BESCHRIJVING
2-2
2
DAU10420
Aanzicht rechterzijde
123 45
6789
10
11
1. Helmbevestiging (pagina 3-17)
2. Accu (pagina 6-32)
3. Vloeistofreservoir achterrem (pagina 6-25)
4. Olievuldop (pagina 6-10)
5. Radiatorvuldop (pagina 6-13)
6. Koelvloeistofreservoir (pagina 6-13)
7. Aftapplug koelvloeistof (pagina 6-14)
8. Motoroliepeilstok (pagina 6-10) 9. Rempedaal (pagina 3-12)
10.Remlichtschakelaar (pagina 6-23)
11.Stelring voor veervoorspanning schokdemperunit (pagina 3-19)U20SD3D0.book Page 2 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-4
3
DAU11060
Vrijstandcontrolelampje “ ”
Dit controlelampje brandt terwijl de versnel-
lingsbak in de vrijstand staat.
DAU11080
Controlelampje grootlicht “ ”
Dit controlelampje brandt terwijl de koplamp
is ingeschakeld voor grootlicht.
DAU11254
Waarschuwingslampje
olieniveau “ ”
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
het motorolieniveau laag is.
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschuwings-
lampje moet enkele seconden oplichten en
dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet meteen
op wanneer u de sleutel naar “ON” draait of
blijft het lampje branden, laat het elektrisch
circuit dan door een Yamaha dealer contro-
leren.OPMERKING●
Bij een voldoende hoog olieniveau kan
het waarschuwingslampje soms toch
knipperen bij rijden op een helling of bij
plotseling afremmen of optrekken, er is
dan echter geen sprake van een sto-
ring.
●
Dit model is ook uitgerust met een zelf-
diagnosesysteem voor het circuit van
het waarschuwingslampje olieniveau.
Als het waarschuwingscircuit voor het
olieniveau een probleem aangeeft,
wordt de volgende cyclus herhaald tot-
dat de storing is opgeheven: Het waar-
schuwingslampje olieniveau knippert
tien keer en dooft dan gedurende 2.5
seconden. Als dit zich voordoet, vraag
dan een Yamaha dealer de machine te
controleren.
DAU1142A
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur “ ”
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
de motor oververhit raakt. Zet in zo’n geval
de motor onmiddellijk af en geef deze de tijd
om af te koelen.
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschuwings-
lampje moet enkele seconden oplichten en
dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet meteen
op wanneer u de sleutel naar “ON” draait of
blijft het lampje branden, laat het elektrisch
circuit dan door een Yamaha dealer contro-
leren.
LET OP
DCA10021
Laat de motor niet draaien terwijl deze
oververhit is.OPMERKING●
Bij machines met een of meer radiator-
koelvinnen schakelt de radiatorkoelvin
automatisch in of uit op basis van de
koelvloeistoftemperatuur in de radia-
tor.
●
Als de motor oververhit raakt, staan op
pagina 6-46 nadere instructies ver-
meld.
U20SD3D0.book Page 4 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-14
6
4. Vul koelvloeistof bij tot aan de merk-streep voor maximumniveau en breng
dan de dop van het koelvloeistofreser-
voir weer aan. WAARSCHUWING!
Verwijder alleen de dop van het
koelvloeistofreservoir. Probeer
nooit om de radiatorvuldop te ver-
wijderen als de motor koud is.
[DWA15161]
LET OP: Als er geen koel-
vloeistof aanwezig is, gebruik dan
in plaats daarvan gedistilleerd wa-
ter of onthard leidingwater. Gebruik
geen hard water of zout water, dit is
schadelijk voor de motor. Als er in
plaats van koelvloeistof water is ge-
bruikt, vervang dit dan zo snel mo-
gelijk door koelvloeistof, anders is
het systeem niet beschermd tegen vorst en corrosie. Als er water aan
de koelvloeistof is toegevoegd, laat
dan een Yamaha dealer zo snel mo-
gelijk het antivriesgehalte van de
koelvloeistof controleren om te
voorkomen dat de effectiviteit van
de koelvloeistof afneemt.
[DCA10472]
5. Leid de ontluchtingsslang van het
koelvloeistofreservoir door de geleider
zoals getoond.
DAU46822
Om de koelvloeistof te verversen
1. Zet de machine op een vlakke onder- grond en laat het motorblok indien no-
dig afkoelen.
2. Verwijder het stroomlijnpaneel A en
het paneel B. (Zie pagina 6-8.)
3. Schuif een opvangbak onder de motor om de gebruikte koelvloeistof op te
vangen.
4. Verwijder de borgbout voor de radia- torvuldop, de borging voor de radiator-
vuldop en de radiatorvuldop.
WAARSCHUWING! Probeer nooit om de radiatorvuldop te verwijde-
ren als de motor warm is.
[DWA10381]
1. Dop koelvloeistofreservoir
2. Ontluchtingsslang koelvloeistofreservoir
3. Geleider
3
1
2
Inhoud koelvloeistofreservoir (tot
aan de merkstreep voor maximum-
niveau):0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
1. Ontluchtingsslang koelvloeistofreservoir
2. Geleider
2
1
1. Radiatorvuldop
2. Borgbout radiatorvuldop
3. Borging radiatorvuldop
2
1
3
U20SD3D0.book Page 14 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-15
6
5. Verwijder de ontluchtingsslang van hetkoelvloeistofreservoir uit de geleider
en verwijder de dop van het koelvloei-
stofreservoir.
6. Verwijder het deksel van het koelvloei- stofreservoir en het koelvloeistofreser-
voir zelf door de bouten los te halen. 7. Tap de koelvloeistof uit het reservoir af
door het reservoir om te keren.
8. Verwijder de aftapplug voor koelvloei- stof en de pakking om het koelsys-
teem af te tappen. 9. Spoel het koelsysteem nadat alle koel-
vloeistof is uitgestroomd grondig door
met schoon leidingwater.
10. Monteer de aftapplug voor koelvloei- stof met een nieuwe pakking en zet de
plug dan vast met het voorgeschreven
aanhaalmoment.
11. Monteer het koelvloeistofreservoir en het deksel door ze in de oorspronkelij-
ke stand te plaatsen en breng dan de
bouten aan.
12. Giet de voorgeschreven hoeveelheid van de gespecificeerde koelvloeistof in
de koelvloeistofradiator en in het re-
servoir.1. Dop koelvloeistofreservoir
2. Ontluchtingsslang koelvloeistofreservoir
3. Geleider
3
1
2
1. Bout
2. Kap koelvloeistofreservoir
3. Koelvloeistofreservoir
1. Aftapplug koelvloeistof
2. Pakking
23
1
2
1
Aanhaalmoment:
Aftapplug koelvloeistof:10 Nm (1.0 m·kgf, 7.2 ft·lbf)
U20SD3D0.book Page 15 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-16
6
13. Breng de radiatorvuldop weer aan.
14. Breng de dop van het koelvloeistofre-servoir aan.
15. Start de motor, laat hem een paar mi-
nuten stationair draaien en zet hem
dan uit.
16. Verwijder de radiatorvuldop om het
koelvloeistofniveau in de radiator te
controleren. Vul indien nodig zoveel
koelvloeistof bij tot het niveau bovenin
de koelvloeistofradiator staat en breng
dan de radiatorvuldop en de borging
en borgbout voor de radiatorvuldop
aan. 17. Controleer het koelvloeistofniveau in
het reservoir. Verwijder indien nodig
de dop van het koelvloeistofreservoir,
vul koelvloeistof bij tot aan de merk-
streep voor maximumniveau en breng
dan de dop weer aan.
18. Leid de ontluchtingsslang van het
koelvloeistofreservoir door de geleider
zoals getoond. 19. Start de motor en controleer dan of er-
gens aan de machine lekkage te zien
is. Vraag in dat geval een Yamaha
dealer het koelsysteem te controleren.
20. Breng het stroomlijnpaneel en het fra-
mepaneel aan.
Mengverhouding antivries/water:
1:1
Aanbevolen antivries: Hoogwaardige ethyleenglycol anti-
vries met corrosieremmers voor alu-
minium motoren
Hoeveelheid koelvloeistof: Inhoud radiator (inclusief alle leidin-
gen):2.00 L (2.11 US qt, 1.76 Imp.qt)
Inhoud koelvloeistofreservoir (tot
aan de merkstreep voor maximum-
niveau): 0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
1. Radiatorvuldop
2. Borgbout radiatorvuldop
3. Borging radiatorvuldop
2
1
3
1. Ontluchtingsslang koelvloeistofreservoir
2. Geleider
2
1
U20SD3D0.book Page 16 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-34
6
DAU47172
Zekeringen vervangen De hoofdzekeringhouder en de kastjes met
zekeringen voor afzonderlijke circuits bevin-
den zich onder het zadel. (Zie pagina 3-16.)OPMERKINGOm toegang te krijgen tot de hoofdzekering
verwijdert u het afdekplaatje van het startre-
lais zoals getoond.XJ6NXJ6N XJ6NA1. Kap van startmotorrelais
2. Hoofdzekering
3. Reservehoofdzekering
4. Zekeringenkastje
2
4
3
1
1. Zekering achterlichtcircuit
2. Reservezekering
3. Koplampzekering
4. Zekering ontstekingssysteem
5. Zekering signaleringssysteem
6. Backup-zekering (voor klok en startblokkeer-
systeem)
7. Zekering brandstofinjectiesysteem
8. Zekering radiatorkoelvin
1 2
3
4
5
6
7
8
1. Kap van startmotorrelais
2. Hoofdzekering
3. Reservehoofdzekering
4. Zekeringenkastje
2
4
3
1
U20SD3D0.book Page 34 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-35
6
XJ6NA
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en
schakel het betreffende elektrische cir-
cuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan. WAARSCHUWING! Gebruik geen
zekeringen met een hogere ampera-
ge dan aanbevolen om ernstige
schade aan het elektrische systeem
en mogelijk brand te voorkomen.
[DWA15131]
3. Draai de contactsleutel naar “ON” en
schakel het betreffende elektrische cir-
cuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
1. Zekering achterlichtcircuit
2. Zekering ABS-regeleenheid
3. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
4. Zekering ABS-motor
5. Reservezekering
6. Koplampzekering
7. Zekering ontstekingssysteem
8. Zekering signaleringssysteem
9. Backup-zekering (voor klok en startblokkeer-systeem)
10.Zekering brandstofinjectiesysteem
11.Zekering radiatorkoelvin
1
5 56
7
8
9
10
11
234
Voorgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering:
30.0 A
Koplampzekering: 20.0 A
Zekering achterlichtcircuit: 10.0 A
Zekering signaleringssysteem:
7.5 A
Zekering ontstekingssysteem: 10.0 A
Zekering radiatorkoelvin: 20.0 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
10.0 A
Backup-zekering: 7.5 A
Zekering ABS-motor: XJ6NA 30.0 A
Zekering ABS-regeleenheid:
XJ6NA 7.5 A
Zekering van de ABS-solenoïde-
klep:
XJ6NA 20.0 A
U20SD3D0.book Page 35 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-46
6
Oververhitte motor
WAARSCHUWING
DWA10400
●
Verwijder de koelvloeistofradiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete vloeistof en
stoom kan naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor is afgekoeld.
●
Breng na verwijderen van de borgbout voor de radiatorvuldop een dikke doek, bijvoorbeeld een handdoek, aan over de ra-
diatorvuldop en draai deze dan langzaam linksom tegen de aanslag zodat de nog aanwezige druk kan ontsnappen. Druk de
dop omlaag zodra het sisgeluid stopt en draai deze linksom en verwijder de dop.
OPMERKINGAls geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijdelijk leidingwater worden gebruikt, maar dit moet wel zo snel mogelijk door de voorgeschre-
ven koelvloeistof worden vervangen.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.
Controleer het
koelvloeistofniveau in het
reservoir en in de radiator.
Het koelvloeistofniveau is
in orde. Het koelvloeistofniveau is
laag. Controleer het
koelsysteem op lekkage.
Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te
repareren.Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem
te controleren en te repareren als de motor opnieuw
oververhit raakt.
Er is lekkage.
Er is geen
lekkage.
U20SD3D0.book Page 46 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM