HANDMATIGE AFSTEMMINGOp deze manier kunnen de stations handmatig op de
geselecteerde golfband gezocht worden.
Kies de gewenste golfband en druk vervolgens herhaaldelijk kort
op de
of
toets om het zoeken in de gekozen richting te
starten.
Als de
of
toets langer ingedrukt wordt gehouden, dan start
het snel zoeken. Dit stopt wanneer de toets wordt losgelaten.
AUTOSTORE FUNCTIE(automatische opslag stations)
Houd, voor het inschakelen van de AutoSTore-functie, de FM AS-
toets ingedrukt totdat een geluidssignaal wordt gehoord. Met deze
functie slaat de radio automatisch de 6 stations met het in
afnemende volgorde sterkste signaal op de FMA-golfband op.
Tijdens het automatische opslagproces, knippert het opschrift
"Autostore" op de display.
Druk nogmaals op de FM AS-toets om de AutoSTore-functie te
onderbreken: de radio zal opnieuw op het station afstemmen dat
vóór inschakeling van de functie beluisterd werd.
Na beëindiging van de AutoSTore-functie, stemt de radio
automatisch af op het eerste voorkeuzestation op de FMA-
golfband aan de voorkeuzezijde 1.
De stations die op dat moment een sterk signaal hebben, worden
vervolgens automatisch in de gekozen golfband onder de toetsen 1
t/m 6 opgeslagen.Wanneer de AutoSTore-functie binnen de MW-golfband wordt
ingeschakeld, dan wordt automatisch de FMA-golfband
geselecteerd, waar de functie wordt uitgevoerd.
OpmerkingSoms slaagt de AutoSTore-functie er niet in 6
stations met een voldoende sterk signaal te vinden. In dat geval
worden de sterkste stations onder de vrije voorkeuzetoetsen
opgeslagen.
OpmerkingWanneer de AutoSTore-functie wordt ingeschakeld,
worden de eerder opgeslagen stations op de FMA-golfband
gewist.
ONTVANGST VAN NOODBERICHTENDe autoradio kan in de RDS-modus noodberichten ontvangen in
geval van uitzonderlijke omstandigheden of situaties die gevaar
van algemene aard kunnen opleveren (aardbevingen,
overstromingen enz.), indien deze worden uitgezonden door het
station waarop is afgestemd.
Deze functie wordt automatisch ingeschakeld en kan niet worden
uitgeschakeld.
Tijdens het uitzenden van een alarmbericht verschijnt op de display
het opschrift "Alarm". Het volume van de radio verandert tijdens
dit bericht op dezelfde wijze als bij verkeersinformatie.
265AUTORADIO
Wanneer een CD wordt ingebracht, verschijnt op de display het
symbool "CD-IN" en het opschrift "CD Reading". Deze blijven
weergegeven totdat de autoradio de op de CD aanwezige
nummers heeft gelezen. Hierna begint de autoradio automatisch
het eerste nummer af te spelen.
Druk op de
toets bij ingeschakelde radio om het automatisch
uitwerpen van de CD te activeren. Na het uitwerpen wordt de
audiobron ingeschakeld die beluisterd werd voordat de CD werd
afgespeeld.
Als de CD niet uit de autoradio wordt verwijderd, dan wordt de
CD na circa 20 seconden automatisch opnieuw geladen en wordt
afgestemd op de Tuner (Radio).
De CD kan niet worden uitgeworpen als de autoradio
uitgeschakeld is.
Als de uitgeworpen CD weer in de speler wordt geplaatst zonder
dat hij volledig uit de sleuf is verwijderd, dan schakelt de radio niet
over op de CD-speler.
Mogelijke foutmeldingen
Als de geladen CD niet kan worden gelezen (bijv. als een CD-ROM
is ingebracht of een CD andersom is ingebracht, of als er een
leesfout is), verschijnt op de display het opschrift "CD Disc error".
Daarna wordt de CD uitgeworpen en hoort men de audiobron die
ingeschakeld was voordat de CD-speler werd gekozen.
Wanneer een externe audiobron is ingeschakeld (TA, ALARM of
Phone), wordt de CD die niet gelezen kan worden niet
uitgeworpen zolang deze functies niet beëindigd zijn. Hierna toont
de display bij ingeschakelde CD-speler enkele seconden het
opschrift "CD Disc error" en wordt de CD uitgeworpen.
DISPLAY-INFORMATIEWanneer de CD-speler werkt, verschijnt op de display de volgende
informatie:
❒"CD Track 5": geeft het tracknummer op de CD aan;
❒"03:42": geeft de verstreken speelduur vanaf het begin van het
nummer aan (als de betreffende menufunctie is ingeschakeld).KEUZE VAN NUMMER
(vooruit/achteruit)Druk kortstondig op de
toets om het vorige CD-nummer en op
knop om het volgende nummer af te spelen.
De nummers worden achter elkaar afgespeeld: het eerste nummer
wordt na het laatste nummer geselecteerd en andersom.
Als het nummer langer dan 3 seconden wordt afgespeeld en op detoets wordt gedrukt, wordt het nummer vanaf het begin
herhaald.
Als men in dat geval het vorige nummer wil beluisteren, drukt men
tweemaal op de toets.
SNEL VOORUIT-/TERUGSPOELEN VAN
NUMMERSHoud de
toets ingedrukt om het gekozen nummer snel vooruit te
spoelen en de
toets om het nummer snel achteruit te spoelen.
Het snel vooruit-/ terugspoelen wordt onderbroken zodra de toets
wordt losgelaten.
267AUTORADIO
PAUZE-FUNCTIEDruk, om de CD-speler in de pauzestand te zetten, op de MUTE-
toets. Het opschrift "CD Pause" verschijnt op de display.
Druk, om het nummer weer af te spelen, opnieuw op de MUTE-
toets.
Als een andere audiobron wordt gekozen, dan wordt de pauze-
functie uitgeschakeld.
CD MP3-SPELERINLEIDINGDit hoofdstuk beschrijft uitsluitend de varianten voor wat betreft de
werking van de CD MP3-speler: zie voor een beschrijving van de
werking van de autoradio de hoofdstukken “Radio" en "CD MP3-
speler”.
OPMERKING MPEG Layer-3 audio decoding technology licensed
from Fraunhofer IIS and Thomson multimedia.MP3 WERKINGBehalve het afspelen van normale audio-CD’s, kan de autoradio
ook CDROM’s afspelen waarop gecomprimeerde audiobestanden
in MP3-formaat zijn geregistreerd. De autoradio werkt zoals
beschreven in het hoofdstuk "CD-speler", wanneer een normale
audio-CD wordt ingebracht.
Voor een optimale weergave wordt geadviseerd om CD's van
goede kwaliteit te gebruiken die met de laagst mogelijke snelheid
gebrand zijn.
De bestanden op een MP3 CD zijn in mappen gestructureerd die
lijsten maken van alle mappen met MP3-nummers (mappen en
submappen worden allemaal op hetzelfde niveau weergegeven):
de mappen die geen MP3-nummers bevatten, kunnen niet
geselecteerd worden.
268
AUTORADIO
De kenmerken en de werking voor de weergave van MP3-
bestanden zijn als volgt:
❒de gebruikte CD-ROM’s moeten zijn gebrand volgens de ISO
9660 standaard;
❒de muziekbestanden moeten de extensie “.mp3” hebben:
bestanden met een andere extensie kunnen niet afgespeeld
worden;
❒de volgende weergavefrequenties kunnen afgespeeld worden:
44.1 kHz, stereo (96 tot 320 kbit/s) - 22.05 kHz, mono of
stereo (32 tot 80 kbit/s);
❒nummers met een variabele bit-rate kunnen afgespeeld worden.
OpmerkingDe namen van de nummers mogen niet de volgende
tekens bevatten: spaties , ' (apostrofs), ( en ) (haakjes openen en
sluiten). Zorg er tijdens het branden van een MP3-CD voor dat de
bestandsnamen deze tekens niet bevatten; als dit wel het geval is,
dan kan de autoradio de betreffende nummers niet afspelen.KEUZE VAN MP3-SESSIES OP HYBRIDE
DISKSAls een hybride disk (Mixed Mode, Enhanced, CD-Extra) wordt
ingebracht die ook MP3-bestanden bevat, dan begint de autoradio
automatisch met het afspelen van de audiosessie. Tijdens het
afspelen kan worden overgeschakeld naar de MP3-sessie door de
MEDIA-toets langer dan 2 seconden ingedrukt te houden.
OpmerkingWanneer de functie geactiveerd wordt, kan de
autoradio enkele seconden nodig hebben voordat het afspelen
start. Tijdens de controle van de disk, toont de display het opschrift
“CD READING”. Als er geen MP3-bestanden worden gedetecteerd,
hervat de autoradio het afspelen van de audiosessie vanaf het
punt, waarop deze onderbroken werd.
DISPLAY-INFORMATIEWeergave ID3-TAG-informatie
De autoradio kan niet alleen informatie over de verstreken
speelduur, naam van de map en van het bestand weergegeven,
maar ook ID3-TAG-informatie over de Titel, Artiest en Auteur van
het nummer.
De naam van de MP3-map die op de display wordt getoond, komt
overeen met de naam waarmee de CD-map is opgeslagen,
gevolgd door een asterisk.
Voorbeeld van een MP3-mapnaam: BEST OF *.
Wanneer voor weergave van de ID3-TAG informatie (Titel, Artiest,
Album) is gekozen die niet voor het afgespeelde nummer is
opgeslagen, dan wordt deze informatie vervangen door de naam
van het bestand.KEUZE VAN VOLGENDE/VORIGE MAPDruk op de
toets om een van de volgende mappen te kiezen of
druk op detoets om een vorige map te kiezen.
De display toont het nummer en de naam van de map (bijv. "DIR 2
XXXXXX").
XXXXXX: naam van de map (de display toont alleen de eerste 8
tekens).
De mappen worden achter elkaar geselecteerd: de eerste map
wordt na de laatste map geselecteerd en andersom.
Als binnen 2 seconden geen enkele andere map/nummer wordt
geselecteerd, dan wordt het eerste nummer van de nieuwe map
afgespeeld.
Als het laatste nummer van de op dat moment gekozen map wordt
afgespeeld, dan wordt de volgende map afgespeeld.
269AUTORADIO
CBC (Cornering Brake Control)
systeem ............................................. 103
Centrale portiervergrendeling................ 76
CO2-emissie ........................................ 239
Code-card ........................................... 34
Contactslot........................................... 42
– Stuurslot ......................................... 42
Cruise-control ...................................... 70Dagverlichting (DRL) ........................... 64
Dashboardkastverlichting
– lamp vervangen .............................. 173
Dashboard .......................................... 3
De auto langdurig stallen ...................... 150
De motor starten .................................. 142
De motor starten .................................. 151
– Rollend starten ................................ 152
– Starten met hulpaccu ....................... 151
Derde remlicht
– lamp vervangen .............................. 170
De sleutels ........................................... 34
– Code-card ...................................... 34
– Sleutel met afstandsbediening........... 35
– Sleutel zonder afstandsbediening ..... 35
Diefstalalarm ....................................... 40
Dieselfilter ........................................... 201
Dimlicht– lamp vervangen .............................. 167
Display................................................ 18
DST systeem
(Dynamic Steering Torque) .................. 104
Dual pinion stuurbekrachtiging .............. 112
Een lamp vervangen ........................... 163
– Algemene instructies ........................ 163
Een wiel vervangen .............................. 152“Electronic Q2” (“E-Q2”) .................... 104Elektrische ruitbediening ...................... 90
– Bedieningselementen ....................... 90
EOBD-systeem ..................................... 112
ESC (Electronic Stability Control)
systeem ............................................. 102
Extra verwarming................................. 64Fix&Go Automatic kit .......................... 158"Follow me home" systeem .................. 66Frontairbag bestuurderszijde ............... 137
Frontairbag passagierszijde .................. 138
Frontairbags ........................................ 137G
ear Shift Indicator ............................ 20
Gebruik van de versnellingsbak............. 145
Geprogrammeerd onderhoudsschema ... 187
Gewichten ........................................... 230Gordelspanners ................................... 125
– Krachtbegrenzers ............................ 125
Grootlicht ............................................ 66
– lamp vervangen .............................. 166
Grootlichtsignaal .................................. 66
H
andbediende airconditioning ............ 53
Handrem ............................................. 144
Herconfigureerbaar multifunctioneel
display .............................................. 19
Hill Holder ........................................... 102
Hoofdairbags (window bags) ................ 139
Hoofdsteunen....................................... 46
– “Anti-Whiplash” voorziening............ 46
– Hoofdsteunen achter ........................ 47
– Hoofdsteunen voor .......................... 46
Identificatiegegevens
– Chassisnummer ............................... 211
– identificatieplaatje carrosserielak ...... 211
– motorcode ...................................... 211
– typeplaatje met
identificatiegegevens ....................... 210
Imperiaal/skidrager ............................. 99
Inbouwvoorbereiding voor autoradio ..... 113
Inbouwvoorbereiding voor
draagbaar navigatiesysteem ............... 114
276WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER
Inbouwvoorbereiding voor "Isofix"
kinderzitje ......................................... 134
Installatie van elektrische/
elektronische systemen ........................ 114
Instapverlichting ................................... 67
– lamp vervangen .............................. 173
Instrumentenpaneel .............................. 4
– Herconfigureerbaar
multifunctioneel display.................... 5
– Multifunctioneel display ................... 4
Interieur (reiniging)............................... 209
Interieuruitrusting ................................. 78Kentekenverlichting
– lamp vervangen .............................. 170
Klimaatcomfort .................................... 52
– Uitstroomopeningen/roosters ........... 52
Klimaatregeling.................................... 50
– Luchtrooster achter .......................... 51
– Luchtroosters aan zijkant .................. 50
– Luchtroosters boven ......................... 51
– Luchtroosters in het midden .............. 50
Koelvloeistoftemperatuurmeter ............... 6
Koplampen .......................................... 100
– Hoogteregeling koplampen .............. 100
– Koplampafstelling in het
buitenland ...................................... 100– lamp vervangen .............................. 166
– Lichtbundel afstellen......................... 100
Koplampsproeiers ................................ 206
Koppeling............................................ 219
Krik ..................................................... 153
Lampen
– typen lampen .................................. 164
Lampjes op instrumentenpaneel ............. 6
lamp vervangen ..................... 167-168-169
– interieurverlichting........................... 171
Lamp vervangen
– buitenverlichting .............................. 166
Lichtunits
– achterlichtunits (lamp vervangen)...... 168
– koplampunits (lamp vervangen) ........ 166
Luchtfilter ............................................. 201M
enuopties ....................................... 22
Milieubescherming ............................... 121
– Roetfilter (DPF) ................................ 121
Mistachterlichten .................................. 75
Mistlampen voor ............................. 75-167
Mistlichten/mistachterlichten ................. 169
Montage universeel isofix kinderzitje ..... 135
Motorcodes.......................................... 212
Motorkap ............................................ 98– Openen .......................................... 98
– Sluiten ............................................ 98
Motor
– code............................................... 211
– identificatiecodes............................. 212
– technische gegevens ........................ 214
– vloeistofniveau van het
motorkoelsysteem ............................ 199
Motorolie
– niveau controleren ........................... 199
– verbruik .......................................... 199
Motorruimte
– niveaus controleren.......................... 194
Motorruimte
– reinigen .......................................... 208
MSR .................................................... 103
Multifunctioneel display ........................ 18
O
nderhoud en zorg
– geprogrammeerd onderhoud ........... 186
– geprogrammeerd
onderhoudsschema ......................... 187
– intensief gebruik van de auto ........... 193
– periodieke controles......................... 193
Opbergvakken ..................................... 78
Opheffen van het voertuig .................... 184
Parkeer-/dagverlichting (DRL)
277WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER