433
Kenmerken van uw auto
Smart Tailgate
(intelligente achterklep)
(indien van toepassing)
Bij auto's met het Smart Key-systeem
kan de achterklep dankzij het Smart
Tailgate-systeem worden geopend
zonder dat de achterklep aangeraakt
hoeft te worden.Gebruik van de Smart Tailgate-functie
De achterklep kan worden geopend
zonder hem aan te raken als aan alle
onderstaande voorwaarden is
voldaan.
15 seconden nadat alle portieren zijngesloten en vergrendeld
De gebruiker bevindt zich gedurende meer dan 3 seconden in de
detectiezone.
✽✽ AANWIJZING
De Smart Tailgate-functie werkt niet als:
- De Smart Key continu wordtgesignaleerd binnen 15 seconden
nadat de portieren zijn gesloten en
vergrendeld.
- De Smart Key wordt gesignaleerd op
minder dan 1,5 m van de
voorportiergrepen en binnen 15
seconden nadat de portieren zijn
gesloten en vergrendeld (auto's die
zijn voorzien van welkomstlicht).
- Een van de portieren niet is
vergrendeld of gesloten.
- De Smart Key bevindt zich in de
auto.
WAARSCHUWING - Uitlaatgassen
Als u met een geopende achterklep
rijdt, worden gevaarlijkeuitlaatgassen in het interieur
gezogen, hetgeen kan leiden tot
ernstig letsel. Wanneer het
noodzakelijk is met een geopende
achterklep te rijden, houd dan de
uitstroomopeningen en alle ruiten
open, zodat extra frisse lucht in het
interieur stroomt.
WAARSCHUWING
- Bagageruimte
Passagiers dienen niet plaats te
nemen in de bagageruimte, waar
geen veiligheidsgordels aanwezig
zijn. Om bij een aanrijding ofplotseling remmen letsel te
voorkomen, dienen inzittenden
altijd hun veiligheidsgordel op de
juiste manier te dragen.ONC045077
Kenmerken van uw auto
34
4
1. Instelling
Ga, om de Smart Tailgate te activeren,
naar de Modus gebruikersinstellingen en
selecteer Smart Tailgate op het LCD-
display. ❈ Zie "LCD-display" in dit hoofdstuk voor
meer informatie.
2. Detectie en waarschuwing
Als u zich in de detectiezone (ongeveer
50 - 100 cm achter de auto) bevindt
terwijl u de Smart Key bij u draagt,
knipperen de alarmknipperlichten en
klinkt de zoemer gedurende ongeveer 3
seconden om te waarschuwen dat de
Smart Key is gesignaleerd en dat de
achterklep open zal gaan.✽✽AANWIJZING
Kom niet in de detectiezone als u niet
wilt dat de achterklep opengaat. Als u
onbedoeld in de detectiezone komt en de
alarmknipperlichten en de zoemer in
werking treden, verlaat dan de
detectiezone met de Smart Key. De
achterklep zal gesloten blijven.
ONC045078
435
Kenmerken van uw auto
3. Automatisch openen
De alarmknipperlichten knipperen en de
zoemer klinkt tweemaal en vervolgens
gaat de achterklep langzaam open.
Uitschakelen van de Smart Tailgate-functie met de Smart Key
1. Portieren vergrendelen
2. Portieren ontgrendelen
3. Achterklep openen
Als u op een willekeurige toets van de
Smart Key drukt tijdens de detectie- en
waarschuwingsfase, wordt de Smart
Tailgate-functie gedeactiveerd. Zorg
ervoor dat u op de hoogte bent van de
procedure voor het deactiveren van de
Smart Tailgate-functie, voor het geval
zich een noodsituatie voordoet.
ONC045079
WAARSCHUWING
Controleer of de achterklep gesloten is voordat u met de auto gaat rijden.
Zorg ervoor dat er zich geen personen of voorwerpen in de
buurt van de achterklep bevinden
als deze wordt geopend of
gesloten.
Zorg ervoor dat de voorwerpen in de bagageruimte niet uit de auto
kunnen vallen als de achterklep
wordt geopend terwijl de auto op
een helling staat. Dit kan ernstig
letsel tot gevolg hebben.
Zorg ervoor dat u de Smart Tailgate-functie deactiveert
voordat u de auto gaat wassen.
Anders kan de achterklep per
ongeluk opengaan.
Bewaar de Smart Key buiten het bereik van kinderen. Kinderen
kunnen de intelligente achterklep
per ongeluk openen als ze achterde auto spelen.
ODMECO3030
■
Smart key
Kenmerken van uw auto
36
4
✽✽
AANWIJZING
Als u op ontgrendelknop (2) drukt, wordt de Smart Tailgate-functie
tijdelijk gedeactiveerd. Als u
vervolgens binnen 30 seconden geen
enkel portier opent, wordt de Smart
Tailgate-functie weer geactiveerd.
Als u de knop voor het openen van de achterklep (3) langer dan 1 seconde
ingedrukt houdt, wordt de achterklep
geopend.
Als u op de vergrendeltoets voor de portieren (1) of op de toets voor het
openen van de achterklep (3) drukt
terwijl de Smart Tailgate-functie zich
niet in de detectie- en
waarschuwingsfase bevindt, wordt de
functie Smart Tailgate-functie niet
gedeactiveerd.
Als u de Smart Tailgate-functie hebt gedeactiveerd door op een toets van de
Smart Key te drukken en een portier
te openen, kan de Smart Tailgate-
functie weer worden geactiveerd door
alle portieren te sluiten en
vergrendelen.Detectiezone
Als de Smart Key wordt gedetecteerdop 50 - 100 cm van de achterklep,
werkt de Smart Tailgate-functie door
een welkomstwaarschuwing te geven.
Als de Smart Key tijdens de detectie- en waarschuwingsfase buiten de
detectiezone wordt gebracht, stopt de
waarschuwing onmiddellijk.
✽✽ AANWIJZING
Onder de volgende omstandigheden werkt de Smart Tailgate-functie niet:
- De Smart Key bevindt zich in debuurt van een andere zender
(bijvoorbeeld van een radiostation of
een luchthaven), waardoor de
normale werking van de
afstandsbediening verstoord kan
worden.
- De Smart Key bevindt zich dicht bij
een zend- en ontvangstinstallatie of
een mobiele telefoon.
- Dicht bij uw auto wordt de Smart Key van een andere auto gebruikt.
Het detectiebereik kan in de volgende gevallen af- of toenemen:
- De auto is aan één zijde opgekriktom een wiel te verwisselen of de auto
te controleren.
- De auto staat schuin geparkeerd op
een hellende of onverharde weg, enz.
ODM044510K
Kenmerken van uw auto
80
4
Waarsch. vergrend.
(indien van toepassing)
Uit:
Het bevestigingssignaal van de claxon
wordt uitgeschakeld.
Aan:
Nadat de portieren zijn vergrendeld met
de vergrendeltoets van de
afstandsbediening, klinkt wanneer u
deze toets binnen 4 seconden nogmaals
indrukt eenmaal een geluidssignaal ter
bevestiging dat alle portieren zijn
vergrendeld.
Elektrisch bedienbare achterklep
(indien van toepassing)
Als deze optie wordt aangevinkt, wordt
de elektrische bediening van de
achterklep ingeschakeld.
Smart Tailgate (intelligente achterklep)
(indien van toepassing)
Als deze optie wordt aangevinkt, wordt
de elektrische bediening van de
intelligente achterklep ingeschakeld.Lamp
Begeleidingslampen
(indien van toepassing)
Als deze optie wordt aangevinkt, worden
de follow me home-functie en de
welkomstfunctie ingeschakeld.
Welkomstlicht (indien van toepassing)
Als deze optie wordt aangevinkt, wordt
de welkomstverlichtingsfunctie van de
instapverlichting geactiveerd.
Autom. richtingaanwijzer
(indien van toepassing)
Als deze optie wordt aangevinkt,
knipperen de richtingaanwijzers 3 keer
wanneer de hendel iets omhoog of
omlaag wordt bewogen. Opties autom. Knipperen
(indien van toepassing)
Uit: De functie one-touch
passeerknipperlicht wordt
uitgeschakeld.
3, 5, 7 keer knipperen: De richtingaanwijzers knipperen 3, 5 of 7
keer wanneer de combischakelaar iets
omhoog of omlaag wordt bewogen.
Zie "Verlichting" in dit hoofdstuk voor
meer informatie.
Reismodus (indien van toepassing)
Als deze optie wordt aangevinkt, wordt
de functie voor het wisselen tussen links
en rechts rijdend verkeer geactiveerd.
Zie "Verlichting" in dit hoofdstuk voor
meer informatie.
Index
2
I
Aanbevolen smeermiddelen en hoeveelheden ··················8-7
Aanduwen of aanslepen ····················································6-7
Aansluiting ····································································4-192
Aansteker ······································································4-189
Aanvullend veiligheidssysteem·······································3-56
Aanvullende voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid ·························································3-80
Airbags bestuurder en voorpassagier ··························3-65
Curtain airbag ······························································3-71Installeer geen kinderzitje op de voorpassagiersstoel ····················································3-59
Onderdelen en functies aanvullend veiligheidssysteem·····················································3-62
Onderhoud aanvullend veiligheidssysteem ·················3-78
Waarschuwings- en controlelampje airbag··················3-60
Waarschuwingslabel airbags ·······································3-81
Zijairbag ······································································3-70
Accu ················································································7-30 Accu opladen ·······························································7-32
Accucapaciteitsticker ···················································7-31
Te resetten onderdelen ·················································7-33
Voor een optimale werking van de accu ·····················7-30 Achterklep ·······································································4-25
Elektrisch bedienbare achterklep·································4-27
Handmatig bedienbare achterklep ·······························4-25
Noodontgrendeling achterklep ····································4-37
Smart tailgate (intelligente achterklep) ·······················4-33
Achterruitverwarming ···················································4-155
Achteruitrijcamera ························································4-133
AC-omvormer ·······························································4-193
Actief ECO-systeem ·······················································5-69
Adaptive Front Lighting System (AFLS) ·····················4-144
Afmetingen ·······································································8-2
Afstellen van de achterbank············································3-17
Airbags bestuurder en voorpassagier ······························3-65
Alarmknipperlichten ··············································4-134, 6-2
Als de motor oververhit raakt ···········································6-8
Antenne ·········································································4-202
Antiblokkeersysteem (ABS) ·········································· 5-45
Antidiefstalsysteem ·························································4-17
Armsteun ·········································································3-27
Asbak ··········································································· 4-189
Audiosysteem································································4-202
Antenne······································································4-202
Toets audioafstandsbediening ····································4-203
Auto hold ········································································5-42
Automatisch uitschakelen interieurverlichting ·············4-150
A