165
Rijden
Weergave op het instrumentenpaneel
Standen van de selectiehendel
N.
Neutral (neutraalstand).R.Reverse (achteruitversnelling). 1 2 3 4 5 / 6.Ingeschakelde versnelling bij handmatig schakelen.
AUTO. Verschijnt bij de selectie van de
automatische stand en verdwijnt weer als dehandmatige stand wordt geselecteerd.
)Trap het rempedaalin als ditpictogram knippert (bijv.: starten
van de motor).
Houd bij het starten van de motor altijd het rempedaal ingetrapt.
Starten van de auto
)
Selecteer stand N. )
Houd het rempedaal volledig ingetrapt. )
Start de motor.
De aanduiding N
wordt weergegeven
op het instrumentenpaneel.
De aanduiding N op het display knippert als u de motor probeert te starten zonder dat de selectiehendel in stand N
staat.
)
Selecteer de automatische stand (stand A
), de handmatige stand (stand AM )
of de achteruitversnelling (stand R).R
De aanduidingen AUTOen 1, 1of
R
worden weergegeven op het
instrumentenpaneel.
) Zet de handrem vrij. )
Laat geleidelijk het rempedaal los.
Afhankelijk van het type elektronischgestuurde versnellingsbak begint deauto direct te rijden (raadpleeg deparagraaf "Kruipfunctie").
Trap niet gelijktijdig het rempedaalen het gaspedaal in. Dit veroorzaaktvoortijdige slijtage van de koppeling.
)
Geef gas.