34Externe apparaten
Afbeeldingsbestanden
De weergeefbare afbeeldingsbe‐
standsindelingen
zijn .jpg, .bmp, .png en .gif.
.jpg-bestanden moeten 64 tot
5000 pixels breed en 64 tot
5000 pixels hoog zijn.
.bmp-, .png- en .gif-bestanden moe‐
ten een formaat van 64 tot
1024 pixels breed en 64 tot
1024 pixels hoog hebben.
Filmbestanden
De afspeelbare filmbestandsindelin‐
gen zijn .avi, .mpg, .mp4, .divx, .xvid
en .wmv.
De resolutie van de bestanden mag
720 pixels in de breedte en
576 pixels in de hoogte niet over‐
schrijden. De herhalingsfrequentie
moet minder dan 30 fps zijn.
Bruikbare codecs zijn divx, xvid,
mpeg-1, mpeg-4 (mpg4, mp42,
mp43) en wmv9 (wmv3).
De afspeelbare audio-indelingen
zijn .mp3, .ac3, .aac en .wma.De weergeefbare ondertitelingsinde‐
ling is .smi.
Audio afspelen Randapparaat
AUX-functie activeren
Als het randapparaat nog niet met het Infotainmentsysteem verbonden is,
verbind het apparaat dan 3 31. Het
audiomenu AUX verschijnt en het af‐
spelen van de audiotracks start auto‐
matisch.
Als het randapparaat al verbonden is:
Druk indien vereist op de toets ; en
selecteer de knop op het scherm Audio om het laatst geselecteerde
hoofdmenu audio te openen.
Selecteer indien nodig Bron om een
vervolgkeuzelijst te openen en selec‐ teer vervolgens AUX om het betref‐
fende audiohoofdmenu te openen.
Het afspelen van de audiotracks start
automatisch.
Geluidsinstellingen wijzigen
Selecteer de knop k Geluidsinstellin‐
gen op het scherm om het betref‐
fende menu te openen. Voor een ge‐
detailleerde beschrijving 3 16.
Let op
De volume- en geluidsinstellingen
kunnen via het Infotainmentsysteem worden aangepast. Alle andere
functies werken via het randappa‐
raat.