Service en onderhoud187
Internationale service-
intervallen
Israël:
Onderhoud van uw auto is nodig om de 40.000 km of na 1 jaar, afhankelijk
van wat zich het eerst voordoet, tenzij anders aangegeven op het service-
display.
Roemenië, Bulgarije:
Onderhoud van uw auto is nodig om
de 30.000 km of na 2 jaar, afhankelijk
van wat zich het eerst voordoet, tenzij
anders aangegeven op het service-
display.
Australië:
Onderhoud van uw auto is nodig om de 30.000 km of na 2 jaar, afhankelijk van wat zich het eerst voordoet, tenzij
anders aangegeven op het service-
display.Turkije:
Onderhoud van uw auto is nodig om
de 20.000 km of na 1 jaar, afhankelijk van wat zich het eerst voordoet, tenzij
anders aangegeven op het service-
display.
Rusland, Oekraïne, Belarus,
Kazachstan:
Onderhoud van uw auto is nodig om de 15.000 km of na 1 jaar, afhankelijk
van wat zich het eerst voordoet, tenzij
anders aangegeven op het service-
display.
Internationaal:
Onderhoud van uw auto is nodig om
de 15.000 km of na 1 jaar, afhankelijk van wat zich het eerst voordoet, tenzij
anders aangegeven op het service-
display.
Tot de andere landen behoren:
Albanië, Bosnië-Herzegovina, Cy‐
prus, Kosovo, Macedonië, Malta,
Montenegro, Nieuw-Zeeland, Servië,
Singapore.Internationaal +:
Onderhoud van uw auto is nodig om de 10.000 km of na 1 jaar, afhankelijk van wat zich het eerst voordoet, tenzij
anders aangegeven op het service-
display.
Tot de + landen behoren: Moldavië.
Internationaal ++:
Onderhoud van uw auto is nodig om de 8.000 km of na 1 jaar, afhankelijk van wat zich het eerst voordoet, tenzij
anders aangegeven op het service-
display.
Tot de ++ landen behoren: Hong‐
kong.
Registraties
Uitgevoerde service wordt geregi‐
streerd op de daarvoor bestemde
plaatsen in het Service- en garantie‐
boekje. De datum en afgelezen kilo‐
meterstand worden bevestigd met
stempel en handtekening van de uit‐
voerende werkplaats.
188Service en onderhoud
Zorg ervoor dat het Service- en ga‐
rantieboekje correct wordt ingevuld,
omdat een sluitend bewijs van ser‐
vice essentieel is bij aanspraken op
garantie of goodwill en tevens een
pluspunt is bij verkoop van de auto.
Servicedisplay De service-interval is gebaseerd op
diverse parameters afhankelijk van
het gebruik.
De Service-display, in het Driver In‐
formation Center, geeft de volgende
onderhoudsbeurt aan. De hulp van
een werkplaats inroepen.
Servicedisplay 3 81.
Peilsensor motorolie 3 80.Aanbevolen
vloeistoffen,
smeermiddelen en
onderdelen
Aanbevolen vloeistoffen
en smeermiddelen Gebruik alleen producten die voldoenaan de aanbevolen specificaties.Schade als gevolg van het gebruik
van producten die niet voldoen aan
deze specificaties, wordt niet gedekt
door de garantie.9 Waarschuwing
Bedrijfsvloeistoffen zijn gevaarlijk
en mogelijk giftig. Voorzichtig han‐ teren. Informatie op de verpakking in acht nemen.
Motorolie
Motorolie wordt ingedeeld op basis
van de kwaliteit en de viscositeit. Bij
de keuze van motorolie is kwaliteit be‐
langrijker dan viscositeit. Door de
oliekwaliteit blijft o.a. de motor
schoon, is de slijtage minimaal en
veroudert de olie minder snel. De vis‐
cositeit geeft informatie over de dikte
van de olie bij diverse temperaturen.
Dexos is de nieuwste kwaliteit motor‐ olie, en biedt optimale bescherming
voor dieselmotoren. Indien deze niet
voorhanden is, moet motorolie van
een andere gerenommeerde kwaliteit worden gebruikt.
Kies de juiste motorolie op basis van
zijn kwaliteit en de minimale omge‐
vingstemperatuur 3 193.
Motorolie bijvullen
Motoroliesoorten van verschillende
fabrikanten en merken kunnen wor‐
den gemengd zolang ze voldoen aan de vereiste motoroliecriteria kwaliteit
en viscositeit.
Het gebruik van motorolie met alleen
de kwaliteit ACEA A1/B1 of alleen
A5/B5 is verboden, omdat deze onder
bepaalde omstandigheden langdu‐
rige motorschade kan veroorzaken.
Service en onderhoud189
Kies de juiste motorolie op basis van
zijn kwaliteit en de minimale omge‐
vingstemperatuur 3 193.
Extra motorolieadditieven
Het gebruik van extra motorolieaddi‐
tieven kan schade tot gevolg hebben
en de garantie ongeldig maken.
Motorolieviscositeitsindexen
De SAE-viscositeitswaarde geeft in‐
formatie over de dikte van de olie.
Multigrade-olie wordt geklasseerd
door twee cijfers, bijv. SAE 5W-30.
Het eerste cijfer, gevolgd door een W,
geeft de viscositeit bij lage tempera‐
turen, het tweede cijfer de viscositeit
bij hoge temperaturen aan.
Selecteer de juiste viscositeitswaarde
op basis van de minimale omgevings‐ temperatuur 3 193.
Alle aanbevolen viscositeitswaarden
zijn geschikt voor hogere omgevings‐
temperaturen.Koelvloeistof en antivries
Gebruik alleen voor de auto goedge‐
keurde long life coolant (LLC) anti-
vries. De hulp van een werkplaats in‐
roepen.
Het systeem wordt af fabriek gevuld
met koelvloeistof die een uitstekende
corrosiebescherming biedt en vorst‐
bestendig is tot ca. –28 °C. Deze con‐ centratie het gehele jaar in stand hou‐
den. Extra koelvloeistofadditieven die bedoeld zijn om extra corrosiebesten‐
digheid te bieden of om kleine lekken te dichten kunnen functiestoringen
veroorzaken. Aansprakelijkheid voor
eventuele gevolgen van het gebruik
van extra koelvloeistofadditieven wordt niet aanvaard.
Remvloeistof Remvloeistof absorbeert na verloop
van tijd vocht waardoor de remmen
minder efficiënt werken. De remvloei‐ stof moet daarom na het aangegeven
interval worden ververst.
Klantinformatie213
■ Reacties van de auto in specifiekeverkeerssituaties (bijv. ontplooien
van een airbag, activeren van de
stabiliteitsregeling)
■ Omgevingscondities (bijv. tempe‐ ratuur)
Deze gegevens zijn uitsluitend tech‐ nisch en helpen bij het identificeren
en corrigeren van fouten en het opti‐
maliseren van boordfuncties.
Bewegingsprofielen die op afgelegde
routes duiden, kunnen niet met deze
gegevens worden aangemaakt.
Als er services worden gebruikt (bijv.
reparatiewerkzaamheden, onder‐
houdsprocessen, garantieclaims,
kwaliteitsborging), kunnen medewer‐
kers van het servicenetwerk (inclusief de fabrikant) deze technische infor‐
matie met speciale diagnoseappara‐
tuur uit de voorvaal- en foutgege‐
vensopslagmodules aflezen. Raad‐
pleeg desgewenst deze werkplaat‐
sen voor meer informatie. Na het cor‐
rigeren van een fout worden de ge‐
gevens gewist uit de foutopslagmo‐
dule of worden ze constant over‐ schreven.Bij het gebruik van deze auto kunnen
er zich situaties voordoen waarin
deze technische gegevens in ver‐
band met andere informatie (o.a. on‐
gevalmelding, schade aan de auto,
getuigenverklaringen) met een per‐
soon kunnen worden geassocieerd -
mogelijk met behulp van een expert.
Bij extra contractueel met de klant
overeengekomen functies (bijv. loka‐
liseren van de auto in noodgevallen)
mogen er bepaalde gegevens m.b.t.
de auto vanuit de auto worden ver‐
zonden.Radiofrequentie-
identificatie (RFID)
RFID-technologie wordt in sommige
voertuigen gebruikt voor functies
zoals de controle van de banden‐
spanning en beveiliging van het ont‐
stekingssysteem. Het wordt ook sa‐
men gebruikt met apparaten zoals
handzenders voor het vergrendelen/
ontgrendelen van de deuren en star‐
ten en zenders in de auto voor het
openen van garagedeuren. RFID-
technologie in Opel-voertuigen ge‐
bruikt geen persoonlijke informatie,
houdt ze niet bij of koppelt deze niet
aan andere Opel-systemen die per‐
soonlijke informatie bevatten.
217
Motorgegevens .......................... 194
Motor-ID...................................... 192
Motorkap .................................... 147
Motorolie .................... 147, 188, 193
Motorolieadditieven ....................188
Motoroliedruk ............................... 88
Motorolieviscositeitsindexen .......188
Motor starten ................16, 116, 124
N
Nieuwe auto inrijden ..................115
Nooduitgang ................................. 38
O
Obstakeldetectiesystemen .........136
Octaangetal ................................ 194
Olie ............................................. 147
Oliedruk ........................................ 88
Olie, motor .......................... 188, 193
Oliepeil.......................................... 80
Ontlaadbeveiliging accu ............100
Ontwasemen en ontdooien ..........14
Opbergruimte................................ 64
Opbergruimte onder achterbank ..66
Opbergruimte plafond ..................67
Opbergruimte voor ....................... 65
Opbergvakken .............................. 64
Opbergvakken instrumentenpaneel .................64
Opbergvak onder passagiersstoel 66Opschakelen................................. 86
Opwarmen van de turbomotor ....116
Overzicht instrumentenpaneel .....10
P
Panne ......................................... 182
Panoramadak .............................. 38
Parkeerhulp ............................... 136
Parkeerrem - zie Handrem .........129
Parkeertickethouder .....................37
Parkeren .............................. 17, 120
Park pilot met ultrasoonsensoren 136
Partikelfilter ................................. 122
Peilsensor motorolie .....................80
Plafondconsole ............................ 66
Pollenfilter .................................. 113
Portieren ....................................... 26
Portier open ................................. 89
Portiersloten ................................. 20
Portiervergrendelknoppen ............21
Profieldiepte ............................... 170
PTO (krachtafnemer) ..................143
R Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 213
Regeling stationair toerental .......117
Regensensor ................................ 74
Registratie van voertuigdata en privacy ..................................... 212Remassistentie .......................... 130
Remmen ............................ 128, 151
Remsysteem ................................ 86
Remvloeistof ...................... 151, 188
Reservewiel ............................... 177
Richtingaanwijzer ........................84
Richtingaanwijzers ....................... 96
Richtingaanwijzers vooraan ......157
Roetfilter .................................... 122
Ruiten ........................................... 35
Rijgedrag en aanhangertips ......142
Rijhoogte .................................... 120
Rijregelsystemen ........................130
Rijverlichting .......................... 12, 88
S
Schakel motor uit ..........................86
Schuifdeur ................................... 26
Service ............................... 113, 186
Service-display ......................81, 85
Service-indicatie .......................... 85
Service-informatie ...................... 186
Sjorogen ...................................... 67
Sleepoog .................................... 182
Sleutels ........................................ 19
Sleutels, sloten ............................. 19
Sneeuwkettingen .......................171
Snelheidsbegrenzer .............78, 136
Snelheidsmeter ............................ 78
Spiegels .................................. 32, 34