Inleiding35
Draai aan de centrale draaiknop om
Balans/fader te selecteren. Druk op
de knop om de huidige displayinstel‐
lingen voor Balans weer te geven en
draai aan de draaiknop voor bijstel‐
ling.
Druk de knop in om de gewenste
waarde in te stellen en de Fader-in‐
stelling weer te geven.
Volumeverdeling voor - achter
instellen
De Fader -instelling wordt weergege‐
ven nadat Balans is ingesteld.
Draai aan de centrale draaiknop om
de fader tussen voor/achter af te stel‐ len.
Middelhoog volume voorin
Het volume achterin onderdrukken en
alleen het volume voorin de auto ma‐
tigen:
Selecteer het Klankoptimalisatie -
menu.
Draai aan de centrale draaiknop om
Achter UIT te selecteren en druk op
de knop in te stellen.Automatic Gain Control (AGC)
Contourfunctie inschakelen:
Selecteer het menu AGC
geactiveerd en druk op de centrale
draaiknop om te activeren.
Standaard audio-instellingen
herstellen
Selecteer Standaardinstellingen en
druk op de centrale draaiknop om te
bevestigen.
Alle audio-instellingen worden weer
op hun standaardwaarden gezet.
Softwareversie weergeven
Om de softwareversie weer te geven,
gaat u naar het menu
Softwareversie en drukt u op de cen‐
trale draaiknop.
NAVI 50 - Geluidsinstellingen
U kunt op ieder gewenst moment naar het instellingenmenu gaan door
op de knop Start ; te drukken, ge‐
volgd door INSTELLINGEN op het
displayscherm.De volgende submenu's voor de in‐
stellingen verschijnen:
■ Audio
Zie "Audio-instellingen" hieronder.
■ Beeldscherm
Raadpleeg (NAVI 50) "Systeemin‐
stellingen" 3 37.
■ Bluetooth
Raadpleeg (NAVI 50) "Systeemin‐
stellingen" 3 37.
■ Systeem
Raadpleeg (NAVI 50) "Systeemin‐
stellingen" 3 37.Audio-instellingen
Selecteer Audio voor de volgende op‐
ties:
■ Volume/snelheid (Uit/1/2/3/4/5)
Snelheidsafhankelijke volumere‐
geling - zie (NAVI 50) "Volume-in‐
stellingen" 3 36.
36Inleiding
■Loudness (Aan/Uit)
Raadpleeg (NAVI 50) "Volume-in‐
stellingen" 3 36.
■ Geluid
Druk op l om het submenu voor
de volumeverdeling en de geluids‐ instellingen te openen.
Aan de linkerkant van het display
past u de balans links/rechts met
k /l en de balans voor/achter met
R /S aan. Druk op OK om de wijzi‐
gingen te bevestigen.
Aan de rechterkant van het display
past u de toonregeling van de Bass,
Mid en Treble aan (tussen
-5 en +5) met k/l .
Volume-instellingen
Snelheidsafhankelijk volume Wanneer deze functie wordt geacti‐veerd. wordt het volume automatisch
aangepast om het weg- en windla‐
waai tijdens het rijden te compense‐
ren.CD35 BT USB - Volume-instellingen
Wanneer deze functie wordt geacti‐
veerd. wordt het volume automatisch
aangepast om het weg- en windla‐
waai tijdens het rijden te compense‐
ren.
Druk op de toets SETUP / TEXT om
het instellingenmenu te openen. Se‐
lecteer Audio-instellingen gevolgd
door Aanpassing vol. km/u door aan
de centrale draaiknop te draaien en
erop te drukken om de selectie te be‐
vestigen.
Draai aan de knop om de mate van
volumeaanpassing in te stellen.
Een waarde van 0 betekent dat de
functie gedeactiveerd is.
NAVI 50 - Volume-instellingen
U kunt op ieder gewenst moment naar het instellingenmenu gaan door
op de knop Start ; te drukken, ge‐
volgd door INSTELLINGEN op het
displayscherm.De volgende submenu's voor de in‐
stellingen verschijnen:
■ Audio
■ Beeldscherm
Raadpleeg (NAVI 50) "Systeemin‐
stellingen" 3 37.
■ Bluetooth
Raadpleeg (NAVI 50) "Systeemin‐
stellingen" 3 37.
■ Systeem
Raadpleeg (NAVI 50) "Systeemin‐
stellingen" 3 37.Audio-instellingen
Selecteer Audio voor de volgende op‐
ties:
■ Volume/snelheid (Uit/1/2/3/4/5)
Stel de mate van de volumeaan‐ passing in.
■ Loudness (Aan/Uit)
■ Geluid
Raadpleeg (NAVI 50) "Geluidsin‐
stellingen" 3 33.
Inleiding37Systeeminstellingen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB - Systeeminstellingen
Druk op de toets SETUP en ga naar
het instellingenmenu door de draai‐ knop OK te draaien en in te drukken.
Wanneer systeeminstellingen zijn
veranderd, drukt u op SETUP om het
menu af te sluiten en de veranderin‐
gen op te slaan. Na een vertraging
slaat het systeem ook automatisch op
en sluit af.Systeemtaal wijzigen
Verander de taal van het display door
naar het menu Taal te gaan. Selec‐
teer een taal uit de lijst door door de
knop OK te draaien en in te drukken.Standaard systeeminstellingen her‐
stellen
Om de standaardwaarden van de
systeeminstellingen te herstellen, se‐
lecteert u Fabrieksinstellingen door
de knop OK te draaien en in te druk‐
ken. Bevestig de wijziging door na de vraag weer op de knop OK te druk‐
ken.CD35 BT USB -
Systeeminstellingen
Druk op de toets SETUP / TEXT om
het instellingenmenu te openen.
Wanneer systeeminstellingen zijn
veranderd, drukt u op
SETUP / TEXT om het menu af te
sluiten en de veranderingen op te
slaan. Na een vertraging slaat het
systeem ook automatisch op en sluit
af.Klok instellen
Om de tijd in te stellen, opent u het
Klok -menu. Draai aan de centrale
draaiknop om de Uren te verstellen
en druk op de knop om te bevestigen.
Draai aan de knop om de Minuten te
verstellen en druk erop om te beves‐
tigen.Systeemtaal wijzigen
Verander de taal van het display door naar het menu Taal te gaan. Draai
aan de centrale draaiknop om één
van de 9 talen uit de lijst te selecteren
en druk op de knop om te bevestigen.Standaard systeeminstellingen her‐
stellen
Om de standaardwaarden van de
systeeminstellingen te herstellen, se‐
lecteert u Fabrieksinstellingen door
de centrale draaiknop te draaien en in te drukken. Bevestig de wijziging door
na de vraag weer op de knop te druk‐ ken.
NAVI 50 - Systeeminstellingen
U kunt op ieder gewenst moment
naar het instellingenmenu gaan door
op de knop Start ; te drukken, ge‐
volgd door INSTELLINGEN op het
displayscherm.
De volgende submenu's voor de in‐
stellingen verschijnen:
■ Audio :
Raadpleeg (NAVI 50) "Geluidsin‐
stellingen" 3 33 en "Volume-instel‐
lingen" 3 36.
■ Display : Zie hieronder.
■ Bluetooth : Zie hieronder.
■ Systeem : Zie hieronder.
38Inleiding
Beeldscherm
Selecteer Display voor de volgende
opties:
■ Helderheid (Laag/Normaal/Hoog)
■ Kaartmodus (Auto/Dag/Nacht)
◆ Auto : De dag- en nachtmodus
schakelen automatisch om.
◆ Dag : Het kaartscherm wordt altijd
met heldere kleuren weergege‐
ven.
◆ Nacht : Het kaartscherm wordt al‐
tijd met donkere kleuren weerge‐ geven.Bluetooth
Selecteer Bluetooth voor de volgende
opties:
■ Bluetooth-apparatenlijst bekijken
■ Bluetooth-apparaat zoeken
■ Extern apparaat goedkeuren
■ Wachtwoord wijzigen (om Blue‐
tooth-apparaten met het infotain‐
mentsysteem te koppelen)Raadpleeg voor meer informatie
(NAVI 50) "Streaming audio via Blue‐
tooth" 3 63 en "Bluetooth-verbin‐
ding" in het hoofdstuk "Telefoon"
3 126.Systeem
Selecteer Systeem voor de volgende
opties:
■ Taal (Wijzig de displaytaal en de
taal van de gesproken aanwijzin‐
gen voor het navigatiesysteem)
■ Klok/eenheden
U kunt de volgende instellingen wij‐ zigen:
◆ Tijdweergave (12 uur/24 uur)
◆ Navigatie-eenheden (km/mijl)
◆ Tijdinstelling
Druk op l om het submenu
Tijdinstelling te openen. Dit sub‐
menu bevat de volgende opties:
Auto /Handmatig
Als voor een handmatige tijdin‐
stelling is gekozen, dient u deze
aan te passen.■ Fabrieksinstellingen
U kunt de onderstaande instellin‐
gen terugzetten naar de standaard
fabrieksinstellingen:
◆ Alle
◆ Telefoon
◆ Navigatie
◆ Audio-Media-Radio-Systeem
■ Navigatie (Aan/Uit)
■ Systeemversie (het versienummer
van het infotainmentsysteem ver‐
schijnt)
Wanneer u systeeminstellingen hebt
gewijzigd, druk dan op ; (en selec‐
teer een ander menu op het display)
om het instellingenmenu te verlaten
en de wijzigingen op te slaan. Na een vertraging slaat het systeem ook au‐
tomatisch op en sluit af.
NAVI 80 - Systeeminstellingen Om vanuit de startpagina naar het
menu Systeeminstellingen te gaan,
drukt u op MENU, gevolgd door
Systeem op het displayscherm.
Inleiding41
■ Schakel programmatype aan/uit
■ Lijst met opgeslagen radiozenders bijwerken
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80) "Radio" 3 42.Media
U kunt de volgende media-instellin‐
gen aanpassen:
■ Nummer herhalen: In-/uitschakelen
■ Willekeurige volgorde: In-/uitscha‐ kelen
■ Weergave albumafbeelding: In-/uit‐
schakelen
■ Bluetooth-verbinding: Configure‐ ren
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80) "Streaming audio via Blue‐
tooth" 3 63.Afbeeldingen
U kunt de volgende foto-instellingen
aanpassen:
■ Stel de weergavetijd voor de foto's in tijdens een diavoorstelling.
■ Stel de overgangseffecten in tus‐ sen de foto's van een diavoorstel‐
ling.
■ Schakel om tussen normale weer‐ gave en weergave op volledig
scherm.
Raadpleeg voor meer informatie "Af‐
beeldingen weergeven" 3 71.Video
U kunt de volgende video-instellingen
aanpassen:
■ Stel het weergavetype voor video's
in.
■ Schakel om tussen normale weer‐ gave en weergave op volledig
scherm.
Raadpleeg voor meer informatie "Vi‐
deo's afspelen" 3 71.
58AUX-ingang
Let op
Zorg ervoor dat het randapparaat
goed is opgeborgen tijdens het rij‐
den. Anders kunnen de inzittenden
bij krachtig remmen, plotseling af‐
slaan of een ongeval letsel oplopen
door rondslingerende voorwerpen.
R15 BT USB, R16 BT USB, CD16 BT USB, CD18 BT USB-
Gebruik AUX-ingang Druk op de toets MEDIA of
AUDIO/SOURCE om de audiobron
op AUX-modus over te schakelen en
schakel het randapparaat in. Op het
displayscherm verschijnt AUX.
AUX-instellingen
Druk op de toets SETUP om het in‐
stellingenmenu te openen.
Selecteer AUX IN en draai aan de draaiknop OK totdat de gewenste in‐
stelling wordt geselecteerd uit:
■ HI (300 mV)
■ MID (600 mV)
■ LO (1200 mV)CD35 BT USB - Gebruik AUX- ingang
Druk op de toets MEDIA om de AUX-
modus te activeren en schakel het
randapparaat in. Op het display‐
scherm verschijnt Jack.
NAVI 50 - Gebruik AUX-ingang U kunt op ieder gewenst moment
naar het menu Media gaan door op de knop Start ; te drukken, gevolgd
door MEDIA op het displayscherm.
Druk op S in de linkerbovenhoek om
tussen externe bronnen te wisselen. U hebt de volgende opties:
■ USB : Raadpleeg (NAVI 50) "USB-
poort" 3 59.
■ iPod : Raadpleeg (NAVI 50) "USB-
poort" 3 59.
■ BT : Raadpleeg (NAVI 50) "Strea‐
ming audio via Bluetooth" 3 63.
■ AUX : Selecteer deze optie om de
audiobron op AUX-modus over te
schakelen en schakel het randap‐
paraat in.NAVI 80 - Gebruik AUX-ingang
Wijzig de audiobron naar AUX-modus
om content van een aangesloten
randapparaat af te spelen.
Om vanuit de startpagina naar het
menu Media te gaan, drukt u op
MENU , gevolgd door Multimedia en
Media op het displayscherm.
Druk op < om een pop-upmenu te
openen. U hebt de volgende opties:
■ Aansluiting voor randapparatuur :
Wijzig de audiobron naar AUX-mo‐
dus en schakel het randapparaat
in.
■ USB : Raadpleeg (NAVI 80) "USB-
poort" 3 59.
■ Bluetooth-verbinding : Raadpleeg
(NAVI 80) "Streaming audio via Bluetooth" 3 63
■ SD Card
■ CD-speler
USB-poort61
De bediening van audiobronnen die
aangesloten zijn via USB, is in het al‐ gemeen gelijk aan die voor een audio
mp3/wma-cd 3 54.
Een nummer selecteren
Om direct nummers te selecteren (en van map te wisselen) gaat u tijdens
het afspelen eerst naar de menu‐
structuur van het audioapparaat door op de middelste draaiknop te drukken
(bij iPod: draai de knop naar het toe‐
gangsmenu). Selecteer nummers en
wissel van map door de draaiknop te draaien en in te drukken.
NAVI 50 - Muziek afspelen viaUSB-aansluiting
Mp3-speler / iPod / USB-stations
Het systeem detecteert het audioap‐
paraat wanneer een USB-apparaat is
aangesloten. Het huidige nummer
wordt automatisch weergegeven.Wanneer het menu MEDIA actief is,
zijn de volgende submenu's beschik‐
baar:
■ Speler
■ Lijst
■ Opties
Druk op S in de linkerbovenhoek om
tussen audiobronnen te wisselen. U
hebt de volgende opties:
■ USB : Selecteer deze optie om de
audiobron naar USB-modus te wij‐
zigen.
■ iPod : Selecteer deze optie om de
audiobron naar USB-modus te wij‐
zigen.
■ BT : Raadpleeg NAVI 50 "Strea‐
ming audio via Bluetooth" 3 63.
■ AUX : Raadpleeg NAVI 50 "Aux-in‐
gang" 3 57.Speler
Druk hierop om het huidige nummer te tonen. Dit displayscherm biedt de
volgende opties:
■ l (indrukken om naar het vorige
nummer te gaan, ingedrukt houden om snel achteruit te spoelen)
■ =/l (indrukken om te pauzeren/af
te spelen)
■ m (indrukken om naar het vol‐
gende nummer te gaan, ingedrukt
houden om snel vooruit te spoelen)Lijst
Er verschijnt een lijst van de nummers
in het huidige album of de huidige fol‐ der. Druk op een bepaald nummer om
het direct af te spelen.
Let op
Standaard worden de albums alfa‐ betisch weergegeven.
Als een USB-drive is aangesloten, zullen alle mappen zich op hetzelfde niveau in de boomstructuur bevin‐
den.
Druk op ò om terug te gaan naar het
vorige niveau in de boomstructuur
van de map.
62USB-poort
Opties
Druk hierop voor de volgende opties:
■ Herhalen (Uit/Nummer/Map/Alles)
■ Willekeurige volgorde (Aan/Uit)
NAVI 80 - Muziek afspelen via
USB-aansluiting
Mp3-speler/USB-opslagapparaat
Wijzig de audiobron naar USB-modus
om bestanden van een aangesloten
USB-apparaat af te spelen.
Om vanuit de startpagina naar het
menu Media te gaan, drukt u op
MENU , gevolgd door Multimedia en
Media op het displayscherm.
Druk op < om een pop-upmenu te
openen. U hebt de volgende opties:
■ USB : Wijzig de audiobron naar
USB-modus.
■ Aansluiting voor randapparatuur :
Raadpleeg NAVI 80 "AUX-ingang"
3 57.
■ Bluetooth-verbinding : Raadpleeg
NAVI 80 "Streaming audio via Blue‐ tooth" 3 63.■ SD Card
■ CD-speler : Raadpleeg NAVI 80
"AUX-ingang" 3 57.
Wanneer USB-modus is geselec‐
teerd, verschijnen de volgende opties
op het display:
■ t of v: Naar vorig/volgend num‐
mer
■ =: Nummer pauzeren
■ Schuifbalk voor verstreken tijd: Door nummers bladeren
■ Nieuwe selectie : Een ander num‐
mer van de aangesloten audiobron kiezen
■ Huidige afspeellijst : Ga naar de hui‐
dige afspeellijst
■ r : Terug naar vorige scherm
■ <: Pop-upmenu openen, om de au‐
diobron te wijzigen of om naar de
instellingen van de nummers te
gaan (bijv. willekeurige volgorde of
herhalen aan-/uitschakelen, gege‐
vens huidig nummer tonen en toe‐
gang tot geluidsinstellingen).Van USB-ingang loskoppelen
Het afspelen stopt onmiddellijk wan‐
neer het audioapparaat uit de USB-
aansluiting wordt verwijderd.