139
C4-cactus_nl_Chap07_securite_ed02-2014
bij een lichte zijdelingse aanrijding of
bij over de kop slaan kan het zijn dat de
airbags niet worden geactiveerd.
bi
j een aanrijding van achteren of een
frontale aanrijding worden de zij- en
window-airbags niet geactiveerd.
De window-airbags helpen de bestuurder
en passagiers (uitgezonderd de middelste
passagier achter) te beschermen bij een
ernstige zijdelingse aanrijding, om de kans
op letsel aan de zijkant van het hoofd te
verkleinen.
De window-airbags zijn aangebracht in de
stijlen en in de hemelbekleding.
Window-airbags
Activering
De window-airbag wordt gelijktijdig met
de zijairbag aan de desbetreffende zijde
opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij (
B), waarbij de krachten
loodrecht op de lengterichting van de auto en
vanaf de buitenzijde richting de binnenzijde van
de auto worden uitgeoefend.
De window-airbag wordt opgeblazen tussen de
inzittenden voor en achter en de ruiten.Als dit waarschuwingslampje gaat
branden in combinatie met een
geluidssignaal en een melding,
raadpleeg dan het CI
t
ro
Ën-
netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om het
systeem te laten controleren. De kans
bestaat dat de airbags bij een ernstige
aanrijding niet worden geactiveerd.
Storing
7
Veiligheid
140
C4-cactus_nl_Chap07_securite_ed02-2014
Maak er een gewoonte van om normaal
rechtop in de voorstoelen te zitten.
Draag altijd een correct afgestelde
veiligheidsgordel.
Zorg dat er zich niets bevindt tussen
de airbag en de inzittenden (kinderen,
huisdieren, objecten …). Dit kan de goede
werking van de airbag belemmeren en/of
de inzittende bij het opblazen van de airbag
verwonden.
Laat na een aanrijding of diefstal van uw
auto de airbagsystemen controleren.
Werkzaamheden aan airbagsystemen
mogen uitsluitend door het CI
t
ro
Ën-
n
etwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats worden uitgevoerd.
Zelfs als alle bovenstaande voorschriften
worden nageleefd, blijft de kans bestaan
op letsel of lichte brandwonden aan het
hoofd, de borst of de armen als de airbag
wordt geactiveerd. De airbag wordt namelijk
zeer snel opgeblazen (binnen enkele
milliseconden) en loopt vervolgens even
snel leeg, waarbij de warme gassen via de
daarvoor bestemde openingen naar buiten
stromen.Airbags vóór
Houd het stuur wiel niet aan de spaken
vast en laat uw handen niet op het
stuurwielkussen rusten.
De voorpassagier mag zijn voeten niet op
het dashboard laten rusten.
ro
ok niet in de auto. Als de airbag wordt
opgeblazen, kunnen brandende sigaretten
of een pijp brandwonden of ander letsel
veroorzaken.
Verwijder het stuurwiel nooit, maak geen gaten
in de stuur wielbekleding en sla er niet op.
be
vestig geen voor werpen of stickers op
het stuur wiel of op het dashboard. Deze
kunnen bij het afgaan van de airbags letsel
veroorzaken.
Houd u aan de volgende veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags:
Zijairbags
bedek de stoelen uitsluitend met daarvoor
goedgekeurde stoelhoezen, die in
combinatie met actieve zijairbags gebruikt
kunnen worden. Voor informatie over de
stoelhoezen die geschikt zijn voor uw auto
kunt u zich wenden tot het CI
t
ro
Ën-
n
etwerk.
ra
adpleeg de rubriek "Accessoires".
be
vestig nooit iets aan de rugleuning
van de stoelen (kleding …): dit zou bij het
afgaan van de airbags kunnen leiden tot
verwondingen aan armen of borstkas.
Ga niet onnodig dicht tegen het
portierpaneel zitten.
Window-airbags
bevestig nooit iets op de hemelbekleding;
dit zou bij het afgaan van de window-airbags
kunnen leiden tot hoofdletsel.
Demonteer nooit de handgrepen van het dak
(indien aanwezig); deze maken deel uit van
de bevestiging van de window-airbags.
Veiligheid
309
C4-cactus_nl_Chap13_index-alpha_ed02-2014
W
Z
Verklikkerlampje voorgloeien (diesel) ............14
Versnellingsbak, handgeschakeld
......9, 69 , 73, 83 , 89, 90 , 224
Versnellingshendel
........................................... 9
Verversen
...................................................... 219
Verwarming
...............................
............9, 59 , 61
Voorgloeien (dieselmotor)
............................... 14
Vo
or stoelen
..................................................... 49
Waarschuwingslampjes
..................................17
Waarschuwingssignaal sleutel in contact
......81
Waarschuwing vergeten verlichting
............. 111
W
assen (adviezen) ................................ 214, 224
Wiel demonteren
...............................
............178
Wiel monteren
............................................... 178
Wiel verwisselen
................................... 176, 17 7
Window-airbags
.................................... 13 9, 140
Zekeringen
.................................... 191, 193 , 19 6
Zekeringentabel
............................ 191, 193 , 19 6
Zekeringen vervangen
..................191, 193 , 19 6
Zekeringkast motorruimte
............................. 19
6
Zicht ................................................................. 67
Zij-airbags
............................................. 13 8, 140
Zijknipperlicht
................................................ 187Zijruiten achter
..............................................214
Zonneklep
..................................................6 9 -71
Zuinig rijden
......................................................9
Zwart scherm
................................................123
.
trefwoordenregister