96KENNISMAKING MET DE AUTO
BAGAGERUIMTE
OPENEN
Wanneer de bagageruimte ontgrendeld is kan hij van
buitenaf geopend worden met behulp van
de handgreep fig. 60.
Als de portieren ontgrendeld zijn kan de achterklep op elk
moment worden geopend.
De sleutel met afs tandsbediening moet gebruikt worden
om de achterklep te openen.
fig. 60L0E0046m
Als de bagageruimte niet goed i s ges loten, dan wordt dit
aangegeven door het aangaan van het lampje
´op het in-
s trumentenpaneel of het ver schijnen van het symbool
R
op het display s amen met een s peciaal bericht (zie para-
graaf “Lampjes op het instrumentenpaneel” in dit hoofd-
s tuk).
Als de achterklep geopend wordt gaat de verlichting in
de bagageruimte branden: deze gaat automati sch uit als
de achterklep ges loten wordt.
De verlichting blijft ongeveer 15 minuten branden nadat
de sleutel op S TOP is gedraaid: al s er gedurende die tijd
een portier of de achterklep geopend wordt, wordt de ver-
lichting weer voor 15 minuten inge schakeld.
Achterklep openen met de sleutel met
afstandsbediening
Om het s lot van de achterklep te ontgrendelen op R
drukken. het openen van de achterklep wordt aangegeven
door het twee keer knipperen van de richtingaanwijzer s;
het sluiten van de achterklep wordt aangegeven door
het één keer knipperen (alleen al s het alarm is ingescha-
keld, indien aanwezig).
001-154 Delta NL 1ed 27/01/14 11.59 Pagina 96
KENNISMAKING MET DE AUTO135
1
SENSOREN
Tijdens het zoeken naar een parkeerplaats , maakt het sys-
teem gebruik van de sens oren aan de zijkant (zie fig. 78).
Deze sens oren worden automati sch inges chakeld bij s nel-
heden rond de 30 km/h; al s de bes tuurder in deze fa se
langs een ruimte rijdt die ges chikt wordt geacht als par-
keerplek, kan de functie opgevraagd worden met de spe-
ciale knop; dan worden de aanwijzingen voor het uitvoe-
ren van de manoeuvre weergegeven op het dis play. Als
de functie niet met de speciale knop door de bes tuurder
wordt opgevraagd, wordt er geen informatie op het in s-
trumentenpaneel weergegeven. WERKING
De geassi
steerde parkeermanoeuvre kan alleen geacti-
veerd worden bij inges chakeld instrumentenpaneel en
s nelheden onder 30 km/h. de manoeuvre be staat uit
de volgende fases:
❍ Inschakeling : het indrukken van de knop fig. 79 scha-
kelt de zoekfas e in.
❍ Zoeken: via de zijs ensoren zoekt het systeem voort-
durend naar een vrije parkeerplek die ge schikt is voor
de afmetingen van het voertuig. de be stuur
der bepaalt met
behulp van de richtingaanwijzers aan welke kant van
de weg hij wil parkeren (al s er geen informatie van de rich-
tingaanwijzer s of de alarmknipperlichten be schikbaar i s,
vindt het zoeken aan pa ssagierszijde plaats ).
fig. 78L0E0296mfig. 79L0E0241m
001-154 Delta NL 1ed 27/01/14 11.59 Pagina 135
138KENNISMAKING MET DE AUTO
Om de kant waaraan gezocht moet worden en de manoeu-
vre die uitgevoerd moet worden te selecteren, moet de be-
s tuurder:
1) DKeuze voor passagiers
zijde als zoek- en inparkeer-
zijde:
❍ de richtingaanwijzer in de middel ste stand;
❍ de alarmknipperlichten inge schakeld;
❍ de alarmknipperlichten inge schakeld en de richting-
aanwijzer in stand passagiers zijde;
❍ de richtingaanwijzer gericht naar de pa ssagierszijde.
2) FKeuze voor bes
tuurderszijde als zoek- en inpar-
keerzijde:
❍ de richtingaanwijzer in stand bes tuurderszijde;
❍ de alarmknipperlichten inge schakeld en de richting-
aanwijzer in stand bes tuurderszijde;
Het systeem zal de be stuurder informeren over de zijde
waar het zoeken en inparkeren plaats zal vinden door mid-
del van s peciale berichten op het dis play van het ins tru-
mentenpaneel en de symbolen (
Fen
D) die vers
chillend
zijn voor de rechter- en linkerzijde.
Het zoeken zal toch uitgevoerd worden aan beide zijden,
daarom i s het mogelijk de keuze te maken met de rich-
tingaanwijzers ook al is het voertuig net een parkeerplaats
voorbij ger
eden die ge schikt leek. Tijdens
het zoeken mag de s nelheid niet meer dan 30 km/h
bedragen; wanneer 25 km/h wordt bereikt, wordt de be-
s tuurder gevraagd langzamer te rijden; als de snelheid van
30 km/h wordt overs chreden, wordt het systeem uitge-
s chakeld; in dit geval moet het systeem weer gestart wor-
den met behulp van de knop
S.
Als de functie Rijbaanwi sseling ingeschakeld is (zie pa-
ragraaf “Buitenverlichting"), vindt het zoeken van
een parkeerplek altijd aan pa ssagierszijde plaats .
Als de parkeers ensoren tijdens het zoeken van een par-
keerplek inges chakeld worden (zie hoofds tuk “Parkeer-
s ens oren voor en achter"), dan wordt het Magic Parking-
systeem uitges chakeld.
Het zoeken en inparkeren moet altijd in over-
eenstemming met de geldende voorschriften
van de wegenverkeerswetgeving worden
verricht.
001-154 Delta NL 1ed 27/01/14 11.59 Pagina 138
KENNISMAKING MET DE AUTO149
1
MONTAGE VAN ELEKTRISCHE/
ELEKTRONISCHE SYSTEMEN
Elektrische/elektroni sche systemen die na aan schaf van
de auto door de afters ales-service worden gemonteerd,
moeten van het volgende merkteken zijn voorzien:
Fiat Group Automobiles S . p. A. autori seert de montage
van zend-/ontvangs tapparatuur op voorwaarde dat deze
door een ges pecialiseerd bedrijf op vakkundige wijze en
overeenkom stig de aanwijzingen van de fabrikant wordt
uitgevoerd.
BELANGRIJK In geval van montage van systemen waar-
bij de kenmerken van het voertuig worden gewijzigd, kan
het kentekenbewij s door de bevoegde ins tanties ingeno-
men worden. Dit kan ook de ongeldigheid van de garan-
tie met zich meebrengen voor storingen veroorzaakt door
de wijziging of die direct of indirect hierop terug te voe-
ren zijn. Fiat Group Automobile s S . p. A. wijs t elke aan-
s prakelijkheid af voor schade die het gevolg i s van mon-
tage van acce ssoires die niet door Fiat Group Automobi-
les S . p. A. zijn geleverd of aanbevolen en die niet conform
de vers chafte aanwijzingen zijn gemonteerd.
OPTIONELE ACCESSORIES
Als men na aans chaf van het voertuig acce ssoires wil mon-
teren die cons tante elektrische voeding nodig hebben (ra-
dio, diefs talalarm, satellietbewaking via GPS enz.) of veel
s troom verbruiken, dient men contact op te nemen met
het ges pecialis eerde pers oneel van het Lancia Servicenet-
werk. Zij kunnen de mee st ges chikte apparatuur uit het a s-
s ortiment Lineaccessori Lancia aanbevelen, het totale
stroomverbruik beoordelen en controleren of de elektri-
s che ins tallatie hierop berekend i s en of het noodzakelijk
i s een accu met een grotere capaciteit te monteren.
Let op bij het monteren van aanvullende
spoilers, lichtmetalen velgen of niet origine-
le wieldeksels: daardoor kan de ventilatie
van de remmen namelijk beperkt worden, wat in-
vloed heeft op de efficiëntie van de remmen bij
noodsituaties waarin geremd moet worden, in om-
standigheden die herhaaldelijk remmen nodig ma-
ken en tijdens lange afdalingen. Let erop dat de slag
van de pedalen nergens door wordt belemmerd
(matten, enz.).
001-154 Delta NL 1ed 27/01/14 11.59 Pagina 149
Verwijder deze sticker nooit en dek hem ook
niet af. Monteer nooit een wieldeksel op
het noodreservewiel. Op de sticker staan
de volgende aanwijzingen in vier talen: WAAR-
SCHUWING! UITSLUITEND VOOR TIJDELIJK
GEBRUIK! MAX. 80 KM/H! ZO SPOEDIG MOGE-
LIJK VERVANGEN DOOR een STANDAARDWIEL.
DEK DEZE WAARSCHUWING NIET AF.
Als het gemonteerde wieltype (met lichtmetalen in
plaats van stalen velgen) wordt vervangen, moeten
ook alle bevestigingsbouten vervangen worden door
bouten met een lengte. Waarschuw andere weggebruikers voor
de stilstaande auto in overeenstemming met
de plaatselijke voorschriften: alarmknipper-
lichten, gevarendriehoek, enz. Alle inzittenden moe-
ten de auto verlaten, vooral als deze zwaar beladen
is. Passagiers moeten op een veilige afstand van
het verkeer wachten terwijl het wiel wordt verwis-
seld. Indien de auto geparkeerd is op een helling of
onregelmatig wegdek, blokkeer de wielen dan met
wiggen of andere geschikte middelen.
204
NOODGEVALLEN
De krik mag uitsluitend gebruikt worden voor
het verwisselen van een wiel van de auto
waarbij de krik geleverd is of bij auto's van
hetzelfde model. Gebruik de krik niet voor andere
doeleinden, zoals het opkrikken van andere model-
len auto’ s. Gebruik de krik nooit voor het uitvoeren
van reparaties onder de auto. Door een verkeerde
plaatsing van de krik, kan de auto van de krik val-
len. Gebruik de krik niet voor zwaardere lasten dan
is aangegeven op het plaatje op de krik. Er kunnen
geen sneeuwkettingen op het noodreservewiel wor-
den gemonteerd. Dus in geval van een lekke voor-
band (aandrijfwiel) en als er sneeuwkettingen ge-
bruikt moeten worden, moet een achterwiel aan
de voorkant worden gemonteerd en moet het noodre-
servewiel aan de achterkant worden gemonteerd. Op
deze manier, met twee normale aandrijfwielen aan
de voorzijde, kunnen de sneeuwkettingen hierop ge-
monteerd worden, waardoor het noodgeval is opge-
lost. Als het wieldeksel niet goed gemonteerd is,
kan het tijdens het rijden losraken. Voer nooit
werkzaamheden aan het ventiel uit. Steek
nooit gereedschap tussen de velg en de band. Con-
troleer regelmatig de bandenspanning, ook die van
het noodreservewiel, in overeenstemming met de ge-
gevens in hoofdstuk “6”.
195-232 Delta NL 1ed 26/09/13 11.08 Pagina 204
NOODGEVALLEN
227
4
F12
F12
F13
F13
F31
F33
F34
F35
F36
F37
F38
F39
F40
F41
7,5
15
7,5
15
5
20
20
5
20
7,5
10
10
30
7,5
39
39
39
39
39
39
39
39
39
39
39
39
39
39
ZEKERINGENTABELELEKTRISCHE APPARATUUR ZEKERING AMPÈRE AFBEELDINGDimlicht rechtsDimlicht rechts (Xenon gasontladingslamp) Dimlicht links, koplampverstellingDimlicht links (Xenon gasontladingslamp) Relaisbobine ventilator klimaatregeling, Body ComputerElektrische ruitbediening linksachterElektrische ruitbediening rechtsachter
Achteruitrijlicht, relaisbobines zekeringenkast motorruimte,
bediening rempedaal (normaal gesloten contact), water in dieselsensor, debietmeter
Regeleenheid centrale portiervergrendeling, brandstofklepje, dead lock, opening achterklep
Derde remlicht, instrumentenpaneel, Knooppunt Zelfaanpassende koplampen, regeleenheid op linker gasontladingskoplamp
Plafondverlichting voor, plafondverlichting midden achter, verlichting
zonnekleppen bestuurders- en passagierszijde, bagageruimteverlichting,
verlichting dashboardkastje (Platinum uitrustingsniveau met optioneel schuifdak)
Inbouwvoorbereiding radio/Radio/Radio-navigatiesysteem,
Knooppunt Blue&Me
TM, alarmsirene, alarmsysteem op plafondverlichting,
klimaatregeleenheid, regeleenheid bewaking bandenspanning,
stekker diagnoseaansluiting, plafondverlichting achterAchterruitverwarmingOntwaseming elektrische buitenspiegels, ontwaseming op ruitensproeiers
195-232 Delta NL 1ed 26/09/13 11.09 Pagina 227
39
39
39
39
39
39
39
39
39
228
NOODGEVALLEN
F43
F44
F46
F47
F48
F49
F51
F52
F53
30
15
20
20
20
5
5/7,5 (*)
15
7,5
ELEKTRISCHE APPARATUUR ZEKERING AMPÈRE AFBEELDING
Ruitenwissersysteem op stuurkolomhendel, elektrische tweewegpomp ruitensproeier/achterruitsproeier op stuurkolomhendelAansteker/stopcontact op tunnel, stopcontact bagageruimteSchuifdak motorElektrische ruitbediening bestuurderszijde voorElektrische ruitbediening passagierszijde voor
Bedieningspanelen rechts, links, midden alarmknipperlichten
(verlichting), bedieningstoetsen op het stuurwiel (verlichting),
bedieningstoetsen op plafondverlichting (verlichting), regeleenheid
volumetrisch alarmsysteem, elektrisch schuifdak (regeleenheid,
verlichting bedieningstoetsen), regen-/schemersensor,
elektrochromatische spiegel, bediening verwarming voorstoelen, AUX-aansluiting (verlichting)
Aansteker (verlichting) inbouwvoorbereiding radio, bediening
cruise-control, knooppunt Blue&Me
TM, knooppunt parkeersensoren,
AQS sensor, klimaatregeling, verstelling elektrische buitenspiegel,
regeleenheid bewaking bandenspanning, knooppunt rijbaanwisseling,
knooppunt geregelde demping wielophanging, Eco-toets
(versies met automatische versnellingsbak), lichtgeleider bediening
automatische versnellingsbak, regeleenheid op
rechter gasontladingskoplampAchterruitwissersysteem op stuurkolomhendelInstrumentenpaneel, richtingaanwijzers achter
195-232 Delta NL 1ed 26/09/13 11.09 Pagina 228
ONDERHOUD EN ZORG
235
5
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA
km/1000Maanden
Banden op conditie/slijtage controleren en eventueel op spanning brengen
We r king verlichtingssysteem (koplampen, richtingaanwijzers, alarmknipperlichten, verlichting bagageruimte, interieur, lampjes instrumentenpaneel, enz.) controleren. We r king ruitenwissers/-sproeiers controlerenStand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers voor/achter controleren
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen voor controleren en de werking van remblokslijtagesensor controlerenRemblokken van schijfremmen achter op conditie en slijtage controleren
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van carrosserie,
bodemplaatbescherming, leidingen en slangen (uitlaat – brandstoftoevoersysteem – remmen), rubber elementen (hoezen – balgen – bussen – enz.)
Sloten van motorkap en achterklep op aanwezigheid van vuil controleren, schoonmaken en mechanismen smeren
Vloeistofniveaus controleren en indien nodig bijvullen (motorkoelvloeistof, remvloeistof, vloeistof hydraulische koppeling, ruitensproeiervloeistof, accuvloeistof, enz.) Slag van handrem controleren en zo nodig afstellenSpanning aandrijfriemen hulporganen controleren en indien nodig afstellenUitlaatgasemissie controleren35 70 105 140 175
24 48 72 96 120
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●●
●● ● ● ●
233-256 Delta NL 1ed 26/09/13 11.10 Pagina 235