3-1
234
5
6
7
8
9
FUNCTIES VAN DE EC-03
DAU50470
Kenmerken De EC-03 heeft de volgende kenmerken:
De voedingsbron is alleen elektrisch
en er hoeft geen brandstof worden bij-
gevuld of motorolie worden ververst.
Hoogpresterende motor met sterk ge-
reduceerd geluidsniveau en minder
trillingen zorgt voor een plezierige rit.
Het opladen van de machine vindt
plaats via een geaard stopcontact met
aardlekschakelaar.
DAU53920
Afgelegde afstand OPMERKINGDe afstand die u kunt afleggen op een en-
kele lading hangt af van de rij- en wegom-
standigheden.
Deze omstandigheden bestaan uit het aan-
tal keer starten en stoppen, de belasting
van de machine, steilte van hellingen, we-
gomstandigheden, windrichting en -snel-
heid, omgevingstemperatuur, laadstatus,
afgenomen accuprestaties en lage banden-spanning.
Afgelegde afstand op een enkele lading
De gegevens in het volgende diagram zijn
gemeten bij Yamaha Motor Co., Ltd. met
machines met een nieuwe accu, bij een om-
gevingstemperatuur en belasting van de
machine (totaal gewicht van rijder en baga-
ge) zoals vermeld, op een droog wegdek
zonder wind.
OPMERKINGDe maximale steilte waar de machine op
kan rijden, is een helling van circa 16% (on-
Model met maximum
van 25 km/hModel met maximum
van 30 km/h
Rijomstandigheden
Afgelegde afstand (km)
Rijden op vlakke
weg bij een
constante snelheid
van 25 km/h of
30 km/h
(55 kg belasting
en 25 ˚C)
Stoppen en
starten op vlakke
weg
(75 kg belasting
en 25 ˚C)
Helling
Continu bergop-waarts met hellingvan 3.5%(2 graden)(75 kg belasting
en 25 ˚C)
Stoppen en
starten op vlakke
weg
(75 kg belasting
en 0 ˚C)
1CB-9-DA-D0.book 1 ページ 2012年5月7日 月曜日 午前10時57分
ACCU OPLADEN
6-4
2
3
4
567
8
9
niet vallen en stel deze niet bloot
aan sterke schokken.
Zorg dat u de laadkabel of laadstek-
ker niet opbergt op locaties met
scherpe voorwerpen zoals spijkers.
Ga niet op de laadkabel of laadstek-
ker staan en plaats er geen voor-
werpen op.
Laat de laadkabel of laadstekker
niet achter in de buurt van een ver-
warming of andere warmtebron.
Breng geen wijzigingen aan in de
laadkabel of laadstekker.
Parkeer de machine zorgvuldig zo-
dat de laadkabel niet per ongeluk
bekneld kan raken, iemand op de
laadkabel kan gaan staan of aan de
laadkabel kan worden getrokken.
Zorg ook dat de machine niet kan
worden omgegooid waardoor de
laadkabel of laadstekker wordt uit-
gerekt of beschadigd raakt.
Trek niet aan de laadkabel om de
laadstekker uit het stopcontact te
halen. Trek alleen aan de laadstek-ker.Opladen starten
1. Zet de machine op de middenbok.
2. Draai de sleutel naar “OFF”.
3. Open het zadel. (Zie pagina 4-11 voor meer informatie.)
4. Pak de laadstekker vast en wikkel de laadkabel van de opbergruimte af zo-
als aangegeven. 5. Plaats de laadkabel in een van de
groeven. LET OP: De laadkabel kan
beschadigd raken als u deze niet in
de groef plaatst voordat u het zadel
sluit.
[DCA17460]
6. Sluit het zadel en duw het aan de ach-
1. Laadstekker
2. Laadkabel
1. Groef
1 21
1CB-9-DA-D0.book 4 ページ 2012年5月7日 月曜日 午前10時57分
ACCU OPLADEN
6-5
1
2
3
4
56
7
8
9
terzijde omlaag om het te vergrende-
len.
OPMERKINGControleer of zich niets onder het zadel be-vindt voordat u het zadel sluit.7. Neem de sleutel uit. Vergrendel het stuur en verwijder de sleutel als u de
accu oplaadt, om diefstal te voorko-
men.
8. Controleer de laadstekker op bescha-
digingen. Verwijder stof, vuil, olie en
water zo nodig met een droge doek.
Steek de laadstekker in een geaard
stopcontact met aardlekschakelaar.
WAARSCHUWING
DWA15891
Ter voorkoming van ernstig letsel of
overlijden door elektrische schok of
brand:
Gebruik de laadstekker niet wan-
neer deze een beschadigde of losse
contactpen heeft. Vraag een
Yamaha dealer de machine te con-
troleren.
Controleer de laadstekker op
vreemde materialen zoals stof, vuil,
olie of water voordat u gaat opla-
den. Veeg de laadstekker zo nodig
schoon met een droge doek.
Gebruik geen ongeaarde verlengka-
bel of een verdeelstekker tussen de
laadkabel en het stopcontact.
Gebruik het stopcontact niet tege- lijk voor andere elektrische appara-
tuur. Hierdoor kan het amperage
van het stopcontact worden over-
schreden waardoor het stopcontact
oververhit kan raken.
Zorg dat u de stekker stevig in hetstopcontact steekt.
9. Wanneer u de laadstekker in een stop- contact steekt, wordt het opladen au-
tomatisch gestart. De
1. Laadstekker
1
1CB-9-DA-D0.book 5 ページ 2012年5月7日 月曜日 午前10時57分
ACCU OPLADEN
6-6
2
3
4
567
8
9
accuniveau-indicator wordt weergege-
ven in het display en de zoemer klinkt.
Alle segmenten van de indicator wor-
den gedurende enkele seconden
weergegeven en de voortgang van het
laden wordt weergegeven.
OPMERKING
Direct na het rijden is de temperatuur
van de accu mogelijk hoger dan de
maximale laadtemperatuur van 50 C.
In dat geval wordt naar de wachtmo-
dus geschakeld en knippert “HEAT”
totdat de accu en acculader de opge-
geven temperatuur bereiken. Het opla-
den wordt vervolgens automatisch
gestart.
Als de omgevingstemperatuur lager is
dan –5 C, knippert “COOL” en wordt
naar de wachtmodus geschakeld tot-
dat de accu en acculader de opgege-
ven temperatuur bereiken. Het
opladen wordt vervolgens automatisch
gestart.
Als de accu al volledig is opgeladen
wanneer u de laadstekker in een stop-
contact steekt, toont het display gedu-
rende enkele minuten de volledig
opgeladen status en gaat dan uit. Deacculader laadt de accu niet verder op.
10. U kunt de laadstatus controleren in het display. (Zie pagina 6-9 voor meer in-
formatie over de weergave van de
laadstatus.)
11. U kunt het opladen stoppen of op-
nieuw starten door de laadstekker res-
pectievelijk uit het stopcontact te
nemen of in het stopcontact te steken.
OPMERKING
Tijdens het opladen wordt alleen de
accuniveau-indicator weergegeven in
het display. Het display gaat uit als de
1. Temperatuurindicator “HEAT”
1
1. Temperatuurindicator “COOL”
1
1CB-9-DA-D0.book 6 ページ 2012年5月7日 月曜日 午前10時57分
ACCU OPLADEN
6-8
2
3
4
567
8
9
gebruik uit het stopcontact.
DAU50402
Laadtijd Normaal opladen
De laadtijd hangt af van de rijomstandighe-
den vóór opladen, het resterende accuni-
veau en de omgevingstemperatuur. Het
duurt ongeveer zeven uur om de accu volle-
dig op te laden vanuit een niveau van 0% bij
een optimale omgevingstemperatuur van
15–25 C.OPMERKINGWanneer het laadproces is voltooid, wordt
de voeding van de ingebouwde acculaderautomatisch afgesloten.
Wachtmodus voor opladen
De machine gaat in de volgende gevallen
naar de wachtmodus als de temperatuur
niet geschikt is om op te laden:
Direct na het rijden is de temperatuur
van de accu mogelijk hoger dan de
maximale 50 C. In dat geval wordt
naar de wachtmodus geschakeld en
knippert “HEAT” totdat de accu en ac-
culader de opgegeven temperatuur
bereiken.
Als de omgevingstemperatuur lager is
dan –5 C, knippert “COOL” totdat de
accu en acculader de opgegeven tem-
peratuur bereiken.
Wanneer de temperatuur geschikt is om op
te laden, wordt het opladen automatisch ge-
start.
100
50
0 2.0 4.0 7.0
Laadtijd (uur)
Accuni-
veau
(%)
1CB-9-DA-D0.book 8 ページ 2012年5月7日 月曜日 午前10時57分
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
8-15
2
3
4
5
6
789
De machine rijdt niet weg
Staat de machine in de rijmodus? (Wordt de
bedrijfsstatusindicator “RUN” weergegeven
in het display?)
U kunt alleen met de machine rijden als
deze in de rijmodus staat.
Nadat u het bovenstaande hebt gecontro-
leerd, probeert u opnieuw weg te rijden aan
de hand van de procedures op pagina 7-1
“Voorbereidingen voordat u wegrijdt” en pa-
gina 7-3 “Wegrijden” om de machine op-
nieuw te starten.
Als de machine nog steeds niet wegrijdt,
moet u de machine laten controleren door
een Yamaha-dealer.
Het waarschuwingssymbool “ ”
wordt weergegeven
Draai de sleutel naar “OFF” en vervolgens
terug naar “ON”. Als het waarschuwings-
symbool “ ” nog steeds wordt weerge-
geven, moet u de machine laten controleren
door een Yamaha-dealer.OPMERKINGHoewel het waarschuwingssymbool wordt
weergegeven, kunt u toch met de machine
rijden als de bedrijfsstatusindicator “RUN”
wordt weergegeven en de machine in de rij-modus staat. Er gaat geen lampje branden
Controleer het volgende:
1. Wordt de machine momenteel opgela- den? Lampjes branden niet als de ma-
chine wordt opgeladen.
2. Is de sleutel naar “ON” gedraaid? (Wordt er iets weergegeven in het dis-
play?)
Als er niets wordt weergegeven in het
display, is de automatische uitscha-
kelfunctie mogelijk geactiveerd. Draai
de sleutel naar “OFF” en vervolgens
terug naar “ON”.
3. Werken alle schakelaars goed?
Als u het bovenstaande hebt gecontroleerd
en er nog steeds geen lampje brandt, gaat
u verder met het volgende.
Als de koplamp niet brandt, is de gloei-
lamp mogelijk doorgebrand. Zie pagi-
na 8-11 voor vervangingsprocedures.
Als een achterlicht/rem licht of richtin-
gaanwijzer niet brandt, is de gloeilamp
mogelijk doorgebrand. Zie pagina 8-12
of 8-13 voor vervangingsprocedures.
Als er nog steeds geen lampje brandt, is er
mogelijk een zekering doorgebrand. Vraag
een Yamaha dealer de machine te controle-
ren.
LET OP
DCA11982
Gebruik geen lamp met een ander watta- ge dan is opgegeven,
om ernstige scha-
de aan het elektrisch systeem en
mogelijk brandgevaar te voorkomen.
De motor stopt ti jdens het rijden
Controleer het volgende: 1. Is de accu voldoende opgeladen?
Controleer de accuniveau-indicator.
Als de resterende acculading onvol-
doende is, vervangt u de accu voordat
u verder rijdt.
2. Knippert “HEAT” en is “RUN” uitge- gaan?
De temperatuurbeveiligingsfunctie is
geactiveerd. Draai de sleutel naar
“OFF” en laat de machine afkoelen
voordat u verder rijdt.
Als u het bovenstaande hebt gecontroleerd1. Temperatuurindicator “HEAT”
1
1CB-9-DA-D0.book 15 ページ 2012年5月7日 月曜日 午前10時57分
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
8-18
1
2
3
4
5
6
78
9
Het laadproces bevindt zich in de stand-by-
modus omdat de accutemperatuur hoger is
dan 50 C. Laat de accu afkoelen.
Wanneer de accutemperatuur de opgege-
ven temperatuur bereikt, gaat “HEAT” uit en
wordt het opladen automatisch gestart. (Zie
pagina 6-1 voor meer informatie over “Op-
laadlocatie voor accu”.)
“COOL” knippert in het display tijdens
het opladen
Dit is geen storing.
Het laadproces bevindt zich in de stand-by-
modus omdat de accutemperatuur lager is
dan –5 C.
Ga in dat geval verder met opladen op een
warme locatie.
Wanneer de accutemperatuur de opgege-
ven temperatuur bereikt, gaat “COOL” uit en wordt het opladen automatisch gestart.
(Zie pagina 6-1 voor meer informatie over
“Oplaadlocatie voor accu”.)
Wanneer u de sleutel naar “ON” draait,
klinkt de zoemer en gebeurt het volgen-
de
Het waarschuwingslampje knippert
Het waarschuwingssymbool “ ”
wordt weergegeven
De segmenten van de accuniveau-in-
dicator gaan heen en weer
De indicatoren “PUSH” en “OLD” wor-
den beurtelings weergegeven
De accu is bijna aan het einde van de le- vensduur.
Druk op een van de regelknoppen (zie pagi-
na 4-2) om de zoemer uit te schakelen.
Hiermee gaat de machine naar de
stand-bymodus.
Annuleer de stand-bymodus door opnieuw
op een regelknop te drukken.
Hoewel u nog steeds met de machine kunt
rijden als de bedrijfsstatusindicator “RUN”
wordt weergegeven, is de accu bijna aan
het einde van de levensduur. Neem zo snel
mogelijk contact op met een
Yamaha-dealer om een vervangende accu
te bestellen.
OPMERKINGAls u op een regelknop drukt, stopt de zoe-
mer en schakelt het display naar de
stand-bymodus. Als u niet binnen vijf minu-
ten op een regelknop drukt, wordt de auto-
matische uitschakelfunctie geactiveerd en
wordt alle voeding afgesloten om de accu te
1. Temperatuurindicator “COOL”
1
1. Accuniveau-indicator
2. Waarschuwingslampje
3. Indicator accuc
onditie “PUSH”/“OLD”
4. Waarschuwingssymbool “ ”
2
4
3
1
1CB-9-DA-D0.book 18 ページ 2012年5月7日 月曜日 午前10時57分
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
8-19
2
3
4
5
6
789
beschermen.
Wanneer het opladen wordt gestart,
klinkt de zoemer en geeft het volgende
aan dat de accu aan het einde van de le-
vensduur is
Het waarschuwingslampje knippert
Het waarschuwingssymbool “ ”
wordt weergegeven
De indicatoren “PUSH” en “OLD” wor-
den beurtelings weergegeven in het
display
De accu is aan het einde van de levens-
duur.
Laat de accu vervangen door een
Yamaha-dealer. Druk op een van de regel- knoppen (zie pagina 4-2) om de zoemer uit
te schakelen.
Het display schakelt naar het volgende om
aan te geven dat de accu aan het einde van
de levensduur is.
Neem de laadstekker uit het stopcontact,
waarna alle indicatoren in het display uit-
gaan.
OPMERKING
Totdat u op een van de knoppen drukt,
blijft de zoemer klinken en wordt “End”
weergegeven om het einde van de ac-
culevensduur aan te geven.
De EC-03 is uitgevoerd met een auto-
matische uitschakelfunctie om de accu
te beschermen. Nadat vijf minuten zijn
verstreken, gaat de voeding uit, stopt
de zoemer en gaat het display uit.
De accu kan niet worden opgeladen (de
accuniveau-indicator blijft laag na het
opladen)
Is de laadstekker correct aangesloten op
een stopcontact?
Laad de accu opnieuw op aan de hand van
de procedures die wo rden beschreven in
“Laadprocedure” op pagina 6-3 als u dit
hebt gecontroleerd.
Als u het bovenstaande hebt gecontroleerd
en de accu nog steeds niet kan worden op-
geladen, is er mogelijk een storing in de ac-
culader. Vraag een Yamaha dealer de
machine te controleren.
Er komt een ongewone geur of rook uit
de acculader
Neem de laadstekker onmiddellijk uit het
stopcontact. Vraag een Yamaha dealer de
machine te controleren.
De rijafstand op ee n enkele lading is
sterk afgenomen
De accu is aan het einde van de levens-
duur.
Laat de accu vervangen door een
Yamaha-dealer.
1. Waarschuwingslampje
2. Indicator accuconditie “PUSH”/“OLD”
3. Waarschuwingssymbool “ ”
1
3
2
1. Waarschuwingslampje
2. Indicator einde van acculevensduur “End”
1
2
1CB-9-DA-D0.book 19 ページ 2012年5月7日 月曜日 午前10時57分