
WEGWIJS IN UW AUTO
158
Functie mute/pause (volume op
nul zetten)Druk voor het inschakelen van de Mute-
functie kort op de toets MUTE. Het volume
neemt geleidelijk af en op het display ver-
schijnt het opschrift “MUTE” (bij gebruik van
de radio) of “PAUSE” (bij gebruik van de
CD-speler of CD-wisselaar).
Druk voor het uitschakelen van de Mute-
functie nogmaals op de toets MUTE. Het vo-
lume wordt geleidelijk verhoogd tot op het
niveau dat daarvoor was ingesteld.
Als u het volumeniveau wijzigt met de
daarvoor bestemde knop, wordt de Mute-
functie uitgeschakeld en het volume inge-
steld op het nieuwe geselecteerde niveau.
Bij ingeschakelde Mute-functie:
– wordt bij verkeersinformatie (als de TA-
functie is ingeschakeld) of bij ontvangst van
een alarmbericht, de Mute-functie uitge-
schakeld. Na beëindiging van het bericht,
wordt de functie weer ingeschakeld. Audio-instellingen
De mogelijke instellingen in het menu zijn
afhankelijk van de gekozen audiobron:
AM/FM/CD/CDC.
Druk kort op de toets AUD om de Audio-
instellingen te wijzigen. Op het display ver-
schijnt het opschrift “BASS”.
De menufuncties kunnen worden doorlo-
pen met toets
▲of ▼. De instelling van de
geselecteerde functie kan worden gewijzigd
met toets
÷of ˜.
Op het display verschijnt de huidige status
van de geselecteerde functie.
De menufuncties zijn:
– BASS (lage-tonenregeling);
– TREBLE (hoge-tonenregeling);
– BALANCE (regeling van balans
links/rechts);
– FADER (regeling van balans voor/ach-
ter);
– LD (behalve uitvoeringen met Bose HI-
FI-systeem) (in-/uitschakelen van de Loud-
ness-functie);
– PRESET (behalve uitvoeringen met Bo-
se HIFI-systeem) (inschakelen en kiezen
van de voorgeprogrammeerde equalizerin-
stellingen); – XX USER (behalve uitvoeringen met Bo-
se HIFI-systeem) (instellen van persoonlij-
ke equalizerinstellingen).
Toonregeling
(bassen/hoge tonen)
Ga als volgt te werk:
– Selecteer met de toets
▲of ▼de in-
stelling “BASS” of “TREBLE” in het AUDIO-
menu;
– druk op toets
÷of ˜voor het ver-
sterken/verzwakken van de bassen of de
hoge tonen.
Als u de toets kort indrukt, wijzigt het ge-
luidsniveau in stappen. Als u de toets inge-
drukt houdt, is de wijziging sneller.
Balansregeling
Ga als volgt te werk:
– Selecteer met de toets
▲of▼de in-
stelling “BALANCE” in het AUDIO-menu;
– druk op toets
÷om het geluid uit
de rechter luidsprekers te versterken of op
toets
˜om het geluid uit de linker
luidsprekers te versterken.
÷of ˜” als u de audio-uitgangen
rechts en links op dezelfde waarde wilt in-
stellen.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 158

WEGWIJS IN UW AUTO
160
RADIO (TUNER)
InleidingAls u de autoradio inschakelt, dan wordt
de audiobron ingeschakeld die voor het uit-
schakelen beluisterd werd (Radio, CD-spe-
ler of CD-wisselaar).
Om de Radio te selecteren tijdens het be-
luisteren van een andere audiobron, moet u
kort op de toets FM
ASof AM drukkken, af-
hankelijk van de gewenste golfband.
Als de radio is ingeschakeld, verschijnen
op het display de naam (alleen RDS-sta-
tions) en de frequentie van het geselec-
teerde station, de geselecteerde golfband
(bijv. FM1) en het nummer van de voor-
keuzetoets (bijv. P1).
Golfband selecteren
Druk bij ingeschakelde Radio herhaaldelijk
kort op de toets FM
ASof AM om de ge-
wenste golfband te selecteren.
Telkens als u op de toets drukt, wordt de
volgende golfband geselecteerd in de volg-
orde:
– Na indrukken van toets FM
AS: “FM1”,
“FM2”, “FMT”.
– Na indrukken van toets AM: “MW” en
“LW”. Elke band wordt op het display door een
bijbehorende mededeling aangegeven.
Er wordt afgestemd op het laatst geselec-
teerde station op de betreffende golfband.
De FM-band is onderverdeeld in: FM1,
FM2 en FMT; de FMT-golfband is gereser-
veerd voor de stations die met de Autosto-
re-functie automatisch worden opgeslagen.
Voorkeuzetoetsen
De toetsen met de symbolen van 1 tot 6
maken de volgende voorkeuze-instellingen
mogelijk:
– 18 stations op de FM-band (6 op FM1,
6 op FM2, 6 op FMT);
– 6 stations op de MW-band;
– 6 stations op de LW-band;
Kies voor het oproepen van een voorkeu-
zestation, de gewenste golfband en druk
vervolgens kort op de betreffende voorkeu-
zetoets (tussen 1 en 6).
Als langer dan 2 seconden de betreffen-
de voorkeuzetoets wordt ingedrukt, wordt
het geselecteerde station opgeslagen. Als
het station is opgeslagen, klinkt er een
akoestisch signaal. Laatst beluisterde station
opslaan
De radio onthoudt automatisch naar welk
station op de diverse golfbanden is geluis-
terd. Op dit station wordt afgestemd als de
radio wordt ingeschakeld of wanneer van
golfband wordt gewisseld.
Automatische afstemming
Druk kort op toets
÷of ˜om au-
tomatisch in de gekozen richting te zoeken
naar het eerstvolgende station.
Als toets
÷of ˜langer wordt in-
gedrukt, dan start het snel zoeken. Als de
toets wordt losgelaten, wordt er afgestemd
op het eerstvolgende te ontvangen station.
Als de TA-functie (verkeersinformatie) is in-
geschakeld, wordt alleen naar stations ge-
zocht die verkeersinformatie uitzenden.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 160

WEGWIJS IN UW AUTO
162
Ontvangst van alarmberichtenDe autoradio is bij ingeschakeld RDS voor-
bereid op de ontvangst van alarmberichten
in geval van uitzonderlijke omstandigheden
of gebeurtenissen die gevaar kunnen ople-
veren (aardbevingen, overstromingen enz.).
Deze berichten worden uitgezonden op het
station waarop is afgestemd.
Deze functie wordt automatisch ingescha-
keld en kan niet worden uitgeschakeld.
Tijdens het uitzenden van een alarmbericht
verschijnt op het display het opschrift
“ALARM”. Tijdens het bericht wijzigt het vo-
lume van de autoradio op dezelfde wijze als
bij het weergeven van verkeersinformatie (zie
“Functie TA”). Functie EON
(Enhanced Other Network)
In enkele landen zijn netwerken gefor-
meerd van meerdere stations die verkeers-
informatie uitzenden. Als dit het geval is,
wordt het programma van het station waar-
naar u luistert tijdelijk onderbroken voor:
– verkeersinformatie (alleen bij inge-
schakelde TA-functie);
– regionale programma’s, iedere keer als
deze worden uitgezonden door een station
van hetzelfde netwerk.
Uitzendingen in stereo
Als het ontvangstsignaal te zwak is, wordt
de weergave automatisch veranderd van ste-
reo in mono.MENU
Functies toets MENU
Druk voor het inschakelen van de menu-
functie kort op de toets MENU. Op het dis-
play verschijnt het opschrift “MENU”.
De menufuncties kunnen worden doorlo-
pen met toets
▲of ▼. De instelling van de
geselecteerde functie kan worden gewijzigd
met toets
÷of ˜.
O
p het display verschijnt de huidige status
van de geselecteerde functie.
De menufuncties zijn:
– AF (zoeken naar alternatieve frequentie);
– TA (verkeersinformatie);
– REG (regionale programma’s);
– MP3 DISP (instelling display van
MP3 CD-speler);
– SVC (snelheidsafhankelijke volumere-
geling);
– EXT VOL (regelmethode voor externe
audiobronnen);
– IGN TIME (uitschakelwijze radio);
– DEFAULT (fabrieksinstellingen herstel-
len).
Druk om het menu te verlaten opnieuw op
de toets MENU.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 162

WEGWIJS IN UW AUTO
163
Functie AF (zoeken naar
alternatieve frequentie)Met het RDS-systeem kan de autoradio op
twee verschillende manieren werken:
– “AF ON”: zoeken naar alternatieve fre-
quentie ingeschakeld (op het display ver-
schijnt het opschrift “AF”);
– “AF OFF”: zoeken naar alternatieve fre-
quentie uitgeschakeld.
Als u de functie inschakelt (“AF ON”),
wordt automatisch afgestemd op het station
met het sterkste signaal dat hetzelfde pro-
gramma uitzendt. Tijdens het rijden kunt u
zo blijven luisteren naar het geselecteerde
station, zonder dat u op een andere fre-
quentie hoeft af te stemmen als u in een an-
der gebied komt.
Uiteraard moet het station ontvangen kun-
nen worden in het betreffende gebied.
Druk voor het in-/uitschakelen van de AF-
functie op toets MENU en selecteer het punt
“AF ON” of “AF OFF”. Als de AF-functie is
ingeschakeld, verschijnt op het display het
opschrift “AF”.
Als de radio is afgestemd op de AM-golf-
band en de AF-functie wordt geactiveerd,
dan wordt overgeschakeld naar de FM1-golf-
band en afgestemd op het laatst beluister-
de station. Functie TA (verkeersinformatie)
Enkele stations op de FM-golfband (FM1,
FM2 en FMT) zenden ook verkeersinfor-
matie uit. In dat geval verschijnt op het dis-
play het opschrift “TP”.
Druk voor het in-/uitschakelen van de TA-
functie voor verkeersinformatie kort op de
toets MENU en selecteer het punt “TA ON”
of “TA OFF”.
BELANGRIJK Als de TA-functie (ver-
keersinformatie) is ingeschakeld bij inge-
schakelde CD-speler, CD-wisselaar (indien
aangesloten), Telefoon of Mute/Pause, dan
wordt er gezocht naar een station dat ver-
keersinformatie kan uitzenden.
Met de TA-functie is het mogelijk:
– RDS-stations te zoeken die verkeersin-
formatie uitzenden op de FM-golfband;
– verkeersinformatie te ontvangen ook als
de CD-speler of CD-wisselaar is ingeschakeld;
– verkeersinformatie te ontvangen op een
vooraf ingesteld minimum geluidsniveau,
ook als het volume van de autoradio op nul
staat. BELANGRIJK
In enkele landen bestaan
radiostations die bij ingeschakelde TP-func-
tie (op het display verschijnt het opschrift
“TP”) geen verkeersinformatie uitzenden.
Als de radio is afgestemd op de AM-golf-
band en de TA-functie wordt geactiveerd, dan
wordt overgeschakeld naar de FM1-golfband
en afgestemd op het laatst beluisterde sta-
tion.
Het geluidsniveau van de verkeersinfor-
matie is afhankelijk van het ingestelde vo-
lume:
– ingestelde volume lager dan de waarde
20: geluidsniveau van de verkeersinforma-
tie gelijk aan 20 (vaste waarde);
– ingestelde volume hoger dan de waar-
de 20: geluidsniveau van de verkeersinfor-
matie gelijk aan het normale volume +1.
Als het volume tijdens een verkeersbericht
wordt gewijzigd, wordt de waarde niet op het
display weergegeven en wordt de nieuwe
waarde alleen aangehouden voor het ver-
keersbericht dat wordt uitgezonden.
De TA-functie wordt onderbroken als een wil-
lekeurige toets van de autoradio wordt inge-
drukt.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 163

WEGWIJS IN UW AUTO
164
Functie REG
(ontvangst van regionale
uitzendingen)Enkele nationale stations zenden, op be-
paalde uren van de dag, regionale pro-
gramma’s uit die per gebied verschillen. Met
deze functie wordt automatisch alleen op lo-
kale (regionale) stations afgestemd (zie
“Functie EON”).
Als u wilt dat de autoradio automatisch af-
stemt op regionale stations binnen het ge-
kozen netwerk, dan moet u deze functie in-
schakelen.
De functie kan worden in-/uitgeschakeld
met toets
÷of ˜.
Op het display verschijnt de huidige status
van de functie:
– “REG ON”: functie ingeschakeld.
– “REG OFF”: functie uitgeschakeld.
Als de functie is uitgeschakeld en u hebt
afgestemd op een regionaal station dat in een
bepaald gebied uitzendt, dan zult u als u in
een ander gebied komt, het regionale station
van dat nieuwe gebied ontvangen.
BELANGRIJK Als de functies AF en REG
gelijktijdig zijn ingeschakeld en u reist in een
overgangsgebied tussen twee regio’s, dan
kan de radio mogelijk niet correct op een juis-
te alternatieve frequentie overschakelen. Functie MP3 DISP (weergave van
de gegevens van de MP3-CD)
Met deze functie kunt u kiezen welke in-
formatie op het display wordt weergegeven
als u naar een MP3-CD luistert.
Deze functie kan alleen worden gekozen
als er een MP3-CD is geladen: in dat geval
verschijnt op het display het opschrift “MP3
DISP”.
De functie kan worden gewijzigd met toets
÷of ˜.
Er zijn zes instellingen mogelijk:
– TITLE (titel van muziekstuk, mits met ID3-
tag)
– AUTHOR (auteur van muziekstuk, mits
met ID3-tag)
– ALBUM (albumnaam, mits met ID3-tag)
– DIR (naam die aan de map is toege-
kend);
– FILENAME (naam die aan het MP3-be-
stand is toegekend);
– TIME (verstreken speelduur vanaf het be-
gin van het muziekstuk).
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 164

WEGWIJS IN UW AUTO
165
Functie SVC (snelheidsafhanke-
lijke volumeregeling - behalve bij
uitvoeringen met Bose HIFI-
systeem)Met deze functie wordt automatisch het
volume verhoogd als de snelheid toeneemt,
waardoor het volumeniveau wordt aange-
past aan het achtergrondgeluid in het inte-
rieur.
De functie kan worden in-/uitgeschakeld
met toets
÷of ˜. Op het display ver-
schijnt de huidige status van de functie:
– SVC OFF: functie uitgeschakeld.
– SVC LOW: functie ingeschakeld (lage ontvangstgevoelig-
heid).
– SVC HIGH: functie ingeschakeld (hoge ontvangstgevoelig-
heid). Functie EXT (regeling externe
audiobron)
Met deze functie kan het volume van een
externe audiobron worden geregeld (instel-
ling van 0 tot 40) of uitgeschakeld (instel-
ling OFF).
De functie kan worden in-/uitgeschakeld
met toets
÷of ˜.
Op het display verschijnt de huidige status
van de functie: – “EXT VOL”: functie ingeschakeld.
– “EXT OFF”: functie uitgeschakeld.
– “EXT 23”: functie ingeschakeld en volu-
me ingesteld op 23.
Functie IGN TIME (in-/
uitschakelwijze radio)
Met deze functie kan de uitschakelwijze
van de autoradio (2 mogelijkheden) wor-
den ingesteld. De functie kan worden inge-
schakeld met toets
÷of ˜.
Op het display verschijnt “IGN TIME” en ver-
volgens:
– “00 MIN”: uitschakeling afhankelijk van
de start-/contactsleutel; de autoradio wordt
automatisch uitgeschakeld zodra u de con-
tactsleutel in stand STOP draait;
– “20 MIN”: uitschakeling onafhankelijk
van de start-/contactsleutel; de autoradio
blijft 20 minuten ingeschakeld nadat de con-
tactsleutel in stand STOP is gedraaid. BELANGRIJK
Als de autoradio auto-
matisch uitschakelt nadat de contactsleutel
in stand STOP is gedraaid (voor directe uit-
schakeling of uitschakeling na 20 minuten),
dan schakelt hij automatisch weer in als de
contactsleutel in stand MAR wordt gedraaid.
Als de autoradio daarentegen wordt uitge-
schakeld door de toets ON in te drukken, en
u de contactsleutel in stand MAR draait, dan
blijft de autoradio uitgeschakeld.
Functie RESTORE
Met deze functie kunt u alle oorspronke-
lijke fabrieksinstellingen weer herstellen. De
mogelijkheden zijn:
– NO: geen restorewerkzaamheden;
– YES: alle fabrieksinstellingen worden
hersteld. Tijdens deze bewerking wordt
“RESTORE” weergegeven. Na deze bewer-
king wijzigt de bron niet en zal de oor-
spronkelijke situatie worden weergegeven.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 165

WEGWIJS IN UW AUTO
166
CD-SPELER
InleidingIn dit hoofdstuk wordt alleen de werking
van de CD-speler beschreven: zie voor de
werking van de autoradio de paragraaf
“Functies en instellingen”. CD-speler selecteren
Ga voor het inschakelen van de geïnte-
greerde CD-speler als volgt te werk:
– plaats een CD, bij ingeschakeld appa-
raat: de weergave start vanaf het eerste mu-
ziekstuk; of
– schakel als er reeds een CD in de spe-
ler zit, de autoradio in en druk vervolgens
kort op de toets CD om de CD-speler te se-
lecteren: de weergave start vanaf het laatst
beluisterde muziekstuk.
Voor een optimale weergave raden wij aan
originele CD’s te gebruiken. Als u een CD
R/RW gebruikt, dan moet deze van goe-
de kwaliteit zijn en tijdens het opnemen op
de laagst mogelijke snelheid zijn beschre-
ven. Laden/uitwerpen van de CD
Steek de CD voorzichtig in de opening, zo-
dat de CD automatisch en op de juiste wij-
ze in de speler wordt geladen.
Druk bij ingeschakeld apparaat op toets
˚
voor het automatisch uitwerpen van de CD.
Na het uitwerpen wordt de audiobron inge-
schakeld die beluisterd werd voordat de CD
werd weergegeven.Als de CD niet uit de speler wordt verwij-
derd, dan wordt de CD na ongeveer 20 se-
conden automatisch weer geladen en wordt
afgestemd op de Tuner (Radio).
De CD kan niet worden uitgeworpen bij uit-
geschakelde autoradio.
Als u de uitgeworpen CD weer in de spe-
ler plaatst zonder dat hij volledig uit de ope-
ning is verwijderd, dan schakelt de radio niet
over op de CD-speler.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 166

WEGWIJS IN UW AUTO
168
DiefstalbeveiligingDe autoradio is voorzien van een diefstal-
beveiliging die gebaseerd is op de informa-
tie-uitwisseling tussen de autoradio en de re-
geleenheid (Body Computer) in de auto.
Dit systeem garandeert maximale veilig-
heid en zorgt ervoor dat de geheime code
niet opnieuw hoeft worden ingevoerd, als
de voeding van de autoradio onderbroken
is geweest.
Als deze controle een positief resultaat
heeft, dan begint de autoradio te werken.
Als de codes bij de vergelijking echter niet
overeenkomen of als de regeleenheid (Bo-
dy Computer) wordt vervangen, dan moet
de gebruiker de geheime code invoeren op
de wijze die in de volgende paragraaf is be-
schreven. Geheime code invoeren
Als u de autoradio inschakelt, verschijnt,
als de code wordt gevraagd, op het display
ongeveer 2 seconden het opschrift “CDC CO-
DE”, gevolgd door vier streepjes “- - - -”.
De geheime code bestaat uit vier cijfers
tussen 1 en 6. Elk streepje staat voor een
cijfer.
Druk voor het invoeren van het eerste cij-
fer op de betreffende voorkeuzetoets (tus-
sen 1 en 6). Voer op dezelfde wijze de ove-
rige cijfers van de code in.
Als de vier cijfers niet binnen 20 seconden
worden ingevoerd, verschijnt op het display
opnieuw gedurende 2 seconden het op-
schrift “CDC CODE”, gevolgd door vier
streepjes “- - - -”. Dit wordt niet beschouwd
als het invoeren van een verkeerde code.
Na het invoeren van het vierde cijfer (bin-
nen 20 seconden), begint de radio te wer-
ken.
Als een verkeerde code wordt ingevoerd,
hoort u een akoestisch signaal en verschijnt
op het display gedurende 2 seconden het
opschrift “CODE”; vervolgens verschijnen
vier streepjes “- - - -” om aan te geven dat
de juiste code moet worden ingevoerd. Iedere keer als een verkeerde code wordt
ingevoerd, wordt de wachttijd waarna op-
nieuw een code kan worden ingevoerd, ver-
hoogd (1 min, 2 min, 4 min, 8 min, 16
min, 30 min, 1 uur, 2 uur, 4 uur, 8 uur, 16
uur en 24 uur), totdat de wachttijd van
maximaal 24 uur is bereikt. De wachttijd
wordt op het display aangegeven door het
opschrift “CDC WAIT”. Als dit opschrift is ver-
dwenen, kan de code opnieuw worden in-
gevoerd.
Code Card
Dit document is het eigendomsbewijs van
de autoradio. Op dit document staan het mo-
del, het serienummer en de geheime code
van de autoradio aangegeven.
BELANGRIJK Bewaar dit document
zorgvuldig, zodat u bij diefstal van de au-
toradio de gegevens aan de bevoegde in-
stantie kunt overleggen.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 168