BELANGRIJK Steun niet met het hoofd, de armen
of de ellebogen tegen het portier, de ruiten of in
het gebied van de hoofdairbag om mogelijke
verwondingen tijdens het opblazen te voorkomen.
BELANGRIJK Steek nooit het hoofd, de armen
of ellebogen uit het raam.
BELANGRIJK
Reinig de stoelen niet met water of stoom onder
druk (met de hand of in een automatisch
wasapparaat).
De front- en/of zijairbags kunnen in werking
treden bij heftige botsingen tegen de onderkant
van de auto (bijv. botsing met treden,
trottoirbanden, kuilen of verkeersdrempels, enz.).Als de airbag geactiveerd wordt, ontsnapt er een
kleine hoeveelheid poeder: dit poeder is niet
schadelijk en duidt niet op het begin van een
brand. Dit poeder kan echter de huid en ogen
irriteren: was ze in dit geval met neutrale zeep en
water.
De controle, reparatie en vervanging van de
airbags moeten door het Lancia Servicenetwerk
worden uitgevoerd.
Als de auto wordt gesloopt, moet men het
airbagsysteem onwerkzaam laten maken door het
Lancia Servicenetwerk.
Gordelspanners en airbags worden op
verschillende manieren geactiveerd, afhankelijk
van het type botsing. Als een of meerdere van deze
voorzieningen niet in werking treden, dan duidt
dat niet op een storing in het systeem.
BELANGRIJK
Als bij het draaien van de
contactsleutel naar de stand MAR, het
lampje
niet gaat branden of tijdens het
rijden blijft branden, dan is er mogelijk een
storing in de veiligheidssystemen. In dat
geval kunnen de airbags of gordelspanners
niet geactiveerd worden bij een botsing of, in
een zeer beperkt aantal gevallen, per
ongeluk geactiveerd worden. Laat het
systeem controleren door het Lancia
Servicenetwerk alvorens verder te rijden.
fig. 111L0F0226
148
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
BELANGRIJK
Bij een storing van het
waarschuwingslampje, gaat het
waarschuwingslampje branden en wordt
de pyrotechnische lading van de
passagiersairbag uitgeschakeld.
BELANGRIJK
Bedek bij voertuigen met zijairbags
de rugleuning van de voorstoelen niet
met extra hoezen.
BELANGRIJK
Reis niet met voorwerpen op schoot
of voor de borst en houd niets in
de mond (pijp, pen, etc.). Dit kan ernstig
letsel veroorzaken als de airbag in werking
treedt.
BELANGRIJK
Laat bij diefstal of poging tot diefstal,
vandalisme of overstromingen het
airbagsysteem door het Lancia
Servicenetwerk controleren.
BELANGRIJK
Als de contactsleutel in stand MAR
staat of wanneer de motor is uitgezet,
kunnen de airbags ook geactiveerd worden
als de auto door een andere auto wordt
aangereden. Daarom, ook als de auto
stilstaat, en de passagiersairbag is
ingeschakeld, GEEN tegen de rijrichting in
gemonteerd kinderzitje op de voorstoel
installeren. Als bij een botsing de airbag
wordt opgeblazen, kan dit leiden tot ernstig
letsel en zelfs tot de dood van het kind.
Daarom moet de passagiersairbag altijd
uitgeschakeld worden als een kinderzitje
tegen de rijrichting in gemonteerd wordt op
de voorste passagiersstoel. Bovendien moet
de passagiersstoel zo ver mogelijk naar
achteren zijn geschoven om te voorkomen
dat het kinderzitje eventueel in aanraking
komt met het dashboard. Schakel de
passagiersairbag onmiddellijk weer in als
het kinderzitje is verwijderd. Vergeet
evenmin dat, als de sleutel in de stand STOP
staat, bij een ongeval geen enkel
veiligheidssysteem (airbag of
gordelspanners) geactiveerd wordt. In dat
geval duidt de niet-activering niet op een
storing van het systeem.
149
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
BELANGRIJK
Wanneer de contactsleutel naar de
stand MAR wordt gedraaid, gaat het
waarschuwingslampje
(bij actieve
frontairbag aan passagierszijde) enkele
seconden branden, om eraan te herinneren
dat de passagiersairbag bij een botsing
geactiveerd wordt. Hierna moet het lampje
doven.
BELANGRIJK
Het knipperen van het lampje
duidt op een storing van het
controlelampje
: in dit geval worden de
explosieve ladingen van de passagiersairbag
gedeactiveerd. Laat het systeem controleren
door het Lancia Servicenetwerk alvorens
verder te rijden.
BELANGRIJK
De activeringsdrempel van de airbag
is hoger dan die van de
gordelspanners. Bij aanrijdingen die tussen
deze twee drempelwaarden liggen, treden
alleen de gordelspanners in werking.
BELANGRIJK
De airbag vervangt niet de
veiligheidsgordels, maar verhoogt
hun doeltreffendheid Omdat de frontairbags
niet worden geactiveerd bij frontale
botsingen bij lage snelheden, zijdelingse
botsingen, botsingen achterop en over de
kop slaan, worden in deze gevallen de
inzittenden uitsluitend door de zijairbags en
de veiligheidsgordels beschermd, die dus
altijd gedragen moeten worden.
150
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
HANDREM INGESCHAKELD
Door de contactsleutel in de stand MAR te
draaien, gaat het lampje branden. Enkele
seconden na het starten van de motor moet dit
lampje doven.
BELANGRIJK Controleer of de handrem is
ingeschakeld als het lampje tijdens het rijden gaat
branden.
STORING EBD
(rood) (geel)
Wanneer bij draaiende motor de lampjes
(rood),(geel) enESCgelijktijdig branden,
dan is er een storing in het EBD-systeem of is
het systeem niet beschikbaar.
In dergelijke gevallen kunnen de achterwielen bij
hard remmen vroegtijdig blokkeren waardoor
het voertuig kan gaan slippen.
Bij sommige versies verschijnt een speciaal bericht
op het display.
Rijd uiterst voorzichtig naar het dichtstbijzijnde
Lancia Servicepunt om het systeem onmiddellijk
te laten controleren.
STORING ABS (geel)
Door de contactsleutel in de stand MAR-ON te
draaien, gaat het lampje op het
instrumentenpaneel branden. Enkele seconden na
het starten van de motor moet dit lampje doven.
Het lampje gaat branden (bij sommige versies
verschijnen er een bericht en een symbool op het
display) als het systeem niet goed werkt. In
dergelijke gevallen blijft het remsysteem normaal
werken, maar met uitsluiting van het ABS
systeem.
Rijd voorzichtig verder en wendt u zo snel
mogelijk tot het Lancia Servicenetwerk.
STORING AIRBAG (rood)
Door de contactsleutel in de stand MAR-ON te
draaien, gaat het lampje op het
instrumentenpaneel branden. Enkele seconden na
het starten van de motor moet dit lampje doven.
Het lampje gaat continu branden (bij sommige
versies verschijnen er een bericht en een symbool
op het display) als er een storing in het
airbagsysteem is vastgesteld.
164
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Het lampje (of symbool op het display) gaat
branden wanneer de handrem wordt
aangetrokken.
BELANGRIJK
Als bij het draaien van de
contactsleutel naar de stand MAR, het
lampje
niet gaat branden of tijdens het
rijden blijft branden, dan is er mogelijk een
storing in de veiligheidssystemen. In dat
geval kunnen de airbags of gordelspanners
niet geactiveerd worden bij een botsing of, in
een zeer beperkt aantal gevallen, per
ongeluk geactiveerd worden. Laat het
systeem controleren door het Lancia
Servicenetwerk alvorens verder te rijden.
BELANGRIJK
Wanneer het lampjedefect is, gaat
het lampje
knipperen dat aangeeft
dat de frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld. Bovendien zorgt het
airbagsysteem voor de automatische
uitschakeling van de airbags aan
passagierszijde (frontairbag en zijairbags -
voor bepaalde versies/markten). In dat geval
kan het lampje
mogelijk geen storingen
in het airbagsysteem aangeven. Laat het
systeem controleren door het Lancia
Servicenetwerk alvorens verder te rijden.
PASSAGIERS-/ZIJAIRBAGS
UITGESCHAKELD (geel)
Het lampje
gaat branden wanneer de
frontairbag en de zijairbag aan passagierszijde
worden uitgeschakeld.
Wanneer bij ingeschakelde frontairbag aan
passagierszijde de contactsleutel in de stand MAR
wordt gedraaid, gaat het lampje
eerst enkele
seconden continu branden en vervolgens enkele
seconden knipperen. Hierna zou het lampje
moeten doven.
BELANGRIJK
Wanneer het lampjedefect is, gaat
het lampje
branden. Bovendien
zorgt het airbagsysteem voor de
automatische uitschakeling van de airbags
aan passagierszijde (frontairbag en
zijairbags - voor bepaalde versies/markten).
Laat het systeem controleren door het
Lancia Servicenetwerk alvorens verder te
rijden.
165
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
BELANGRIJK
Alvorens een zekering te vervangen,
moet men controleren of de
contactsleutel uit het slot is genomen en of
alle stroomverbruikers uit staan en/of zijn
uitgeschakeld.
BELANGRIJK
Als een hoofdzekering voor
veiligheidsinrichtingen
(airbagsysteem, remsysteem), motorsystemen
(motorsysteem, transmissiesysteem) of
stuurinrichting doorbrandt, neem dan
contact op met het Lancia Servicenetwerk.TOEGANG TOT DE ZEKERINGEN
Zekeringenkast in de motorruimte
Deze zekeringenkast bevindt zich naast de accu
fig. 154: ga voor toegang tot de zekeringen als
volgt te werk:
❒plaats het deksel A fig. 152 opzij;
❒draai schroef A fig. 153los, maak de lipjes B los
en verwijder deksel C door het naar boven te
trekken.
fig. 152L0F0170
207
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
ALFABETISCH
REGISTER
Aanhangers trekken ........... 159
Aansteker ............................. 70
ABS...................................... 89
ABS (systeem) ...................... 89
Accu ................................... 236
– advies voor verlengen
levensduur...................... 236
– vervangen ...................... 236
Accu (opladen) ................... 215
Achterruitsproeier
– vloeistofniveau
achterruitsproeier ........... 234
Achterruitsproeier/-wisser .... 59
Achterruitwisser
– niveau controleren ....230-232
– wisserbladen................... 240
– wisserblad vervangen ..... 241
Achteruitkijkspiegels ............ 36
Achteruitrijlicht .................. 201
Afmetingen van de auto ...... 261
Airbags ............................... 144
Alarmknipperlichten ........... 66
Asbak................................... 71ASR systeem ........................ 92
ASR (systeem)...................... 92
Automatische
airconditioning
– bedieningselementen ........ 43
– onderhoud ....................... 51
Automatische
klimaatregeling................... 43
Autoradio
(inbouwvoorbereiding) ...... 100
Bagageruimte ...................... 81
Bagageruimteverlichting
– lamp vervangen .............. 205
Banden
– Banden met
velgbescherming ............. 260
– bandenspanning ............. 259
– de bandenmaat lezen ...... 254
– standaard banden........... 256
– winterbanden ................. 256
Banden - onderhoud ........... 238
bedieningselementen ............ 79
Bedieningselementen ............ 66
Bougies (type)..................... 250
Brake Assist systeem ............ 93
Brake Assist (systeem).......... 93Brandblusser ........................ 71
Brandstofbesparing ............. 156
Brandstofmeter .................... 6
Brandstoftoevoer................. 251
Brandstofverbruik............... 269
Buitenverlichting .................. 52
Carrosserie
– carrosseriecodes.............. 249
Carrosserie (reiniging en
onderhoud) ....................... 243
Carrosserieversies ............... 249
CO2-emissie ....................... 270
Contactslot ........................... 29
Cruise-control ...................... 60
Dagrijlichten (DRL)
– de lampen vervangen...... 196
Dagverlichting (DRL)
– "Daytime Running
Lights" ............................ 52
Dashboardkastje
passagierszijde .................... 69
Dashboardkastverlichting
– lamp vervangen .............. 205
Dashboard ........................... 3
De auto langdurig stallen .... 162
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
308
– buitenverlichting ............ 196
De motor starten ......... 151-178
Derde remlicht .................... 200
De sleutels ............................ 25
Dieselfilter .......................... 235
Dimlicht/grootlicht
– een lamp vervangen........ 197
Dimlicht
– bediening ......................... 53
Display................................. 7
– Bedieningsknoppen .......... 10
DPF (roetfilter)................... 122
DRLs (Dagverlichting) ......... 52
Dualdrive (elektrische
stuurbekrachtiging) ............ 99
Een wiel vervangen ............ 179
Elektrische ruitbediening. 78-79
Elektrische
stuurbekrachtiging
"Dualdrive" ........................ 99
EOBD .................................. 98
EOBD (systeem)................... 98
ESC systeem ........................ 91
ESC (systeem)...................... 91
Fix&Go (snelle
bandenreparatiekit) .......... 186Follow me home (systeem) ... 55
Frontairbags ....................... 144
Gear Shift Indicator
(systeem) ........................... 8
Gebruiksomstandigheden.... 158
Gebruik van de
versnellingsbak ................. 155
Geprogrammeerd
onderhoud......................... 220
Geprogrammeerd
onderhoudsschema ............ 221
Gewichten en belastingen.... 263
Gordelspanners ................... 129
Grootlicht
– bediening ......................... 54
GSI-systeem (Gear Shift
Indicator) ........................... 8
Handbediende
airconditioning ................... 40
– onderhoud ....................... 42
Handrem ............................ 154
HBA systeem ........................ 93
HBA (systeem) ..................... 93
Hendels op het stuurwiel
– linkerhendel .................... 52
Herconfigureerbaar
multifunctioneel display ..... 8Hill Holder ........................... 91
Hill Holder (systeem) ........... 91
Hoofdairbag ....................... 147
Hoofdsteunen ....................... 32
Identificatiegegevens
– chassisnummer ............... 248
– identificatieplaatje
carrosserielak ................. 248
– motorcode ...................... 248
– typeplaatje met
identificatiegegevens....... 247
Imperiaal/skidrager.............. 87
Inbouwvoorbereiding
autoradio .......................... 100
Inbouwvoorbereiding
Isofix kinderzitje ............... 140
Inbouwvoorbereiding voor
draagbaar
navigatiesysteem ............... 101
Instrumenten
– Instrumenten ................... 4
Instrumentenpaneel.............. 4
Instrumenten (paneel)
– herconfigureerbaar
multifunctioneel display... 5
–
koelvloeistoftemperatuurmeter.6
– multifunctioneel display... 4
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
309
De lampen vervangen