
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-3
3
DAU11081
Controlelampje grootlicht “ ”
Dit controlelampje brandt terwijl de kop-
lamp is ingeschakeld voor grootlicht.
DAU11447
Waarschuwin gslampje
koelvloeistoftemperatuur “ ”
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
de motor oververhit raakt. Zet in zo’n geval
de motor onmiddellijk af en geef deze de
tijd om af te koelen.
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschu-
wingslampje moet enkele seconden oplich-
ten en dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet met-
een op wanneer u de sleutel naar “ON”
draait of blijft het lampje branden, laat het
elektrisch circuit dan door een Yamaha
dealer controleren.LET OP
DCA10022
Laat de motor niet draaien terwijl deze
oververhit is.
OPMERKING Bij machines met een of meer radia-
torkoelvinnen schakelt de radiator-
koelvin automatisch in of uit op basis
van de koelvloeistoftemperatuur in de
radiator.
Als de motor oververhit raakt, staan
op pagina 6-33 nadere instructies ver-
meld.
DAU11506
Waarschuwin gslampje
motorstorin g“”
Dit waarschuwingslampje gaat branden of
knipperen wanneer er een probleem wordt
aangegeven in het elektrisch circuit dat de
motor controleert. Vraag in dat geval een
Yamaha dealer het zelfdiagnosesysteem te controleren. (Zie pagina 3-3 voor uitleg over
de werking van het zelfdiagnosesysteem.)
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschu-
wingslampje moet enkele seconden oplich-
ten en dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet met-
een op wanneer u de sleutel naar “ON”
draait of blijft het lampje branden, laat het
elektrisch circuit dan door een Yamaha
dealer controleren.
DAU12095
Zelf dia gnosesysteemDit model is uitgerust met een zelfdiagno-
sesysteem voor diverse elektrische circuits.
Indien er in een van deze circuits een pro-
bleem wordt gedetecteerd, gaat het waar-
schuwingslampje voor motorstoring
branden of knipperen. Als dit zich voordoet,
vraag dan een Yamaha dealer de machine
te controleren.LET OP
DCA11171
Neem als dit geb eurt direct contact op
met een Yamaha d ealer, om mogelijke
motorschad e te voorkomen.
U2CMD0D0.book Page 3 Wednesday, May 7, 2014 4:52 PM

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-1
5
DAU15952
Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig
door om u vertrouwd te maken met alle be-
dieningselementen. Als u de werking van
een functie of bedieningselement niet be-
grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit-
leg.
WAARSCHUWING
DWA10272
Een onvoldoen de vertrouw dhei d met de
b ed ienin gselementen kan lei den tot ver-
lies van de controle, met mo gelijk een
on geval of letsel tot gevol g.
DAU45311
OPMERKINGDit model is uitgerust met een hellings-
hoeksensor, waarbij de motor afslaat bij
kanteling. Om de motor na een kanteling
weer te starten zet u het contactslot eerst
op “OFF” en daarna op “ON”. Als u dat niet
doet zal de motor niet starten, ondanks dat
de motor wordt aangezwengeld als u op de
startknop drukt.
DAU60631
Starten van d e motorLET OP
DCA10251
Zie pagina 5-3 voor instructies over het
inrij den van d e motor alvorens de machi-
ne in g eb ruik wor dt genomen.Het startspersysteem staat starten alleen
toe als de zijstandaard is opgetrokken.
Zie pagina 3-14 voor meer informatie.
1. Draai de sleutel naar “ON”. De volgende waarschuwingslampjes
moeten enkele seconden oplichten en
dan uitgaan. Waarschuwingslampje motor-
storing
Waarschuwingslampje koelvloei-
stoftemperatuurLET OP
DCA15485
Als een waarschuwin gslampje niet gaat
b ran den wanneer d e sleutel naar “ON”
wor dt ged raai d, of wanneer een waar-
schuwing slampje niet dooft, zie dan pa-
g ina 3-2 voor een controle van het circuit
van het betreffen de waarschu-
win gslampje.2. Sluit de gasklep volledig.
U2CMD0D0.book Page 1 Wednesday, May 7, 2014 4:52 PM

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-17
6
WAARSCHUWING
DWA10512
Belaad uw machine nooit te zwaar. Rij-
d en met een te zwaar belaste machine
kan lei den tot een on geval.Inspectie van ban den Voor elke rit moeten de banden worden ge-
controleerd. Als de bandprofieldiepte op
het midden van de band de vermelde limiet
heeft bereikt, de band spijkers of stukjes
glas bevat of wanneer de wang van de
band scheurtjes vertoont, moet de band
onmiddellijk door een Yamaha dealer wor-
den vervangen.
OPMERKINGDe slijtagelimiet voor bandprofieldiepte is
voor diverse landen verschillend. Neem al-
tijd de lokale voorschriften in acht.
WAARSCHUWING
DWA10472
Laat sterk versleten ban den door
een Yamaha d ealer vervangen. Rij-
d en op een machine met versleten
b an den is niet alleen ver boden,
maar dit heeft ook een averechts
effect op de rijsta biliteit, waar door
u de macht over het stuur zou kun-
nen verliezen.
De vervan gin g van on der delen van
wielen en remmen, inclusief b an-
d en, dient te wor den over gelaten aan een Yamaha d
ealer, die over d e
no dig e vakkun dig e kennis en erva-
rin g b eschikt om d it te doen.
Rijd niet te snel d irect na het ver-
wisselen van een ban d. Het b and-
oppervlak dient eerst te zijn
in ger
ed en voordat het zijn optimale
ei genschappen verkrijg t.
Bandeninformatie
Dit model is uitgerust met tubeless banden
en bandventielen.
Banden verouderen, zelfs als ze niet of
slechts sporadisch zijn gebruikt. Scheuren
in het rubber van het loopvlak en de wang
van de band, soms in combinatie met ver-
vorming van het karkas, zijn een teken van
veroudering. Oude banden moeten worden
gecontroleerd door bandenspecialisten om
na te gaan of ze geschikt zijn voor verder
gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10462
Monteer altij d voor- en achter ban den
van hetzelf de merk en type. Verschillen-
d e ban den kunnen het wegge dra g van
d e machine veran deren, wat kan lei den
tot een on geval.
Ban denspannin g (g emeten op kou-
d e ban den):
Voor: 175 kPa (1.75 kgf/cm2, 25 psi)
Achter:
225 kPa (2.25 kgf/cm2, 33 psi)
Maximale belastin g*:
169 kg (373 lb)
* Totaal gewicht van bestuurder, pas- sagier, bagage en accessoires 1. Wang van band
2. Bandprofieldiepte
Minimale ban dprofiel diepte (voor en
achter): 1.6 mm (0.06 in)
U2CMD0D0.book Page 17 Wednesday, May 7, 2014 4:52 PM

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-18
6
Na uitgebreide tests zijn alleen de hieron-
der vermelde banden door Yamaha goed-
gekeurd voor dit model.
DAU61160
GietwielenLet ten aanzien van de voorgeschreven
wielen op het volgende voor een optimale
prestatie, levensduur en veilige werking van
uw voertuig. Voor elke rit moeten de velgranden
worden gecontroleerd op scheurtjes,
verbuiging, kromheid of andere scha-
de. Laat in geval van schade het wiel
door een Yamaha dealer vervangen.
Probeer het wiel nooit zelf te repare-
ren, hoe klein de reparatie ook is. Ver-
vang een wiel dat vervormd is of
haarscheurtjes vertoont.
Na het wisselen of vervangen van de
wielen of banden dienen de voorwie-
len te worden uitgebalanceerd. Een
niet uitgebalanceerd wiel zal mogelijk
slecht functioneren of kan een slechte
wegligging en een verkorte levens-
duur van de banden tot gevolg heb-
ben.
DAU49351
Vrije sla g van voorremhen del
controlerenAan het uiteinde van de remhendel mag
geen vrije slag aanwezig zijn. Als er toch
een vrije slag is, laat dan een Yamaha dea-
ler het remsysteem inspecteren.
WAARSCHUWING
DWA14212
Een zacht of sponzi g g evoel in de rem-
hend el kan betekenen dat er lucht in het
hy draulisch systeem aanwezi g is. Als er
lucht in het hy draulisch systeem zit, laat
d an het systeem d oor een Yamaha dea-
ler ontluchten voord at de machine wor dt
g eb ruikt. Lucht in het hy draulisch sy-
steem heeft een ne gatief effect op d e
Voo r
ban d:
Maat:
90/80-14M/C 43P
Fabrikant/model: CHENG SHIN/M6231
Achter ban d:
Maat: 110/90-12 64P
Fabrikant/model: CHENG SHIN/M62321. Geen vrije slag remhendel
1
U2CMD0D0.book Page 18 Wednesday, May 7, 2014 4:52 PM

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-26
6
DAU60690
AccuDe accu bevindt zich achter paneel A. (Zie
pagina 6-8.)
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld. Het is echter wel nodig om de ac-
cukabelverbindingen te controleren en, in-
dien nodig, vast te zetten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is g iftig en g evaarlijk om-
d at het zwavelzuur bevat, een stof
d ie ernsti ge bran dwon den veroor-
zaakt. Vermij d contact met de hui d,
o gen of kle din g en b escherm uw o
gen altij d b ij werkzaamhed en na-
b ij accu’s. Voer als vol gt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt.
UITWENDIG: Spoel overvloe dig
met water.
INWENDIG: Drink g rote hoeveel-
he den water of melk en roep di-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel ged uren de 15 mi-
nuten met water en roep direct
me dische hulp in.
Accu’s pro duceren het explosieve
waterstof gas. Hou d daarom von-
ken, open vuur, si garetten e. d. uit
d e buu
rt van d e accu en zor g voor
vol doen de ventilatie bij acculad en
in een af gesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te la den
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
LET OP
DCA16522
Voor het opla den van een VRLA (Valve
Re gulate d Lea d Acid )-accu is een speci-
ale acculad er (met constante spannin g)
vereist. Bij geb ruik van een conventione-
le accula der raakt de accu b eschadigd.Om de accu op te b ergen
1. Verwijder de accu als het voertuig lan-
ger dan een maand niet wordt ge-
bruikt, laad hem volledig bij en zet dan
weg op een koele en droge plek. LET
OP: Draai voor dat u d e accu verwij-
d ert de sleutel naar “OFF” en haal
d an eerst d e negatieve ka bel en
d aarna de positieve ka bel los.
[DCA16303]
2. Als de accu langer dan twee maanden
wordt weggeborgen, moet deze min-
stens eenmaal per maand worden ge-
controleerd; laad de accu dan indien
nodig steeds volledig bij.
3. Laad de accu volledig bij alvorens te installeren. LET OP: Draai voor dat u
d e accu plaatst d e sleutel naar
“OFF” en sluit vervol gens eerst d e
positieve ka bel en d aarna de neg a-
tieve kab el aan.
[DCA16841]
1. Negatieve accukabel (zwart)
2. Positieve accukabel (rood)
3. Accu
1
23
U2CMD0D0.book Page 26 Wednesday, May 7, 2014 4:52 PM

SPECIFICATIES
8-1
8
Afmetingen:Totale lengte:
1905 mm (75.0 in)
Totale breedte:
735 mm (28.9 in)
Totale hoogte: 1215 mm (47.8 in)
Zadelhoogte: 780 mm (30.7 in)
Wielbasis:
1310 mm (51.6 in)
Grondspeling: 120 mm (4.72 in)
Kleinste draaicirkel: 2300 mm (90.6 in)Gewicht:Rijklaar gewicht:152 kg (335 lb)Motor:Type motor:
Vloeistofgekoeld, 4-takt, SOHC
Cilinderopstelling: 1-cilinder
Slagvolume: 124 cm3
Boring × slag:
52.4 × 57.9 mm (2.06 × 2.28 in)
Compressieverhouding: 10.9 : 1
Startsysteem: Elektrische startmotor
Smeersysteem:
Wet sump
Motorolie:Aanbevolen merk:YAMALUBE
Type:
SAE 10W-40, 20W-40 or 20W-50
Aanbevolen kwaliteit motorolie: Type API service SG of hoger, JASO MA or
MB norm
Hoeveelheid motorolie: Zonder vervanging van oliefilterpatroon:
0.80 L (0.85 US qt, 0.70 Imp.qt)Ein dover bren gin gsolie:Type:
YAMALUBE 10W-40 of SAE 10W-30 type SE motorolie
Hoeveelheid: 0.20 L (0.21 US qt, 0.18 Imp.qt)Koelsysteem:Recommended antifreeze:Uitsluitend YAMAHA GENUINE COOLANT
Inhoud koelvloeistofreservoir (tot aan de
merkstreep voor maximumniveau): 0.33 L (0.35 US qt, 0.29 Imp.qt) Inhoud radiator (inclusief alle leidingen):
0.37 L (0.39 US qt, 0.33 Imp.qt)
Luchtfilter:Luchtfilterelement:
Papieren element met oliecoatingBran dstof:Aanbevolen brandstof:
Normale loodvrije benzine (Gasohol (E10)
acceptabel)
Inhoud brandstoftank: 6.6 L (1.74 US gal, 1.45 Imp.gal)Bran dstofinjectie:Gasklephuis:
Het teken van identificatie:
2CM1 00Bou gie(s):Fabrikant/model:
NGK/CR7E
Elektrodenafstand:
0.7–0.8 mm (0.028–0.031 in)Koppelin g:Type koppeling:
Droog, automatisch centrifugaalVersnellin gsb ak:Primaire reductieverhouding:
1.000
Secundaire reductieverhouding: 9.533 (44/15 x 39/12)
Type versnellingbak:
Automatisch, V-snaarChassis:Type frame:Underbone
–20 –10 0 1020 30 40 50 C
10 30 50 70 90 110
0 130 F
SAE 20W-50SAE 20W-40
SAE 10W-40
U2CMD0D0.book Page 1 Wednesday, May 7, 2014 4:52 PM