20
MAAK OPTIMAAL GEBRUIK VAN DE
VERSNELLINGSBAK
Als uw auto is voorzien van een handgeschakelde versnellingsbak,
rijd dan rustig weg, schakel zo snel mogelijk de tweede versnelling in
en schakel bij voorkeur relatief snel over naar een hogere versnelling.
Volg de aanwijzingen van de schakelindicator (indien aanwezig) die
op het instrumentenpaneel worden weergegeven.
Als uw auto is voorzien van een automatische versnellingsbak of
een elektronisch gestuurde versnellingsbak, laat de selectiehendel
dan in de stand Drive "D"
of Auto "A"
(afhankelijk van het type
versnellingsbak) staan en trap het gaspedaal niet bruusk of diep in.
KIES VOOR EEN SOEPELE RIJSTIJL
Houd afstand van de auto's voor u, rem bij voorkeur af op de
motor in plaats van het rempedaal te gebruiken en trap het
gaspedaal geleidelijk in. Als u deze aanwijzingen naleeft, neemt het
brandstofverbruik en de CO
2-uitstoot af en wordt de geluidsoverlast
door het verkeer beperkt.
Als het verkeer goed doorstroomt, gebruik dan vanaf een snelheid van
ongeveer 40 km/h de snelheidsregelaar (indien aanwezig).
GEBRUIK OP SLIMME WIJZE DE
ELEKTRISCHE VOORZIENINGEN
Als bij het instappen blijkt dat de temperatuur in de auto hoog is
opgelopen, open dan alle ruiten en de ventilatieroosters alvorens de
airconditioning in te schakelen.
Sluit vanaf een snelheid van 50 km/h de ruiten, maar laat de
ventilatieroosters geopend.
Gebruik de voorzieningen in het interieur die de temperatuurstijging
kunnen beperken (blinderingspaneel van het panoramadak,
zonneschermen, enz.).
Schakel de airconditioning uit zodra de gewenste temperatuur is
bereikt (behalve bij auto's met een automatische airconditioning).
Schakel de achterruitverwarming en de ontwaseming uit zodra deze
niet meer nodig zijn als deze niet automatisch worden aangestuurd.
Schakel de stoelverwarming zo snel mogelijk uit.
Schakel de verlichting en de mistlampen uit als het zicht voldoende is.
Laat de motor vooral 's winters na het starten niet stationair
warmdraaien, maar rijd zo snel mogelijk weg: uw auto warmt sneller
op als u rijdt.
Sluit als passagier zo min mogelijk multimedia-apparatuur
(DVD-speler, MP3-speler, spelcomputer, enz.) op de auto aan om het
elektriciteitsverbruik, en dus het brandstofverbruik, te beperken.
Koppel externe apparatuur los als u de auto verlaat.
ECO-RIJDEN
Door in de dagelijkse praktijk een aantal aanwijzingen op te volgen kunt u het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot van uw auto verminderen.