140TrefwoordenlijstAAlgemene aanwijzingen....... 88, 115, 119, 120, 128
Algemene informatie................... 122
Antidiefstalfunctie ........................89
Autostore-lijsten .......................... 106
B
BACK-toets ................................... 97
Basisbediening ............................. 97
Bediening.................................... 134
Bluetooth .................................... 128
Bluetooth-verbinding ..................129
C Cd afspelen starten ....................116
CD-speler activeren.................................. 116
belangrijke informatie ..............115
gebruik .................................... 116
CD-speler activeren ....................116
CD-speler gebruiken................... 116
Configureren van RDS ...............110
D DAB ............................................ 112
DAB configureren .......................112
De AUX-ingang gebruiken ..........119
De radio gebruiken .....................105
De radio inschakelen ..................105De USB-poort gebruiken ............120
Digital Audio Broadcasting .........112
E Enhanced Other Networks .........110
EON ............................................ 110
F Favorietenlijst ............................. 106
Frequentiebereikmenu's .............107
Frequentiebereik selecteren .......105
G Gebruik ................. 96, 105, 116, 119
Geluidsinstellingen .....................101
H Handsfree-modus .......................129
Het Infotainmentsysteem in- of uitschakelen .............................. 96
I
Infotainment-systeem automatische aanpassing vanhet volume............................... 103
maximaal opstartvolume .........103
tooninstellingen .......................101
volume voor verkeersberichten 103
volume: instellingen ................103
Infotainmentsysteem gebruiken ...96
141
M
Menubediening ............................. 97
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur .................137
Multifunctionele toets ....................97
Mute.............................................. 96
N Noodoproep ................................ 134
O Opgeslagen audiobestanden afspelen................................... 120
Overzicht bedieningselementen ...90
R Radio Radio Data System (RDS) ......110
activeren.................................. 105
autostorelijsten ........................ 106
Digital audio broadcasting
(DAB) ...................................... 112
favorietenlijst ........................... 106
frequentiebereik selecteren .....105
frequentiebereikmenu's ...........107
gebruik .................................... 105
zender zoeken ........................ 105
zenderlijsten ............................ 107
Radio activeren........................... 105
Radio Data System (RDS) ......... 110RDS ............................................ 110
Regionalisatie ............................. 110
S SAP-modus ................................ 129
SIM Access Profile (SAP) ...........129
Spraakherkenning ..............122, 123
activeren.................................. 123
gebruik .................................... 123
telefoonregeling ......................123
volume voor stemoutput ..........123
Spraakherkenning activeren .......123
Stemherkenning ......................... 122
T
Telefoon bedieningselementen ..............128
belangrijke informatie ..............128
belsignalen instellen ................129
berichtfuncties ......................... 134
Bluetooth ................................. 128
Bluetooth-verbinding ...............129
een telefoonnummer vormen ..134
functies tijdens een gesprek ...134
Gesprekkenlijsten.................... 134
handsfree-modus ....................129
het volume instellen ................134
noodoproepen ......................... 134
SIM Access Profile (SAP) .......129telefoonbatterij opladen ...........128
telefoonboek ........................... 134
Telefoonbatterij opladen .............128
Telefoonregeling .........................123
V Verkeersberichten ......................103
Volume instellen ........................... 96
Volume-instellingen ....................103
Volume voor stemuitvoer ............123
Voor snelheid gecompenseerd volume....................................... 96
Z
Zenderlijsten bijwerken ...............107
Zenders ophalen ........................106
Zenders opslaan .........................106
Zender zoeken............................ 105
Inleiding..................................... 144
Radio ......................................... 155
Cd-speler ................................... 164
AUX-ingang ............................... 167
USB-poort .................................. 168
Streaming audio via Bluetooth ...171
Telefoon ..................................... 173
Trefwoordenlijst ......................... 182CD 400plus (2)
144InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen.............144
Antidiefstalfunctie ......................145
Overzicht bedieningselementen 146
Gebruik ...................................... 149
Basisbediening .......................... 150
Geluidsinstellingen ....................153
Volume-instellingen ...................154Algemene aanwijzingen
Het infotainmentsysteem biedt u eer‐
steklas infotainment voor in uw auto.
Met de FM-, AM- of DAB-radiofunc‐
ties kunt u maximaal 36 zenders op
zes favorietenpagina's opslaan.
Met de ingebouwde audiospeler kunt
u genieten van audio- en mp3/
wma-cd's.
U kunt externe gegevensopslagappa‐ raten als andere audiobronnen op hetInfotainmentsysteem aansluiten,
bijv. iPod, mp3-speler, USB-stick of
een draagbare cd-speler; via een ka‐
bel of via Bluetooth.
Ook is het Infotainmentsysteem uit‐
gevoerd met een telefoonportal waar‐
mee u uw mobiele telefoon comforta‐ bel en veilig in de auto kunt gebrui‐
ken.
Daarnaast kan het infotainmentsys‐ teem worden bediend met behulp van
de bedieningstoetsen op het stuur‐
wiel.Door het goeddoordachte design van de bedieningselementen en de hel‐
dere displays kunt u het systeem ge‐ makkelijk en intuïtief bedienen.
Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen beschikbare opties en functies. Be‐
paalde beschrijvingen, zoals die voor display- en menufuncties, gel‐
den vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht
niet voor uw auto.
Beeldscherm De CD 400plus is leverbaar in twee
uitvoeringen; uiterlijk verschil is het
display. De tweede uitvoering heeft het volgende display.
148Inleiding
16 TONE.................................. 153
Geluidsinstellingen ..............153
17 PHONE ............................... 173
Telefoonhoofdmenu
openen ................................ 177
Mute activeren ....................149
18 AUX ..................................... 167
Van audiobron veranderen . 167Audiobedieningsknoppen aan
stuurwiel
1 qw
Kort indrukken:
telefoongesprek aannemen 173
of nummer in gesprekslijst
kiezen .................................. 177
Lang indrukken:
gesprekslijst tonen ..............177
2 SRC (bron).......................... 149
Indrukken: audiobron
selecteren ........................... 149
Bij actieve radio: omhoog/
omlaag zetten om
volgende/vorige
voorkeurszender te
selecteren ........................... 155
Bij actieve cd-speler:
omhoog/omlaag zetten
om volgende/vorige cd/
mp3/wma-track te
selecteren ........................... 165
Bij actief telefoonportaal:
omhoog/omlaag draaien
om volgende/vorige optie
in oproepenlijst te
selecteren ........................... 177
Bij actieve telefoonportal
en gesprekken in de
wacht: omhoog/omlaag
draaien om tussen
gesprekken te schakelen ....177
3 w
Volume verhogen ................149
4 ─
Volume verlagen .................149
Inleiding149
5xn
Kort indrukken: gesprek
beëindigen/weigeren ...........177
of gesprekslijst sluiten .........177
of mute in-/uitschakelen ......149Gebruik
Bedieningselementen
Het Infotainmentsysteem wordt be‐
diend met behulp van functietoetsen,
een multifunctionele knop en menu's
op het display.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden via:
■ het bedieningspaneel op het Info‐ tainmentsysteem 3 146
■ audioknoppen op het stuurwiel 3 146
Het Infotainmentsysteem in- of uitschakelen
Druk kortstondig op X. Na het inscha‐
kelen wordt de laatst geselecteerde
Infotainmentbron actief.
Druk opnieuw op X om het systeem
uit te schakelen.
Automatisch uitschakelen
Wanneer u het Infotainmentsysteem,
terwijl het contact uitgeschakeld is,
met behulp van X inschakelt, danwordt het 10 minuten na de laatste in‐
voer automatisch weer uitgescha‐
keld.
Volume instellen
Draai m. De actuele instelling ver‐
schijnt op het display.
Bij het inschakelen van het Infotain‐ mentsysteem wordt automatisch het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld mits deze instelling het maxi‐
male volume bij het starten niet over‐ schrijdt (zie onderstaand).
U kunt het volgende afzonderlijk in‐
voeren:
■ het maximale inschakelvolume 3 154
■ het volume van verkeersberichten 3 154
Voor snelheid gecompenseerd
volume
Na inschakelen van het voor snelheid gecompenseerd volume 3 154 wordt
het volume automatisch zodanig aan‐
gepast dat u geen geluid van het weg‐
dek of van de rijwind hoort.
150Inleiding
Stiltefunctie
Druk op PHONE (als het telefoonpor‐
taal beschikbaar is: enkele seconden
indrukken) om het geluid van audio‐
bronnen te onderdrukken.
Mutefunctie annuleren: draai aan m of
druk op PHONE (indien telefoonpor‐
taal beschikbaar: enkele seconden indrukken).
Volumebegrenzing bij hoge
temperaturen
Bij erg hoge temperaturen binnen de
auto beperkt het infotainmentsys‐
teem het maximaal instelbare vo‐
lume. Indien nodig wordt het maxi‐
male volume automatisch verlaagd.
Bedieningsstanden Radio
Druk op RADIO om het radiohoofd‐
menu te openen of te wisselen tussen
de verschillende frequentiebereiken.
Druk op de multifunctionele knop om
naar de frequentiebereikmenu's met
opties voor zenderselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de radiofuncties 3 155.Audiospelers
Druk één of meerdere keren op CD of
AUX om naar het hoofdmenu USB,
iPod of AUX (indien beschikbaar) te
gaan of om tussen deze menu's te
wisselen.
Druk op de multifunctionele knop om
naar de betreffende menu's met op‐ ties voor trackselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van CD-spelerfuncties 3 164, AUX-
functies 3 167, USB-poortfuncties
3 168 en functies voor streaming au‐
dio via Bluetooth 3 171.
Telefoon
Druk kort op PHONE om het telefoon‐
menu te openen.
Druk op de multifunctionele knop om
naar het telefoonmenu met opties
voor het invoeren en selecteren van
nummers te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de telefoonportal 3 173.Systeeminstellingen
De taal aanpassen
De menuteksten op het display van
het infotainmentsysteem zijn beschik‐ baar in diverse talen.
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Talen (Languages) in het
menu Instellingen om het betreffende
menu weer te geven.
Kies de gewenste taal voor de menu‐ teksten.
Let op
Voor een gedetailleerde beschrij‐
ving van de menubediening 3 150.
Tijd- en datuminstellingen
Raadpleeg het Instructieboekje voor
een gedetailleerde beschrijving.
Basisbediening
Multifunctionele toets
De multifunctionele knop is het cen‐
trale bedieningselement voor de me‐
nu's.
Inleiding153
Een tekenreeks invoeren
Tekenreeksen invoeren, bijv. pinco‐
des of telefoonnummers:
Draai aan de multifunctionele knop
om het gewenste teken te markeren.
Druk op de multifunctionele knop om het gemarkeerde teken te bevesti‐
gen.
Het laatste teken in de tekenreeks
kan worden gewist met k op het dis‐
play of door op BACK op het instru‐
mentenpaneel te drukken. Door
BACK ingedrukt te houden wordt de
complete invoer verwijderd.
Wijzig de positie van de cursor in de
al ingevoerde tekenreeks door ◀ of ▶
op het display te selecteren.
Geluidsinstellingen In het geluidsinstellingenmenu kunt u
voor elk radiofrequentiebereik en
voor elke audiospeler afzonderlijk de
geluidskarakteristieken instellen.
Druk op TONE om het geluidsinstel‐
lingenmenu te openen.
Lage, middelhoge en hoge
tonen instellen
Blader door de lijst en selecteer Bas,
Midrange of Treble .
Stel voor de geselecteerde optie de
gewenste waarde in.
Volumeverdeling voor en achter instellen
Blader door de lijst en selecteer
Fader .
Stel de gewenste waarde in.Volumeverdeling rechts en links
instellen Blader door de lijst en selecteer
Balans .
Stel de gewenste waarde in.
Een geluidsstijl selecteren
Blader door de lijst en selecteer EQ
(equalizer). Het EQ-instellingen -
menu verschijnt.
De getoonde opties bieden voor de
desbetreffende muziekstijl geoptima‐
liseerde voorkeursinstellingen voor
de lage, middelhoge en hoge tonen.
Selecteer de gewenste optie.