.
2008_nl_Chap00a_sommaire_ed01-2015
Richtingaanwijzers 128
Alarmknipperlichten 1 28
Cla xon
129
Urgence-oproep of Assistance-oproep
1
29
Bandenspanningscontrolesysteem
130
ESP
133
Grip control
1
36
Veiligheidsgordels
1
38
Airbags
1
41
Veiligheid
Brandstoftank 159
Tankbeveiliging (diesel) 1 61
Brandstoftank leeg (diesel)
1
63
Additief AdBlue
® en SCR-systeem 1 64
(BlueHDi-dieselmotor) 164
Bandenreparatieset
172
Wiel verwisselen
1
77
Sneeuwkettingen
184
Een lamp vervangen
1
85
Zekering vervangen
1
92
12V-accu
198
Eco -mode
201
Wisserbladen vervangen
2
02
Slepen
2
03
Trekken van een aanhanger
2
05
Allesdragers monteren
20
7
Onderhoudstips
207
Accessoires
208
Praktische informatie
M o t o r k a p 2 11
Benzinemotoren 212
Dieselmotoren
213
Niveaus controleren
2
14
Controles
2
17
Onderhoud
Algemeen 219
Benzinemotoren 220
Gewichten (benzine)
2
22
Dieselmotoren
224
Gewichten (diesel)
2
26
Afmetingen
229
Identificatie 230
Technische gegevens
Urgence-oproep 23 2
Assistance-oproep 233
7
inch touchscreen
2
35
Autoradio / Bluetooth
2
97
Autoradio
317
Audio en telematica
Index
Kinderzitjes 1 45
Uitschakelen van de airbag vóór aan passagierszijde
1
47
ISOFIX-kinderzitjes
1
54
Kinderbeveiliging
158
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Lichtschakelaar 111
Koplampen verstellen 1 18
Statische bochtverlichting
1
19
Ruitenwisserschakelaar
120
Dimmer dashboardverlichting
1
24
Plafonniers
1
25
Sfeerverlichting interieur
1
26
Panoramadak
1
27
Zicht
Inhoud
6
2008_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2015
Cockpit
Plafonniers 125
Sfeerverlichting interieur 1 26
Binnenspiegel
60
Noodoproep of pechhulpoproep
1
29, 232-233
Handrem
8
1Handgeschakelde versnellingsbak
8
2
2Tronic versnellingsbak met 5
versnellingen
8
3-85
2Tronic versnellingsbak met 6
versnellingen
8
6-89
Automatische transmissie
9
0-93
Opschakelindicator
94
Stop & Start-systeem
9
5 -97
Hill Holder
9
8
Zekeringen dashboard
1
92-196
USB-aansluiting/Jack-aansluiting
72 Verwarming, ventilatie
6
1-65
Handbediende airconditioning
6
4-65
Automatische airconditioning met gescheiden regeling
6
6-68
Ontwasemen/ontdooien voor
6
9
Ontwasemen/ontdooien achterruit
6
9
Bluetooth autoradio
2
97-315
Buitenspiegels
59
Ruitbediening, blokkering
5
3-54 Autoradio
317-328
Zekeringen dashboardkastje
1
92-193, 196
Touchscreen
2
35-295
Motorkapontgrendeling
211
Overzicht
9
2008_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2015
10. Verstelbare en afsluitbare zijventilatieroosters.
11.
Zijruitontwaseming.
12 .
Instrumentenpaneel.
13.
Voorruitontwaseming.
14 .
Zonnesensor.
15.
D
ashboardkastje / Uitschakeling
frontairbag passagier.
16.
F
rontairbag passagier.
17.
T
ouchscreen / Autoradio.
18.
M
iddelste verstelbare en afsluitbare
ventilatieroosters.
Dashboard / Middenconsole
1. Schakelaars snelheidsregelaar/-begrenzer.
2. S tuurkolomschakelaars touchscreen.
3.
S
chakelaar verlichting en
richtingaanwijzers.
4.
F
rontairbag bestuurder.
Claxon.
5.
S
chakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/
boordcomputer.
6.
H
endel motorkapontgrendeling.
7.
H
endel stuurwielverstelling.
8.
Koplampverstelling.
9.
R
ij drukschakelaars.
A.
U
itschakelen van de parkeerhulp achter
of
I
nschakelen van de Park Assist.
B.
U
itschakelen van het CDS/ASR-
systeem.
C.
U
itschakelen van het Stop & Start-
systeem.
D.
R
esetten van het
bandenspanningscontrolesysteem
(uitvoering zonder touchscreen).
E.
U
itschakelen van de interieurbeveiliging.
F.
In
schakelen van de elektrische
kinderbeveiliging. 19. S
chakelaar alarmknipperlichten en centrale
vergrendeling.
20.
B
edieningspaneel verwarming/
airconditioning.
21.
1
2V-aansluiting.
USB-/Jack-aansluiting.
22.
O
pen opbergvak.
Bekerhouder.
23.
V
ersnellingshendel.
24.
S
chakelaar Grip Control.
25.
Parkeerrem.
26.
S
chakelaar openen/sluiten zonnescherm
panoramadak.
2 7.
A
fsluitbaar opbergvak.
28.
1
2V-aansluiting.
.
Overzicht
46
2008_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2015
Sleutels verloren
Ga met het kentekenbewijs van de auto, uw legitimatiebewijs en indien mogelijk de sticker met de sleutelcode naar het PEUGEOT-netwerk.
Het PEUGEOT-netwerk kan de speciale code van de sleutel en de transponder opzoeken en voor nieuwe sleutels zorgen.
Afstandsbediening
De radiografische afstandsbediening is een systeem met een groot bereik. Het is raadzaam om niet met de knop van de afstandsbediening te
spelen, om te voorkomen dat de portieren per ongeluk ontgrendeld worden.
Druk nooit op de knoppen van uw afstandsbediening buiten het bereik en het zicht van uw auto. De afstandsbediening kan dan onbruikbaar
worden en moet in dat geval opnieuw worden gesynchroniseerd.
Geen enkele afstandsbediening kan functioneren als de sleutel in het contactslot zit, zelfs als het contact uitstaat, behalve voor het synchroniseren.
Vergrendelen van de auto
Het rijden met vergrendelde portieren kan in geval van nood de toegang tot het interieur belemmeren.
Laat uit veiligheidsoverwegingen geen kinderen alleen achter in de auto.
Neem in alle gevallen de sleutel mee als u de auto verlaat.
Diefstalbeveiliging
Breng geen wijzigingen aan in de elektronische startblokkering; dit kan tot storingen leiden.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto
Laat door het PEUGEOT-netwerk controleren of alle in uw bezit zijnde sleutels met uw auto zijn gelinkt, zodat u er zeker van kunt zijn dat deze
sleutels de enige zijn waarmee uw auto ontgrendeld en gestart kan worden.
Toegang tot de auto
72
2008_nl_Chap04_amenagements_ed01-2015
USB-/Jack-aansluiting
Tijdens het gebruik van de USB-aansluiting kan
de draagbare apparatuur automatisch worden
opgeladen.
Tijdens het opladen wordt een melding
weergegeven als het stroomverbruik van het
externe apparaat groter is dan de door de auto
geleverde stroomsterkte.Raadpleeg voor meer informatie over
het gebruik van deze uitrusting de
rubriek "Audio en telematica".
Deze aansluitmodule, die bestaat uit een USB-
en een Jack-aansluiting, bevindt zich op de
middenconsole.
Hierop kunt u draagbare apparatuur aansluiten,
zoals een iPod
® of een USB-stick.
Dankzij de aansluitmodule kunt u de
audiobestanden op uw draagbare apparatuur
beluisteren via de luidsprekers van uw
audiosysteem.
U kunt deze bestanden beheren met de toetsen
op het stuur wiel of het bedieningspaneel van
de autoradio en ze weergeven op het display
van het instrumentenpaneel.
Indelingen
194
2008_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2015
Zekeringen dashboard
De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde
van het dashboard (linkerzijde).
Toegang tot de zekeringen
F Zie de paragraaf "Toegang tot het gereedschap".
ZekeringnummerStroomsterkteFuncties
F2 5
A Buitenspiegels, koplampen, diagnoseaansluiting.
F9 5
A Alarm.
F10 5
A
Afzonderlijke telematica-eenheid, servicecentrale trekhaakaansluiting.
F11 5 AElektrochromatische binnenspiegel, extra verwarming.
F13 5
AHifi-versterker, parkeerhulp.
F16 15
A12V-aansluiting vóór.
F17 15
AAutoradio, autoradio (montage achteraf).
F18 20
ATouchscreen.
Overzicht zekeringen
Praktische informatie
201
2008_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2015
De eco-mode bepaalt de maximale gebruiksduur van een aantal functies om te voorkomen dat de
accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een aantal elektrische functies zoals het audio- en
telematicasysteem, de ruitenwissers, dimlichten, plafonniers, ... nog in totaal maximaal 30 minuten
gebruiken.
Eco-mode
Inschakelen van de eco-
mode
Als deze tijd is verstreken, geeft een melding
op het display aan dat de eco-mode is
ingeschakeld en worden de actieve functies in
de ruststand gezet.
Als u op het moment dat de eco-mode wordt
ingeschakeld aan het telefoneren bent, kan het
gesprek nog gedurende ongeveer 10
minuten
worden voortgezet via de handsfree set van uw
autoradio.
Uitschakelen van de eco-
mode
De functies worden automatisch weer
ingeschakeld als de motor gestart wordt.
F
S
tart om de functies direct weer te kunnen
gebruiken de motor en laat deze minstens
5
minuten draaien.Als de accu ontladen is, kan de
motor niet gestart worden (zie de
desbetreffende paragraaf).
Spaarfase
De spaar fase stuurt de elektrische functies van
de auto aan om het ontladen van de accu te
voorkomen.
Tijdens het rijden kunnen in verband met de
laadtoestand van de accu enkele functies
(airconditioning, achterruitverwarming,
...)
tijdelijk worden uitgeschakeld.
Deze functies worden automatisch
ingeschakeld zodra de laadtoestand van de
accu dit toelaat.
9
Praktische informatie
209
2008_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2015
Het monteren van elektrische apparatuur
of accessoires die niet onder een
artikelnummer in het assortiment van
PEUGEOT voorkomen, kan leiden tot
storingen in het elektronisch systeem van
uw auto en een verhoogd stroomverbruik
veroorzaken.
Houd hier rekening mee en neem contact
op met een vertegenwoordiger van het merk
PEUGEOT om u te laten informeren over
het assortiment uitrustingen en accessoires
voorzien van een artikelnummer.Installeren van
radiocommunicatiezenders
Voordat u radiozenders met
buitenantenne als uitrusting
achteraf monteert, kunt u bij het
PEUGEOT-netwerk de technische
gegevens (frequentieband, maximaal
uitgangsvermogen, positie antenne,
specifieke installatievoorschriften) van
de voor montage geschikte zenders
opvragen, conform de Richtlijn
Elektromagnetische Compatibiliteit
(2004/104/EG).Afhankelijk van de lokale wetgeving
kan de aanwezigheid van bepaalde
veiligheidsuitrusting verplicht zijn:
veiligheidsvesten, gevarendriehoeken,
alcoholtests, een set reservelampen,
reservezekeringen, een brandblusser,
een verbandtrommel, spatlappen aan
de achterzijde van de auto.
U kunt bij het PEUGEOT-netwerk ook
terecht voor het aanschaffen van producten
voor reiniging, onderhoud (interieur en
exterieur), waaronder de ecologische
producten uit het gamma "TECHNATURE",
en bijvullen (ruitensproeiervloeistof, ...),
lakstiften en spuitbussen met de kleur die
exact overeenkomt met die van uw auto
en producten voor navullen (flacon voor
bandenreparatieset...), ...
"Multimedia":
autoradio's, portable navigatiesystemen,
semi-geïntegreerde steun voor een
navigatiesysteem, handsfree set, luidsprekers,
DVD-speler, kit voor de aansluiting van een
MP3 - of portable CD-speler, CD-speler voor
uitvoeringen met touchscreen, ...
9
Praktische informatie