Onderhoud
38
7
Controleren bandenspanning Controleer de bandenspanning minstens eenmaal per maand.
Controleer ook de spanning van het
reservewiel.
Controle
Gebruik een goed kwaliteit meter om
de bandenspanning te meten. Het isonmogelijk de bandenspanning tebeoordelen door alleen naar de
banden te kijken. Radiaalbanden
lijken ook op de juiste spanning tezijn als de bandenspanning te laag
is. Controleer de bandenspanning bij
koude banden. - "Koude" banden wil
zeggen dat er de laatste drie uur nietmet de auto is gereden of niet meerdan 1,6 km. Verwijder de ventieldop. Druk de
bandenspanningsmeter stevig op het
ventiel om de spanning te meten. Als
de bandenspanning overeenkomt
met de aanbevolen druk op de band
en het informatielabel, hoeft hij niet
te worden aangepast. Corrigeer de
bandenspanning tot het aanbevolen
niveau als de spanning te laag is.
Druk als de bandenspanning te hoog is het metalen pennetje in het
midden van het ventiel in om lucht uit
de band te laten lopen. Controleer debandenspanning opnieuw met de
bandenspanningsmeter. Plaats de
ventieldopjes altijd terug op de
ventielen. Ze zorgen ervoor dat er
geen vuil of vocht in de ventielen
terechtkomt waardoor er lekkenkunnen ontstaan.
OPMERKING - Bandenspanning
Let altijd op het volgende:
Controleer de bandenspanning bij koudebanden. (Nadat er de laatste drie uur niet met de auto isgereden of niet meer dan 1,6km.)
Controleer ook altijd de spanning van het reservewiel.
Overschrijd het laadvermogen van de auto niet. Plaats niet teveel bagage op het roof rackals uw auto hiermee isuitgerust.
Versleten, oude banden kunnen ongelukkenveroorzaken. Vervang eenband als het profiel ergversleten is of als de band beschadigd is.