De elektronische controle-eenheid
vermogen (4)
stuurt de verschillende
werkingsfasen van de twee motoren (HDi-
dieselmotor en elektromotor) aan om een zo
laag mogelijk brandstofverbruik mogelijk te
maken.
De dynamo/startmotor (5)
voert de Stop &
Start
-functie uit zodat de HDi-dieselmotor
wordt uitgeschakeld als de auto tot stilstand
komt (bijvoorbeeld voor een verkeerslicht
of in een file) of als volledig elektrisch wordt
gereden.
Het stoppen en starten van de HDi-dieselmotor
gebeurt automatisch en onmiddellijk zonder dat
de bestuurder iets hoeft te doen.
Deze dynamo/startmotor zorgt ook voor het
bijladen van de tractiebatterij door de HDi-
dieselmotor als bijvoorbeeld de laadtoestand
van de tractiebatterij te laag is geworden of als
in de stand 4WD
wordt gereden.
De 12V- accu
, die zich in de motorruimte
bevindt, zorgt voor de voeding van de
conventionele elektrische installatie van de
auto. Deze accu zorgt er voor dat de HDi-
dieselmotor kan worden gestart en dat de
uitrusting van de auto, zoals de verlichting, de
ruitenwissers en het audiosysteem, werkt.
Deze 12V-accu wordt automatisch bijgeladen
door het hoogspanningsnetwerk.