Page 54 of 227
52Stoelen, veiligheidssystemen
Toegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een ISOFIX-kinderveiligheidssysteemGewichtsklasseMaatklasseBevestigingOp passagiersstoelOp buitenste zitplaatsen
achterinOp middelste zitplaats
achterinGroep 0: tot 10 kgEISO/R1XIL 1XGroep 0+: tot 13 kgEISO/R1XIL 1XDISO/R2XIL1XCISO/R3XIL1XGroep I: 9 tot 18 kgDISO/R2XIL1XCISO/R3XIL1XBISO/F2XIL, IUFXB1ISO/F2XXIL, IUFXAISO/F3XIL, IUFXGroep II: 15 tot 25 kg
of ca. 3 tot 7 jaarXILXGroep III: 22 tot 36 kg
of ca. 6 tot 12 jaarXILX
Page 55 of 227

Stoelen, veiligheidssystemen53
1=Zet de passagiersstoel in de voorste stand of zet de rugleuning van de voorstoel zo veel als nodig verticaal, opdathet kinderveiligheidssysteem en de rugleuning van de voorstoel elkaar niet raken.IL=Geschikt voor bepaalde ISOFIX veiligheidssystemen uit de categorieën 'specifieke auto', 'beperkt' of 'semi-univer‐
seel'. Het ISOFIX veiligheidssysteem moet goedgekeurd zijn voor het specifieke autotype.IUF=Geschikt voor voorwaarts gerichte ISOFIX kinderveiligheidssystemen uit de universele categorie, goedgekeurd voor deze gewichtsklasse.X=Geen ISOFIX kinderveiligheidssysteem goedgekeurd voor deze gewichtsklasse.
ISOFIX-maatklasse en zitgelegenheid
A - ISO/F3=Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse9 tot 18 kg.B - ISO/F2=Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kg.B1 - ISO/F2X=Voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kg.C - ISO/R3=Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse tot 18 kg.D - ISO/R2=Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse tot 18 kg.E - ISO/R1=Achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor jonge kinderen in de gewichtsklasse tot 13 kg.
Page 56 of 227
54Stoelen, veiligheidssystemenISOFIX-
kinderveiligheidssystemen
Installatie van ISOFIX-
kinderveiligheidssystemen
zonder vaste geleider
Bevestig de voor de auto goedge‐
keurde ISOFIX-kinderveiligheidssys‐
temen aan de ISOFIX bevestigings‐
beugels. ISOFIX veiligheidssyste‐
men voor specifieke auto's worden in
de tabel aangeduid met IL.
ISOFIX-bevestigingsbeugels zijn
aangeduid met een label op de rug‐
leuning.
Installatie van ISOFIX-
kinderveiligheidssystemen met vaste geleider
Wellicht is de auto vóór de bevesti‐
gingsbeugels uitgevoerd met gelei‐ ders ter ondersteuning van de mon‐
tage van het kinderveiligheidssys‐
teem.
Page 57 of 227
Stoelen, veiligheidssystemen55
Bij het bevestigen van het kindervei‐
ligheidssysteem zwenken de kappen van de geleiders automatisch naar
achteren.
Top-Tether-
bevestigingsogen Al naargelang de landspecifieke uit‐
rusting kan de auto twee of drie be‐
vestigingsogen hebben.
Top-Tether-bevestigingsogen wor‐
den aangeduid met het symbool :
van een kinderveiligheidssysteem.Maak voor niet-ISOFIX-kinderveilig‐
heidssystemen de Top-Tethergordel
vast aan de Top-Tetherbevestigings‐
ogen. Daarbij moet de bijbehorende
gordel tussen de glijstangen van de
hoofdsteun lopen.
Maak voor ISOFIX-kinderveiligheids‐
systemen de Top-Tethergordel vast
aan de Top-Tetherbevestigingsogen
naast de ISOFIX-bevestiging. Daarbij moet de bijbehorende gordel tussen
de glijstangen van de hoofdsteun lo‐
pen.
ISOFIX kinderveiligheidssystemen
uit de universele categorie worden in
de tabel aangeduid met IUF.
Page 224 of 227

222
Hellingrem ................................. 136
Hoofdsteunen .............................. 35
Hoofdsteunverstelling ....................8
Hulpverwarming.......................... 120
I
Inbouwmaten trekhaak ..............217
Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 51
Info-Displays ................................. 92
Inhouden ................................... 215
Inklapbare spiegels .....................29
Inleiding ......................................... 3
Instapverlichting ......................... 114
Interieurverlichting ......................112
ISOFIX- kinderveiligheidssystemen ........54
K Katalysator ................................. 130
Kentekenverlichting ...................175
Keuzehendel ............................. 131
Kilometerteller .............................. 82
Kindersloten ................................. 25 Kinderveiligheidssystemen ...........49
Klimaatregeling ............................ 15
Klimaatregelsystemen ................116
Klok .............................................. 79
Koelvloeistof .............................. 165
Koelvloeistof en antivries ............204Koelvloeistoftemperatuurmeter ...83
Koplampinstelling in het buitenland .............................. 108
Koplampverstelling ....................107
L Laadsysteem ............................... 87
Lane Departure Warning ......88, 151
Leeslampen ............................... 113
Lekke band ................................. 192
Lichtschakelaar .......................... 106
Lichtsignaal ................................ 107
Luchtinlaat ................................. 122
M
Meters........................................... 81
Mistachterlicht ...................... 91, 112
Mistlamp ...................................... 91
Mistlampen ................................ 173
Mistlampen voor ........................111
Motorgegevens .......................... 211
Motor-ID...................................... 207
Motorkap .................................... 163
Motorkap open.............................. 91
Motorolie .................... 163, 204, 208
Motoroliedruk ............................... 90
Motor starten ............................. 124
N Nieuwe auto inrijden ..................124O
Obstakeldetectiesystemen .........144
Olie, motor .......................... 204, 208
Ontlaadbeveiliging accu ............115
Opbergvakken .............................. 56
Opbergvakken instrumentenpaneel ..................56
Opbergvak middenconsole ..........59
Opbergvak onder passagiersstoel 58
Opgeslagen instellingen ...............22
Opschakelen................................. 88 Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Panne ......................................... 197
Parkeerhulp ............................... 144
Parkeren .............................. 18, 128
Park pilot met ultrasoonsensoren 144
Partikelfilter ................................. 129
Pedaal intrappen .......................... 87
Persoonlijke instellingen ............102
Pollenfilter .................................. 122
Portieren ....................................... 25
Portier open ................................. 91
Prestaties ................................... 212
Profieldiepte ............................... 186