1
IN EEN OOGOPSLAG
5
Presentatie
JUMPER-PAPIER_NL_CHAP01_COUP D OEIL_ED01-2014
MIDDENCONSOLE
1. Autoradio / navigatiesysteem.
2. Verwarming / airconditioning.
3. Verplaatsbare asbak.
4. Aansteker. 5. 12V-aansluiting (max. 180 W).
6. Dynamische stabiliteitscontrole (CDS/
ASR) / Intelligent Traction Control.
7. Hill Descent Control.
8. Lane Departure Warning System. 9. Alarmknipperlichten.
10. Centrale vergrendeling/verklikkerlampje
vergrendeling.
11 . Verwarming/ontwaseming.
12. Versnellingshendel.
8
Lokalisatie
JUMPER-PAPIER_NL_CHAP01_COUP D OEIL_ED01-2014
Lane Departure Warning System 101
Hill Descent Control 100
ASR, CDS 98-99
Intelligent Traction Control 99-100
Confi guratie van de auto 87-88
Tijd instellen
88
Achteruitrijcamera 92
Audio-/telematicasysteem
met touchscreen 10.1-10.50
Audiosysteem 10.51-10.68
Tachograaf
90
Indeling cabine 75-80
● aansteker,
● dashboardkastje (gekoeld),
● opbergvak boven voorruit,
● verplaatsbare asbak,
● plafonniers,
● 12V-aansluiting,
● schrijftafel,
● opbergvak.
Versnellingsbak
36-37
Parkeerhulp 91-92
Ontdooien, ontwasemen 58
Centrale vergrendeling 22
Verklikkerlampje vergrendeling 22
Alarmknipperlichten 95
Ventilatie, verwarming, airconditioning 59-61, 62-63
● handbediende airconditioning,
● automatische airconditioning met centrale regeling,
● luchtrecirculatie.
Cockpit
27
2
VOORDAT
u GAAT RIJDEN
JUMPER-PAPIER_NL_CHAP02_PRET A PARTIR_ED01-2014
Verklikkerlampje status signaleert Wat te doen
CDS/ASR knippert.
de werking van het systeem. Het systeem verbetert de tractie en zorgt ervoor dat de
auto beter bestuurbaar blijft.
brandt, in
combinatie
met een
geluidssignaal
en een melding
op het display. een storing in het systeem of in
de Hill Start Assist.
Neem contact op met het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Rubriek "Veiligheid - Veilig rijden".
brandt. een storing in de Intelligent
Traction Control.
Emissieregeling brandt. de regeneratie van het roetfilter. Het is raadzaam de motor te laten draaien tot het
lampje dooft, om er zeker van te zijn dat de regeneratie
is voltooid.
Rubriek "Onderhoud - Niveaus en controles".
Emissieregeling brandt. een storing in het systeem. Laat het systeem zo snel mogelijk controleren door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Bandenspannings-
controlesysteem
brandt. een band met een te lage
bandenspanning of een lekke
band. Zet de auto stil en zet het contact af. Verwissel of
repareer het wiel.
brandt in
combinatie met het
verklikkerlampje
Service.
een defecte sensor.
Laat het systeem controleren door het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
99
5
Veiligheid tijdens het rijden
VEILIGHEID
JUMPER-PAPIER_NL_CHAP05_SECURITE_ED01-2014
Opnieuw inschakelen
Het ASR-systeem wordt automatisch weer
ingeschakeld als het contact opnieuw wordt aangezet.
- Druk nogmaals op deze knop om het systeem
handmatig weer in te schakelen.
Storing Als dit verklikkerlampje gaat branden
in combinatie met een geluidssignaal
en een melding ter bevestiging op het
display van het instrumentenpaneel,
duidt dit op een storing in het ASR-systeem.
Laat het systeem controleren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalifi ceerde werkplaats.
Gebruiksvoorschrift
Het ASR- en het CDS-systeem zorgen voor
meer veiligheid tijdens het rijden. De bestuurder
mag zich echter nooit laten verleiden tot het
nemen van meer risico's of tot het te snel rijden.
De goede werking van de systemen wordt
verzekerd door de naleving van de voorschriften
van de constructeur op het gebied van wielen
(banden en velgen), onderdelen van het
remsysteem, elektronische onderdelen alsmede
de montageprocedure en het uitvoeren van
werkzaamheden door het netwerk.
Laat deze systemen na een aanrijding
controleren door het CITROËN-netwerk of door
een gekwalifi ceerde werkplaats.
Intelligent Traction Control
Systeem dat zorgt voor extra tractie in
situaties met weinig grip (sneeuw, ijzel,
modder...).
Dit systeem signaleert situaties met weinig
grip en zorgt ervoor dat u onder deze
omstandigheden kunt wegrijden en kunt
blijven rijden.
In dergelijke omstandigheden neemt de
Intelligent Traction Control het over van
het ASR -systeem door de aandrijfkracht
over te brengen op het wiel met de
meeste grip, waardoor de tractie en de
bestuurbaarheid optimaal zijn.
Load Adaptive Control
Het werkelijke totaalgewicht van een
bedrijfsauto is sterk afhankelijk van de mate
van belading. De plaats van het zwaartepunt
kan dus veranderen in lengterichting, maar
ook in verticale richting.
Elke verandering heeft invloed op het
remmen, de tractie, het bochtgedrag en de
neiging tot omslaan.
De Load Adaptive Control berekent het
werkelijke totaalgewicht door het gedrag van
de auto tijdens het accelereren en remmen
te analyseren.
Dit systeem past vervolgens de werking
van het CDS- en het ASR-systeem aan
de gewichtsverdeling van de auto aan.
In noodsituaties blijft de auto zo beter de
opgelegde koers volgen.
100
Veiligheid tijdens het rijden
JUMPER-PAPIER_NL_CHAP05_SECURITE_ED01-2014
Hulpsysteem bij een afdalen van een
helling op wegdek met weinig grip (modder,
gravel enz.).
Dit systeem beperkt de kans op wegglijden
van de auto en de kans dat de auto te veel
vaart maakt tijdens een afdaling.
Het werkt volledig samen met de Intelligent
Traction Control .
Hill Descent Control
Inschakelen
Bij het starten van de motor is het systeem
uitgeschakeld.
Druk op deze knop in het midden van het
dashboard om het systeem in te schakelen; het
verklikkerlampje van de knop gaat branden.
Het systeem werkt slechts bij hellingen van meer
dan 8%.
Dit systeem is actief tot een snelheid van ongeveer
30 km/h.
Zodra de wagensnelheid hoger wordt dan
30 km/h, wordt het systeem automatisch
uitgeschakeld. Het verklikkerlampje van de knop
blijft echter branden.
Het systeem wordt automatisch weer ingeschakeld
zodra de wagensnelheid lager wordt dan 30 km/h.
Uitschakelen
Druk op deze knop in het midden van het
dashboard om het systeem uit te schakelen.
Het verklikkerlampje van de knop gaat uit.
Storing
Bij een storing in de Hill Descent
Control gaat dit verklikkerlampje
branden.
Laat het systeem controleren door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Inschakelen
Bij het starten van de auto is dit systeem
uitgeschakeld.
Druk op deze knop in het midden van het
dashboard om het systeem in te schakelen;
het lampje van de knop gaat branden.
Het systeem blijft actief tot ongeveer
30 km/h.
Zodra u sneller rijdt dan 30 km/h, wordt het
systeem automatisch uitgeschakeld, maar
blijft het lampje van de knop branden.
Het systeem wordt automatisch weer
ingeschakeld zodra u weer langzamer dan
30 km/h rijdt.
Uitschakelen
Druk op deze knop in het midden van het
dashboard om het systeem uit te schakelen.
Het lampje van de knop gaat uit en de ASR
is weer actief.
Storing Bij een storing in de Intelligent
Traction Control gaat dit lampje
branden.
Laat het systeem controleren door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.