9.44
05
1
21
2
De weergave- en bedieningsfuncties verlopen via
de externe apparatuur zelf.
Stel eerst het volume van uw draagbare
apparatuur af.
Stel vervolgens het volume van deautoradio af.
AUX-INGANG GEBRUIKEN
JACK- OF RCA-AANSLUITING (afhankelijk
van de uitvoering van de auto)
VOLUMEREGELING EXTERNE
APPARATUUR
USB-BOX - PEUGEOT CONNECT USB
De AUX-aansluiting JACK of RCA dient om een extern apparaat (mp3-speler…) aan te sluiten.
Sluit eenzelfde extern apparaat niet te
gelijkertijd aan via de USB-
aansluiting en de JACK-aansluiting.
Sluit het externe apparaat
(mp3-speler...) met behulp van een
adapterkabel (niet meegeleverd)
op de JACK-aansluiting of op de
audioaansluitingen (wit en rood,
type RCA) aan.
Druk herhaalde malen op de toets
SOURCE om AUX te selecteren.
9.51
09 MENUSTRUCTUREN DISPLAYS
Wanneer u op de toets OK drukt, komt u in de verkorte menu's terecht, afhankelijk
van de weergave op het scherm:
MONOCHROOM DISPLAY C
aanzetten/uitzetten RDS
aanzetten/uitzetten modus REG
aanzetten/uitzetten radiotext
RADIO
aanzetten/uitzetten Intro
CD/MP3-CD
aanzetten/uitzetten herhalen tracks(de hele huidige CD voor CD, de hele
huidige map voor MP3-CD)
aanzetten/uitzetten random play (de hele huidige CD voor CD, de hele
huidige map voor MP3-CD)
aanzetten/uitzetten herhalen van tracks (van de map / artiest / genre / huidige afspeellijst)
USB
aanzetten/uitzetten random play (shuffl e) (van de map / artiest / genre / huidige afspeellijst)
1
1
1
1
1
1
1
1
9.54
VEELGESTELDE VRAGEN
VRAAG ANTWOORDOPLOSSING
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussende verschillende geluidsbronnen (radio, CD...).
Voor een optimaal luistergenot kunt u de audio-instellingen (volume,bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) voor elke geluidsbronafzonderlijk instellen. Hierdoor kunnen bij het selecteren van een anderegeluidsbron (radio, CD...) verschillen in de geluidskwaliteit hoorbaar zijn.
Controleer of de audio-instellingen (volume, bassen,hoge tonen, geluidssfeer, loudness) zijn afgestemd op de verschillende geluidsbronnen. Het israadzaam de AUDIO-functies (bassen, hoge tonen, balans V-A, balans L-R) in de middelste stand tezetten, de geluidssfeer "Geen" te selecteren en defunctie Loudness in de stand "Actief" te zetten als deCD-speler is geselecteerd en in de stand "Inactief" tezetten als de radio is geselecteerd.
De CD wordt steeds uitgeworpen of kan niet worden afgespeeld door de CD-speler.
De CD is ondersteboven in de speler geplaatst, kan niet worden gelezen,bevat geen audiobestanden of bevat audiobestanden die niet door de autoradio gelezen kunnen worden.
De CD is voorzien van een beveiligingssysteem dat niet door de autoradio wordt herkend.
- Controleer of de CD met de juiste zijde bovenin de speler is geplaatst.
- Controleer de staat van de CD: de CD kan niet worden gelezen als deze te veel is beschadigd.
- Controleer de inhoud van de CD als deze zelf is gebrand: raadpleeg de tips in het hoofdstuk Audio.
- De CD-speler van de autoradio kan geen DVD's afspelen.
- De kwaliteit van sommige zelfgebrande CD'sis onvoldoende om deze door de autoradio te laten afspelen.
Op het display wordt de melding "Storing USB-randapparatuur" weergegeven.
De Bluetooth-verbinding wordt onderbroken.
De batterijspanning van de randapparatuur is misschien te laag. Laad de batterij van de randapparatuur op.
De USB-stick wordt niet herkend.
De stick is misschien defect.
Formateer de stick opnieuw.
De CD-speler levert een slechte geluidskwaliteit. De gebruikte CD is gekrast of van slechte kwaliteit.
Gebruik alleen CD's van goede kwaliteit en berg ze zorgvuldig op.
De audio-instellingen (bassen, hoge tonen, geluidssfeer) zijn niet op de CD-speler afgestemd.
Zet het niveau van de bassen of de hoge tonen op 0, zonder een geluidssfeer te selecteren.