DS5_nl_Chap03_confort_ed01-2015
Spiegels
Uit veiligheidsoverwegingen moeten de
buitenspiegels zo worden afgesteld dat
de "dode hoek" zo klein mogelijk is.
Buitenspiegels
Als de buitenspiegels zijn ingeklapt met behulp
van de schakelaar A, worden ze niet automatisch
uitgeklapt als de auto wordt ontgrendeld.
Het automatisch in- en uitklappen van
de buitenspiegels met behulp van
de elektronische sleutel kan worden
gedeactiveerd door het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Klap de buitenspiegels in als u uw auto
in een automatische autowasstraat laat
wassen.
De waargenomen objecten in de buitenspiegels
lijken verder af dan ze in werkelijkheid zijn.
Houd hier rekening mee bij het inschatten van
de afstand ten opzichte van achteropkomend
verkeer.
Ontwaseming - ontdooiingVerstellen
F Draai de knop A naar links of rechts om de
d
esbetreffende spiegel te selecteren.
F
Du
w de knop A in de vier richtingen om de
spiegel af te stellen.
F
Ze
t de knop A weer in het midden.
Inklappen
Automatisch: vergrendel de auto met behulp
van de elektronische sleutel.
Uitklappen
Automatisch: ontgrendel de auto met de
elektronische sleutel. Handmatig: draai bij aangezet contact
de schakelaar A
naar beneden.
Handmatig: draai bij aangezet
contact de schakelaar A naar boven.
Deze functie kunt u inschakelen
door op de toets van de
achterruitverwarming te drukken.
De achterruitverwarming werkt
uitsluitend bij draaiende motor. Indien nodig kunnen de buitenspiegels
handmatig worden ingeklapt.
Voor meer informatie, zie de rubriek
"Ontwaseming - Ontdooiing achterruit".
125
DS5_nl_Chap04_conduite_ed01-2015
Lane Departure Warning System (LDWS)
Dit systeem signaleert, met behulp van een
camera die doorgetrokken of onderbroken strepen
herkent, het onvrijwillig overschrijden van een
rijstrookmarkering.
Om de actieve veiligheid te verhogen analyseert de
camera de beelden en activeert een waarschuwing,
wanneer de aandacht van de bestuurder verslapt
en de auto de markering overschrijdt (bij een
wagensnelheid hoger dan 80 km/h).
Dit systeem werkt optimaal op snelwegen en
autowegen.
Activering
F Druk op de knop: het lampje gaat
branden.
Het Lane Departure Warning System is
een hulpmiddel voor de bestuurder, die
desondanks waakzaam moet blijven.
Uitschakelen
U wordt gewaarschuwd door het trillen van de
zitting van de bestuurdersstoel:
-
re
chts: als de rechter rijstrookmarkering
wordt overschreden,
-
li
nks: als de linker rijstrookmarkering wordt
overschreden.
Als de richtingaanwijzer is ingeschakeld,
en ongeveer 20 seconden nadat deze
is uitgeschakeld, wordt er geen enkele
waarschuwing gegeven.
Signalering - waarschuwing Storing
Er kunnen storingen in de signalering
optreden:
-
al
s de rijstrookmarkeringen
weggesleten zijn,
-
al
s er weinig contrast is tussen het
wegdek en de markeringen,
-
al
s de voorruit vuil is,
-
on
der bepaalde extreme
weersomstandigheden: mist,
zware neerslag, sneeuw, sterke
zonnestraling of bij direct zonlicht
(zeer laagstaande zon, uitrijden van
een tunnel, ...) en schaduw.
F
Dr
uk opnieuw op de knop: het
lampje gaat uit. In het geval van een storing knippert het lampje
van de knop.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
De status van het systeem blijft na het afzetten
van het contact in het geheugen opgeslagen. Zorg ervoor dat u de verkeersregels
in acht neemt en iedere twee uur een
pauze neemt.
Rijden
4DconceptDiadeisInterak
12-14
DS5_nl_Chap13_couv-fin_ed01-2015
Reproductie of vertaling van dit document, zelfs
gedeeltelijk, is verboden zonder schriftelijke toestemming
van Automobiles CITROËN. Belangrijke informatie:
-
Het monteren van elektrische uitrustingen of
accessoires die niet onder een artikelnummer in het
assortiment van Automobiles CITROËN voorkomen,
kan storingen in het elektronische systeem van uw
auto veroorzaken. Ga naar het CITROËN-netwerk
voor meer informatie over het aanbod aan accessoires
met een artikelnummer
.
-
Wijzigingen of aanpassingen die niet door Automobiles
CITROËN zijn voorzien of toegestaan, of die niet
volgens de technische voorschriften van de fabrikant
zijn uitgevoerd, leiden tot het vervallen van de
contractuele garantie.
Automobiles CITROËN verklaart dat, door toepassing
van de voorschriften in de Europese regelgeving
(Richtlijn 2000/53) met betrekking tot autowrakken,
wordt voldaan aan de in deze richtlijn gestelde doelen
en dat recycleerbare materialen worden gebruikt voor de
fabricage van producten die door haar worden verkocht. Op verschillende plaatsen in uw auto zijn stickers
aangebracht. Ze bevatten veiligheidswaarschuwingen en
informatie
over de identificatie van uw auto. V
erwijder
ze niet: ze horen namelijk bij de auto.
Gedrukt in de EUNéerlandais
Neem voor alle werkzaamheden aan uw auto contact op
met
een gekwalificeerde werkplaats die beschikt over de juiste technische informatie, vakkennis en apparatuur. Het
CITROËN-netwerk is in staat u dit te bieden.
008008
003003010010
TREFWOORDENREGISTER
4 Presentatie
8 Instrumentenpaneel
9 Verklikkerlampje READY
9 Ver mogensmeter
10 Weergave van de energiestromen
12 Overzicht van het brandstofverbruik
13 Boordcomputer
15 Starten / afzetten
19 Keuzeschakelaar
22 Functie ECO OFF
23 Rijadviezen
24 Eco-rijden
25 Bijzonderheden van de stand ZEV
27 Tr a c t i e b a t t e r i j
30 Motorruimte
HYBRID4-SYSTEEM
PR AKTISCHE INFORMATIE COMFORT
32 Autowasstraat
33 Bandenreparatieset
34 Slepen - bergen met een bergingsauto
34 Sneeuwkettingen
TECHNISCHE GEGEVENS
35 Elektromotor
36 Dieselmotor
37 Gewichten (diesel)
VEELGESTELDE VRAGEN
31 Voorzieningen in de bagageruimte
38
41
Autowasstraat
Bij sommige autowasstraten (waar de auto op een transportband doorheen wordt gevoerd) mag de parkeerrem tijdens het autowassen niet zijn
aangetrokken.
Als het hybridesysteem is ingeschakeld, het verklikkerlampje R
EADY
brandt en de parkeerrem is vrijgezet:
- Zet de selectiehendel in de stand N
.
- Zet de motor af (druk op de knop " START/STOP
"). De
parkeerrem wordt automatisch aangetrokken en het
verklikkerlampje READY
op het instrumentenpaneel dooft.
-
Zet het contact weer aan (druk op de knop " START/STOP
")
zonder het rempedaal in te trappen. Het verklikkerlampje READY
gaat niet branden.
- Zet de parkeerrem vrij met de hendel op de middenconsole,
ter wijl u het rempedaal ingetrapt houdt.
- Zet het contact af (druk op de knop " START/STOP
" zonder
het rempedaal in te trappen) en controleer of de parkeerrem
vrijgezet blijft.
Als de HDi-dieselmotor op dat moment niet draait, wordt hij
onmiddellijk gestart.
Als de HDi-dieselmotor op dat moment draait, blijft hij onbeperkt
draaien.
Als het hybridesysteem is ingeschakeld, het verklikkerlampje
READY
brandt en de parkeerrem is vrijgezet:
- Zet de selectiehendel in de stand N
(stand AUTO
).
- Houd het rempedaal ingetrapt en druk vervolgens op de toets
" ECO OFF
".
Autowasstraten waarin de HDi-dieselmotor moet
zijn afgezet.
Autowasstraten waarin de HDi-dieselmotor niet
mag worden afgezet.
Schakel, indien mogelijk, de automatische werking van de parkeerrem uit via het menu voor het configureren van de uitrusting van de auto.
41Tr e f w o o r d e n r e g i s t e r
AAanhangergewichten ...................................... 37
Afzetten van het Hybrid4-systeem .......... 15, 18
Airconditioning .......................................... 22, 25
Autowasstraat ................................................. 32
Bagageruimte, indeling ................................... 31
Banden ............................................................ 33
Bandreparatieset ............................................ 33
Bergingsauto of trailer (slepen) ...................... 34
Boordcomputer .......................................... 12-14
Brandstof ......................................................... 24
Brandstofverbruik ................................. 9, 12, 24
Contact ............................................................ 17
Contact aangezet ............................................ 17
B
C
Gereedschap .................................................. 33
Gevarendriehoek ............................................ 31
Gewichten ....................................................... 37
Gewichten, overzicht ...................................... 37G
H
I
K
L
Keuzeschakelaar .................................. 5, 19, 24
Keyless entry and start ........................15, 17, 18
Koeling tractiebatterij ...................................... 29
Koffer vloer (ver wijderbaar) ............................. 31
Laadtoestand van de tractiebatterij 5, 10, 25, 27
Lekke band ...................................................... 33 ECO OFF (schakelaar) ................................... 22
Elektrisch rijden (ZEV) ............ 11, 19, 22, 24, 25
Elektromotor .......................................... 5, 19, 35
Elektronische sleutel ............................15, 17, 18
Elektronisch gestuurde
versnellingsbak ..............................5, 15, 23-25
Energiestromen......................................... 10, 11D
EDieselmotor ...................5, 19, 22, 25, 32, 36, 37
Display instrumentenpaneel ................. 8, 10, 13
MMilieu ............................................................... 24
Milieubewust rijden ......................................... 24
Motoren ..................................................... 35, 36
Motorenoverzicht ...................................... 35, 36
Motorkap, openen ........................................... 30
Motorruimte ..................................................... 30
Noodprocedure afzetten van de motor ........... 18
Noodprocedure starten ................................... 18
N
O
R
READY (verklikkerlampje) ................ 8, 9, 28, 30
Regeneratie roetfilter .................................. 5, 25
Resetten van het overzicht van het verbruik .. 14
Resetten van het traject ............................ 13, 14
Riem ................................................................ 31
Rijadviezen ..................................................... 23
Roetfilter ...................................................... 5, 25 Instrumentenpaneel .......................................... 8 Handrem, elektrisch bediend ............. 15, 23, 32
Head-up display .............................................. 15
Hoedenplank ................................................... 31
Hoogspanning ........................................... 27, 28
Hoogspanningskabel ...................................... 28
Ontdooien........................................................ 25
Ontwasemen ................................................... 25
Opbergvakken ................................................. 31
Overzicht van het verbruik .............................. 12
4Dconcept
Diadeis
Interak
02-15
Reproductie of vertaling van dit document, zelfs
gedeeltelijk, is verboden zonder schriftelijke toestemming
van Automobiles CITROËN.
Belangrijke informatie:
- Het monteren van elektrische uitrustingen of
accessoires die niet onder een artikelnummer in het
assortiment van Automobiles CITROËN voorkomen,
kan storingen in het elektronische systeem van uw
auto veroorzaken. Ga naar het CITROËN-netwerk
voor meer informatie over het aanbod aan accessoires
met een artikelnummer.
- Wijzigingen of aanpassingen die niet door Automobiles
CITROËN zijn voorzien of toegestaan, of die niet
volgens de technische voorschriften van de fabrikant
zijn uitgevoerd, leiden tot het vervallen van de
contractuele garantie.
Automobiles CITROËN verklaart dat, door toepassing
van de voorschriften in de Europese regelgeving
(Richtlijn 2000/53) met betrekking tot autowrakken,
wordt voldaan aan de in deze richtlijn gestelde doelen
en dat recycleerbare materialen worden gebruikt voor de
fabricage van producten die door haar worden verkocht. Op verschillende plaatsen in uw auto zijn stickers
aangebracht. Ze bevatten veiligheidswaarschuwingen en
informatie over de identifi catie van uw auto. Verwijder ze
niet: ze horen namelijk bij de auto.
Gedrukt in de EU
Néerlandais
Neem voor alle werkzaamheden aan uw auto contact op
met een gekwalifi ceerde werkplaats die beschikt over de
juiste technische informatie, vakkennis en apparatuur. Het
CITROËN-netwerk is in staat u dit te bieden.
008008
003003010010
TREFWOORDENREGISTER
4 Presentatie
8 Instrumentenpaneel
9 Verklikkerlampje READY
9 Ver mogensmeter
10 Weergave van de energiestromen
12 Overzicht van het brandstofverbruik
13 Boordcomputer
15 Starten / afzetten
19 Keuzeschakelaar
22 Functie ECO OFF
23 Rijadviezen
24 Eco-rijden
25 Bijzonderheden van de stand ZEV
27 Tr a c t i e b a t t e r i j
30 Motorruimte
HYBRID4-SYSTEEM
PR AKTISCHE INFORMATIE COMFORT
32 Autowasstraat
33 Bandenreparatieset
34 Slepen - bergen met een bergingsauto
34 Sneeuwkettingen
TECHNISCHE GEGEVENS
35 Elektromotor
36 Dieselmotor
37 Gewichten (diesel)
VEELGESTELDE VRAGEN
31 Voorzieningen in de bagageruimte
38
41