Page 42 of 248

Starten en stoppen
40
JUMPER-PAPIER_NL_CHAP02_PRET A PARTIR_ED01-2014
Het Stop & Start-systeem zet de motor
tijdelijk af (STOP-stand) als u stopt (bij rood
licht, opstoppingen, enz.). De motor wordt
automatisch gestart (START-stand) als u
weer weg wilt rijden. Het starten gebeurt
direct, snel en stil.
Het Stop & Start-systeem, dat perfect is
aangepast aan het stadsverkeer, zorgt voor
een lager brandstofverbruik, minder uitstoot
van schadelijke stoffen en het comfort
van totale stilte in het interieur tijdens het
wachten.
STOP & START-SYSTEEM
Werking
Overgang naar de STOP-stand van de motor
Zet, terwijl de auto stilstaat, de
versnellingsbak in de neutraalstand en laat
het koppelingspedaal los. - Het verklikkerlampje "S" op het instrumentenpaneel gaat
branden en de motor wordt
afgezet. Om te voorkomen dat de motor te
vaak wordt uitgezet als u langzaam
rijdt, wordt de motor uitsluitend automatisch
afgezet als de auto een snelheid van
minimaal 10 km/h heeft bereikt.
Verlaat nooit de auto zonder eerst
het contact met de sleutel te hebben
afgezet.
Tank nooit als de motor door het
Stop & Start-systeem is afgezet; zet
in dat geval altijd het contact af en neem de
sleutel uit het contactslot. Bijzonderheden: geen overgang naar de
STOP-stand
De STOP-stand wordt niet geactiveerd als:
- het systeem wordt geïnitialiseerd,
- het bestuurderportier geopend is,
- de veiligheidsgordel van de bestuurder
losgemaakt is,
- de airconditioning in werking is,
- de achterruitverwarming is ingeschakeld,
- de ruitenwissers vóór in de stand hoge snelheid werken,
- de achteruitversnelling is ingeschakeld, tijdens het inparkeren,
- bepaalde bijzondere omstandigheden (laadtoestand accu, motortemperatuur,
regeneratie van het roetfilter,
rembekrachtiging, buitentemperatuur
enz.) dat niet toelaten.
Het verklikkerlampje "S" knippert
enkele seconden en gaat
vervolgens uit.
Dit is volkomen normaal.
Page 128 of 248

Niveaus en controles
126
JUMPER-PAPIER_NL_CHAP07_VERIFICATIONS_ED01-2014
Deze sticker, die hoort bij het Stop & Start-
systeem, geeft aan dat er een speciale
12V-loodaccu is gebruikt die alleen
losgekoppeld en/of vervangen mag worden
door het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats. Voer de onderstaande controles
regelmatig uit om uw auto in goede
staat te houden. Raadpleeg de voorschriften
in het CITROËN-netwerk of in het garantie-
en onderhoudsboekje onderhoudsboekje dat
bij dit instructieboekje zit.
CONTROLES
Accu
Laat uw accu voor de winter controleren
door het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Aftappen van water in het brandstoffilter
Als dit lampje gaat branden, moet
het brandstoffi lter worden afgetapt.
Om te voorkomen dat het lampje
gaat branden kan het fi lter ook op
regelmatige basis worden afgetapt, bijvoorbeeld bij
een onderhoudsbeurt.
Draai de aftapplug of de sensor water in brandstoffi lter
aan de onderzijde van het fi lter los. Ga door met
aftappen tot al het water uit het fi lter is weggelopen.
Draai vervolgens de aftapplug of de sensor weer vast.
Luchtfilter en interieurfilter
Een verstopt interieurfilter vermindert
de prestaties van de airconditioning
en kan stankoverlast in het interieur
veroorzaken. Raadpleeg het garantie- en
onderhoudsboekje voor informatie over het
vervangingsinterval van de filterelementen.
Als de omgeving (veel stof) en de
gebruiksomstandigheden van de auto (veel
stadsverkeer) daartoe aanleiding geven,
moeten de filters twee keer zo vaak worden
vervangen.
Raadpleeg de rubriek "Onderhoud -
Motorruimte".
De HDi-motoren zijn technologisch
geavanceerde motoren. Laat
werkzaamheden aan deze motoren altijd
uitvoeren door gekwalificeerde technici
van het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Page 130 of 248

Niveaus en controles
128
JUMPER-PAPIER_NL_CHAP07_VERIFICATIONS_ED01-2014
Storing
Als deze waarschuwing aanwezig blijft,
negeer deze dan niet. De waarschuwing
duidt op een storing in het uitlaatsysteem/
roetfilter.
Laat het systeem controleren door
het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Bij het gevaar van verstopping van
het roetfi lter gaat dit lampje branden
in combinatie met een melding op het
display van het instrumentenpaneel.
Verzadiging/regeneratie Vanwege de hoge uitlaattemperatuur
als gevolg van de normale werking van
het roetfilter is het raadzaam de auto uit de
buurt van brandbaar materiaal (gras, dorre
bladeren, dennenaalden, ...) te parkeren om
brandgevaar te voorkomen.
Roetfilter (dieselmotor)
Als aanvulling op de katalysator levert dit
filter een actieve bijdrage aan het verbeteren
van de luchtkwaliteit door het tegenhouden
van onverbrande vuildeeltjes. Ook wordt
zwarte uitlaatrook voorkomen.
Werking
Dit filter, dat is opgenomen in het
uitlaatsysteem, slaat roetdeeltjes op.
De motormanagementcomputer regelt
automatisch en periodiek de verbranding
van de opgeslagen roetdeeltjes
(regeneratie).
De regeneratie vindt plaats als aan
bepaalde voorwaarden met betrekking tot
het aantal opgeslagen roetdeeltjes en de
gebruiksomstandigheden van de auto wordt
voldaan. Als er een regeneratie plaatsvindt,
kunt u dit merken aan enkele verschijnselen
(een hoger stationair toerental, inschakelen
van de koelventilator, meer rook uit de
uitlaat en hogere temperatuur van de uitlaat)
die geen gevolgen hebben voor de werking
van de auto en het milieu. Nadat u langdurig met lage snelheden
hebt gereden of nadat de motor
langdurig stationair heeft gedraaid, kan het
in uitzonderlijke gevallen voorkomen dat
waterdamp bij de uitlaat zichtbaar is bij het
gas geven. Dit is niet van invloed op de
werking van de auto of het milieu. Om het filter te regenereren wordt
aangeraden zo spoedig mogelijk, als de
verkeerssituatie en -regels dit toelaten,
gedurende ongeveer 15 minuten met
een snelheid van meer dan 60 km/h en
een toerental hoger dan 2000 t/min te
gaan rijden (tot het lampje uitgaat en de
waarschuwing verdwijnt).
Zet de motor niet af voordat de regeneratie
voltooid is: als de regeneratie vaak wordt
onderbroken, kan de motorolie voortijdig
vervuild raken. Het wordt afgeraden om het
regeneratieproces te voltooien terwijl de
auto stilstaat.
Deze waarschuwing wijst op een
beginnende verzadiging van het roetfilter
(veelvuldige stadsritten: lage snelheden,
verkeersopstoppingen…).