1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
62INDICATOR EN WAARSCHUWINGSLAMP
B260F01A-AXT Controlelamp grootlicht
Deze controlelamp gaat branden zodra het grootlicht wordt ingeschakeld of alseen lichtsignaal wordt gegeven.
B260D01A-AXT Controlelamp
richtingaanwijzers
Als de richtingaanwijzers worden ingeschakeld gaat deze groenecontrolelamp knipperen. Als de lamp wel brandt, maar niet knippert, sneller knippert dan normaal of niet brandt,geeft dit een storing in de richtingaanwijzerinstallatie aan.
B260G02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
B260G01TG-AXT
Controlelamp oliedruk
LET OP:
Als deze lamp bij draaiende motor gaat branden moet de motor direct worden afgezet teneinde ernstige motorschade te voor-komen. Dezecontrolelamp gaat branden als de oliedruk te laag is. De lamp gaat branden zodra het contact wordt aangezet, maar moet doven als de motor is gestart. Blijft deze lamp bijdraaiende motor branden, dan bevindt zich een ernstige storing in het smeer-systeem van de motor.Is dit het geval, dan moet de motor direct worden afgezet en moet het oliepeil worden gecontroleerd. Alshet oliepeil te laag is, moet de voorgeschreven olie worden bijgevuld en moet de motor opnieuwworden gestart. Als de controlelamp blijft branden moet de motor direct worden afgezet. Raadpleeg in datgeval een officiële Hyundai dealer.
!
D150331ABH Controlelampje lichten
aan (Indien gemonteerd)
Het lampje gaat branden wanneer de achterlichten of koplampen branden.
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
64
B260L01TG-GXTControlelamp voor niet
goed gesloten portieren
Als een portier niet geheel gesloten is gaat deze controlelamp branden.
B260L02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing. B260K01TG-AXT
Controlelamp niet goed
gesloten achterklep
Deze lamp gaat branden in het geval deachterklep niet goed is gesloten.B260K02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
B260J01TG-GXT
Controlelamp laadstroom
Deze controlelamp moet gaan branden als het contact wordt aangezet en dovenals de motor draait. Als deze lamp bij draaiende motor gaat branden is er een defect in het elektrische systeem. Alsdeze lamp onder het rijden gaat branden moet u stoppen, de motor afzetten en de aandrijfriem van de dynamocontroleren. Controleer of de aandrijfriem op zijn plaats zit. Als dit het geval is, controleer dan de spanning van de riem.Laat het systeem vervolgens door uw Hyundai dealer controleren.
LET OP:
Als met de wagen wordt gereden terwijl de aandrijfriem van de dy- namo slap staat, gebroken is of ontbreekt, kan de motor oververhitraken omdat deze riem eveneens de koelvloeistofpomp aandrijft.!
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
65
B260M01TG-AXT Controlelamp
benzine-reserve
Deze lamp gaat branden zodra de re- serve-inhoud van de tank wordt bereikt.Tank in dit geval zo spoedig mogelijk. Als de naald van de benzinemeter op "E" of lager staat, kan dit het overslaanvan de motor en daarmee een storing aan de katalysator tot gevolg hebben.
B260M02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwielwordt ingedrukt, dan verdwijnt dewaarschuwing. B260S01TG-GXT
Waarschuwingslamp
laag ruitensproeiervl- oeistofniveau
De waarschuwingslamp laag ruitensproeiervloeistofniveau gaat branden als het vloeistofreservoir vrijwel leeg is. Als de lamp gaat branden, vul dan zo snel mogelijk bij metruitensproeiervloeistof.
B260S02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
69
!WAARSCHUWING:
Als de waarschuwingslampen voor ABS SRI en handrem/ remvloeistofpeil beide blijvenbranden met het contactslot in de stand "ON", of tijdens het rijden gaan branden, betekent dit dat er mogelijkeen storing is in het EBDSysteem (elektronische remkrachtverdeling). Indien dit het geval is moet sterkafremmen worden voorkomen en moet de auto zo snel mogelijk door uw Hyundai dealer worden gecontroleerd.
B260P02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het displayherhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
B265C01NF-AXT Controlelampen elektronischstabiliteitsprogramma(Indien gemonteerd)
De controlelampen van het elektronisch stabiliteitsprogramma treden in werking afhankelijk van de stand van decontactsleutel en of het systeem is ingeschakeld of niet. Ze gaan branden als het contact wordtaangezet, maar moeten na drie seconden doven. Indien de controlelampen van het ESP of ESP-OFF blijven branden, ga dan naar een geautoriseerde Hyundai dealer en laat het systeem controleren. Zie hoofdstuk2 voor meer informatie over het ESP.
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
75
DAGTELLER
RESTERENDE AFSTAND
GEMIDDELDE SNELHEID RIJTIJD
GEMIDDELD BRANDSTOFVERBRUIK
Houd de schakelaar RESET gedurende ten minste 1 seconde ingedrukt om de weergegeven informatie te initialiseren, bijvoorbeeld de dagteller, de gemiddeldesnelheid, de reisduur, het gemiddelde brandstofverbruik en het actuele brandstofverbruik. B400B03TG
RESETSCHAKELAAR
MODESCHAKELAAR
B400B02TG
Als de MODE-schakelaar wordt ingedrukt, dan wijzigt het display op de volgende manier:
1 . Dagteller
o De afgelegde afstand sinds de laatste reset van de dagteller of vanaf het opnieuw aansluiten van de accu wordt weergegeven.
o Als de afgelegde afstand wordt weergegeven en de RESET-schakelaar langer dan 1 secondewordt ingedrukt, dan wordt de weergave van de afgelegde afstand op nul gezet.
o Het bereik is van 0 tot 999,9 km. B400B12TG
Conventioneel type
Type met regeleenheid
ACTUEEL BRANDSTOFVERBRUIK (indien gemonteerd)
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
125
B970B02TG
AUTOMATISCHE VERWARMINGS EN KOELINGS SYSTEEM
B970A01Y-AXT Deze auto is uitgerust met een klimaat beheers systeem welk de gewenste(ingestelde) temperatuur aanhoud. B970B01TG-GXT Bediening verwarming en koeling
1. Toets temperatuurregeling
(Bestuurder)
2. Schakelaar ontwaseming
3. Schakelaar voor voor-/ achterruitverwarming
4. Aanjagerschakelaar
5. Schakelaar luchttoevoer
6. Schakelaar luchttoevoer
7. Toets temperatuurregeling (Voor passagier) 8. Display (Bestuuder)
9. Schakelaar AUTO
(automatische regeling)
10. Uitschakelaar (OFF)
11. Schakelaar luchtverdeling
12. Schakelaar airconditioning
13. Dual-schakelaar voor gescheiden temperatuurregeling
14. Display (voorpassagier)
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
126
OTG020095
Lichtsensor
B970C01TG-GXT Automatische werking Het FATC (Full Automatic Tempera- ture Control = volledig automatische temperatuurregeling) systeem regelt automatisch de verwarming en dekoeling op de volgende wijze:
1. Druk de toets "AUTO" in. De
controlelamp gaat branden om aan te geven dat de luchttoevoer naar het bovenlichaam, de beenruimtenen/of de stand Bi-Level (boven- onder), evenals de aanjagersnelheid en deairconditioning automatisch worden geregeld. 2. Druk de "TEMP" toets in om de
gewenste temperatuur in te stellen. Als de toets aan de bovenzijde wordt ingedrukt neemt de temperatuur toe tot een maximum waarde van 32°C(90°F). Telkens als de toets wordt ingedrukt neemt de temperatuur toe in stappen van 0,5°C (1°F).Als de toets aan de onderzijde wordt ingedrukt neemt de temperatuur af tot een minimum waarde van 17°C(62°F). Telkens als de toets wordt ingedrukt neemt de temperatuur af in stappen van 0,5°C (1°F). N.B.: Als de accu ontladen of losgekoppeld is geweest, dan wordt een
standaardwaarde van 23 °C ingesteld.Dit is de normale stand; de temperatuurinstelling in graden Fahr- enheit kan als volgt worden ingesteld:Druk de DUAL schakelaar 3 seconden of langer in terwijl de MODE schakelaar ingedrukt wordtgehouden. Op het display wordt aangegeven dat de temperatuureenheid is ingesteld opgraden Celsius of Fahrenheit.
(°C °F of °F °C)
B970C03TG B970C04TG
N.B.: Plaats nooit voorwerpen op de temperatuur sensor.
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
141
9. Toets SET UP Druk op deze toets om de functie RDS of de modus TEXT SCROLL of deafstelmodus van het audiosysteem in te schakelen. Als er gedurende 5 seconden nadat de toets is ingedruktgeen toets wordt ingedrukt, keert het systeem terug naar de afspeelmodus. (In de instellingsmodus kunt u met defuncties links, rechts en drukken van de toets TUNE tussen de verschillende onderdelen schakelen.)De onderdelen van de instellingsmodus worden weergegeven in de volgorde TEXT SCROLL ➟ AF ➟ RDS NEWS ➟
REGION ➟ TA VOL...
10. Knop TUNE/ENTER Draai deze knop één tikje rechtsom om de huidige frequentie met 0,05 MHz te verhogen.Draai deze knop één tikje linksom om de huidige frequentie met 0,05 MHz te verlagen. Druk op deze knop terwijl u de toetsSET UP ingedrukt houdt om hetonderdeel te activeren/te deactiveren. Selecteer het in te stellen onderdeel met de functie links en rechts van deknop TUNE. Door op de toets TUNE/ENTER te drukken, kunt u schakelen tussen de BASS, MIDDLE, TREBLE, FADER of BALANCE-modi.De geselecteerde modus wordt weergegeven op het display. Draai de audioknop na het selecterenvan de modus rechtsom of linksom.
o Instelling BASS Draai de knop rechtsom om de instelling voor BASS te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling MIDDLE Draai de knop rechtsom om de instellingvoor MIDDLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling TREBLE Draai de knop rechtsom om de instellingvoor TREBLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling FADER Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers achter te versterken(het geluid van de luidsprekers vóór wordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers vóórte versterken (het geluid van de luidsprekers achter wordt gedempt).
o Instelling BALANCE Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers rechts te versterken(het geluid van de luidsprekers links wordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers linkste versterken (het geluid van de luidsprekers rechts wordt gedempt).