26Radio
Voordelen van RDS■ Op het display verschijnt de pro‐ grammanaam van de zender in
plaats van de frequentie.
■ Tijdens het zoeken naar zenders stemt het Infotainmentsysteem al‐
leen af op RDS-zenders.
■ Het Infotainmentsysteem stemt al‐ tijd af op de zendfrequentie van de
ingestelde zender met de beste
ontvangst via AF (alternatieve fre‐
quentie).
■ Afhankelijk van de ontvangen zen‐ der geeft het Infotainmentsysteem
radiotekst weer die bijv. informatie
over het actuele programma kan
bevatten.
Menu RDS-optie Om het menu voor de RDS-
configuratie op te roepen:
Druk op de toets ; en selecteer ver‐
volgens de knop Instellingen op het
scherm.
Selecteer Radio-instellingen en dan
RDS-optie om het betreffende menu
weer te geven.
Let op
Als RDS op Uit wordt gezet, worden
niet alle bovenstaand getoonde me‐ nuopties weergegeven.
Verkeersberichten (TA) Verkeersinformatiezenders zijn RDS-
zenders die verkeersinformatie uit‐
zenden. Als verkeersinformatie is in‐ geschakeld, wordt de momenteel ac‐
tieve functie voor de duur van het ver‐
keersbericht onderbroken.
Verkeersberichten in- en
uitschakelen
Zet TA op Aan of Uit.
Als de verkeersinformatie geacti‐
veerd is, verschijnt [TP] op de boven‐
ste regel van alle menu's. Als de ac‐
tuele zender geen verkeersinforma‐
tiezender is, wordt TP uitgegrijsd en
wordt er automatisch naar de vol‐
gende verkeersinformatiezender ge‐
zocht. Zodra er een verkeersinforma‐
tiezender wordt gevonden, wordt TP
gemarkeerd. Als er geen verkeersin‐
formatiezender wordt gevonden, blijft
TP uitgegrijsd.
Als er een verkeersbericht op de be‐
treffende zender wordt uitgezonden,
verschijnt er een bericht.
Bericht onderbreken en teruggaan
naar de eerder geactiveerde functie:
selecteer Annuleren in het bericht.
TP-volume
Het volume van verkeersberichten kan vooraf worden ingesteld op een
waarde tussen 0 en 63.
RDS-configuratie Zet RDS op Aan of Uit.
Radio27
Radiotekst
Als de RDS-functie wordt geactiveerd en er momenteel een RDS-zender
wordt ontvangen, verschijnt er infor‐
matie over het huidige programma en
de momenteel beluisterde muziek‐
track onder de naam van het pro‐
gramma.
Toon of verberg deze informatie door Radiotekst op Aan of Uit te zetten.
Regio-instelling
Soms zenden RDS-zenders regio‐
naal verschillende programma's op
verschillende frequenties uit.
Zet Regionaal op Aan of Uit.
Als de regio-instelling ingeschakeld
is, worden er zo nodig andere fre‐
quenties met dezelfde regionale pro‐ gramma's geselecteerd. Is de regio-
instelling uitgeschakeld, worden al‐
ternatieve frequenties voor de zen‐
ders geselecteerd zonder rekening te
houden met regionale programma's.PSN bladeren blokkeren
Sommige RDS-zenders geven niet
alleen de programmaservicenaam
(PSN) weer op het display, maar to‐
nen ook extra informatie over de hui‐
dige zender. Als er extra informatie
verschijnt, is de programmanaam
verborgen.
Zet om te voorkomen dat er extra in‐
formatie verschijnt Bevries PSN-
scrollen op Aan .
Digital Audio Broadcasting
Digital Audio Broadcasting (DAB) is
een innovatief en universeel uitzend‐
systeem.
DAB-zenders worden aangeduid met de programmanaam i.p.v. met de
zendfrequentie.
Algemene informatie ■ Met DAB kunnen verschillende pro‐
gramma's (diensten) op dezelfde
frequentie worden uitgezonden
(ensemble).■ Naast hoogwaardige diensten voor
digitale audio is DAB ook in staat
om programmagerelateerde gege‐
vens en een veelheid aan andere
dataservices uit te zenden, inclusief
reis - en verkeersinformatie.
■ Zolang een bepaalde DAB-ontvan‐ ger een signaal van een zender op
kan vangen (ook al is het signaal
erg zwak), is de geluidsweergave
gewaarborgd.
■ Er is fading (zwakker worden van het geluid dat typerend is voor AM-
of FM-ontvangst). Het DAB-signaal wordt op een constant volume
weergegeven.
Als het DAB-signaal te zwak is om door de radio te worden opgevan‐
gen, wordt de weergave geheel on‐
derbroken. Dit probleem kan wor‐ den vermeden door in het optie‐menu DAB Service koppelt DAB
en/of Service koppelt FM te active‐
ren (zie onderstaand).
■ Interferentie door zenders op nabu‐
rige frequenties (een verschijnsel
dat typisch is voor AM- en FM-ont‐
vangst) doet zich bij DAB niet voor.
Externe apparaten39
Als u nogmaals op de bestandsnaam
van de afbeelding tikt, verschijnt er
een klein voorbeeld naast de bestan‐ denlijst. Als u er nogmaals op tikt of
als u O onder de voorbeeldafbeel‐
ding selecteert, verschijnt de afbeel‐ ding op het hoofdmenu.
Sorteren op titel
Er verschijnt een lijst met alle afbeel‐
dingsbestanden in alfabetische volg‐
orde.
Sorteren op datum
Er verschijnt een lijst met alle afbeel‐
dingenbestanden gesorteerd op da‐
tum beginnend met de meest recente
datum.
Tijd diavoorstelling
Stel de tijd gedurende welke een af‐
beelding in een diavoorstelling ver‐
schijnt in.
Klok/temp. display
Als u de tijd en de temperatuur in vol‐ ledige-schermmodus wilt zien, zet
Klok/temp. display dan op Aan.
Weergave-instellingen
Stel de helderheid en het contrast van
het afbeeldingendisplay in.
Zet Helderheid op een waarde tussen
-9 en 9.
Zet Contrast op een waarde tussen
-15 en 15.
Films afspelen
U kunt films bekijken via randappara‐
tuur die op de AUX-ingang aangeslo‐ ten is of vanaf een USB-apparaat dat
op de USB-poort aangesloten is.
40Externe apparaten
Let op
Sluit voor het gebruiken van de film‐
functie met uw iPod/iPhone uw toe‐
stel alleen op de AUX-aansluiting
aan. Via de USB-poort is er geen
permanente verbinding mogelijk.
Let op
Voor uw eigen veiligheid werkt de
filmfunctie onderweg niet.
Randapparaat
AUX-functie activeren
Als het randapparaat nog niet met het Infotainmentsysteem verbonden is,
verbind het apparaat dan 3 31. Het
filmmenu AUX verschijnt en het af‐
spelen van de filmbestanden start au‐ tomatisch.
Als het randapparaat al verbonden is:
Druk indien vereist op de toets ; en
selecteer de knop Galerij op het
scherm om het laatst geselecteerde
hoofdmenu afbeeldingen of films te
openen.Selecteer indien nodig Bron om een
vervolgkeuzelijst te openen en selec‐
teer vervolgens AUX (Film) om het
betreffende hoofdmenu te openen.
Het afspelen van de filmbestanden
start automatisch.
Let op
Behalve instellingen als volume, ge‐ luid en display moeten alle functies
via de randapparatuur worden be‐
diend.
Filmmenu AUX gebruiken
Tik op MENU om AUX Filmmenu te
openen.
Zie voor nadere informatie over de
beschikbare instellingen de bijbeho‐
rende beschrijvingen voor USB-ap‐
paratuur onderstaand.
USB-apparaat
Functie USB-apparaat activeren
Als het USB-apparaat nog niet met
het Infotainmentsysteem verbonden
is, verbind het apparaat dan 3 31 en
ga te werk zoals onderstaand be‐
schreven.
Als het USB-apparaat al aangesloten is:
Druk indien vereist op de toets ; en
selecteer de knop Galerij op het
scherm om het laatst geselecteerde
hoofdmenu afbeeldingen of films te
openen.
Selecteer indien nodig Bron om een
vervolgkeuzelijst te openen en selec‐
teer vervolgens USB (Film) om het
betreffende hoofdmenu te openen.
Het afspelen van filmbestanden start automatisch.
Externe apparaten41
Afspelen onderbreken en hervatten
Tik op = om het afspelen te onder‐
breken. De knop op het scherm ver‐ andert in l.
Tik op l om het afspelen te hervat‐
ten.
Volgende of vorige track afspelen
Tik op c om het volgende filmbestand
af te spelen.
Tik binnen de eerste 5 seconden van
de afgespeelde film op d om naar het
vorige filmbestand terug te gaan.
Terug naar het begin van de huidige
film gaan
Tik na 5 seconden van de afge‐ speelde film op d.
Snel vooruit en achteruit gaan
Houd d of c ingedrukt. Loslaten om
naar de normale afspeelmodus terug te keren.
Volledig scherm
Tik op x om naar volledige-scherm‐
modus te gaan. Tik opnieuw op het
scherm om de volledige-schermmo‐
dus af te sluiten.
Filmmenu USB gebruiken
Tik op MENU om het USB-filmmenu
te openen.Lijst filmbestanden
Alle lijsten met filmbestanden worden
weergegeven. Zoek naar de film die u
wilt zien en selecteer deze. De betref‐ fende film wordt nu afgespeeld.Klok/temp. display
Als u de tijd en de temperatuur in vol‐
ledige-schermmodus wilt zien, zet
Klok/temp. display dan op Aan.Weergave-instellingen
Stel de helderheid en het contrast van het filmdisplay in.
Externe apparaten43
Druk op de toets ; en selecteer de
knop op het scherm Apps om het be‐
treffende menu te openen.
Tik op de knop op het scherm van de
gewenste applicatie. Er komt een ver‐ binding met de betreffende applicatie
op de verbonden smartphone tot
stand.
Het hoofdmenu van de applicatie ver‐
schijnt op het display van het Infotain‐ mentsysteem.
Let op
Controleer bij het gebruik van een
navigatie-applicatie of de GPS-ont‐
vangst van de smartphone goed is.
Applicatiepictogrammen weergeven of verbergen U kunt definiëren welke van de door
het Infotainmentsysteem onder‐
steunde goedgekeurde applicaties in
het menu Apps zichtbaar en selec‐
teerbaar zijn.
Selecteer 5 Instellingen op de onder‐
ste regel van het hoofdmenu Apps om
het menu App instellingen te openen.
Selecteer of deselecteer de gewenste
applicaties en selecteer vervolgens
de knop OK op het scherm.
Telefoon53
Selecteer o in het menu
Telefoonboek om het zoektabblad
weer te geven.
Net als op een telefoon of een mo‐
biele telefoon zijn de letters in alfabe‐
tische groepen op de knoppen op het scherm ingedeeld: abc, def , ghi , jkl ,
mno , pqrs , tuv en wxyz .
Gebruik ⇦ om een ingevoerde letters te wissen.
1. Selecteer de knop met de eerste letter van de contactpersoon
waarnaar u wilt zoeken.
Bijvoorbeeld: Als de contactper‐
soon die u wilt zoeken met een 'g'
begint, selecteert u de knop ghi op
het scherm.
Alle contactpersonen die een let‐
ter op deze knop bevatten, in dit
geval 'g', 'h' en 'i', verschijnen.
2. Selecteer de knop met de tweede
letter van de contactpersoon
waarnaar u wilt zoeken.
3. Blijf meer letters van de contact‐ persoon die u wilt zoeken invoe‐
ren totdat de gewenste contact‐
persoon verschijnt.
4. Tik op de contactpersoon die u wenst te bellen. Er verschijnt een
menu met alle telefoonnummers
die voor het geselecteerde con‐
tact zijn opgeslagen.
5. Selecteer het gewenste telefoon‐ nummer om de oproep te starten.Het volgende display verschijnt.
Belhistorie gebruiken
Alle ontvangen, uitgaande of gemiste
oproepen worden vastgelegd.
Druk op de toets ; en selecteer de
knop Telefoon op het scherm om het
betreffende menu weer te geven.
Selecteer Belgeschiedenis om het
betreffende menu weer te geven.
Telefoon55
Beantwoord de oproep door de knop
Accepteren op het scherm in het be‐
richt te selecteren of door op 7 op het
stuurwiel te drukken.
Een oproep weigeren
Beantwoord de oproep door de knop
Weigeren op het scherm in het bericht
te selecteren of door op n op het
stuurwiel te drukken.
Beltoon wijzigen
Druk op de toets ; en selecteer ver‐
volgens de knop Instellingen op het
scherm.
Selecteer Verbindingsinstelllingen en
dan Wijzig beltoon om het betref‐
fende menu weer te geven. Er ver‐
schijnt een lijst met beltonen.
Selecteer één van de beltonen.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de Beltoonvolume 3 17.
Functies tijdens het gesprek
Tijdens een telefoongesprek ver‐
schijnt het hoofdmenu Telefoon op
het display.Handsfreemodus tijdelijk deactiveren
Selecteer m voor het vervolgen van
het gesprek via de mobiele telefoon.
Selecteer m weer om naar de hand‐
sfreemodus terug te keren.
Let op
Na het activeren is het bijbehorende symbool gemarkeerd.
Microfoon tijdelijk deactiveren
Selecteer n om de microfoon uit te
schakelen.
Selecteer n om de microfoon weer in
te schakelen.