16
In één oogopslag
Controle tijdens het rijden
Het branden van een verklikkerlampje geeft u informatieover de status van de desbetreffende functie. A.
Uitschakeling van de parkeerhulp voor en achter. of
Inschakeling van het Park Assist-systeem.
Rij drukschakelaars
102, 104
1.Open het dashboardkastje.
2. Steek de sleutel in de schakelaar. 3.
Selecteer de stand:"ON"
(inschakelen) wanneer een passagier op de voorstoel zit of een kinderzitje met
het gezicht in de rijrichting is bevestigd, "OFF"(uitschakelen) wanneer een kinderzitje
met de rug in de rijrichting is bevestigd. 4.Ver wijder de sleutel zonder de stand vande schakelaar te veranderen.
Airbag voorpassagier
133
126
B.Uitschakeling van het CDS-/ASR-systeem.
93
C.
Uitschakeling van het Stop & Start-systeem.
52
D. Uitschakeling van de interieurbeveiliging.
144
E.
Inschakeling van de elektrische kinderbeveiliging.
Veiligheid voor alle inzittenden
A.Verklikkerlampje niet-vastgemaakte/
losgemaakte veiligheidsgordels vóór.
B.Verklikkerlampje storing van één van deairbags.
Veiligheidsgordels vóór en
airbag vóór aan passagierszijde
27
C.Verklikkerlampje uitschakeling airbag vóór aan passagierszijde.
32
1
27
Controle tijdens het rijden
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld. Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een bericht op het display.
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
Passagiersairbag
permanent.De schakelaar in het dashboardkastjestaat in de stand "OFF".De frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
In dit
geval kunt u een kinderzitje met
de "rug in de rijrichting" plaatsen.
Zet de schakelaar in de stand "ON" om de frontairbagaan passagierszijde in te schakelen. Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitjemet de "rug in de rijrichting".
Elektronisch stabiliteitsprogramma(CDS/ASR)
permanent. De toets linksonder op het dashboard
wordt ingedrukt. Het bijbehorende
verklikkerlampje gaat branden.
De functie CDS/ASR wordt
uitgeschakeld.
CDS: dynamische stabiliteitscontrole.
ASR: antislipregeling. Druk op de toets om de functie CDS/ASR in te
schakelen. Het verklikkerlampje dooft.
De functie CDS/ASR wordt automatisch ingeschakeld
als de motor wordt gestart.
Na uitschakelen van het systeem, wordt het
automatisch opnieuw in
geschakeld bij snelheden hoger dan ongeveer 50 km/h.
133
6
Veiligheid
Uitschakelen
Dit waarschuwingslampje brandt ophet instrumentenpaneel bij aangezet contact en zolang de airbag isuitgeschakeld.
Schakel voor de veiligheid van uw kindde airbag aan passagierszijde altijd uit als u een kinderzitje met de rug in derijrichting op de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan van de airbag levensgevaarlijk gewond raken.
Plaats geen kinderzitje op devoorstoel als minimaal één van beide waarschuwingslampjes van de airbagspermanent blijft branden. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT- netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Opnieuw inschakelen
Als u het kinderzitje hebt ver wijderd, zet dan met afgezet contactde schakelaar weer op
"ON"
om de airbag opnieuw in te schakelen
en zo de veiligheid van uw passagier te garanderen.
Storing
Als dit lampje op het instrumentenpaneel gaat branden in combinatie met eengeluidssignaal en een melding op het
display, laat het systeem dan controleren
door het PEU
GEOT- net wer k of een gekwalificeerde
werkplaats. De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige aanrijding niet worden geactiveerd.
Als dit lampje knipper t, raadpleeg dan het PEUGEOT- netwerk of eengekwalificeerde werkplaats. De
kans bestaat dat de airbag aanpassagierszijde bij een ernstigeaanrijding niet wordt geactiveerd.
Alleen de airbag aan passagierszijde kan
worden uitgeschakeld: )steek de sleutel in de schakelaar
voor uitschakelen van de airbag aanpassagierszijde, )draai deze in de stand "OFF" , )ver wijder de sleutel zonder de stand van de schakelaar te veranderen.
137
6
Veiligheid
Airbag aan passagierszijde OFF
Passagiersstoel in de hoogste stand en zover mogelijk naar achteren.
Raadpleeg de voorschriften op de sticker die
zich aan beide zijden van de zonneklep aan
passagierszijde bevindt:
Schakel voor de veiligheid van uw kind de airbag aan passagierszijde altijd uit als u eenkinderzitje met de rug in de rijrichting op de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan van de airbag levensgevaarlijk gewond raken.
182
Praktische informatie
Accessoires
Een ruime keuze aan accessoires en originele onderdelen wordt u aangeboden door het PEUGEOT- net wer k . Deze accessoires en onderdelen zijn getest en goedgekeurd ten aanzien van bedrijfszekerheid en
veiligheid.
Ze zijn volledig aangepast aan uw auto, zijn voorzien van een artikelnummer en beschikken over degarantie van PEUGEOT.
Ombouwsets
Het is mogelijk om sets te bestellen genaamd "Entreprise" voor het ombouwen van een personenauto naar een bedrijfsauto.
"Comfort":
windgeleiders, zonneschermen opzij
en zonnescherm achter, aansteker,
bagagestoppers, kledinghanger voor
bevestiging aan de hoofdsteun, parkeerhulp
voor en achter, ...
"Transportoplossingen":
bak voor de bagageruimte, bagagenet,
allesdragers, fietsendrager voor bevestiging op
de trekhaak, fietsendrager voor bevestiging op de
allesdragers, skidrager, dakkoffer, trekhaken, ...
*
Om te voorkomen dat de pedalen blijven hangen:
- controleer of de mat
goed op zijn plaatsligt en goed is bevestigd,
- leg nooit meerdere matten boven opelkaar.
"Styling":
pookknop, lichtmetalen velgen, wieldoppen,
verchroomde buitenspie
gelkappen, ...
"Veiligheid":
inbraakalarm, graveren van ruiten, wielbouten met slot, zitverhogingen en kinderzitjes,
alcolholtest, verbandtrommel, gevarendriehoek,
veiligheidsvest, lokalisatiesysteem gestolen
auto, bandenreparatieset, sneeuwkettingen,sneeuwsokken, mistlampen vóór, hondenrek, ...
"Bescherming":
matten * , stoelhoezen geschikt voor
stoelen met zij-airbags, spatlappen,portierdorpellijsten, roestvrijstalen dorpel
bagageruimte, bumperbeschermlijsten,
aluminium voetsteun, ...
De trekhaak moet door het PEUGEOT-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats worden gemonteerd.
208
URGENCE-OPROEP OF ASSISTANCE-OPROEP
Druk in geval van nood langer dan 2 seconden op deze toets. Het knipperen van het groene ledlampje eneen geluidssignaal bevestigen dat de oproep naar de alarmcentrale PEUGEOT CONNECT SOS is verstuurd *
.
Het
groene ledlampje blijft branden (zonder te knipperen) wanneer de
verbinding tot stand is gebracht. Aan het einde van het gesprek gaat het lampje uit.
Bi
j het aanzetten van het contact, gaat het groene lampje 3 seconden branden. Dit duidt op een goede werking van hetsysteem.
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de aanvraaggeannuleerd.Dit wordt bevestigd door een gesproken bericht.
Druk langer dan 2 seconden op deze toets voor het
aanvra
gen van hulp bij het stranden van de auto.
Een
gesproken bericht bevestigt dat de oproep is
verstuurd ** .
WERKING VAN HET SYSTEEM Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de oproepgeannuleerd. Het groene ledlampje dooft. De annulering wordt bevestigd
met een gesproken bericht.
Om een oproep te annuleren kunt u ook de alarmcentrale PEUGEOT CONNECT SOS melden dat de oproep per vergissing werd verstuurd.
De alarmcentrale PEUGE
OT CONNECT SOS lokaliseert onmiddellijk uwauto, neemt in uw landstaal contact met u op ** en roept indien nodig de
hulp in van de bevoegde hulpdiensten ** . In landen waar de alarmcentrale
niet operationeel is of wanneer de lokalisatie uitdrukkelijk is geweigerd,
wordt de oproep meteen doorgestuurd naar de hulpdiensten (11 2), zonder lokalisatie.
Wanneer de elektronische eenheid airba
gs een botsing heeft
waargenomen, wordt onafhankelijk van het eventueel afgaan van
de airbags, automatisch een noodoproep gedaan.
*Afhankelijk van de algemene gebruiksvoorwaarden, die u bij uw verkooppunt kunt opvragen, en de technische beperkingen van het systeem. **
Afhankelijk van de geografische dekking van PEUGEOT CONNECT SOS en PEUGEOT CONNECT ASSISTA NCE en van de officiële jgg gjgg g
landstaal die door de eigenaar van de auto is gekozen. De lijst van de landen waar het systeem werkzaam is en de lijst van beschikbare diensten van PEUGEOT CONNECT kunt u bij uwjyj
verkooppunt opvragen of op www.peugeot.nl bekijken.
Het oranje lampje knippert: er is een storingin het systeem.
Het oran
je lampje blijft branden: denoodbatterij moet vervangen worden.
Raadplee
g in beide gevallen het
PEUGEOT-netwerk.
Wanneer u uw auto buiten het PEU
GEOT-netwerk hebt gekocht, raden
wij u aan de aanwezigheid van deze diensten bij het netwerk te laten controleren en eventueel configureren. In een meertalig land kunt u het systeem laten configureren in de officiële landstaal van uw voorkeur.
Om technische redenenen, zoals het verbeteren van de diensten vanPEUGEOT CONNECT, behoudt de constructeur zich het recht voor om op elk willekeurig moment het telematicasysteem in de auto te wijzigen.
320
Index
Veiligheidsgordels .......................... 129-131,138Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen...............132, 136, 137, 139, 141-143Ventilatie........................................14, 19,63-65Ventilatieroosters............................................63Vergrendeling kofferdeksel.............................55Ver keer sinformatie (TA)........................227,274
Ver keer sinfor matie (TMC)...................226, 227Verklikkerlampjes................................23,27,28Ver lichting overdag.......................................111Ver snellingshendel ..........................................19Verwarming.........................................14, 19, 65Voorstoelen.....................................................57
Waarschuwingssignaal sleutelin contact ......................................................78Waarschuwing vergeten verlichting..............110Wassen (adviezen)........................................181Wiel demonteren...........................................154
Wiel monteren...............................................154Wiel verwisselen...................................151, 152Window-airbags ....................................134, 135
V
Stop & Start........42, 70,92,172, 185, 188,196Streaming audio Bluetooth ..........240,243,280Stuurkolomschakelaars................................271Stuurslot .......................................................... 47Stuurwiel (verstellen)......................................60Synchroniseren afstandsbediening................49
T
Tankbeveiliging.............................................190Technische gegevens ...................198-200,202Te l a ag brandstofniveau................................188Telefoon................................250,252, 253, 255Te m p e r a t u u r r egeling .......................................67Tijdelijke bandenspanning (met set).............145Tijd instellen....................................................43TMC (verkeersinformatie) .............................226Toevoer van buitenlucht..................................67To u c h s creen............................................40, 209Trekhaak........................................................179
U
Uitschakelen airbag passagier.....................r132Updaten risicozones .....................................222USB...............................................................240USB-aansluiting ......................................73,278USB-poort .....................................................240
W
Z
Zekeringen....................................................166Zekeringen vervangen..................................166Zekeringkast dashboard ...............................166Zekeringkast motorruimte.............................166Zij-airbags .............................................134,135Zijknipperlicht................................................162Zonnescherm (panoramadak)........................56Zuinig rijden....................................................19