Page 201 of 244
XI
199
AUDIO en DATACOMMUNICAT IE
CD opnemen in de Music Server (3/3)
Toets Functie Werking
Automatische opname eerste track
U kunt voorprogrammeren dat de eerste track automatisch wordt opgeno-
men zodra een CD wordt geplaatst.
Druk tijdens het afspelen van een CD op [^] om het submenu te activeren.
Druk eerst op [REC. Setting], daarna op [REC.] en bevestig met [Back].
Werp de huidige CD uit en plaats een nieuwe CD, de eerste track wordt
automatisch opgenomen.
Als u de eerste track van de huidige CD wilt opnemen, druk dan op [^] om
het submenu te activeren, en vervolgens op [REC. Start].
Wanneer u tijdens de opname een andere track selecteert, wordt de op-
name afgebroken en wordt de geselecteerde track afgespeeld.
Automatische of handmatige opnamestop
Druk tijdens de opname van een CD of track op [^] om het submenu te
activeren.
Druk vervolgens op [REC. Stop] om de opname te stoppen.
Page 204 of 244
XI
202
AUDIO en DATACOMMUNICAT IE
Functie Werking
Selectie van een track of playlist op de Music Server
Toets
Druk achtereenvolgens op de toets MODE en op Music Server.
De playlists worden weergegeven door middel van een doorlopend menu.
De server kan tegelijkertijd een track afspelen en een andere track van
een CD opnemen. Deze kan pas worden afgespeeld als de opname vol-
tooid is.
Een track afspelen
Druk op deze toetsen om achtereenvolgens groepen, playlists of
tracks te selecteren.
U kunt niet rechtstreeks van groepen naar tracks gaan.
Druk op [
Track] om de vorige track af te spelen, of om terug te keren
naar het begin van de huidige track.
Houd de toets ingedrukt voor versneld terugspoelen.
Druk op [Track
] om de volgende track af te spelen.
Houd de toets ingedrukt voor versneld vooruitspoelen.
Een playlist selecteren
Druk op [
Playlist] om de vorige playlist te selecteren.
Druk op [Playlist
] om de volgende playlist te selecteren.
Page 206 of 244

XI
AUDIO en DATACOMMUNICAT IE
MP3- en WMA-CD's
MP3- en WMA-CD's afspelen
Het afspelen begint auto-
matisch zodra een MP3- of
WMA-CD wordt geplaatst.
De tracks op deze CD's
kunnen niet worden opge-
nomen op de Music Server.
Het systeem kan maximaal 400 bestan-
den, 255 mappen en 8 niveau's weer-
geven.
Auteursrecht
Op de muziek die u op uw audiosy-
steem kunt afspelen rust meestal natio-
naal en internationaal auteursrecht. Wij
adviseren u dit auteursrecht te respec-
teren.
Ondersteunde bestandstypen
Bepaalde gebrande CD's kunnen niet
worden afgespeeld op uw audiosy-
steem (afhankelijk van kwaliteit, opna-
mesnelheid, ...).
Kies bij het branden van een CD-R of
CD-RW altijd voor de ISO 9660 stan-
daard, versie 1,2 of Joliet.
Selecteer de laagste brandsnelheid om
de geluidskwaliteit zo hoog mogelijk te
houden.
Het systeem ondersteunt ook de stan-
daarden MPEG1 en MPEG2.
Het systeem ondersteunt bitrates van
32 tot 320 kb/seconde en samplerates
van 16 tot 48 kHz.
Om trackinformatie weer te kunnen
geven (naam artiest, albumtitel, enz...)
dienen de gebrande bestanden te zijn
voorzien van ID3- of WMA-TAGS.
MP3- en WMA-bestanden
De afkorting MP3 staat voor MPEG-
1 Audio Layer 3, waarbij MPEG staat
voor Motion Pictures Experts Group,
een compressiestandaard om digitale
videogegevens op te slaan op bijvoor-
beeld een Video-CD.
Bij MP3-compressie worden uit een
muziekbestand frequenties verwijderd
die voor het menselijk oor niet waar-
neembaar zijn; hiermee kan een au-
diobestand verkleind worden terwijl de
kwaliteit hoog blijft.
Dankzij deze compressie kunnen be-
standen op een Audio-CD zodanig ver-
kleind worden, dat op één CD-R of CD-
RW tot 10 Audio-CD's kunnen worden
opgenomen.
De afkorting WMA staat voor Windows
Media Audio, dit is een andere com-
pressiestandaard van Microsoft.
Hiermee kunnen audiobestanden wor-
den gemaakt en opgeslagen met een
grotere compressierate dan MP3.
Windows Media en Microsoft Corpora-
tion zijn wettig gedeponeerde merkna-
men in de Verenigde Staten en andere
landen.
Page 209 of 244