Page 54 of 225

52Stoelen, veiligheidssystemen
1=Alleen wanneer het airbagsysteem van de passagiersstoel vooraan is gedeactiveerd. Wanneer u het kinderveilig‐heidssysteem met een driepuntsgordel vastzet, moet u de stoelhoogteverstelling in de hoogste stand zetten en de
veiligheidsgordel vóór het bovenste verankeringspunt langs laten lopen. Zet de rugleuning zo ver als noodzakelijk rechtop, zodat de gordel bij de gesp gespannen is.2=Stoel leverbaar met ISOFIX en Top-Tether-bevestigingssteunen 3 54.3=Zet de hoofdsteun in de hoogste stand. Verwijder de hoofdsteun als deze een goede montage van het kinderveilig‐
heidssysteem belemmert 3 35.U=Universeel bruikbaar in combinatie met een driepuntsveiligheidsgordel.X=Kinderveiligheidssystemen zijn in deze gewichtsgroep niet toegestaan.
Toegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een ISOFIX-kinderveiligheidssysteem
GewichtsklasseMaatklasseBevestigingOp passagiersstoelOp buitenste zitplaatsen
achterinOp middelste zitplaats
achterinGroep 0: tot 10 kgEISO/R1XIL 1XGroep 0+: tot 13 kgEISO/R1XIL 1XDISO/R2XIL1XCISO/R3XIL1XGroep I: 9 tot 18 kgDISO/R2XIL 1XCISO/R3XIL1XBISO/F2XIL, IUFXB1ISO/F2XXIL, IUFXAISO/F3XIL, IUFX
Page 55 of 225

Stoelen, veiligheidssystemen53
1=Zet de passagiersstoel in de voorste stand of zet de rugleuning van de voorstoel zo veel als nodig verticaal, opdathet kinderveiligheidssysteem en de rugleuning van de voorstoel elkaar niet raken.IL=Geschikt voor bepaalde ISOFIX veiligheidssystemen uit de categorieën 'specifieke auto', 'beperkt' of 'semi-univer‐
seel'. Het ISOFIX veiligheidssysteem moet goedgekeurd zijn voor het specifieke autotype.IUF=Geschikt voor voorwaarts gerichte ISOFIX kinderveiligheidssystemen uit de universele categorie, goedgekeurd voor deze gewichtsklasse.X=Geen ISOFIX kinderveiligheidssysteem goedgekeurd voor deze gewichtsklasse.
ISOFIX-maatklasse en zitgelegenheid
A - ISO/F3=Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse9 tot 18 kg.B - ISO/F2=Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kg.B1 - ISO/F2X=Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kg.C - ISO/R3=Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse tot 18 kg.D - ISO/R2=Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse tot 18 kg.E - ISO/R1=Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor jonge kinderen in de gewichtsklasse tot 13 kg.
Page 56 of 225
54Stoelen, veiligheidssystemenISOFIX-
kinderveiligheidssystemen
Installatie van ISOFIX-
kinderveiligheidssystemen
zonder vaste geleider
Bevestig de voor de auto goedge‐
keurde ISOFIX-kinderveiligheidssys‐
temen aan de ISOFIX bevestigings‐
beugels. ISOFIX veiligheidssyste‐
men voor specifieke auto's worden in
de tabel aangeduid met IL.
ISOFIX-bevestigingsbeugels zijn
aangeduid met een label op de rug‐
leuning.
Installatie van ISOFIX-
kinderveiligheidssystemen met vaste geleider
Wellicht is de auto vóór de bevesti‐
gingsbeugels uitgevoerd met gelei‐ ders ter ondersteuning van de mon‐
tage van het kinderveiligheidssys‐
teem.
Page 57 of 225
Stoelen, veiligheidssystemen55
Bij het bevestigen van het kindervei‐
ligheidssysteem zwenken de kappen van de geleiders automatisch naar
achteren.
Top-Tether-
bevestigingsogen Al naargelang de landspecifieke uit‐
rusting kan de auto twee of drie be‐
vestigingsogen hebben.
Top-Tether-bevestigingsogen wor‐
den aangeduid met het symbool :
van een kinderveiligheidssysteem.Maak voor niet-ISOFIX-kinderveilig‐
heidssystemen de Top-Tethergordel
vast aan de Top-Tetherbevestigings‐
ogen. Daarbij moet de bijbehorende
gordel tussen de glijstangen van de
hoofdsteun lopen.
Maak voor ISOFIX-kinderveiligheids‐
systemen de Top-Tethergordel vast
aan de Top-Tetherbevestigingsogen
naast de ISOFIX-bevestiging. Daarbij moet de bijbehorende gordel tussen
de glijstangen van de hoofdsteun lo‐
pen.
ISOFIX kinderveiligheidssystemen
uit de universele categorie worden in
de tabel aangeduid met IUF.
Page 222 of 225

220
Hoofdsteunverstelling ....................8
Hulpverwarming.......................... 122
I
Inbouwmaten trekhaak ..............215
Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 51
Info-Displays ................................. 92
Inhouden ................................... 213
Inklapbare spiegels .....................29
Inleiding ......................................... 3
Instapverlichting ......................... 116
Interieurverlichting ......................114
ISOFIX- kinderveiligheidssystemen ........54
K Katalysator ................................. 132
Kentekenverlichting ...................174
Keuzehendel ............................. 133
Kilometerteller .............................. 82
Kindersloten ................................. 25 Kinderveiligheidssystemen ...........49
Klimaatregeling ............................ 15
Klimaatregelsystemen ................118
Klok .............................................. 79
Koelvloeistof .............................. 164
Koelvloeistof en antivries ............202
Koelvloeistoftemperatuurmeter ...83Koplampinstelling in het
buitenland .............................. 110
Koplampverstelling ....................109
L Laadsysteem ............................... 87
Lane Departure Warning ......88, 154
Leeslampen ............................... 115
Lekke band ................................. 190
Lichtschakelaar .......................... 108
Lichtsignaal ................................ 109
Luchtinlaat ................................. 124
M
Meters........................................... 81
Mistachterlicht ...................... 91, 114
Mistlamp ...................................... 91
Mistlampen ................................ 171
Mistlampen voor ........................113
Motorgegevens .......................... 209
Motor-ID...................................... 205
Motorkap .................................... 162
Motorkap open.............................. 91
Motorolie .................... 162, 202, 206
Motoroliedruk ............................... 90
Motor starten ............................. 126
N Nieuwe auto inrijden ..................126O
Obstakeldetectiesystemen .........146
Olie, motor .......................... 202, 206
Ontlaadbeveiliging accu ............117
Opbergvakken .............................. 56
Opbergvakken instrumentenpaneel ..................56
Opbergvak middenconsole ..........59
Opbergvak onder passagiersstoel 58
Opgeslagen instellingen ...............22
Opschakelen................................. 88 Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Panne ......................................... 195
Parkeerhulp ............................... 146
Parkeren .............................. 18, 130
Park pilot met ultrasoonsensoren 146
Partikelfilter ................................. 131
Persoonlijke instellingen ............101
Pollenfilter .................................. 124
Portieren ....................................... 25
Portier open ................................. 91
Prestaties ................................... 210
Profieldiepte ............................... 184