Page 89 of 131
Inleiding89
Radio-ontvangstTijdens de radio-ontvangst kan gesis,
geruis, signaalvervorming of signaal‐
uitval optreden door:
■ wijzigingen in de afstand tot de zen‐
der,
■ ontvangst van meerdere signalen tegelijk door reflecties,
■ obstakels.
Antidiefstalfunctie
Het Infotainmentsysteem is voorzien
van een elektronisch beveiligingssys‐ teem dat het systeem tegen diefstalbeveiligt.
De beveiliging houdt in dat het Info‐
tainmentsysteem alleen in uw auto
werkt en daarom voor een eventuele
dief waardeloos is.
Page 90 of 131
90InleidingOverzicht bedieningselementen
Bedieningspaneel
Page 91 of 131

Inleiding91
1Radiozendertoetsen 1 - 6
Lang indrukken: zender
opslaan ............................... 101
Kort indrukken: zender
selecteren ........................... 101
2 m VOL-knop
Indrukken: infotainment‐
systeem in-/uitschakelen ....... 93
Draaien: volume
aanpassen ............................ 93
3 RADIO BAND-toets
Radio inschakelen of van
frequentiebereik wisselen .....99
4 CD-toets
CD-geluidsbron activeren ...109
5 AUX-toets
Media activeren of naar
andere audiobron gaan .........936Toets 7 / i
Telefoonhoofdmenu
openen ................................ 118
of mutefunctie activeren/
deactiveren ........................... 93
7 Cd-sleuf
8 TONE-toets
Geluidsinstellingen ................97
9 Knop P BACK
Menu: een niveau terug ........94
Invoer: laatste teken of
complete invoer wissen ......... 94
10 Multifunctionele knop
Centraal
bedieningselement voor
selectie en navigatie in
menu's .................................. 94
11 CONFIG-toets
Systeeminstellingen ..............9312INFO-toets
Radio: Informatie over de
huidige zender
Cd/mp3/wma: informatie
over de huidige track
13 d-toets
Disc uitwerpen ....................110
14 TP-toets
Activeren of deactiveren
verkeersberichten ...............104
15 AS 1-2-toets
Autostorelijsten ...................101
16 FAV 1-2-3-toets
Radiofavorieten ...................101
17 s - en u-toets
Radio: achteruit en vooruit zoeken .................................. 99
Cd/mp3/wma: informatie
achteruit of vooruit
overslaan ............................ 110
Page 92 of 131

92Inleiding
Audioknoppen op stuurwiel
1Knop xn
Indrukken: gesprek
beëindigen/weigeren ...........122
of gesprekslijst sluiten .........122
of mutefunctie activeren/
deactiveren ........................... 93
2 q-toets
Kort indrukken:
telefoongesprek aannemen 118
of functie Opnieuw kiezen
activeren ............................. 122
of nummer in gesprekslijst
kiezen .................................. 122
Lang indrukken:
gesprekslijst openen ...........122
of handsfreemodus in-/
uitschakelen ........................ 122
3 SRC (bron) ............................ 93
Indrukken: audiobron
selecteren ............................. 93
Bij actieve radio: omhoog/
omlaag zetten om
volgende/vorige
voorkeurszender te
selecteren ............................. 99
Bij actieve cd-speler:
omhoog/omlaag zetten
om volgende/vorige cd/
mp3/wma-track te
selecteren ........................... 110Bij een actief
telefoonportal en open
bellijst (zie optie 1):
omhoog/omlaag draaien
om volgende/vorige
vermelding in bellijst te
selecteren ........................... 122
Bij actieve telefoonportal
en gesprekken in de
wacht: omhoog/omlaag
draaien om tussen
gesprekken te schakelen ....122
4 Volume verhogen of verlagen
Page 93 of 131

Inleiding93Gebruik
Bedieningselementen Het Infotainmentsysteem wordt be‐
diend met behulp van functietoetsen,
een multifunctionele knop en menu's
op het display.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden via:
■ het bedieningspaneel op het Info‐ tainmentsysteem 3 90
■ audioknoppen op het stuurwiel 3 90.
Het Infotainmentsysteem in- of uitschakelen Druk de X VOL -knop kort in. Na het
inschakelen wordt de laatst geselec‐
teerde Infotainmentbron actief.
Druk opnieuw op de knop X VOL om
het systeem uit te schakelen.
Automatisch uitschakelen
Wanneer u het Infotainmentsysteem,
terwijl het contact uit staat, met be‐
hulp van de knop X VOL inschakelt,dan wordt het 10 minuten na de laat‐
ste invoer automatisch weer uitge‐
schakeld.
Volume instellen
Draai aan de m VOL -knop. De actuele
instelling verschijnt op het display.
Bij het inschakelen van het Infotain‐
mentsysteem wordt automatisch het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld mits deze instelling het maxi‐
male volume bij het starten niet over‐
schrijdt (zie onderstaand).
U kunt het volgende afzonderlijk in‐
voeren:
■ het maximale inschakelvolume 3 97
■ het volume van verkeersberichten 3 97.
Voor snelheid gecompenseerd
volume
Na inschakelen van het voor snelheid gecompenseerd volume 3 97 wordt
het volume automatisch zodanig aan‐
gepast dat u geen geluid van het weg‐
dek of van de rijwind hoort.Stiltefunctie
Druk op de toets 7 / i of de toets i
(als telefoonportal beschikbaar is: en‐
kele seconden indrukken) om het ge‐ luid van de audiobronnen te onder‐
drukken.
Geluidsonderdrukkingsfunctie annu‐
leren: draai aan de knop m VOL of
druk op de toets 7 / i (wanneer te‐
lefoonportal beschikbaar is: enkele
seconden indrukken) of weer op de
toets i.
Volumebeperking bij hoge
temperaturen
Bij erg hoge temperaturen binnen de
auto beperkt het infotainmentsys‐
teem het maximaal instelbare vo‐
lume. Indien nodig wordt het maxi‐
male volume automatisch verlaagd.
Bedieningsstanden
Radio
Druk op de RADIO BAND -knop om
het hoofdmenu van de radio te ope‐ nen of te wisselen tussen de verschil‐ lende frequentiebereiken.
Page 94 of 131

94Inleiding
Druk op de multifunctionele knop om
naar de frequentiebereikmenu's met
opties voor zenderselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de radiofuncties 3 99.
Audiospelers
Druk één of meerdere keren op de
toets AUX om naar het hoofdmenu
USB, iPod of AUX (indien beschik‐
baar) te gaan of om tussen deze me‐
nu's te schakelen.
Druk op de multifunctionele knop om
naar de betreffende menu's met op‐
ties voor trackselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van:
■ CD-spelerfuncties 3 109
■ AUX-functies 3 112
■ USB-poortfuncties 3 113
■ Bluetooth-muziekfuncties 3 116.
Telefoon
Druk kort op de toets 7 / i om naar
het telefoonmenu te gaan.Druk op de multifunctionele knop om
naar het telefoonmenu met opties
voor het invoeren en selecteren van
nummers te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de telefoonportal 3 118.
Systeeminstellingen
De taal aanpassen
De menuteksten op het display van
het infotainmentsysteem zijn beschik‐ baar in diverse talen.
Druk op de CONFIG-toets om het
Instellingen -menu op te roepen.
Selecteer de menuoptie Talen
(Languages) in het menu
Instellingen om het betreffende menu
weer te geven.
Kies de gewenste taal voor de menu‐ teksten.
Let op
Een gedetailleerde beschrijving voor
de menubediening vinden 3 94.
Tijd- en datuminstellingen
Vind een gedetailleerde beschrijving
in de Gebruikershandleiding.Basisbediening
Multifunctionele knop
De multifunctionele knop is het cen‐
trale bedieningselement voor de me‐
nu's.
Draai aan de multifunctionele knop: ■ een menuoptie markeren
■ een numerieke waarde instellen.
Druk op de multifunctionele knop: ■ de gemarkeerde optie selecteren of
inschakelen
■ een ingestelde waarde bevestigen
■ een systeemfunctie in- of uitscha‐ kelen.
Knop P BACK
Druk de P BACK -toets kort in om:
■ een menu te verlaten
■ van een submenu naar het naast‐ hoger gelegen menuniveau te gaan
■ het laatste teken van een teken‐ reeks te wissen.
Houd de P BACK -toets enkele se‐
conden ingedrukt om de hele invoer
te wissen.
Page 95 of 131
Inleiding95
Voorbeelden van de
menubediening
Een optie selecteren
Draai aan de multifunctionele knop
om de cursor (= gekleurde achter‐
grond) naar de gewenste optie te ver‐ plaatsen.
Druk op de multifunctionele knop om
de gemarkeerde optie te selecteren.
Submenu's
Een pijltje aan de rechterkant van het menu geeft aan dat na er na het se‐
lecteren van die optie een submenu met verdere opties verschijnt.
Een instelling activeren
Draai aan de multifunctionele knop
om de gewenste instelling te marke‐
ren.
Druk op de multifunctionele knop om de instelling te activeren.
Een waarde instellen
Draai aan de multifunctionele knop
om de actuele waarde van de instel‐
ling te wijzigen.
Druk op de multifunctionele knop om de ingestelde waarde te bevestigen.
De cursor gaat daarna naar de vol‐
gende waarde. Als alle waarden zijn
ingesteld, gaat u automatisch terug
naar het naasthogere menuniveau.
Page 96 of 131
96Inleiding
Een instelling aanpassen
Draai aan de multifunctionele knop
om de instelling aan te passen.
Druk op de multifunctionele knop om de instelling te bevestigen.
Een functie in- of uitschakelen
Draai aan de multifunctionele knop
om de functie die u in of uit wilt scha‐
kelen te markeren.
Druk op de multifunctionele knop om
tussen de instellingen Aan en Uit te
wisselen.
Een tekenreeks invoeren
Tekenreeksen invoeren, bijv. pinco‐
des of telefoonnummers:
Draai aan de multifunctionele knop
om het gewenste teken te markeren.
Druk op de multifunctionele knop om het gemarkeerde teken te bevesti‐
gen.
Het laatste teken in de tekenreeks
kan worden gewist met de optie k op
het display of door op de toets
P BACK te drukken. Door de P
BACK -toets ingedrukt te houden,
wordt de complete invoer verwijderd.