GROEP 1Kinderen met een gewicht tussen 9 en 18 kg mogen vooruit geplaatst
vervoerd worden fig. 97.
De afbeeldingen dienen slechts ter illustratie van de
montage. Monteer het kinderzitje overeenkomstig de
aanwijzingen, die de fabrikant verplicht moet bijsluiten
voor dit kinderzitje.Er zijn kinderzitjes met Isofix bevestigingen
beschikbaar, waarmee het zitje veilig met de stoel
verankerd kan worden zonder de veiligheidsgordels
van de auto te gebruiken.
GROEP 2Kinderen met een gewicht tussen 15 en 25 kg mogen rechtstreeks de
veiligheidsgordels van de auto gebruiken fig. 98.
Het kinderzitje is in dit geval nodig om het kind correct ten opzichte
van de gordels te plaatsen, zodat het diagonale gordelgedeelte schuin
over de borst en nooit langs de nek ligt; het horizontale gordelgedeelte
moet over het bekken en niet over de buik liggen.
fig. 97
A0J0371
fig. 98
A0J0099
136WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Belangrijkste
veiligheidsvoorschriften die voor het
vervoeren van kinderen opgevolgd
moeten worden❒Monteer kinderzitjes altijd op de achterbank, omdat die plaats bij
een ongeval de meeste bescherming biedt;
❒Als de airbag van de passagier voorin buiten werking is gesteld,
controleer dan of het lampje op het instrumentenpaneel brandt
om er zeker van te zijn dat deze airbag daadwerkelijk is
uitgeschakeld.
❒Neem de aanwijzingen die de producent verplicht bij het kinderzitje
moet leveren zorgvuldig in acht. Bewaar deze aanwijzingen samen
met de overige documenten en dit instructieboekje in de auto.
Gebruik geen gebruikte kinderzitjes waarvan de
gebruiksaanwijzingen ontbreken;
❒controleer of de gordel goed is vastgemaakt door eraan te trekken;
❒elk tegenhoudsysteem is bedoeld voor slechts één kind: vervoer nooit
twee kinderen in een zitje;
❒controleer altijd of de gordel niet langs de nek van het kind loopt;
❒controleer tijdens het rijden dat het kind geen verkeerde houding
aanneemt of de gordels losmaakt;
❒vervoer kinderen nooit op schoot, ook geen pasgeborenen.
Niemand is in staat om een kind vast te houden bij een ongeval;
❒na een ongeval moet het kinderzitje door een nieuw exemplaar
worden vervangen.
INBOUWVOORBEREIDING
UNIVERSEEL "ISOFIX"
KINDERZITJEDe auto is voorbereid op de montage van een “Isofix Universeel”-
kinderzitje; een nieuw gestandaardiseerd Europees systeem voor het
veilig vervoeren van kinderen.
Een Isofix-kinderzitje kan naast een conventionele kinderzitjes worden
gemonteerd.
Ter illustratie is een Isofix Universeel-kinderzitje voor gewichtsgroep 1
weergegeven op fig. 100.
Voor andere gewichtsgroepen zijn specifieke Isofix-kinderzitjes
voorzien. Deze kinderzitjes kunnen alleen worden gebruikt als het
speciaal voor deze auto is ontworpen, getest en goedgekeurd (zie
overzicht auto’s met bijbehorende kinderzitje).
BELANGRIJK De zitplaats midden op de achterbank is niet geschikt
voor gebruik van alle typen Isofix kinderzitjes
139WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
MONTAGE UNIVERSEEL ISOFIX
KINDERZITJEGa als volgt te werk:
❒bevestig het kinderzitje aan de daarvoor bedoelde onderste metalen
ringen A fig. 101, die tussen de rugleuning en de zitting van de
achterbank zitten;❒bevestig de bovenste riem (bij het kinderzitje geleverd) aan de
beugel B fig. 102 op de achterkant van de rugleuning.
Een Isofix-kinderzitje kan naast een conventionele kinderzitjes worden
gemonteerd. Bij Isofix Universeel-kinderzitjes moeten alle zitjes
goedgekeurd zijn volgens de ECE R44/03-richtlijn “Universeel Isofix".
fig. 100
A0J0093
fig. 101
A0J0092
fig. 102
A0J0335
140WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
In het Alfa Romeo Lineaccessori-assortiment is een “Universeel Isofix”
“Duo Plus”-kinderzitje en het speciale "G 0/1 S" zitje beschikbaar.
Zie het bij het kinderzitje geleverde instructieboekje voor meer
informatie over de montage en/of het gebruik.
Monteer het kinderzitje alleen bij stilstaande auto. Het
kinderzitje is op de juiste wijze aan de beugels
bevestigd als de vergrendeling hoorbaar vastklikt. De
instructies voor de montage, de demontage en de plaatsing
moeten in elk geval worden nageleefd. De fabrikant van het
kinderzitje is verplicht deze instructies bij het kinderzitje te
leveren.
141WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
GESCHIKTHEID VAN DE ZITPLAATSEN VOOR GEBRUIK VAN HET ISOFIX
UNIVERSEEL KINDERZITJEIn de onderstaande tabel worden, conform de Europese regelgeving ECE 16, de verschillende mogelijkheden weergegeven van de montage van
Universeel Isofix kinderzitjes op de stoelen die zijn uitgerust met Isofix-beugels.Gewichtsgroep Richting zitjeKlasse Isofix
bevestigingInzittende achter
linkerkant rechterkant
Draagbaar wiegjeTegen rijrichting in F
XX
Tegen rijrichting in G
XX
Groep 0 tot 10 kg Tegen rijrichting in E
XX
Groep 0+ tot 13 kgTegen rijrichting in E
XX
Tegen rijrichting in D
XX
Tegen rijrichting in C
XX
Groep 1 van 9 tot 18 kgTegen rijrichting in D
XX
Tegen rijrichting in C
XX
In de rijrichting B
IUF IUF
In de rijrichting BI
IUF IUF
In de rijrichting A
XX
X: Isofix plaats niet geschikt voor Isofix-kinderzitjes in deze gewichtsgroep en/of maatklasse.
IUF: Geschikt voor Isofix kinderzitjes uit de universele klasse (met derde bevestigingspunt boven) die in de rijrichting bevestigd moeten worden endie goedgekeurd zijn
voor het gebruik voor de specifieke gewichtsgroep
142WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Code-card ........................................... 40
Contactslot........................................... 48
– Stuurslot ......................................... 49
Cruise-control ...................................... 76Dagverlichting (DRL) ........................... 70
Dashboardkastverlichting
– lamp vervangen .............................. 180
Dashboard .......................................... 3
De auto langdurig stallen ...................... 158
De motor starten .................................. 149
De motor starten .................................. 159
– Rollend starten ................................ 160
– Starten met hulpaccu ....................... 159
Derde remlicht
– lamp vervangen .............................. 178
De sleutels ........................................... 40
– Code-card ...................................... 40
– Sleutel met afstandsbediening........... 41
– Sleutel zonder afstandsbediening ..... 41
Diefstalalarm ....................................... 46
Dieselfilter ........................................... 208
Dimlicht
– lamp vervangen .............................. 176
Display................................................ 22DST systeem (Dynamic Steering
Torque) .............................................. 106
Dynamic suspension (actief
schokdempersysteem) ......................... 114
Een lamp vervangen ........................... 172
– Algemene instructies ........................ 172
Een wiel vervangen .............................. 160“Electronic Q2” (“E-Q2”) .................... 106Elektrische ruitbediening ...................... 92
– Bedieningselementen ....................... 92
Elektrisch stuurbekrachtiging ................. 116
EOBD-systeem ..................................... 115
Extra verwarming................................. 69Fix&Go Automatic kit .......................... 167"Follow me home" systeem .................. 72Frontairbag bestuurderszijde ............... 144
Frontairbag passagierszijde .................. 144
Frontairbags ........................................ 143G
ear Shift Indicator ............................ 24
Gebruik van de versnellingsbak............. 152
Geprogrammeerd onderhoudsschema ... 194
Gewichten ........................................... 244
Gordelspanners ................................... 131
– Krachtbegrenzers ............................ 131Grootlicht ............................................ 71
– lamp vervangen .............................. 175
Grootlichtsignaal .................................. 71
H
andrem ........................................... 151
Herconfigureerbaar multifunctioneel
display .............................................. 23
Hill Holder ........................................... 104
Hoofdairbags (window bags) ................ 146
Hoofdsteunen....................................... 53
– “Anti-Whiplash” voorziening............ 53
– Hoofdsteunen achter ........................ 54
– Hoofdsteunen voor .......................... 53
Identificatiegegevens
– Chassisnummer ............................... 220
– identificatieplaatje carrosserielak ...... 220
– motorcode ...................................... 220
– typeplaatje met
identificatiegegevens ....................... 219
Imperiaal/skidrager ............................. 100
Inbouwvoorbereiding voor autoradio ..... 116
Inbouwvoorbereiding voor
draagbaar navigatiesysteem ............... 117
Inbouwvoorbereiding voor "Isofix"
kinderzitje ......................................... 139
Installatie van elektrische/
elektronische systemen ........................ 118
302WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER
Instaplichten in de spiegels
– lamp vervangen .............................. 181
Instapverlichting ................................... 73
– lamp vervangen .............................. 180
Instrumentenpaneel .............................. 4
– Herconfigureerbaar
multifunctioneel display.................... 5
– Multifunctioneel display ................... 4
Interieur (reiniging)............................... 217
Interieuruitrusting ................................. 84Kentekenverlichting
– lamp vervangen .............................. 178
Klimaatcomfort .................................... 57
– Uitstroomopeningen/roosters ........... 57
Klimaatregeling / verwarming .............. 58
Knie-airbag bestuurderszijde ................ 145
Koelvloeistoftemperatuurmeter ............... 6
Koplampen .......................................... 101
– Hoogteregeling koplampen .............. 101
– Koplampafstelling in het
buitenland ...................................... 102
– lamp vervangen .............................. 175
– Lichtbundel afstellen......................... 101
Koplampsproeiers ................................ 214
Koppeling............................................ 230Krik ..................................................... 161
Lampen
– typen lampen .................................. 173
Lampjes op instrumentenpaneel ............. 6
lamp vervangen ............................ 177-178
– interieurverlichting........................... 179
Lamp vervangen
– buitenverlichting .............................. 175
Lichtunits
– achterlichtunits (lamp vervangen)...... 177
– koplampunits (lamp vervangen) ........ 175
Luchtfilter ............................................. 208M
enuopties ....................................... 27
Milieubescherming ............................... 127
– Roetfilter (DPF) ................................ 127
Mistachterlichten/achteruitrijlicht ........... 178
Mistachterlicht ...................................... 82
Mistlampen voor ............................. 82-177
Montage universeel isofix kinderzitje ..... 140
Motorcodes.......................................... 221
Motorkap ............................................ 98
– Openen .......................................... 98
– Sluiten ............................................ 99
Motor
– code............................................... 220– identificatiecodes............................. 221
– technische gegevens ........................ 223
– vloeistofniveau van het
motorkoelsysteem ............................ 207
Motorolie
– niveau controleren ........................... 206
– verbruik .......................................... 206
Motorruimte
– niveaus controleren.......................... 199
Motorruimte
– reinigen .......................................... 216
MSR .................................................... 105
Multifunctioneel display ........................ 22
O
nderhoud en zorg
– geprogrammeerd onderhoud ........... 193
– geprogrammeerd
onderhoudsschema ......................... 194
– intensief gebruik van de auto ........... 198
– periodieke controles......................... 198
Opbergvak .......................................... 84
Opheffen van het voertuig .................... 191
Parkeer-/dagverlichting (DRL)
– lamp vervangen .............................. 175
Parkeerlichten ...................................... 70
Parkeer-/remlichten .............................. 177
303WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER