!
i
Wij danken u voor uw keuze voor de
308 CC, synoniem voor vertrouwen,
passie en inspiratie.
Verwijzing:
dit symbool verwijst naar de blad-
zijde waar meer informatie over de
desbetreffende functie is te vinden.
Symbolen
Bescherming van het
milieu:
dit symbool verschijnt bij adviezen
met betrekking tot de bescherming
van het milieu.
Informatie:
dit symbool vestigt uw aandacht op
aanvullende informatie die u helpt
de gebruiksmogelijkheden van uw
auto optimaal te benutten.
Waarschuwing:
dit symbool geeft waarschuwingen
weer die u absoluut dient te res-
pecteren omwille van uw veiligheid
en die van anderen en om schade
aan uw auto te voorkomen.
Uw auto kan, afhankelijk van het uitrus-
tingsniveau en de specifi eke kenmer-
ken voor het land waarvoor uw auto
bestemd is, slechts van een deel van
de in dit boekje vermelde uitrustingen
zijn voorzien.
WELKOM
Dit instructieboekje is ontwikkeld om u
in de gelegenheid te stellen onder alle
omstandigheden optimaal gebruik te
maken van de mogelijkheden van uw
308 CC.
In het eerste deel van het boekje is de
belangrijkste informatie samengevat
om u in korte tijd vertrouwd te maken
met de bediening van uw 308 CC.
Vervolgens komen alle details van uw
308 CC op het gebied van comfort, vei-
ligheid en rijden uitgebreid aan bod, zo-
dat u en uw passagiers maximaal van
de auto kunnen genieten.
1
27
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
Controlelampje
brandt
Oorzaak
Acties / Opmerkingen
STOP
permanent,
alleen of in
combinatie
met een ander
waarschuwingslampje,
een geluidssignaal
en een melding
op het display.
Dit waarschuwingslampje
brandt bij een ernstige
storing in het remsysteem,
de stuurbekrachtiging,
het motoroliecircuit, het
koelcircuit en bij een lekke
band. Zet de auto zo snel mogelijk op een veilige plaats
stil, want de motor kan onder het rijden afslaan.
Zet het contact af en neem contact op met het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalifi ceerde
werkplaats
Remsysteem
permanent,
in combinatie
met het
STOP-lampje. Het remvloeistofniveau is
te laag. Stop onmiddellijk op een veilige plek.
Vul het niveau bij met remvloeistof voorzien van
een artikelnummer van PEUGEOT.
Als het probleem zich blijft voordoen, laat het
systeem dan controleren door het PEUGEOT-
netwerk of eengekwalifi ceerde werkplaats.
+
permanent, in
combinatie met het
waarschuwingslampje
ABS en het STOP-lampje.
Er is een storing in
de elektronische
remdrukregelaar (EBD). Stop onmiddellijk op een veilige plek.
Laat dit controleren door het PEUGEOT of een
gekwalifi ceerde werkplaats
Te hoge
koelvloeistoftemperatuur
permanent, met
de wijzer in het
rode gebied. De temperatuur van de
koelvloeistof is te hoog. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige
plaats.
Wacht met het eventueel bijvullen van de
koelvloeistof tot de motor is afgekoeld.
Als het probleem zich blijft voordoen,
raadpleeg dan het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalifi ceerde werkplaats.
1
29
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
Laag
brandstofniveau
permanent
met de wijzer
in het rode
gebied, in
combinatie
met een
geluidssignaal
en een
melding. Als het lampje gaat branden
zit er nog ongeveer 6 liter
brandstof in de tank.
Vanaf dit moment worden
de laatste liters brandstof in
de tank aangesproken. Ga zo snel mogelijk tanken om te voorkomen dat
u met een lege tank strandt.
Dit verklikkerlampje gaat elke keer na het
aanzetten van het contact branden, in combinatie
met een geluidssignaal en een melding, zolang
er niet voldoende brandstof getankt is.
Het geluidssignaal en de melding worden
steeds herhaald; de frequentie ervan neemt toe
naarmate het niveau "0"
dichterbij komt.
Inhoud brandstoftank: ongeveer 60 liter
.
Rijd nooit door tot de tank helemaal leeg is,
hierdoor kunnen het emissieregelsysteem en het
injectiesysteem beschadigd raken.
Controlelampje
brandt
Oorzaak
Acties / Opmerkingen
Antiblokkeersysteem
(ABS)
permanent. Er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden.
Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg
zo snel mogelijk het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalifi ceerde werkplaats.
Dynamische
stabiliteitscontrole
(ESP/ASR)
knippert. De ESP-/ASR-regeling is
actief. Deze functie verbetert de aandrijving en zorgt
voor een betere koersstabiliteit.
permanent.
Storing in het ESP-/ASR-systeem,
tenzij deze is uitgeschakeld (toets
ingedrukt en verklikkerlampje van
de toets brandt). Laat het systeem controleren door het
PEUGEOT-netwerk of door een gekwalifi ceerde
werkplaats.
Bochtverlichting
knippert. Er is een storing in de
bochtverlichting. Laat dit controleren door het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalifi ceerde werkplaats.
7
!
i
!
104
VEILIGHEID
HULPSYSTEMEN BIJ HET REMMEN
Uw auto is voorzien van drie systemen
die u helpen om de auto in een noodsi-
tuatie veilig tot stilstand te brengen:
- het antiblokkeersysteem (ABS),
- de elektronische remdrukregelaar
(EBD),
- Brake Assist System (BAS).
Antiblokkeersysteem (ABS)
en Electronic Brake Force
Distribution (EBD)
Deze systemen zorgen tijdens het rem-
men voor een betere stabiliteit en be-
stuurbaarheid van uw auto, vooral op
een slecht of glad wegdek.
Trap het rempedaal bij een nood-
stop krachtig en volledig in en laat
het niet los.
Zorg er bij vervanging van de wie-
len (banden en velgen) voor dat er
wielen worden gemonteerd die aan
de voorschriften van de construc-
teur voldoen.
Storing
Als dit waarschuwingslampje
gaat branden in combinatie
met een geluidssignaal en een
melding op het multifunctionele
display, duidt dit op een storing in het
antiblokkeersysteem. Door deze storing
zou u tijdens het remmen de controle
over uw auto kunnen verliezen.
Als dit waarschuwingslampje
gaat branden in combinatie
met de controlelampjes STOP
en ABS
, een geluidssignaal
en een melding op het multifunctionele
display, duidt dit op een storing in de
elektronische remdrukregelaar. Door
deze storing zou u tijdens het remmen
de controle over uw auto kunnen ver-
liezen.
Brake Assist System (BAS)
Dit systeem zorgt ervoor dat in nood-
gevallen de optimale remdruk sneller
wordt bereikt, zodat de remafstand klei-
ner wordt.
Inschakelen
Het antiblokkeersysteem treedt auto-
matisch in werking zodra een van de
wielen dreigt te blokkeren.
Als het antiblokkeersysteem ingrijpt,
is dat merkbaar aan het trillen van het
rempedaal; dit is de normale werking.
Inschakelen
Het systeem wordt ingeschakeld als het
rempedaal sneller wordt ingetrapt dan
een bepaalde grenswaarde.
Het systeem zorgt er dan voor dat de
benodigde bedieningskracht minder
wordt en dat de effectiviteit van het rem-
men wordt vergroot.
Trap het rempedaal bij een nood-
stop zeer krachtig in en laat het pe-
daal niet los.
Stop op een veilige plaats.
Raadpleeg in beide gevallen het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalifi -
ceerde werkplaats.