283
5 5-5. Gebruik van een extern apparaat
Audiosysteem
CT200h_OM_OM76135E_(EE)
Afspelen van bestanden op een USB-geheugen
Blz. 263
Door een USB-geheugen aan te sluiten, kunt u genieten van muziek uit de
luidsprekers van de auto. Druk op de toets AUX•USB om USB te selecteren.
Aansluiten van een USB-geheugen
Bedieningspaneel
Weergave tekst
Herhalen
Selecteren van mappen
Knop TUNE•SEL
Selecteren van bestanden
AfspelenSelecteren van bestanden
Afspelen in willekeurige volgorde
AAN/UIT/volumeknop
Indrukken: in- of uitschakelen
van het audiosysteem
Draaien: regelen van het volume1
2
3
4
5
6
7
8
2845-5. Gebruik van een extern apparaat
CT200h_OM_OM76135E_(EE)
■Selecteren van een map per keer
Druk op toets 5 of 6 om de gewenste map te selecteren.
■Terugkeren naar de eerste map
Houd toets 5 ingedrukt totdat u een pieptoon hoort.
Draai de knop TUNE•SEL of druk op of van de toets SEEK•TRACK om het
gewenste bestand te selecteren.
Houd om vooruit of terug te spoelen of van de toets SEEK•TRACK inge-
drukt totdat u een piepsignaal hoort.
■Bestanden in een map in willekeurige volgorde afspelen
Druk op toets 1.
Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen.
■Afspelen van alle bestanden in een USB-geheugen in willekeurige volg-
orde
Houd toets 1 ingedrukt totdat u een pieptoon hoort.
Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen.
■Herhalen van een bestand
Druk op toets 2.
Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen.
■Herhalen van alle bestanden in een map
Houd toets 2 ingedrukt totdat u een pieptoon hoort.
Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen.
Druk op de toets TEXT.
Iedere keer wanneer er op de toets gedrukt wordt, wijzigt de weergave op het display
in de volgorde:
verstreken tijd mapnaam bestandsnaam titel album titel muziekstuk
naam artiest
Selecteren en scannen van een map
Selecteren van een bestand
Vooruit-/terugspoelen van bestanden
Afspelen in willekeurige volgorde
Herhalen
Overschakelen naar een andere weergave
2855-5. Gebruik van een extern apparaat
5
Audiosysteem
CT200h_OM_OM76135E_(EE)
■Functies USB-geheugen
Afhankelijk van het USB-geheugen dat op het systeem is aangesloten, zijn bepaalde
functies mogelijk niet beschikbaar. Bepaalde storingen kunnen mogelijk worden verhol-
pen door het apparaat los te nemen en weer aan te sluiten.
■Display
Blz. 272
■Foutmeldingen
ERROR (fout): Dit duidt op een probleem in de USB-speler of de aansluiting.
NO MUSIC (geen muziek):
Dit geeft aan dat er geen MP3/WMA-bestanden in het USB-geheugen staan.
■USB-geheugen
●Compatibele apparaten
USB-geheugen dat kan worden gebruikt voor het afspelen van MP3- en WMA-
bestanden
●Compatibele apparaatformaten
De volgende apparaatformaten kunnen worden gebruikt:
• USB-communicatieformaten: USB2.0 FS (12 mbps)
• Bestandsformaten: FAT16/32 (Windows)
• Klasse: massaopslag
MP3- en WMA-bestanden die in een ander formaat geschreven zijn, kunnen moge-
lijk niet op de juiste manier worden afgespeeld, en de bestandsnamen en mapnamen
kunnen mogelijk niet correct worden weergegeven.
Onderwerpen waarop de standaards en beperkingen betrekking hebben, zijn als
volgt:
• Maximale mapstructuur: 8 niveaus
• Maximum aantal mappen in een apparaat: 999 (inclusief de root)
• Maximum aantal bestanden in een apparaat: 65025
• Maximum aantal bestanden per map: 255
●MP3- en WMA-bestanden
MP3 (MPEG Audio LAYER 3) is een standaard audiocompressieformaat.
Met deze MP3-techniek kunnen bestanden worden gecomprimeerd tot ongeveer 1/
10 van hun oorspronkelijke grootte.
WMA (Windows Media Audio) is een audiocompressieformaat van Microsoft.
Audiobestanden die met deze techniek worden gecomprimeerd, zijn kleiner dan
bestanden van het MP3-formaat.
Er is een limiet aan de MP3- en WMA-bestandsstandaards en aan de media/forma-
ten waarmee bestanden zijn opgenomen.
2865-5. Gebruik van een extern apparaat
CT200h_OM_OM76135E_(EE)
●Compatibiliteit MP3-bestanden
• Compatibele standaarden
MP3 (MPEG1 AUDIO LAYERII, III, MPEG2 AUDIO LAYERII, III, MPEG2.5)
• Compatibele samplingfrequenties
MPEG1 AUDIO LAYERII, III: 32, 44,1, 48 (kHz)
MPEG2 AUDIO LAYERII, III: 16, 22,05, 24 (kHz)
MPEG2.5: 8, 11,025, 12 (kHz)
• Compatibele bitrates (compatibel met VBR)
MPEG1 AUDIO LAYERII, III: 32-320 (kbps)
MPEG2 AUDIO LAYERII, III: 32-160 (kbps)
MPEG2.5: 32-160 (kbps)
• Compatibele weergavemogelijkheden: stereo, meerkanaalsstereo, tweekanaals-
weergave en monoweergave
●Compatibiliteit WMA-bestanden
• Compatibele standaarden
WMA versie 9
• Compatibele samplingfrequenties
HIGH PROFILE 32, 44,1, 48 kHz
• Compatibele bitrates
HIGH PROFILE 32-320 (kbps, VBR)
●Bestandsnamen
De enige soort bestanden die kunnen worden herkend als MP3/WMA en die kunnen
worden afgespeeld, zijn bestanden met de extensie .mp3 of .wma.
●ID3- en WMA-tags
ID3-tags kunnen worden toegevoegd aan MP3-bestanden, waardoor het mogelijk
wordt de naam van het muziekstuk, de naam van de artiest, enz. op te nemen.
Het systeem is compatibel met ID3 versie 1.0, 1.1, en versie 2.2, 2.3, 2.4 ID3-tags. (Het
aantal karakters is gebaseerd op ID3 versie 1.0 en 1.1.)
WMA-tags kunnen worden toegevoegd aan WMA-bestanden, waardoor het moge-
lijk wordt de titel van het muziekstuk en de naam van de artiest op te nemen op
dezelfde manier als met de ID3-tags.
●Afspelen van MP3- en WMA-bestanden
• Als een apparaat met MP3- of WMA-bestanden wordt aangesloten, worden alle
bestanden in het USB-geheugen gecontroleerd. Als deze controle voltooid is,
wordt het eerste MP3- of WMA-bestand afgespeeld. Om de bestandscontrole niet
langer te laten duren dan nodig is, adviseren wij u geen andere bestanden dan
MP3- of WMA-bestanden in het USB-geheugen op te nemen en geen onnodige
mappen te creëren.
• Wanneer het USB-apparaat is aangesloten en de audiobron is gewijzigd in USB-
geheugenmodus, begint het USB-apparaat het eerste bestand in de eerste map af
te spelen. Als hetzelfde apparaat wordt verwijderd en weer aangesloten (en de
inhoud ervan niet is veranderd), zal het USB-apparaat het afspelen hervatten vanaf
het punt waar de speler is geëindigd.
●Extensies
Als de bestandsextensies .mp3 en .wma worden gebruikt voor andere bestanden dan
MP3- en WMA-bestanden, zullen deze bestanden niet juist herkend worden en wor-
den afgespeeld als MP3- en WMA-bestanden. Dit kan leiden tot storende geluiden
en schade aan de luidsprekers.
2875-5. Gebruik van een extern apparaat
5
Audiosysteem
CT200h_OM_OM76135E_(EE)
●Afspelen
• Om MP3-bestanden met constante geluidskwaliteit af te spelen, adviseren wij de
opnames te maken met een vaste bitrate van ten minste 128 kbps en een sampling-
frequentie van 44,1 kHz.
• Er is een groot aanbod aan gratis software voor het maken van MP3- en WMA-
bestanden op de markt en afhankelijk van de kwaliteit van deze software kunnen
een slechte geluidsweergave of storingen bij het begin van de weergave het resul-
taat zijn. In sommige gevallen kan afspelen zelfs helemaal niet mogelijk zijn.
• Microsoft, Windows en Windows Media zijn geregistreerde handelsmerken van
Microsoft Corporation in de VS en andere landen.
WA A R S C H U W I N G
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Sluit het USB-geheugen niet aan en bedien dit niet.
OPMERKING
■Voorkomen van schade aan USB-geheugen
●Laat het USB-geheugen niet in de auto achter. De temperatuur in de auto kan hoog
oplopen, waardoor de speler beschadigd kan raken.
●Druk niet op het USB-geheugen en oefen geen onnodige druk hierop uit terwijl het
geheugen is aangesloten, aangezien dit het USB-geheugen of de aansluiting ervan
kan beschadigen.
●Plaats geen vreemde voorwerpen in de opening, aangezien dit het USB-geheugen
of de aansluiting ervan kan beschadigen.
2885-5. Gebruik van een extern apparaat
CT200h_OM_OM76135E_(EE)
Gebruik van de AUX-aansluiting
Blz. 263
■Houder draagbare audiospeler (indien aanwezig)
Blz. 260
■Bedienen van externe audioapparaten die aangesloten zijn op het audiosysteem
Het volume kan worden geregeld met behulp van de volumeregelaar van het audiosys-
teem van de auto. Alle overige functies moeten op de draagbare audiospeler zelf wor-
den geregeld.
■Bij het gebruik van een draagbare audiospeler aangesloten op de accessoireaanslui-
ting
Tijdens het afspelen kan ruis hoorbaar zijn. Gebruik de voedingsbron van de draagbare
audiospeler.
Deze aansluiting kan worden gebruikt om via de luidsprekers in de auto naar
een extern audioapparaat te luisteren. Druk op de toets AUX•USB om AUX
te selecteren.
Aansluiten van een draagbare speler
OPMERKING
■Voorkomen van schade aan draagbare audioapparaten
●Laat draagbare audiospelers niet in de auto achter. De temperatuur in de auto kan
hoog oplopen, waardoor het apparaat beschadigd kan raken.
●Druk niet op het draagbare audioapparaat en oefen geen onnodige druk erop uit ter-
wijl het apparaat is aangesloten, aangezien dit het apparaat of de aansluiting ervan
kan beschadigen.
●Steek geen vreemde voorwerpen in de aansluiting, aangezien dit de draagbare
audiospeler of de aansluiting ervan kan beschadigen.
295
5 5-6. Gebruik van Bluetooth
® apparaten
Audiosysteem
CT200h_OM_OM76135E_(EE)
Voor de eerste keer registreren van een
Bluetooth
®-audiosysteem
Druk op de toets AUX•USB en selecteer BTA MENU met de knop
TUNE•SEL.
Druk op de spraaktoets of selecteer “BTA Setup” (instellen BTA) met de knop.
U krijgt adviezen en aanwijzingen voor het aanmelden van een naam voor de
draagbare speler te horen.
Selecteer “Pair Audio Player (Pair Audio)” (audiospeler koppelen (audio kop-
pelen)) via een spraakcommando of met de knop.
Meld op een van de volgende manieren de naam van de draagbare speler
aan:
a. Selecteer “Record Name” (naam opslaan) met de knop en zeg de naam
die moet worden opgeslagen.
b. Druk op de spraaktoets en noem de naam die moet worden opgeslagen.
Er wordt een gesproken aanwijzing gegeven ter bevestiging dat de naam is
gehoord.
Selecteer “Confirm” (bevestigen) via een spraakcommando of met de knop.
Er wordt een pincode weergegeven en genoemd, en er klinkt een gesproken
aanwijzing voor het invoeren van de pincode in de draagbare speler.
Toets het wachtwoord in in de draagbare speler.
Zie de gebruiksaanwijzing voor de draagbare speler voor meer informatie over de
bediening van de speler.
Er klinkt een aanwijzing voor het voltooien van de registratie.
Als de draagbare speler beschikt over een Bluetooth
®-telefoon, kan deze tege-
lijkertijd worden aangemeld. Er klinkt een gesproken aanwijzing voor het regis-
treren van de Bluetooth
®-telefoon.
Selecteer “Yes” ( ja) of “No” (nee) via een spraakcommando of met de knop.
(Bluetooth
®-telefoon Blz. 316)
■Wijzigen van de toegangscode
Blz. 298
Alvorens het Bluetooth®-audiosysteem te gebruiken, moet een Bluetooth®
compatibele draagbare speler bij het systeem worden aangemeld. Volg de
onderstaande procedure om een draagbare speler aan te melden (koppelen):
1
2
3
4
5
6
7
297
5 5-7. Instelmenu
Audiosysteem
CT200h_OM_OM76135E_(EE)
Instellen van een Bluetooth® compatibele
draagbare speler
Volg de onderstaande stappen om het menu voor elke functie te openen.
Druk op de toets AUX•USB en selecteer BTA MENU met de knop
TUNE•SEL of druk op de toets gesprek aannemen (Blz. 294) en selecteer
“Setup” (instellen) met de knop.
Selecteer “BTA Setup” (instellingen BTA) met de knop.
Selecteer een van de onderstaande items met de knop:
●Aanmelden van een draagbare speler
“Pair Audio” (audio koppelen)
●Selecteren van een te gebruiken draagbare speler
“Select Audio” (audio selecteren)
●Wijzigen van de aangemelde naam van een draagbare speler
“Change Name” (naam wijzigen)
●Lijst met aangemelde draagbare spelers weergeven
“List Audios” (audiolijst)
●Wijzigen van toegangscode
“Set Passkey” (toegangscode instellen)
●Wissen van een aangemelde draagbare speler
“Delete Audio” (audio wissen)
Als een draagbare audiospeler bij het Bluetooth®-audiosysteem is aange-
meld, kan het systeem worden gebruikt. Voor aangemelde draagbare spelers
kunnen de volgende functies worden gebruikt:
Functies en bedieningsprocedures
1
2
3