179
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Het automatisch in- en uitklappen
van de buitenspiegels kan worden
gedeactiveerd door het PEUGEOT-
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
F
V
an buitenaf: ontgrendel de auto met de
elektronische sleutel of met het "Keyless
entry and start"-systeem.
F
V
anuit het interieur: trek bij aangezet
contact de schakelaar A vanuit de
middelste stand naar achteren.
Uitklappen
Inklappen
F Van buitenaf: vergrendel de auto met de
elektronische sleutel of met het "Keyless
entry and start"-systeem.
F
V
anuit het interieur: trek bij aangezet
contact de schakelaar A vanuit de
middelste stand naar achteren.
Als de buitenspiegels zijn ingeklapt met behulp
van de schakelaar A, worden ze niet automatisch
uitgeklapt als de auto wordt ontgrendeld. Trek
nogmaals de schakelaar A naar achteren om de
buitenspiegels uit te klappen.
Indien nodig kunnen de buitenspiegels
handmatig worden ingeklapt.
5
Zicht
187
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Om de toegang tot de auto te vergemakkelijken,
worden de volgende delen verlicht:
-
h
et oppervlak naast het bestuurders- en
het passagiersportier,
-
h
et oppervlak voor de buitenspiegels en
achter de voorportieren.
Verlichting spiegels
Inschakelen
De instapverlichting wordt ingeschakeld:
- bij het ontgrendelen,
-
b
ij het afzetten van het contact,
-
b
ij het openen van een portier,
-
b
ij het lokaliseren van de auto via de
afstandsbediening.
Uitschakelen
De verlichting dooft na een bepaalde tijd automatisch.
Instapverlichting buitenzijde
De instapverlichting is bedoeld om op donkere plaatsen het lokaliseren van de auto en het
instappen te vergemakkelijken. De instapverlichting is actief als de lichtschakelaar in de stand
" AUTO " staat en de lichtsensor weinig omgevingslicht detecteert.
Inschakelen
F Druk op het geopende hangslot
van de afstandsbediening of op
de portiergreep van een van de
voorportieren met het "Keyless
entry and start"-systeem.
H
et dimlicht en het parkeerlicht
gaan branden en uw auto wordt
gelijktijdig ontgrendeld.
Uitschakelen
De instapverlichting buitenzijde gaat na een
bepaalde tijd automatisch uit of gaat uit na het
afzetten van het contact of het vergrendelen
van de auto.
Programmeren
Het in- en uitschakelen van de functie
instapverlichting en de duur van het branden
van de instapverlichting kan worden ingesteld
via de menu's " Rijhulpsystemen " en
" Configuratie auto ".
5
Zicht
286
308_nl_Chap08_verifications_ed01-2015
Voer de lege AdBlue®-flacons niet als
huisvuil af, maar deponeer ze in de
daartoe bestemde containers of breng
de flacons naar uw verkooppunt..
Belangrijk:
als het AdBlue
®-
reservoir van uw auto helemaal leeg
is - dit wordt aangegeven door de
waarschuwingsmeldingen en u kunt in
dat geval de motor niet meer starten -
moet u het reservoir vullen met
minimaal 3,8
liter additief (twee flacons
van 1,89
liter). F
V
eeg nadat u de flacon leeg hebt gegoten
met behulp van een vochtige doek
eventuele vloeistofsporen van de rand van
de vulopening van het reservoir.
Spoel gemorst additief onmiddellijk weg
met koud water of veeg het weg met
een vochtige doek.
Als het additief is gekristalliseerd,
ver wijder het dan met een spons en
warm water.
F
B
reng de blauwe dop aan op de vulopening
van het reservoir en draai de dop een
zesde omwenteling rechtsom tot hij stuit.
F B reng de zwarte dop aan en draai hem
een kwart omwenteling rechtsom zonder
er druk op uit te oefenen. Zorg ervoor dat
het merkteken op de dop in lijn staat met
merkteken op de steun.
F
L
eg het reservewiel en/of de opbergbak
(volgens uitvoering) terug op de bodem van
de bagageruimte.
F
P
laats de vloerbekleding van de
bagageruimte terug en sluit de achterklep. Belangrijk: als u additief hebt
bijgevuld nadat het reser voir leeg
is geraakt
, aangegeven door de
melding " Vul brandstof- additief bij:
Starten geblokkeerd", dient u ongeveer
5 minuten te wachten voordat u het
contact weer aanzet, zonder het
bestuurderspor tier te openen, de
auto te ontgrendelen, de sleutel
in het contactslot te steken of de
sleutel van het "Keyless entr y and
start"-systeem in het interieur te
leggen .
Zet vervolgens het contact aan en start
na 10 seconden wachten de motor.
F
P
ak een flacon AdBlue
®. Controleer de
houdbaarheidsdatum en lees vervolgens
aandachtig de gebruiksaanwijzing op het
etiket voordat u de inhoud van de flacon in
het AdBlue
®-reservoir van uw auto giet.
Onderhoud
396
Geheugen instellingen bestuurder .................82
Gekoeld dashboardkastje ...............................88
Gereedschap
............................... 2
29, 235, 236
Gevarendriehoek
............................................ 98
Gewichten
..................................................... 293
Grootlicht
............................... 181, 243, 245, 247
Halogeenlampen
................................... 243, 245
Handgeschakelde versnellingsbak
....10, 12, 15,
128, 129, 136, 292
Handrem
......................................... 15, 120, 292
Handsfree set
............................... 360, 361, 385
Het opslaan van de snelheid
........................13 9
Hill-Holder
..................................................... 12
8
Hoofdsteunen achter
................................ 8
6, 87
Hoofdsteunen verstellen
.................................83
Hoofdsteunen vóór .......................................... 83
Hoogte- en diepteverstelling stuurwiel
...........79
Hulpoproep
................................... 1
96, 297, 298
Identificatie auto ............................................ 296
Identificatiegegevens
.................................... 296
Identificatieplaatjes constructeur
.................296
Identificatie (stickers)
.................................... 29
6
Indeling bagageruimte
.............................. 9
4, 95
Indeling interieur
............................................. 88
Inhoud brandstoftank
...................................... 76
Instapverlichting
............................................ 18
7
Instellen van de uitrustingen
...........................43
F
J
K
Eco-mode ...................................................... 263
Eco-rijden (adviezen) ...................................... 10
Electronic Stability Program (ESC)
.....17, 21, 203
Electronic Stability Program (ESP)
..............201
Elektrisch bediende handrem
.........20, 121, 126
Elektrisch verstelbare stoelen
........................81
Elektronische sleutel
..................... 5
0, 57- 60, 65
Elektronische startblokkering
...........54, 67, 119
Elektronisch gestuurde versnellingsbak .........10
ESP/ASR
....................................................... 201
Extra ingang
...............................
..........382, 384
Dimlicht
.........................................
1
81, 243, 245
Dimmer dashboardverlichting
.........................
34
Display instrumentenpaneel
...................
3 5, 13 0
Dodehoekdetectie
................................... 16
, 163
Dynamische noodrem
...........................
121, 126
E
G
H
I
Instellingen bestuurder (opslaan) ...................82
Instellingen van het systeem ........................3
52
Instrumentenpaneel
........................................ 12
I
ntelligente tractiecontrole
............................202
Interactieve hulp
.............................................. 43
Interieurfilter
.................................................. 291
Interieurfilter (vervangen)
.............................291
Interieurverlichting
................................ 193, 19 4
ISOFIX
.......................................................... 222
ISOFIX bevestigingen
...........................221, 222
ISOFIX kinderzitjes
.......................221, 223-225
Jack
........
....................................................... 322
JACK-aansluiting
............. 8
8, 91, 322, 382, 384
Jack-kabel
..................................................... 322
Jukebox (beluisteren)
.................................... 323
Kaartleeslampjes
.......................................... 193
Kentekenplaatverlichting
.............................. 2
52
Keyless entrée and start
......59 - 61, 67, 116, 119
Kilometerteller
................................................. 33
K
inderbeveiliging
.......................................... 228
Kinderen
........................................ 219, 223-225
Kinderen (veiligheid)
..................................... 228
Kinderzitjes
.................... 21
2-214, 218, 219, 227
Kinderzitjes (conventioneel)
.........................218
Kleurcode lak
................................................ 296
Kleurendisplay
..................................... 302, 303
Fietsendrager
................................................ 271
Flacon AdBlue
............................................... 287
Follow me home verlichting
............ 5
4, 185, 18 6
Follow-me-home verlichting
......................... 18
6
Frequentie (radio)
.................................. 313, 315
Functie snelweg (richtingaanwijzers)
........... 19
5
Index