42NavigatieNavigatieAlgemene aanwijzingen...............42
Gebruik ........................................ 43
Invoer van de bestemming ..........47
Begeleiding .................................. 57Algemene aanwijzingen
De navigatieapplicatie zal u op be‐
trouwbare wijze naar uw bestemming begeleiden zonder dat u kaarten
hoeft te lezen.
Bij het berekenen van de route houdt het systeem rekening met de huidige
verkeerssituatie. Daarom ontvangt
het Infotainmentsysteem via RDS-
TMC de verkeersberichten in het des‐
betreffende ontvangstgebied.
De navigatieapplicatie kan echter
geen rekening houden met de actuele verkeerssituatie, recentelijk veran‐
derde verkeersregels en plotseling
optredende gevaren of knelpunten
(bijv. wegwerkzaamheden).Voorzichtig
Het gebruik van het navigatiesys‐
teem vrijwaart de bestuurder niet
van zijn verantwoordelijkheid cor‐
rect en oplettend aan het verkeer
deel te nemen. De relevante ver‐
keersregels moeten zonder uit‐
zondering in acht worden geno‐
men. Wanneer de routebegelei‐
ding tegen de verkeersregels in‐
gaat, moet u altijd de verkeersre‐
gels volgen.
Werking van de
navigatieapplicatie
De positie en beweging van de auto
worden door de navigatieapplicatie
met behulp van sensoren gedetec‐
teerd. De afgelegde afstand wordt be‐ paald door het signaal van de snel‐
heidsmeter van de auto en richting‐
veranderingen bij bochten door een
gyrosensor. De positie wordt bepaald door de GPS-satellieten (global posi‐
tioning system).
Door vergelijking van de sensorsig‐ nalen met de digitale kaarten is het
mogelijk om de positie met een nauw‐
keurigheid van ongeveer 10 meter te
bepalen.
Het systeem werkt ook bij slechte GPS-ontvangst, maar de nauwkeu‐
righeid van de bepaling zal verminde‐
ren.
Navigatie115NavigatieAlgemene aanwijzingen.............115
Gebruik ...................................... 116
Invoer van de bestemming ........126
Begeleiding ................................ 141
Dynamische routebegeleiding ...149
Kaarten ...................................... 150
Symbolenoverzicht ....................152Algemene aanwijzingen
Het navigatiesysteem leidt u op be‐
trouwbare wijze naar uw bestemming zonder dat u kaarten nodig hebt, zelfs
al bent u nog nooit op deze plaats ge‐ weest.
Bij de routeberekening wordt reke‐
ning gehouden met de huidige ver‐
keerssituatie als de dynamische rou‐
tebegeleiding wordt gebruikt. Daartoe ontvangt het Infotainmentsysteem via
RDS-TMC de verkeersberichten in
het desbetreffende ontvangstgebied.
Het navigatiesysteem kan echter
geen rekening houden met de actuele
verkeerssituatie, recentelijk veran‐
derde verkeersregels en plotseling
optredende gevaren of knelpunten
(bijv. wegwerkzaamheden).Voorzichtig
Het gebruik van het navigatiesys‐
teem vrijwaart de bestuurder niet
van zijn verantwoordelijkheid cor‐
rect en oplettend aan het verkeer
deel te nemen. De relevante ver‐
keersregels moeten zonder uit‐
zondering in acht worden geno‐
men. Wanneer de routebegelei‐
ding tegen de verkeersregels in‐
gaat, moet u altijd de verkeersre‐
gels volgen.
Werking van het
navigatiesysteem
De positie en beweging van de auto
worden door het navigatiesysteem
met behulp van sensors gedetec‐
teerd. De afgelegde afstand wordt be‐ paald door het signaal van de snel‐
heidsmeter van de auto, de draaibe‐
wegingen in de bochten door een gy‐
rosensor. De positie wordt bepaald door de GPS-satellieten (global posi‐
tioning system).
Door vergelijking van de sensorsig‐ nalen met de digitale kaarten op de
kaart op de SD Card is het mogelijk
om de positie met een nauwkeurig‐
heid van ca. 10 meter te bepalen.
Het systeem werkt ook bij slechte GPS-ontvangst, maar de nauwkeu‐
righeid van de bepaling zal verminde‐
ren.