Page 4 of 240

.
.
Instrumentenpaneel 10
Verklikkerlampjes
11
Onderhoudsindicator
2
0
Kilometertellers
2
2
Datum en tijd instellen
2
3
Boordcomputer
24
Monochroom display C (Autoradio / Bluetooth)
2
6
Controle tijdens het rijdenOverzicht
Sleutel met afstandsbediening 3
0
Alarm
3
4
Portieren
36
Achterklep
37
Ruitbediening
39
Toegang tot de auto
Voor stoelen 40
Achterbank
42
Spiegels
43
Stuurwielverstelling
4
5
Ventilatie
46
Verwarming
48
Handbediende airconditioning (zonder display)
4
8
Elektronische airconditioning (met display)
5
0
Ontwasemen - Ontdooien voorzijde
5
3
Achterruitverwarming
54
Comfort
Rijadviezen 60
Starten - afzetten van de motor
6
1
Parkeerrem
64
Handgeschakelde versnellingsbak
6
5
Elektronisch gestuurde versnellingsbak
6
6
Automatische transmissie
7
0
Opschakelindicator
74
Snelheidsbegrenzer
75
Snelheidsregelaar
77
Parkeerhulp achter
7
9
Rijden
Lichtschakelaar 81
Koplampen verstellen
8
6
Ruitenwisserschakelaar
87
Plafonniers
89
Zicht
Eco-rijden
Indeling van het interieur 5
5
Voorzieningen bagageruimte
5
8
Indelingen
Inhoud
Page 7 of 240
5
17 7
209
50
75 / 77
301_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Interieur
Elektronische airconditioning (met display)
Dit systeem, dat is voorzien van een display, biedt u het comfort
van een optimale temperatuur en luchtcirculatie in het interieur.
Snelheidsbegrenzer /
snelheidsregelaar
Met deze twee systemen kunt u de snelheid
van de auto gemakkelijk begrenzen en regelen.
U kunt zelf de gewenste snelheid instellen.
Audio- en
communicatiesystemen
Deze systemen zijn voorzien van de
nieuwste technologie: autoradio met MP3-
afspeelmogelijkheid, USB-aansluiting,
Bluetooth handsfree set, AUX-aansluitingen, ...
Autoradio / Bluetooth
Autoradio
.
Overzicht
Page 9 of 240
7
301_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Cockpit
1. Stuur- en contactslot.
2. Schakelaar ruitenwissers en
ruitensproeiers/boordcomputer.
3.
K
nop centrale vergrendeling /
ontgrendeling.
4.
O
pen opbergvak.
of
M
onochroom display C (Autoradio /
Bluetooth).
5.
M
iddelste verstelbare en afsluitbare
ventilatieroosters.
6.
Voorruitontwaseming.
7.
Passagiersairbag.
8.
Dashboardkastje
U
itschakeling passagiersairbag.
9.
S
chakelaar alarmknipperlichten.
10.
Autoradio.
11.
B
ediening verwarming / airconditioning.
12 .
A
sbak / bekerhouder.
13.
B
ediening elektrische ruitbediening.
14 .
Versnellingshendel.
15.
H
andrem.
.
Overzicht
Page 12 of 240
10
Instrumentenpaneel benzine - diesel
1. Toerenteller (x 1000 t /min).
2. D isplay.
3.
S
nelheidsmeter (km/h). A. In
formatie elektronisch gestuurde
versnellingsbak of automatische transmissie.
Schakelindicator.
B.
Tijd.
C.
Ac
tieradius (km)
of
Dagteller.
D.
Brandstofmeter.
E.
O
nderhoudsindicator (km)
vervolgens,
kilometerteller.
D
eze twee functies worden
achtereenvolgens na het aanzetten van het
contact weergegeven.
F.
A
anwijzingen van de snelheidsregelaar of
de snelheidsbegrenzer.
4. I
nformatie over het onderhoud
N
ulstelling van de geselecteerde functie
(dagteller of onderhoudsindicator)
T
ijd instellen.
KlokkenDisplay
Controle tijdens het rijden
Page 13 of 240
11
301_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Verklikkerlampjes
Een aantal verklikkerlampjes heeft
beide mogelijkheden. Of het constant
branden of knipperen van een
verklikkerlampje duidt op een storing,
is afhankelijk van de werkingsfase van
de auto.Bij het aanzetten van het contact
Als het contact wordt aangezet, gaan bepaalde
waarschuwingslampjes enkele seconden
branden.
Zodra de motor wordt gestart, moeten deze
lampjes weer uitgaan.
Als het lampje blijft branden, controleer dan
voordat u gaat rijden welke functie het betreft.
Bijbehorende waarschuwingen
Sommige verklikkerlampjes kunnen gaan
branden in combinatie met een geluidssignaal
en een melding op het multifunctionele display.
Verklikkerlampjes kunnen constant branden of
knipperen.
De verklikkerlampjes geven de bestuurder informatie over de werking van een systeem (ingeschakeld of uitgeschakeld) of waarschuwen de bestuurder
in het geval van een storing (waarschuwingslampje).
1
Controle tijdens het rijden
Page 16 of 240

14
Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een bericht op het display.Controlelampje StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Passagiersairbag permanent. De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF".
De frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
U kunt een kinderzitje met de "rug
in de rijrichting" plaatsen, behalve
in het geval van een storing in het
airbagsysteem (verklikkerlampje
airbags brandt). Zet de schakelaar in de stand "
ON" om de frontairbag
aan passagierszijde in te schakelen.
Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitje
met de "rug in de rijrichting".
ESP/ASR permanent. De toets linksonder op het dashboard
wordt ingedrukt. Het bijbehorende
verklikkerlampje gaat branden.
De functie ESP/ASR wordt
uitgeschakeld.
ESP: dynamische stabiliteitscontrole.
ASR: antispinregeling. Druk op de toets om de functie ESP/ASR in te
schakelen. Het verklikkerlampje dooft.
De functie ESP/ASR wordt automatisch ingeschakeld
als de motor wordt gestart.
Na uitschakelen van het systeem, wordt het
automatisch opnieuw ingeschakeld bij snelheden
hoger dan ongeveer 50
km/h.
Controle tijdens het rijden
Page 17 of 240

15
301_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Waarschuwingslampjes
Als bij draaiende motor of tijdens het rijden een van de volgende verklikkerlampjes gaat branden, wijst dit op een storing in het desbetreffende systeem
en moet de bestuurder actie ondernemen.
Lees in het geval van een storing waarbij een waarschuwingslampje gaat branden de aanvullende informatie, die via een melding op het display wordt
weergegeven.
Raadpleeg indien nodig het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.Controlelampje StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
STOP permanent,
in combinatie
met een ander
waarschuwingslampje. Dit waarschuwingslampje brandt bij
een te lage motoroliedruk of bij een te
hoge koelvloeistoftemperatuur.
Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Zet het contact af en neem contact op met het
PEUGEOT-netwerk of met eengekwalificeerde
werkplaats.
Service tijdelijk. Er is een kleine storing
opgetreden waarbij geen specifiek
verklikkerlampje gaat branden. Identificeer de storing met behulp van de melding op
het display zoals bijvoorbeeld:
-
d
e mate van vervuiling van het roetfilter (diesel),
-
de
stuurbekrachtiging,
-
e
en kleine elektrische storing,
-
...
Raadpleeg in andere gevallen het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
permanent. Er is een ernstige storing
opgetreden waarbij geen specifiek
verklikkerlampje gaat branden. Identificeer de storing met behulp van de melding op
het display en raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
1
Controle tijdens het rijden
Page 22 of 240

20
Onderhoudsindicator
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is meer dan 3000 km
Als het contact wordt aangezet, verschijnt er
geen onderhoudsinformatie op het display.
De onderhoudsindicator geeft aan hoeveel
kilometer u nog ver wijderd bent van de
eerstvolgende onderhoudscontrole volgens het
schema van de fabrikant.
Deze afstand wordt berekend vanaf de laatste
nulstelling van de onderhoudsindicator op basis
van twee parameters:
-
h
et aantal afgelegde kilometers,
-
d
e verstreken tijd sinds de laatste
onderhoudscontrole.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is 1000 tot 3000 km
Als het contact wordt aangezet, gaat
gedurende enkele seconden de
onderhoudssleutel branden. De kilometerteller
geeft de resterende kilometers tot de
eerstvolgende onderhoudscontrole aan.
Voorbeeld: de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole bedraagt 2800
km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
Enkele seconden na het aanzetten van het
contact verdwijnt de sleutel ; de teller geeft
weer de kilometerstand en de stand van de
dagteller aan.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is minder dan 1000 km
Voorbeeld: de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole bedraagt 900 km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
Enkele seconden na het aanzetten van
het contact treedt de kilometerteller weer
in werking en blijft de sleutel branden
om aan te geven dat er binnenkort
onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd
moeten worden.
Controle tijdens het rijden