•ACC/FCW Unavailable Vehicle System Er-
ror (Storing voertuigsysteem ACC/FCW niet
beschikbaar) — Wanneer het ACC-systeem
uitschakelt als gevolg van een tijdelijke sto-
ring waardoor de functionaliteit beperkt
wordt. Raadpleeg “Adaptieve cruisecontrol
(ACC)” onder “De functies van uw voertuig
(indien aanwezig).
• ACC/FCW Unavailable Service Radar Sen-
sor (Onderhoud radarsensor ACC/FCW niet
beschikbaar) — Wanneer het ACC-systeem
uitschakelt door een interne systeemfout die
door een erkende dealer hersteld dient te
worden. Raadpleeg “Adaptieve cruisecon-
trol (ACC)” onder “De functies van uw voer-
tuig (indien aanwezig).
• Coolant low (Koelvloeistofpeil laag)
• Service air suspension system (Onderhoud
pneumatisch ophangsysteem)
• Oil change due (Vervang olie)
• Key in ignition (Sleutel in contactslot)
• Lights on (Lampen aan) •
Key in Ignition Lights On (Sleutel in con-
tactslot Lampen aan)
• Ignition or Accessory On (Contactschake-
laar op ON of ACC)
• Ignition or Accessory On. (Contactschake-
laar op ON of ACC) Lights On (Lampen aan)
• Turn signal on (Richtingaanwijzer aan)
• Park assist on (Parkeerhulp ingeschakeld)
• Warning object detected (Waarschuwing
obstakel gedetecteerd)
• Memory 1 profile set (Gebruikersprofiel
1 ingesteld)
• Memory 2 profile set (Gebruikersprofiel
2 ingesteld)
• Memory system unavailable — Not in Park
(Geheugen niet beschikbaar — Voertuig niet
in parkeerstand)
• Memory system unavailable — Seatbelt
buckled (Geheugen niet beschikbaar —
stoelriem vast)
• Memory 1 profile recall
(Gebruikersprofiel 1
opheffen) •
Memory 2 profile recall (Gebruikersprofiel 2
opheffen)
• Wrong Key (verkeerde sleutel)
• Damaged Key (Sleutel beschadigd)
• Key not programmed (Sleutel niet gepro-
grammeerd)
• Function currently unavailable — Power Lift-
gate (Functie tijdelijk niet beschikbaar —
Bediening achterklep)
• Unlock to operate — Power Liftgate (Niet
bedienbaar — Bediening achterklep)
• Put in Park to operate — Power Liftgate
(Zet in parkeerstand om te bedienen —
Bediening achterklep)
• Automatic high beams on (Automatisch
groot licht aan)
• Automatic high beams off (Automatisch
groot licht uit)
• Service Four Wheel Drive System (Onder-
houd vierwielaandrijving)
• Four Wheel Drive System in neutral (Vier-
wielaandrijving in neutrale stand)
181
modus “Blind Spot: Lights Only” dode hoek:
alleen lichtsignaal). Wanneer deze modus is
ingeschakeld werkt het dodehoeksysteem en
worden waarschuwingen als visuele signalen
weergegeven in de buitenspiegels. Door de
toets SELECTEREN een tweede maal te druk-
ken kiest u de modus “Blind Spot: Lights/CHM”
(dode hoek:lichtsignaal/geluid). In deze modus
geeft het dodehoeksysteem, zodra de richting-
aanwijzers zijn ingeschakeld, visuele waar-
schuwingen weer in de buitenspiegels en laat
gelijktijdig een waarschuwingssignaal klinken.
Door de modus “Blind Spot: Off” (dode hoek:
Uit) te kiezen wordt het dodehoeksysteem uit-
geschakeld.
OPMERKING:
Wanneer uw voertuig schade heeft opgelo-
pen in het gebied waar de sensor geplaatst
is, kan het zijn dat de sensor niet meer juist
uitgelijnd is, ook wanneer het plaatwerk niet
beschadigd is. Laat in een dergelijk geval de
uitlijning van de sensor controleren door
een erkende dealer. Door een niet juist uit-
gelijnde sensor zal het dodehoeksysteem
niet werken volgens specificatie.Anti-ongevalsysteem FCW
(Forward Collision Warning)
Het FCW anti-ongevalsysteem kan ingesteld
worden op: veraf, dichtbij of uit. De stan-
daardinstelling van het FCW-systeem is: veraf.
Dit houdt in dat het systeem u waarschuwt voor
een mogelijke aanrijding met een voertuig voor
u, terwijl u nog verder van dit voertuig verwij-
derd bent. Dit geeft u de langste reactietijd.
Voor een meer dynamische rijstijl kiest u de
instelling: dichtbij. Deze instelling waarschuwt
u voor een mogelijke aanrijding met een voer-
tuig voor u, terwijl u veel dichter bij dit voertuig
bent. Deze instelling biedt een meer dynami-
sche rijervaring. Om de FCW-status te wijzigen
drukt u herhaald kort op de toets SELECTE-
REN, totdat een vinkje naast de functie ver-
schijnt, waarmee aangegeven wordt dat het
systeem geactiveerd is, of totdat het vinkje
verdwijnt waarmee wordt aangegeven dat het
systeem is uitgeschakeld.
Voor meer informatie, raadpleeg “Adaptieve
cruisecontrol (ACC)” onder “De functies van uw
voertuig”.
Display Units of Measure in:
(Maateenheden weergeven in:)
Voor het EVIC, de kilometerteller en het
Uconnect™-navigatiesysteem (indien aanwe-
zig) kunt u kiezen uit weergave in Engelse of
metrische maateenheden. Maak uw keuze
door de toets SELECTEREN kort in te drukken
totdat “ENGLISH” of “METRIC” verschijnt.
Kompas kalibreren
Raadpleeg “Weergave kompas” voor meer in-
formatie.
Kompasafwijking
Raadpleeg “Weergave kompas” voor meer in-
formatie.
GELUIDSSYSTEMENRaadpleeg uw boekje over geluidssystemen.
UNIVERSAL CONSUMER
INTERFACE (UCI) (universele
gebruikersinterface) 1.0 — INDIEN
AANWEZIG
OPMERKING:
Dit hoofdstuk is uitsluitend bedoeld voor
radio’s met Uconnect™, verkoopcode RES
197