WEGWIJS IN UW AUTO107
1ABS
Het ABS dat geïntegreerd is in het remsysteem, voorkomt dat tij-
dens het remmen de wielen blokkeren, ongeacht de conditie van
het wegdek en de pedaaldruk, en verhindert daarmee het door-
slippen van een of meerdere wielen. Hierdoor blijft de auto be-
stuurbaar, zelfs bij noodstops.
Het systeem wordt gecompleteerd met een elektronische rem-
drukverdeling EBD (Electronic Braking Force Distribution), die de
remdruk verdeelt tussen de voor- en achterwielen.
BELANGRIJK Voor een maximale werking van het remsysteem is
een inrijperiode nodig van ongeveer 500 km: tijdens deze perio-
de moet bruusk, herhaaldelijk of langdurig remmen worden voor-
komen.
ACTIVERING VAN HET SYSTEEM
Als het ABS in werking is getreden, merkt de bestuurder dit aan
een trilling in het rempedaal, die gepaard gaat met enig geluid: dit
geeft aan dat het noodzakelijk is uw snelheid aan te passen aan
de beschikbare grip op het wegdek.
MECHANICAL BRAKE ASSIST
(remregeling bij noodstops)
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Dit systeem, dat niet kan worden uitgeschakeld, herkent noodstops
(op basis van de snelheid waarmee het rempedaal wordt ingetrapt)
en verhoogt de druk in het remcircuit aanzienlijk.
Als het ABS in werking treedt, dan is de grip vande banden op het wegdek beperkt: u dient uw snel-heid te verlagen en aan te passen aan de be-
schikbare grip.
Het ABS maakt zoveel mogelijk gebruik van de be- schikbare grip maar kan deze niet verhogen. Daar-om moet op gladde weggedeelten altijd voorzich-
tig worden gereden en mogen er geen onnodige risico’s worden genomen.
Als het ABS in werking treedt, merkt u dat aan eentrilling in het rempedaal. Verlaag de remdruk nietmaar houd het rempedaal juist goed ingetrapt; op
deze manier hebt u de kortste remweg in relatie tot de conditie van het wegdek.
108WEGWIJS IN UW AUTO
VDC-systeem
(Vehicle Dynamics Control)
Dit systeem bewaakt de stabiliteit van de auto als de wielen hun
grip verliezen, waardoor de auto beter op koers blijft.
Het VDC-systeem omvat de volgende systemen:
❍Hill Holder
❍ASR
❍Brake Assist
❍MSR
❍CBC
❍„ELECTRONIC Q2” („E-Q2”)
❍DST
ACTIVERING VAN HET SYSTEEM
Dit wordt aangegeven door het knipperen van lampje áop het
instrumentenpaneel: om de bestuurder er op te wijzen dat de au-
to de stabiliteit en de grip dreigt te verliezen.
WERKING VAN HET SYSTEEM
De VDC wordt automatisch ingeschakeld als de motor wordt ge-
start en kan niet worden uitgeschakeld.
HILL HOLDER-SYSTEEM
Dit in de VDC geïntegreerde systeem helpt bij het wegrijden op een
helling.
Het systeem schakelt automatisch in de volgende gevallen in:
❍omhoog: de auto stilstaat op een helling van meer dan 5% met
draaiende motor, ingetrapt rem- en koppelingspedaal en ver-
snellingsbak in vrij of als een andere versnelling dan de ach-
teruit is ingeschakeld;
❍omlaag: de auto stilstaat op een helling van meer dan 5% met
draaiende motor, ingetrapt rem- en koppelingspedaal en als de
achteruit is ingeschakeld.
Tijdens het wegrijden zorgt de regeleenheid van het VDC-systeem
ervoor dat de wielen geremd blijven, totdat het noodzakelijke
motorkoppel is bereikt om weg te rijden (of in ieder geval onge-
veer 1 seconde), zodat u meer tijd heeft om uw rechter voet van
het rempedaal naar het gaspedaal te verplaatsen.
Als u na deze tijd niet bent weggereden, schakelt het systeem
automatisch uit en wordt de remdruk geleidelijk verlaagd. Tijdens
deze fase kunt u een typisch schurend geluid horen: dit betekent
dat de auto ieder moment in beweging kan komen.
BELANGRIJK Het Hill Holder-systeem is geen handrem. Verlaat dus
nooit de auto zonder de handrem aan te trekken, de motor uit te
zetten en een versnelling in te schakelen.
110WEGWIJS IN UW AUTO
BRAKE ASSIST
(remregeling bij noodstops)
Dit systeem, dat niet kan worden uitgeschakeld, herkent noodstops
(op basis van de snelheid waarmee het rempedaal wordt ingetrapt)
en verhoogt de druk in het remcircuit aanzienlijk. Het Brake
Assist-systeem wordt uitgeschakeld als er een storing is in het VDC-
systeem.
MSR-SYSTEEM
Dit systeem, dat geïntegreerd is in de ASR, verhoogt bij bruusk
terugschakelen het motorkoppel, zodat overmatige vertraging van
de aangedreven wielen wordt voorkomen. Dit heeft vooral voor-
delen op een wegdek met weinig grip, waarop de stabiliteit van
de auto snel verloren kan gaan.
CBC-SYSTEEM
Met deze functie wordt de distributie van de remkracht over de vier
wielen geoptimaliseerd (door gebruik te maken van alle beschik-
bare grip op de weg), als in een bocht wordt geremd en het ABS
ingrijpt. Hierdoor verbetert de remweg in de bocht en vooral de sta-
biliteit van de auto.
„ELECTRONIC Q2”-SYSTEEM („E-Q2”)
Het „Electronic Q2”-systeem benut het remsysteem en is qua wer-
king vergelijkbaar met een traditioneel sperdifferentieel.
Bij acceleratie in bochten bedient het remsysteem de rem van het
binnenste wiel, waardoor de aandrijfkracht naar het (zwaarder be-
laste) buitenste wiel wordt overgebracht. Het systeem verdeelt, af-
hankelijk van de rijomstandigheden en de conditie van het weg-
dek, het motorvermogen dynamisch en constant over de
aangedreven voorwielen.
Het systeem in combinatie met de McPherson voorwielophanging
maakt een bijzonder effectieve en sportieve rijstijl mogelijk.
DST-SYSTEEM (Dynamic Steering Torque)
Dit is een „actief” regelsysteem van de auto. Op gladde wegen
worden automatisch stuurcorrecties uitgevoerd, waardoor ook het
overstuur gecontroleerd wordt. Dit systeem levert een hulpkracht
aan het stuurwiel, waardoor het veiligheidsgevoel wordt vergroot,
omdat het helpt de auto onder controle te houden en het de cor-
recties van het VDC-systeem minder waarneembaar maakt.
174NOODGEVALLEN
Het is niet mogelijk lekken aan de zijkanten van
de band te repareren. Gebruik de reparatieset niet
als de band beschadigd is geraakt door het rijden
met een lege band.
Bij schade aan de velg (zodanige vervorming van
het velgbed dat er lucht wegloopt) kan de band
niet gerepareerd worden. Verwijder de eventueel
in de band binnengedrongen voorwerpen (schroeven of
spijkers) niet.
De compressor mag niet langer dan 20 minuten
achter elkaar worden ingeschakeld. Gevaar voor
oververhitting. De reparatieset is niet geschikt voor
permanente reparatie; de gerepareerde banden mogen
daarom slechts tijdelijk worden gebruikt.
Spuitbussen en afdichtvloeistof zijn schadelijk voor
het milieu. Houdt u voor het afvoeren van deze
producten aan de wettelijke normen.
De spuitbus bevat ethyleenglycol en latex: kan een
allergische reactie veroorzaken. Schadelijk bij in-
slikken. Irriterend voor de ogen. Kan overgevoe-
ligheid veroorzaken bij inademing en contact. Vermijd
contact met ogen, huid en kleding. Spoel bij contact on-
middellijk overvloedig met water. Vermijd braken bij in-
slikken, spoel de mond uit, drink veel water en raadpleeg
onmiddellijk een arts. Houd buiten het bereik van kin-
deren. Het product mag niet gebruikt worden door ast-
matische patiënten. Adem de dampen niet in tijdens het
vullen en oppompen. Raadpleeg onmiddellijk een arts
bij allergische reacties. Bewaar de spuitbus in de daarvoor
bestemde ruimte, ver verwijderd van warmtebronnen. De
afdichtvloeistof heeft een houdbaarheidsdatum. Vervang
de spuitbus voordat de houdbaarheidsdatum van de af-
dichtvloeistof is verstreken.