Page 203 of 283
199
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
fig. 180 – Uitvoeringen 1.4 95pkF0V0076m
NIVEAUS
CONTROLEREN
A. Motorolievulopening
B. Motoroliepeilstok
C. Koelvloeistof motor
D. Ruitensproeiervloeistof
E. Remvloeistof
F. Accu
G. Olie van stuurbekrachtiging
Rook nooit tijdens werk-
zaamheden in de motor-
ruimte: er kunnen licht ont-
vlambare gassen aanwezig zijn;
brandgevaar.
ATTENTIE!
Belangrijk; tijdens het bij-
vullen mogen de vloei-
stoffen met verschillende
specificaties niet gemengd wor-
den: als de specificaties van de
vloeistoffen verschillen, kan de
auto ernstig beschadigd worden.
fig. 181 - Uitvoeringen 1.4 T-JETF0V0390m
Page 204 of 283
200
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
fig. 183 - Uitvoeringen 1.3 Multijet met DPFF0V0189m
A. Motorolievulopening
B. Motoroliepeilstok
C. Koelvloeistof motor
D. Ruitensproeiervloeistof
E. Remvloeistof
F. Accu
G. Olie van stuurbekrachtiging
fig. 182 – Uitvoeringen 1.3 Multijet zonder DPFF0V0187m
Page 205 of 283
201
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
fig. 184 - Uitvoeringen 1.6 Multijet F0V0190m
fig. 185 – Uitvoeringen 2.0 Multijet
A. Motorolievulopening
B. Motoroliepeilstok
C. Koelvloeistof motor
D. Ruitensproeiervloeistof
E. Remvloeistof
F. Accu
G. Olie van stuurbekrachtiging
F0V0160m
Page 206 of 283

MOTOROLIE fig. 180-181-182-183-184-185
Controleer het oliepeil als de auto op een vlakke onder-
grond staat en enige minuten (circa 5) na het uitzetten van
de motor.
Het oliepeil moet altijd tussen het MIN- en MAX-merk-
teken op de oliepeilstok B staan.
Het verschil tussen het MIN- en MAX-merkteken komt
overeen met ongeveer 1 liter.
Als het olieniveau dicht bij of onder het MIN-merkteken
staat, moet via de olievulopening A motorolie tot aan het
MAX-merkteken worden bijgevuld.
Het olieniveau mag nooit het MAX-merkteken over-
schrijden.
Motorolieverbruik
Als richtlijn geldt een maximaal motorolieverbruik van on-
geveer 400 gram per 1000 km.
De motor van een nieuwe auto moet nog worden inge-
reden. Dit betekent dat het motorolieverbruik pas na de
eerste 5000 ÷ 6000 km stabiliseert.
BELANGRIJK Het motorolieverbruik hangt af van de rijstijl
en de gebruiksomstandigheden van de auto.
BELANGRIJK Na het bijvullen of het verversen van de olie,
moet u de motor enige seconden laten draaien, vervolgens
de motor uitzetten en na enige minuten het oliepeil con-
troleren.
202
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Wees bij het uitvoeren van werkzaamhe-
den in de motorruimte extra voorzichtig
als de motor nog warm is: gevaar voor verbran-
ding. Onthoud dat bij een warme motor de elek-
troventilateur onverwacht kan inschakelen: kans
op verwonding. Pas op als u sjaals, dassen of los-
zittende kledingstukken draagt: deze kunnen door
de bewegende onderdelen worden gegrepen.
ATTENTIE!
Vul nooit olie bij met andere specificaties
dan de olie waarmee de motor is gevuld.
Afgewerkte motorolie en het vervangen mo-
toroliefilter bevatten stoffen die schadelijk
zijn voor het milieu. Het is raadzaam om
het verversen van de olie en het vervangen van het
oliefilter door het Fiat Servicenetwerk te laten uit-
voeren. Het Fiat Servicenetwerk beschikt over de
uitrusting voor het op milieuvriendelijke wijze en
conform de wettelijke bepalingen verwerken van
afgewerkte olie en oliefilters.
Page 209 of 283

205
OLIE VAN DE STUURBEKRACHTIGING
fig. 180-181-182-183-184-185
Controleer de olie van de stuurbekrachtiging bij een kou-
de motor en als de auto op een vlakke ondergrond staat.
De olie moet tussen het MIN- en MAX-merkteken op het
oliereservoir staan.
Bij zeer warme olie kan de olie boven het MAX-merkte-
ken staan.
Zo nodig kan het niveau worden bijgevuld met olie, die de-
zelfde specificaties moet hebben als de reeds in het sys-
teem aanwezige olie.Het olieverbruik van de stuurbekrachtiging
is zeer laag; als na het bijvullen de olie bin-
nen korte tijd weer moet worden bijgevuld,
moet het systeem door het Fiat Servicenetwerk op
eventuele lekkage worden gecontroleerd.
Houd bij draaiende motor het stuurwiel
niet langer dan 8 seconden aaneengeslo-
ten tegen het einde van de slag gedraaid;
dit veroorzaakt geluid en het systeem kan bescha-
digd worden.
Voorkom dat de olie van de stuurbe-
krachtiging in contact komt met warme
delen van de motor: de olie is licht ontvlambaar.
ATTENTIE!
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 250 of 283

246
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
VULLINGSTABEL
Voorgeschreven brandstof
Originele producten
Loodvrije benzine octaangetal
ten minste 95 R.O.N
(specificatie EN228)
() Diesel voor motorvoertuigen
(specificatie EN590)
Mengsel van gedemineraliseerd
water en
50% PARAFLU
UP(▲)
SELENIA K P.E.
SELENIA WR P.E.
TUTELA TRANSMISSION
GEARFORCE
TUTELA GI/R
TUTELA GI/E
TUTELA TOP 4
Mengsel van water en
TUTELA
PROFESSIONAL SC 35
1.41.6 Multijet
liter
60
8-10
5
2,35
2,7
1,76
_
–
2,2 (*)/
6 (▼)
kg
–
–
2
2,3
1,5
0,900
0,450
_
liter
60
8-10
5,8
–
–
–
_
–
2,2 (*)/
6 (▼)
kg
–
–
2,1
2,45
1,5
0,900
0,450
_
liter
60 ()
8-10
5,2
3
3,2
2
_
–
2,2 (*)/
6 (▼)
kg
–
–
2,5
2,7
1,7
0,900
0,450
_
liter
60 ()
8-10
6,7
4,5
4,9
2
_
–
2,2 (*)/
6 (▼)
kg
–
–
3,6
3,9
1,7
0,900
0,450
_
2.0 Multijet
liter
60 ()
8-10
6,7
4,5
4,9
2
_
–
2,2 (*)/
6 (▼)
kg
–
–
3,6
3,9
1,7
0,900
0,450
_
1.3 Multijet 1.4 T-JET
Brandstoftank:
incl. een reserve van:
Motorkoelsysteem
– met airconditioning:
Motorcarter:
Carter en oliefilter:
Versnellingsbak en
differentieel:
Hydraulische
stuurbekrachtiging
Hydraulisch
remcircuit met ABS:
Vloeistofreservoir
ruitensproeiers en
achterruitsproeier
(▲) Onder extreem koude klimatologische omstandigheden raden wij een mengsel aan van 60% PARAFLUUPen 40% gedemineraliseerd water.
(*) Alleen bij Doblò-uitvoeringen zonder koplampsproeiers.
(▼) Bij uitvoeringen Doblò/ Doblò Combi/ Doblò Cargo met koplampsproeiers.
Page 251 of 283

247
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Als bij dieselmotoren in geval van nood geen originele producten beschikbaar zijn, moeten de smeermiddelen minimaal voldoen aan
de specificaties ACEA C2; in dit geval zijn de optimale prestaties van de motor niet gegarandeerd en is het raadzaam de olie zo snel
mogelijk bij het Fiat Servicenetwerk te laten vervangen door het voorgeschreven smeermiddel.
Het gebruik van producten die niet voldoen aan de specificaties ACEA C2 kan beschadigingen aan de motor veroorzaken die niet door
de garantie gedekt worden.
Vraag voor gebruik onder extreem koude klimatologische omstandigheden het Fiat Servicenetwerk om het juiste product uit de PETRONAS
LUBRICANTS-lijn.
Volledig synthetische olie
SAE 5W-40 met kwalificatie FIAT 9.55535-S2.
Synthetische olie SAE 5W-30
Kwalificatie FIAT 9.55535- S1
VLOEISTOFFEN EN SMEERMIDDELEN
AANBEVOLEN PRODUCTEN EN HUN SPECIFICATIES
Gebruik Specificaties van de vloeistoffen en smeermiddelen Smeermiddelen en Vervangings-voor een correct functioneren van de auto vloeistoffen (originele) interval
Smering
voor
dieselmotorenSmering voor
benzine-
motorenVolgens het
Geprogrammeerde
Onderhoudsschema
Volgens het
Geprogrammeerd
Onderhoudsschema SELENIA K P.E.
Contractual Technical
Reference N° F603.C07
SELENIA WR P.E.
Contractual Technical
Reference N° 510.D07
Page 252 of 283

Mechanische
versnellingsbakken en
differentieels
Homokinetische
koppelingen wielzijde
Homokinetische koppe-
lingen differentieelzijde
Hydraulische stuurbe-
krachtiging
Hydraulische stuurbe-
krachtiging
(koude klimaten)
Hydraulisch remsysteem
en koppelingbediening
Mengverhouding:
50% water en
50% PARAFLU
UP(❑)
Vermengen met diesel-
olie (25 cc per 10 liter)
Onverdund of verdund
met water gebruiken in
ruitensproeiervloeistofre-
servoir
248
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Olie en vetten
voor
krachtoverbren-
gingen
van de motor
Vloeistof voor
ruitensproeiers
en achterruit-
sproeierToevoeging
voor
dieselbrandstofAntivries
voor radiateur Remvloeistof
TUTELA
TRANSMISSION
GEARFORCE
Contractual Technical
Reference F002.F10
TUTELA ALL STAR
Contractual Technical
Reference F702.G07
TUTELA STAR 700
Contractual Technical
Reference F701.C07
TUTELA GI/E
Contractual Technical
Reference F001.C94
TUTELA GI/R
Contractual Technical
Reference F428.H04
TUTELA TOP 4
Contractual Technical
Reference F001.A93
PARAFLU
UP(●)
Contractual Technical
Reference F101.M01
TUTELA DIESEL ART
Contractual Technical
Reference F601.L06
TUTELA PROFESSIONAL
SC 35 Contractual Technical
Reference F201.D02
Synthetische olie SAE 75W.
Kwalificatie FIAT 9.55550-MZ6.
Vet met molybdeenbisulfide voor hoge
bedrijfstemperaturen. Indringingsgetal NLGI 1-2
Kwalificatie FIAT 9.55580.
Specifiek vet met een lage wrijvingscoëfficiënt voor
homokinetische koppelingen. Indringingsgetal NLGI 0-1
Kwalificatie FIAT 9.55580.
Smeermiddel voor automatische transmissies.
Overtreft de specificatie “ATF DEXRON III”
Kwalificatie FIAT 9.55550-AG2.
Synthetische vloeistof voor hydraulische
en elektrohydraulische systemen.
Kwalificatie FIAT 9.55550- AG3.
Synthetische remvloeistof NHTSA N° 116 DOT 4,
ISO 4925, SAE J-1704, CUNA NC 956-01.
Kwalificatie FIAT 9.55597.
Roodgekleurd beschermingsmiddel met antivries op
basis van monoethyleen-glycol met organische
formule. Overtreft de specificaties CUNA NC 956-16,
ASTM D 3306. Kwalificatie FIAT 9.555323.
Vorstbeschermingsmiddel voor dieselbrandstof met
beschermende werking voor dieselmotoren
Mengsel van alcoholen en oppervlakte-actieve stoffen.
Overtreft de specificaties CUNA NC 956-11.
Kwalificatie FIAT 9.55522. Gebruik Specificaties van de vloeistoffen en smeermiddelen Smeermiddelen Toepassing
voor een correct functioneren van de auto en vloeistoffen (originele)
(●) BELANGRIJK Nooit bijvullen of mengen met vloeistoffen waarvan de specificaties afwijken van hetgeen is voorgeschreven.
(❑) Voor extreem koude klimatologische omstandigheden raden wij een mengsel aan van 60%PARAFLUUPen 40% gedemineraliseerd water.