet uitgeschakeld worden als de auto wordt opgetakeld of gesleept (zie blz. 7.26 en 9.3).
•Steering mode
Vo o r h e t i n s te l l e n va n d e k ra c h t wa a r m e e het stuurwiel verdraaid moet worden. Sport geeft een betere respons terwijl Comfort zorgt voor een lichtere besturing en extra gemak bij het inparkeren (zie blz. 4.3).
•Regenerative braking
Als het gaspedaal wordt losgelaten, zal de auto snelheid verliezen door het regeneratief remmen. De energie die daarbij wordt opgewekt, wordt gebruikt om de batterij weer op te laden. Selecteer Low om het remmende effect te beperken, dit gaat echter wel ten koste van de actieradius (zie blz. 4.25).
OPMERKING: Ongeacht de instellingen is de hoeveelheid energie die met regeneratief remmen wordt herwonnen kleiner als de batterij vol is, of als het heel heet of heel heet is (de extra energie wordt gebruikt om de batterij te koelen of te verwarmen).
•Tr a c t i o n C o n t r o l
Als de Traction Control wordt uitgeschakeld, verschijnt er een waarschuwing op het instrumentenpaneel. Het systeem wordt
aan het einde van elke rit automatisch weer ingeschakeld (zie blz. 4.26).
•Creep
Selecteer ON als u wilt dat de auto in stand D (Rijden) en R (Achteruit) kruipt als u het rempedaal loslaat (net als bij een conventionele automatische transmissie). Om deze instelling te kunnen veranderen moet de selectiehendel in stand P (Parkeren) staan.
4.Cold weather-pakket
Als de Model S is uitgerust met het optionele Cold Weather-pakket beschikt u over stoelverwarming en verwarmde ruitenwissers. U kunt de verwarming van de beide voorstoelen ook instellen via het bedieningspaneel van de airco aan de onderzijde van het touchscreen (zie blz. 5.8).
5.Tr i p s
Het bekijken en resetten van de dagteller (zie blz. 4.22).
6.Displays
Vo o r h e t h a n d m a t i g i n s t e l l e n va n d e lichtsterkte en het selecteren van dag- (lichte achtergrond) of nachtweergave (donkere achtergrond). Als het scherm op Auto staat, wisselt het touchscreen automatisch tussen dag- en nachtweergave waarbij de lichtsterkte afhankelijk is van de hoeveelheid licht.
7.E-Brake & Power Off
U kunt handmatig:
•De parkeerrem vastzetten en lossen (blz. 4.24).
•Uitschakelen (zie blz. 4.7)
•De Model S in Neutraal laten staan door de Tow-stand in te schakelen (zie blz. 9.3).
8.Doors & locks (zie blz. 2.4)
9.Control lights (zie blz. 4.13)
WA A R S C H U W I N G : K i j k n i e t n a a r het touchscreen onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding. Alles wat van belang is tijdens het rijden wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.
Touchscreen - Instellingen
TOUCHSCREEN5.7
1.Hier stelt u de voorkeuren van de geïnstalleerde apps instellen. Apps waarvan u de instellingen niet kunt instellen, worden in het grijs weergegeven.
2.Driver profiles (zie blz. 4.2)
3.Language & Units
Vo o r h e t i n s te l l e n va n d e we e rg ave va n :
•Taal: Voor het instellen van de taal waarin waarschuwingen, berichten en navigatie-aanwijzingen (indien van toepassing) worden weergegeven.
OPMERKING: Als u de taal verandert, zal het touchscreen even sluiten en opnieuw opstarten.
•Regio: Voor het selecteren van een regio voor het formaat van datum en (mm dd jj/dd-mm-jj, enz,) en de weergave van decimalen (5.123, 5,123 enz.).
•Afstand: Eenheden voor de actieradius (mijl of km), snelheidsmeter, energiegrafiek, dagteller en Google map zoekfuncties en navigatieroutes.
•Tijd: 12- of 24-uursnotatie.
•Te m p e r a t u u r : oF of oC.
•Laadeenheden: Weergave van energie (kWh) of afstand (mijl/km).
•Actieradius: Berekende actieradius (op basis van ECE R101) of Ideale actieradius (op basis van ideale omstandigheden zoals rijden met een constante snelheid van 89 km/h op een vlakke weg, zonder extra verbruikers (stoelverwarming, airconditioning enz.).
4.Ve h i c l e
•Drive-away vergrendeling: Als deze optie op ON staat, worden alle portieren vergrendeld als de auto een snelheid van meer dan 8 km/h bereikt (zie blz. 2.5).
•Walk-away vergrendeling: Als deze optie op ON staat, worden alle portieren vergrendeld als u van de auto wegloopt en de sleutel meeneemt (zie blz. 2.5). Alleen beschikbaar als de auto is uitgerust met het optionele Tech-pakket.
•Child-Protection Locks: A l s d e z e o p t i e o p ON staat, kunnen de achterportieren en de achterklep niet van binnenuit geopend worden.
•Auto-Present Handels: Als deze optie op ON staat komen de portiergrepen automatisch naar buiten als u met een afstandsbediening naar de auto loopt, ongeacht of de auto vergrendeld is of niet (zie blz. 2.4).
•Mirrors Auto-Tilt: Als deze optie op ON staat, kantelen de buitenspiegels automatisch omlaag bij het inschakelen van de achteruit (zie blz. 4.6). Alleen beschikbaar als de auto is uitgerust met het optionele Tech-pakket.
•Headlights After Exit Als deze optie op ON staat, blijven de koplampen nog 2 minuten na het verlaten van de auto branden of tot u de auto vergrendelt (zie blz. 4.16).
•Range mode: Als deze optie op ON staat, wordt het vermogen van de airconditioning beperkt om energie te besparen. De verwarming/airconditioning kan dan minder effectief zijn.
5.Safety & Security
Voor het in- of uitschakelen van veiligheidsfuncties:
•Passagiersairbag (zie blz. 3.17).
•Alarminstallatie en veiligheidsopties van de auto (zie blz. 5.25).
•To e g a n g o p a f s t a n d t o t m o b i e l e a p p s v a n Te s l a ( z i e b l z . 5 . 2 8 ) .
6.HomeLink
Gebruik HomeLink voor radiografisch werkende bediening van garagedeuren, verlichting of beveiligingssystemen (zie blz. 5.26).
WA A R S C H U W I N G : K i j k n i e t n a a r h e t touchscreen onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding. Alles wat van belang is tijdens het rijden wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.